Download de presentatie
GepubliceerdPhilomena Verstraeten Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
Proefwerk Natuurkunde 4VWO
H1 en H2 t/m §2.3 versie A uitwerking
2
1. Significante cijfers
3
2. Verbanden Hieronder staan 4 grafieken die elk het verband weergeven tussen twee (natuurkundige) grootheden. Geef in elk van de 4 situaties aan om wat voor soort wiskundig verband het gaat en bepaal de bijbehorende formule inclusief de grootte van de constante.
5
3. Fietslampje Van een fietslampje is het (I,U)-diagram getekend. a
3.Fietslampje Van een fietslampje is het (I,U)-diagram getekend. a Leg met behulp van de figuur uit of de weerstand van het lampje toeneemt dan wel afneemt als de spanning over het lampje groter wordt. De stroomsterkte neemt minder snel toe dan de spanning (de kromme wordt minder steil), dus de weerstand wordt groter. Immers of aan de hand van een voorbeeld twee punten aflezen uit de grafiek en de weerstand bepalen. Bijv.
7
We sluiten dit lampje in serie met een weerstand aan op een spanningsbron van 12,0 V. We meten de spanning over het lampje. Deze blijkt 5,0V te zijn. b. Teken het schakelschema en bereken de grootte van de gebruikte weerstand.
8
4 Lampen aansluiten Twee verschillende lampjes moeten op een spanningsbron worden aangesloten en via 2 weerstanden zo geschakeld worden dat ze op hun juiste spanning branden. Lampje 1 is 6,0 V; 2,0 A en lampje 2 is 3,0 V; 2,5 A. Hieronder zie je 2 mogelijkheden. Bereken in elk van de 2 schakelingen de grootte van de weerstanden R1 en R2 waarbij de lampjes op de voorgeschreven spanning zullen branden.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.