Direct taalgebruik Taalhulp p.245-246.

Presentatie over: "Direct taalgebruik Taalhulp p.245-246."— Transcript van de presentatie:

1 Direct taalgebruik Taalhulp p

2 GTST: Afl. 13 (Seizoen 1) Deel 1
1:00 6:22

3 Ruzie Of denk je soms dat dit mijn schuld is? Oh, is dat dan niet zo?
Nee, ‘t is maar dat je ‘t weet. Die slijmbal probeerde me te versieren.

4 Krachttermen Donder op!

5 Dreigen Dat kan je maar beter wel doen, Robert.
Ik denk dat de andere oplossing je nog minder bevalt. Of je belt Daniël, en je zet de feiten op een rijtje. Of je gaat m’n huis uit, nu meteen.

6 (waarschuwen) Je doet maar wat je niet laten kunt.

7 Irritatie uiten tegen een opdringerig persoon
Bemoei je er niet mee!

8 Spreekwoord Als de kat van huis is, dansen de muizen (op tafel).

9

10 GTST: Afl. 130 (Seizoen 1) Deel 3
Begin

11 Verwijten Leugenaar! Ik heb één van je leugens ontmaskerd.

12 Aanvallen Wat probeer je eigenlijk te bereiken? Waar ben je mee bezig?

13 Zich verdedigen Waar héb je het over? Nou, zeg!

14 Krachtterm Sodemieter op! Vloeken Schelden
Het vloekwoord, de krachtterm

15

16

17

18

19 Krachttermen Bond tegen het Vloeken

20 Krachttermen Discussie: Welke scheldwoorden zijn de vaakst gebruikte?
Welke woorden stelt Peter Smit voor? Bestaat een “bond tegen het vloeken” in Tsjechië? Wat vind jij van dit initiatief? Zijn er Nederlandse scheldwoorden die je wel eens gebruikt? Welke scheldwoorden vind jij echt niet kunnen?

21 Krachttermen Vloeken moet kunnen : discussie
Vanaf 1:04 OPDRACHT SPREKEN Parafraseer de mening van de deelnemers Bij wie sluit je je aan? Waarom? Iedereen speelt een rol. Voer de discussie nog eens.

22 Discussie Arie

23 Discussie

24 Discussie

25 Discussie

26 Discussie

27 Discussie

28 Discussie