Wat zou jongeren aan kunnen spreken? Hoe spreek ik jongeren aan? Etc.? Wat heb ik jongeren te bieden? Hoe kan ik vormgeven aan de MAS? Hoe de MAS inrichten.

Presentatie over: "Wat zou jongeren aan kunnen spreken? Hoe spreek ik jongeren aan? Etc.? Wat heb ik jongeren te bieden? Hoe kan ik vormgeven aan de MAS? Hoe de MAS inrichten."— Transcript van de presentatie:

1

2 Wat zou jongeren aan kunnen spreken? Hoe spreek ik jongeren aan? Etc.? Wat heb ik jongeren te bieden? Hoe kan ik vormgeven aan de MAS? Hoe de MAS inrichten dat jongeren nog weleens vrijwilligerswerk willen gaan doen? Hoe kunnen wij inzicht krijgen in de leefwereld van jongeren?

3 Onderzoek Maatschappelijke Stagiairs & Vrijwilligerswerk Edwin Boezeman Tomas de WitThomas Zwaneveld Vragenlijstonderzoek (7-punt schaal, 7 is meest positieve waarde) 110 middelbare scholieren (vmbo, havo, vwo) Gemiddelde leeftijd 16 jaar Terugblik op de MAS

4 Tabel 1. Antwoord van de 110 MAS-Scholieren op de vraag ‘Doe je nu na de MAS vrijwilligerswerk?’ Ja, bij mijn maatschappelijke stage 7.3%8 MAS-scholieren Ja, bij een andere instelling 0.9%1 MAS-scholier Ja, ik deed al vrijwilligerswerk 6.4%7 MAS-scholieren Nee 83.6%92 MAS-scholieren Anders 1.8% 2 MAS-scholieren

5 Tabel 2. De 92 MAS-Scholieren die geen vrijwilligerswerk doen en de vraag ‘Zou je overwegen om nogmaals vrijwilligerswerk te doen bij de instelling waar je de MAS gedaan hebt, als je hiervoor gevraagd werd?’ Ja17.4%16 MAS-scholieren Misschien30.4%28 MAS-scholieren Weet Niet 6.5%6 MAS-scholieren Nee45.7%42 MAS-scholieren

6 Welke MAS-ervaringen van MASSERS dragen bij aan: Een positieve beleving van de MAS? Maatschappelijke Verantwoordelijkheid? De bereidheid om ook na de MAS nog eens iets aan vrijwilligerswerk te gaan doen?

7 Attitude “MAS is een leuke ervaring” Bekwaamheid “MAS is iets waar ik goed in ben” Subjectieve Norm “Mensen die belangrijk voor mij zijn vinden de MAS een goed iets” Persoonlijke Morele Overtuiging “MAS is een goede zaak” Model van Geplande Episodische Vrijwilligersactiviteit (Harrison, 1995) 4 factoren bevorderen de bereidheid tot vrijwillige inzet:

8 Attitude “MAS is een leuke ervaring” Bekwaamheid “MAS is iets waar ik goed in ben” Subjectieve Norm “Mensen die belangrijk voor mij zijn vinden de MAS een goed iets” Persoonlijke Morele Overtuiging “MAS is een goede zaak” Model van Geplande Episodische Vrijwilligersactiviteit (Harrison, 1995) 4 factoren bevorderen de bereidheid tot vrijwillige inzet: Voornemen tot Vrijwillige Inzet na MAS

9 Attitude “MAS is een leuke ervaring” Bekwaamheid “MAS is iets waar ik goed in ben” Subjectieve Norm “Mensen die belangrijk voor mij zijn vinden de MAS een goed iets” Persoonlijke Morele Overtuiging “MAS is een goede zaak” Model van Geplande Episodische Vrijwilligersactiviteit (Harrison, 1995) 4 factoren bevorderen de bereidheid tot vrijwillige inzet: Maatschappelijke Verantwoordelijkheid

10 Tabel 3. ‘Zou je overwegen om nogmaals vrijwilligerswerk te doen bij de instelling waar je de MAS gedaan hebt, als je hiervoor gevraagd werd?’ (N = 92 niet-vrijwilligers) Ja Misschien Weet Nee Niet MAS is een leuke ervaring6.20 5.10 5.21 3.66 MAS is iets waar ik goed in ben (competentie)6.34 5.32 5.42 5.22 Mensen die belangrijk voor mij 5.42 5.25 5.90 5.03 zijn vinden de MAS een goed iets Persoonlijke Overtuiging 5.71 5.60 5.39 4.81 (MAS is een goede zaak)

11 Positieve Bijdrage MAS (NUT) Positieve Bijdrage MAS-Organisatie (NUT) Begeleiding binnen MAS Model van Trots en Respect (Tyler & Blader, 2000) Gevoelens van Trots en Waardering bevorderen Werkmotivatie Trots op MAS Waardering binnen MAS Positieve Evaluatie MAS

12 Positieve Bijdrage MAS (NUT) Positieve Bijdrage MAS-Organisatie (NUT) Begeleiding binnen MAS Model van Trots en Respect (Tyler & Blader, 2000) Gevoelens van Trots en Waardering bevorderen Werkmotivatie Trots op MAS Waardering binnen MAS Positieve Evaluatie MAS

13 Ja Misschien Weet Nee Niet MAS-Stage heeft Nut5.565.124.563.80 MAS-Instelling heeft Nut4.224.804.283.88 Evaluatie Begeleiding MAS5.735.484.725.02 Trots 5.504.925.083.84 Waardering 6.155.615.215.42 Tabel 4. ‘Zou je overwegen om nogmaals vrijwilligerswerk te doen bij de instelling waar je de MAS gedaan hebt, als je hiervoor gevraagd werd?’ (N = 92 niet-vrijwilligers)

14 Welke MAS-ervaringen van MASSERS dragen bij aan: Een positieve beleving van de MAS? Maatschappelijke Verantwoordelijkheid? De bereidheid om ook na de MAS nog eens iets aan vrijwilligerswerk te gaan doen?

15 Attitude MAS heeft NUT “MAS is een leuke ervaring” Goede Begeleiding Bekwaamheid “MAS is iets waar ik goed in ben” Trots op MAS-(Organisatie) Subjectieve NormWaardering binnen “Mensen die belangrijk voor mij MAS-(Organisatie) zijn vinden de MAS een goed iets” Persoonlijke Morele Overtuiging “MAS is een goede zaak”

16 WERKGROEPEN CONTACT: Edwin Boezeman EBoezeman@fsw.leidenuniv.nl 0628481049 VRAGEN?