Pathologie en ziektebeelden

Presentatie over: "Pathologie en ziektebeelden"— Transcript van de presentatie:

1 Pathologie en ziektebeelden

2 Terugblik op de vorige les
Wat is een diagnose en wie stelt die? Waarom zijn er Classificatiesystemen van diagnoses? Wat is EBP? Waardoor vallen ouderen statistisch vaker dan jongeren? 1. Diagnose= het vaststellen van een ziekte Diagnose= mag alleen door arts gesteld worden 2. Artsen en onderzoekers dezelfde taal spreken Alle ziekten wereldwijd in kaart zijn gebracht (vergelijken en monitoren ziekte en gezondheid) Artsen ondersteund worden bij stellen diagnose 3. EBP =: “Het nemen van een beslissing op basis van het best beschikbare bewijs in combinatie met persoonlijke kennis en ervaring van de behandelaar afgestemd op de behoeften en voorkeuren van de patiënt”. EBP bestaat dus uit 3 onderdelen: wetenschappelijk bewijs, klinische expertise (deskundigheid) van de behandelaar, wensen en ervaringen van de patiënt. 4. Ouderen vallen statisch vaker dan jongeren door: Slechte motoriek en stijve spieren Trage reflex, val wordt niet goed gebroken Slechtziendheid, dementie of andere ziekten

3 Veel voorkomende ziekten
Stoornis: duidt op een afwijking in je lichaam of geest of het functioneren ervan Beperking: duidt op een verminderd functioneren door de gevolgen van een ziekte of aandoening Handicap: duidt op een belemmering in het sociaal- maatschappelijk functioneren (participatieprobleem) Acuut: treedt plotseling en onverwacht op en kan ook snel verdwijnen. Chronisch: ontstaat geleidelijk en kan langdurige klachten veroorzaken Een stoornis komt voort uit een lichamelijk probleem en een beperking is een gevolg van een ziekte of aandoening. Acute ziekte kunnen ernstig aflopen als er niet snel wordt behandeld. Acute ziekten kunnen ondanks dat ze behandeld worden wel chronisch worden. (nierproblemen kan acuut beginnen, dan start de dialyse en is de ziekte vaak chronisch)

4 Acute ziektebeelden Verkoudheid Griep Allergische reacties
Seksueel overdraagbare aandoeningen Hersenbloeding Hartinfarct Ziekten van uitscheidingsorganen en darmen Verkoudheid: = veel voorkomend en besmettelijk. Oorzaak komt door verschillende VIRUSSEN. Verschijnselen zijn bij een ieder bekend. Ziekte duurt rond de 7 dgn. Bij langer evt griep of iets anders. Dan naar de HA gaan. Griep: Naast verschijnselen van verkoudheid ook koorts en spierpijn. Griep kan complicaties veroorzaken (gevolgen agv griep= bijv. langdurig vermoeidheid, longonsteking etc). Kwetsbare doelgroepen worden ingeënt. De entstof is van het virus die dat jaar wordt verwacht. Maar het is mogelijk dat een andere virus opspeelt. Dan kunnen de mensen die gevaccineerd zijn toch de griep krijgen.

5 Stelling In de winter hebben meer mensen de griep dan in de zomer. Dit komt omdat het dan kouder is en mensen daardoor vatbaarder zijn voor infecties. Filmpje met antwoord op de stelling(2:37) Laat de klas discussiëren over de stelling en vraag ze om met een antwoord te komen. Speel daarna het filmpje af. Daarin wordt het antwoord aan het eind gegeven.

6 Allergische reacties Allergie: een overgevoelige reactie van het lichaam Symptomen: bijv. roodheid, zwelling, pijn en jeuk Reacties op een allergeen, de stof of prikkel die de overgevoelige reactie veroorzaakt. Bestrijding gaat met antihistamine (staat fout in boek op pagina 65) Filmje allegische reactie door wespensteek (3:07) Mensen die in aanraking komen met een allergeen kunnen hierop acuut een reactie krijgen. Bijv de Hulk, maar dan in het rood…. ;-) Vraag de klas naar potentiele allergenen: (huis) stof, parfum/ deo, grassen-- hooikoorts-- , rook, chemische stoffen etc.

7 Seksueel overdraagbare aandoeningen
Chlamydia: ontsteking urinebuis, keel, anus, baarmoederhals Genitale wratten: wratten rondom vagina of penis Gonorroe: vaginale afscheiding / druiper Herpes genitalis: jeuk en geïrriteerd, branderig of pijnlijk gevoel Syfilis: bacteriële infectie HIV (aids-thema 3.3.8) virus dat immuunsysteem kapot maakt Soa’s worden over gedragen via seksueel contact. (speeksel, voorvocht, vaginaal vocht, sperma en bloed. Soa’s kunnen tijdens een zwangerschap/ geboorte worden over gedragen naar een baby. GEBRUIK EEN CONDOOM! 4 meest voorkomende soa’s:

8 Foto’s SOA’s Foto 1: Chlamydia in de mond Foto 2: Genitale wratten
Foto 3: Gonorroe Foto 4: Herpes genitalis

9 CVA= cerebral vasculair accident Hersenbloeding, herseninfarct, TIA; de verschillen:
Bloeding: Er stroomt bloed uit het geknapte bloedvat wat op hersencellen drukt. Achterliggend weefsel wordt niet meer van bloed= zuurstof + voeding voorzien en sterft af.  Hoe ontstaat een hersenbloeding? De oorzaak van een hersenbloeding is een scheurtje in een bloedvat. Er stroomt dan bloed in of rond de hersenen. Het bloed hoopt zich op en duwt het hersenweefsel weg. Hierdoor wordt het hersenweefsel beschadigd. Een hersenbloeding kan ontstaan door een door een zwakke plek in de bloedvaten (aneursyma) of misvorming in de of door hoge bloeddruk. Maar een bloeding kan ook komen door een ongeval. Een aneurysma ontstaat langzaam gedurende het leven. Met het ouder worden groeit het aneurysma langzaam tot een ballonnetje. Hoge bloeddruk en slagaderverkalking versnellen dit proces. Als het aneurysma scheurt ontstaat er een bloeding.  Bij onderzoek met een CT-scan is het een bloeding duidelijk te zien.

10 Herseninfarct Herseninfarct : Beroerte door een afgesloten bloedvat in de hersenen. Dat kan komen door een vernauwd bloedvat, bloedpropje (bloedstolsel) door hartritmestoornissen, of gebreken aan de hartklep die stolsels laat vormen. Herseninfarct: Een herseninfarct ontstaat door een vernauwd of afgesloten bloedvat in de hersenen door: aderverkalking, bloedstolsel, bloedpropje van elders uit het lichaam, (embolie) De bloedpropjes kunnen via de bloedbaan in kransslagaderen, hersenen of andere organen terechtkomen. Als ze daar een slagader afsluiten kan dat bijvoorbeeld een hartinfarct of beroerte tot gevolg hebben. Het propje reist mee(=ruiterembolie) in de krachtige bloedstroom van de grote slagaders totdat het in een kleine slagader komt en niet verder kan. Als een kurk sluit het propje de slagader van het ene op het andere moment af. Het bloedpropje kan ook op de plaats van de afsluiting zelf ontstaan

11 TIA – Een voorteken van een beroerte
“Transient Ischemic Attack” – een afsluiting van voorbijgaande aard in de bloedtoevoer naar de hersenen Kan als een waarschuwing worden gezien voor een echte beroerte met blijvende gevolgen Klachten zijn binnen24 uur weg. filmpje hersenbloeding Een TIA is een lichte beroerte, een miniberoerte, waarbij een bloedstolsel (embolie) korte tijd een slagader in de hersenen afsluit, waardoor er uitval ontstaat. De uitval kan een paar minuutjes duren, maar ook een half uur aanhouden. Iemand met een TIA kan een hangende mondhoek hebben. Slecht praten (niet op woorden kunnen komen, vreemde taal uitslaan etc).  Soms kan iemand zijn/haar arm niet bewegen. Als je denkt dat iemand een TIA of een hersenbloeding heeft (beide dezelfde symptomen) kun je vragen of de persoon zijn arm omhoog wil tillen. Zijn tanden wil laten zien of iets laten zeggen. Lukt dit niet dan kun je het beste het alarmnummer draaien. Deze symptomen van een TIA verdwijnen meestal weer snel en de persoon zal geen blijvend letsel over houden. Toch is een TIA wel degelijk gevaarlijk, omdat er soms een hersenbloeding of een herseninfarct  optreedt.

12 Ziekten van uitscheidingsorganen en darmen
Nieren: belangrijke functie bij het uitscheiden van afvalstoffen en ze produceren hormonen die de vochtbalans in je lichaam regelen - behandelingen: dialyse / niertransplantatie Filmpje dialyse (3:50) Blaasontsteking: bacteriële ontsteking van de blaaswand (antibiotica) Filmpje blaasontsteking (2:35) Elk mens heeft 2 nieren die elk voor 100% werken = totaal 200%. Je kunt nog redelijk goed leven met een nierfunctie van 50%. Dan volgt dialyse of transplantatie (zijn lange wachtlijsten voor). Kennen de student iemand die dialyseert? Kunnen ze daar wat over vertellen? Vraag de studenten of ze ook nagedacht hebben of ze zelf organen willen afstaan. Blaasontsteking kan chronisch worden. Ook kinderen kunnen daar last van hebben komt dan vaak door een afwijking aan de urine wegen. Blaasontsteking komt vaker bij vrouwen voor dan bij mannen omdat mannen een langere plasbuis hebben. Daardoor kunnen bacteriën minder makkelijk naar binnen. Homofiele mannen hebben statistisch wel meer kans op een blaasontsteking door onbeschermde anale seks. Klachten blaasontsteking: > plassen, plassen is pijnlijk, branderig, sterk ruikende urine, zeurende pijn id onderbuik. Blaasontsteking bij ouderen kan ernstig verward gedrag veroorzaken. Behandeling: Antibiotica en > drinken. Filmpje van de blaasontsteking kun je ook overslaan.

13 Opdracht stellingen Zieke mensen klagen veel. Een ziekte herken je zo!
Een welzijnswerker moet ziektes kunnen herkennen. Iemand die een zieke heeft, is zielig. Kinderziektes zijn onschuldig. Ziektes vind ik meestal eng. Iemand die ziek is, wil ik helpen. Kies een paar stellingen. Hierna komt een Kahoot over hoofdstuk 2. Hiervoor heb je in totaal ong. 20 minuten tijd nodig. Voor inloggen en wachtwoorden van de Kahoot zie mijn mail.

14 Huiswerk volgende keer
Lezen §3.3 Chronische ziektebeelden Uittreksel maken van §3.1 en §3.2

15 Kahoot!! Hoofdstuk 2