Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Overheidsinterventie
Direct overheidsingrijpen bij een markt van volkomen concurrentie: Minimumprijs / garantieprijs
2
Volkomen concurrentie
100 Marktmodel: Qv = -P + 100 Qa = 2P - 40 Evenwichtsprijs (€ 0,47) Qv 80 prijs (in centen) Qa 60 40 20 20 40 60 80 100 hoeveelheid × 1.000
3
EU landbouwbeleid: minimumprijs
100 Het behouden van een eigen voedselproductie wordt belangrijk gevonden. De evenwichtsprijs is te laag: boeren kunnen niet in hun bestaan voorzien. Oplossing: een minimumprijs voor de producten in de landbouw (ook wel: garantieprijs) In dit voorbeeld: € 0,60 Qv 80 prijs (in centen) Qa 60 Pmin 40 20 20 40 60 80 100 hoeveelheid × 1.000
4
Minimumprijs 100 Qv = -P + 100 Qa = 2P - 40 Evenwichtsprijs € 0,47 Minimumprijs € 0,60 Door de invoering van de minimumprijs (hoger dan de evenwichtsprijs), ontstaat een probleem: consumenten willen bij een hogere prijs minder kopen (betalingsbereidheid) producenten willen bij een hogere prijs meer produceren (leveringsbereidheid) Qv 80 prijs (in centen) Qa 60 Pmin 40 20 20 40 60 80 100 hoeveelheid × 1.000
5
Minimumprijs Consumenten kopen nu: Producenten produceren nu:
100 Qv = -P + 100 Qa = 2P - 40 Evenwichtsprijs € 0,47 Minimumprijs € 0,60 Consumenten kopen nu: Qv = = 40 (000) stuks Producenten produceren nu: Qa = 2×60 – 40 = 80 (000) stuks Er ontstaat dus een productie-overschot van stuks Qv 80 prijs (in centen) Qa 60 Pmin 40 20 20 40 60 80 100 hoeveelheid × 1.000 productie-overschot
6
Minimumprijs Bij deze minimumprijs geldt: 100 Qv = -P + 100
Qa = 2P - 40 Evenwichtsprijs € 0,47 Minimumprijs € 0,60 Bij deze minimumprijs geldt: Qv = stuks en Qa = stuks Dit overschot ( stuks) moet worden opgekocht (gegarandeerd): tegen € 0,60 Totale kosten: × € 0,60 = € Qv 80 prijs (in centen) Qa 60 Pmin 40 20 20 40 60 80 100 hoeveelheid × 1.000 productie-overschot
7
Randvoorwaarden minimumprijs
Aanbodoverschot: vernietigen (“doordraaien”) dumpen (ver) buiten je afzetgebied (/exporteren met exportsubsidie) Bovendien: Buitenlandse producten niet toelaten op je markt (met invoerheffingen) Productie-uitbreiding van je eigen producenten aan banden leggen (bijv. melkquota)
8
Gevolgen minimumprijs
Productie blijft behouden in eigen land Maar: Consumenten betalen meer dan nodig is Door het ontbreken van buitenlandse producten is er voor consumenten minder te kiezen Er is extra belastinggeld nodig voor het opkopen van de overschotten Wanneer producten worden geëxporteerd is er sprake van oneerlijke concurrentie
9
Verwerkingsopgave Bereken: De omvang van het aanbod-overschot
1000 Marktmodel binnenlandse markt uitgangssituatie: Qv = -¼P + 250 Qa = ½P – 100 Wereldmarktprijs van € 350 Minimumprijs van € 600 Bereken: De omvang van het aanbod-overschot De kosten voor het in stand houden van deze minimumprijs De minimale hoogte van de invoerheffing van buitenlandse substituten Qv prijs 800 Qa 600 400 200 50 100 150 200 250 hoeveelheid × 1.000
10
Verwerkingsopgave aanbodoverschot
1000 Marktmodel binnenlandse markt uitgangssituatie: Qv = -¼P + 250 Qa = ½P – 100 Wereldmarktprijs van € 350 Minimumprijs van € 600 Bij een minimumprijs van € 600: Qv = -¼ × =100 Qa = ½ × 600 – 100 = 200 – Aanbodoverschot = 100 (× stuks) Qv prijs 800 Qa 600 Pmin 400 200 50 100 150 200 250 hoeveelheid × 1.000 aanbod-overschot
11
Verwerkingsopgave kosten minimumprijs
1000 Marktmodel binnenlandse markt uitgangssituatie: Qv = -¼P + 250 Qa = ½P – 100 Wereldmarktprijs van € 350 Minimumprijs van € 600 Aanbodoverschot: stuks Het overschot ( stuks) moet worden opgekocht tegen € 600 Kosten / belastinggeld: € 60 mln. Bovendien betalen consumenten meer dan noodzakelijk is. Qv prijs 800 Qa 600 Pmin 400 200 50 100 150 200 250 hoeveelheid × 1.000 aanbod-overschot
12
Verwerkingsopgave invoerheffing
1000 Marktmodel binnenlandse markt uitgangssituatie: Qv = -¼P + 250 Qa = ½P – 100 Wereldmarktprijs van € 350 Minimumprijs van € 600 Waar koop jij je product? op de wereldmarkt voor € 350 of in eigen land voor € 600 ? Buitenlandse producten moeten dus minimaal € 600 gaan kosten: invoerheffing minimaal € 250 Qv prijs 800 Qa Pimport 600 Pmin + € 250 400 Pwereld 200 50 100 150 200 250 hoeveelheid × 1.000
13
Doordenker….. Afschaffing handelsbeperkingen
1000 Marktmodel in de uitgangssituatie: Qv = -¼P + 250 Qa = ½P – 100 Wereldmarktprijs van € 350 Minimumprijs van € 600 Hoeveel producten worden geïmporteerd bij vrije markt? Binnenlandse vraag bij € 350: Qv = -¼ × = 162,5 (× 1.000) Binnenlands aanbod bij € 350: Qa = ½ × 350 – 100 = 75 (× 1.000) Import: stuks Qv prijs 800 Qa 600 Pmin 400 Pwereld 200 50 100 150 200 250 75 162,5 hoeveelheid × 1.000 import
14
Overheidsinterventie
Direct overheidsingrijpen bij een markt van volkomen concurrentie: Maximumprijs
15
maximumprijs Sociale woningmarkt: Qv = -P + 10 P = huur in € 100
Qa = P – 2 Q = aantal woningen ×10.000 Betaalbaarheid van het product voor ALLE burgers wordt belangrijk gevonden, maar de evenwichtsprijs wordt te hoog, zodat niet alle burgers het kunnen betalen. Mogelijke oplossing: instellen maximumprijs In dit voorbeeld: € 450 10 Qa Qv prijs (× 100) 7 6 Pmax € 450 4 2 2 4 6 8 10 hoeveelheid ×
16
Maximumprijs – het probleem
Sociale woningmarkt: Qv = -P + 10 P = huur in € 100 Qa = P – 2 Q = aantal woningen ×10.000 Bij deze maximumprijs: Consumenten willen: Qv = -4, = 5,5 (55.000) huurwoningen Producenten bieden aan: Qa = 4,5 – 2 = 2,5 (25.000) huurwoningen Er ontstaat dus een vraagoverschot van woningen 10 Qa Qv prijs (× 100) 7 6 Pmax € 450 4 2 2 4 6 8 10 vraagoverschot hoeveelheid ×
17
Maximumprijs – de oplossing?
Geen oplossing: tekort aan producten Verdeelsysteem verzinnen eerst komt – eerst maalt prioriteitenlijst bonnensysteem Voorbeelden in praktijk: woningmarkt gezondheidszorg 10 Qa Qv prijs (× 100) 7 6 Pmax € 450 4 2 2 4 6 8 10 vraagoverschot hoeveelheid ×
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.