Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdClara de Ridder Laatst gewijzigd meer dan 6 jaar geleden
1
Klein II vaarbewijs 7e bijeenkomst
2
programma Testje Oorzaken van het getij Twee vloedgolven? Begrippen
Het berekenen van waterhoogte De regel van de een twaalfden Getijstromen
3
Het ontstaan van het getij
De appel van Newton Zon en Maan Gemeenschappelijk zwaartepunt 24 uur en 50 minuten Maanstanden Spring en doodtij, 7 dagen Leeftijd van het getij
4
Wat beïnvloedt het tij nog meer
Land en landvormen De afstand van de aarde tot de zon Stand van de maan ten opzichte van de evenaar. wind
5
begrippen Hoogwater, als het water niet meer stijgt maar ook nog niet aan het dalen is Laagwater Kentering, de overgang van vloed naar ebstroom of omgekeerd Verval, verschil tussen HW en het daaropvolgend laagwater Springtij-doodtij, grootste verschil kleinste verschil getijkromme
6
Nog meer begrippen Reductievlak, een denkbeeldig vlak op basis waarvan alle hoogtes en dieptes op de kaart worden aangegeven LAT, lowest astronomical tide IJsselmeerpeil NAP, vast niveau in de 19e eeuw vastgelegd ongeveer gemiddeld zeeniveau Middenstandsvlak, ligt tussen HW en LW in en wordt gebruikt voor hoogtes
7
En nog meer Rijzing, de hoogte van het water boven het reductievlak
Kaartdiepte, waterdiepte van bodem tot reductievlak zoals in de kaart aangegeven, Waterhoogte waargenomen, 1,4 Hpa =1cm Wind opzet Wantij plaats waar twee vloedstromen bij elkaar komen
8
Berekenen van waterhoogten
Getijtafels, twee soorten KM (HP33) en RWS Hoog en laag water op een specifieke plaats Even oefenen
9
Som 1 Harlingen 19 mei 2015 Reductievlak HP33 LAT Zeekaarten zijn LAT
Wat lees je hieruit af. Oefenen met de waddenkaart 19 mei Hoog water Laag water 11:30 23 06:20 2 23:45 18:46 1
10
Twee getijtafels HP33, werkt met LAT, erg geschikt voor zee en zeekaarten die ook LAT gebruiken Getijtafels voor Nederland, meer geschikt voor de binnenwateren, reductievlak is NAP.
11
Tijden, een intermezzo MET UTC GMT LT BT
Even rekenen, is zomertijd later of vroeger en welke tijdzone nemen we dan aan.
12
HP33 detail hoogtes voor een primair station
In de HP33 wordt de hoogte voor elk uur gegeven voor die locatie Zoek de tijd die jij nodig hebt en interpoleer tussen die tijden de hoogte
13
Regel van twaalfden Gezien de getijkromme kun je voor 6 uur niet lineair interpoleren Je verdeel 6 uur in 12 stukken 1e uur 1/12 2e uur 2/12 3e en 4e uur 3/12 5e uur 2/12 6e uur 1/12
14
Verschillen HP33 en RWS HP33 Getijtafels RWS LAT = NAP-134cm
Waterhoogten in dm Waterstanden t.o.v. LAT Getijtafels RWS Waterhoogten in cm Waterstanden t.o.v. NAP Alleen hoog en laagwaterstanden LAT = NAP-134cm
15
Getijde gegevens in de zeekaart
In de kaart vind je hoogten op locaties Maar je moet nog wel hoog en laag water tijden kennen
16
1 zevende regel Springtij en doodtij liggen ongeveer 7 dagen uit elkaar Het verval tussen een HW en LW kun je dus in 7 stukken verdelen Is ook bruikbaar voor stroomsnelheden
17
getijstromen Zeestromen Getijstromen Windstroom
Horizontale waterbeweging Vloedstroom Ebstroom Windstroom
18
wybertjes In de kaart staan wybertjes
Deze geven bij een bepaalde waterstand de stroomsnelheid HP33 heeft ook stroomkaarten
19
Nog even een weerkaart
20
vandaag
21
wolkensoorten
22
kustwinden Thermisch hoog Thermisch laag
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.