De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

How to deal with soil contamination in relation to Art 5 and 6 GWD

Verwante presentaties


Presentatie over: "How to deal with soil contamination in relation to Art 5 and 6 GWD"— Transcript van de presentatie:

1 How to deal with soil contamination in relation to Art 5 and 6 GWD
Co Molenaar Senior policy advisor Directorate Water and Soil November 29, 2018

2 What says art of the GWD? …….those plumes resulting from point sources and contaminated land, Member States shall carry out additional trend assessments for identified pollutants in order to verify that plumes from contaminated sites do not expand,……….. De boodschap: Art geeft aan dat het grondwater zelf een receptor is dat beschermd moet wordenen en dat een verontreiniging zich niet mag verspreiden. Maar de vraag is hoe dit operationeel te maken. Grondwater stroomt immers altijd en er vindt dus altijd verspreiding plaats. In deze presentatie wordt ingegaan hoe NL dit operationaliseert in relatie tot bodemverontreiniging. November 29, 2018

3 What says art. 6.3 of the GWD? It describes the possibility of an exemption. Relevant is sub art. (e) (.) Member states may exempt (.) inputs (.) that are (.) in the view of the competent authorities incapable, for technical reasons, of being prevented or limited without using: (i) measures that would increase risks to human health or to the quality of the environment as a whole; or (ii) disproportionately costly measures to remove quantities of pollutants from, or otherwise control their percolation in, contaminated ground or subsoil; Guidance document no 17: explains direct input (p.12) annex 1 gives examples Art beschrijft dat er in principe uitzonderingsmogelijkheden zijn, met name als er een disproportionaliteit in kosten versus baten naar het milieu zijn. Het guidance document geeft aan dat op pag. 12 historische bodemverontreinigingen als een directe input moet worden gezien en dus onder de reikwijdte van de GWD valt. In NL veel discussie geweest of een historische grondwaterverontreiniging nu als een input moet worden gezien. De vraag is nu natuurlijk wat een kosteneffectieve sanering is. Voor mobiele verontreinigingen, bijvoorbeeld van textielreinigers (drycleaners), zit zelfs de bronzone tot op grote diepte en is het technisch niet mogelijk om dit op een kosteneffectieve manier weg te halen. Bovendien, hoe om te gaan als de verontreiniging onder een pand zit? November 29, 2018

4 Soil contamination Some remarks:
The Netherlands: historical contamination before 1987 Contamination can be defined in a source zone and a plume Owner of a site is responsible and liable Mobile contaminations are hard to remediate (source zone >40 m depth) Urban areas often mixed plumes Discussion: How to make it possible on an operational level to protect groundwater as a receptor itself by historical groundwater contamination? Hier op kernachtige manier aangeven hoe ons bodemsaneringsbeleid in elkaar zit. De volgende plaatjes illustreren dit. November 29, 2018

5 Single plume; single owner
Zelfs bij een eenvoudige verontreiniging kan het toch nog problemen opleveren. Als mobiele verontreinigingen tot op grote diepte zitten waar je technisch niets aan kan doen, dan probeer je risico’s van de verontreinigde pluim te beheersen (control or manage). Pump en treat is vaak geen oplossing en niet duurzaam. Nog erger wordt het in de volgende situatie (volgende sheet) Monitoring of single plumes 5 &

6 Complex monitoring by multiple parties
Heath / cold system Parking garage Metro tunnels Drinking water extraction Verschillende verontreiniging lopen door elkaar waardoor niet goed is aan te geven wie waarvoor is aansprakelijk. Dit betekent in de praktijk dat er geen sanering van de verontreiniging plaatsvindt. Bovendien zien we in NL een steeds meer toenemend gebruik van de ondergrond. Dit gebruik beïnvloedt de verspreiding van de pluim. Omgekeerd kan met een warmte/koude opslag mogelijk de verontreinigin op zijn plaats worden gehouden. Dit is natuurlijk heel sterk afhankelijk vabn de lokale geohydrologische situatie. Om uit deze impasse te komen en toch te voldoen aan de GWD willen we naar een gebiedsgerichte aanpak van verontreinigd grondwater. Zie hiervoor volgende sheet Multi party monitoring of intermingled plumes 6 &

7 Area approach: decouple sources and plumes
We proberen, gezien het toenemend gebruik van de ondergrond, de bronzones zoveel als mogelijk te saneren, waardoor er een werkelijke trendomkering, conform de GWD, plaatsvindt. De verontreinigde pluimen blijven ij het gebied achter en willen we beheersen door een monitoringssysteem op gebiedsniveau aan te leggen waarmee kwetsbare objecten zowel binnen als buiten het gebied worden beschermd. Indien verspreiding naar deze objecten onaanvaardbare risico’s oplevert dan wordt er alsnog ingegrepen. Het voordeel hiervan is dat de onzekerheden voor de eigenaar van de verontreiniging veel kleiner zijn en hij precies weet wat de kosten van de aanpak van de bronzone zijn. De kosten voor de pluim betaalt hij aan een gebiedsbeheerder, door middel van een afkoopsom (redemption money). De gebiedsbeheerder is een publieke organisatie want die is verantwoordelijk voor een goede kwaliteit van het grondwater. De vervuiler betaalt principe blijft dus overeind. Na betaling van de afkoopsom wordt het bedrijf gevrijwaard voor verdere aansprakelijkheid. Is een belangrijke drive. Integrated management and monitoring 7 &

8 Dutch soil policy Sites with unacceptable risks for humans and the environment are: Contamination of soil volume is >6000 m3 Migration of contaminated groundwater is >1000 m3/year Relationship to vulnerable objects Mobile contamination: the source is remediated; the plume is managed reverse of the trend of contamination, no exemption is needed Sometimes: even source can not be remediated (too deep) no fully reverse of trend, exemption (including monitoring) is needed Management of plumes on an area approach is possible: monitoring on the edge of the area or in relation to vulnerable objects Hier op hoofdlijnen wanneer er sprake is van sanering. Als een sit meer dan een zekere omvang heeft en/of de verspreing meer dan 1000m3 bedraagt. Of als er een relatie tot een kwetsbaar object is (grens geldt voor binnen 100m.) Als een verontreiniging een kwetsbaar object bedreigt zal gepoogd worden om alle verontreinigingen zo veel als mogelijk weg te halen. In NL vooral veel discussie als er geen relatie tot een kwetsbaar object is en het grondwater zelf dus beschermd moet worden. Wij zeggen bij historische verontreinigfingen dat we alleen gebruik willen maken van de exemption als er een deel van de bronzone door technische omissie blijft zitten. In dat soort gevallen kijken we vervolgens nog of er een sterke verspreiding plaatsvindt : meer of minder dan 1000m3/jaar. Als de verspreiding van de restverontreiniging (stukje bronzone en pluim) <1000m3/jaar is dan geen exemptionaanvraag. Indien de verspreiding (stukje bronze en pluim) >1000m3/jaar verspreidt dan is het aan het bevoegd gezag (competent authority) om te beoordelen of aanvullende monitotring vereist is. In het geval van een relatie tot een kwetsbaar object is er bij een restverontreinig altijd monitioring gewenst. November 29, 2018

9 Conclusion The Dutch approach in relation to soil contamination fulfils the requirements of art 5.5 and 6.3 of GWD Decouple source zone and plume Only exemption if source zone can not be remediated Different approach for vulnerable zones Migration rate (1000 m3/year) itself is an criteria for exemption November 29, 2018


Download ppt "How to deal with soil contamination in relation to Art 5 and 6 GWD"

Verwante presentaties


Ads door Google