Maar nu…. Een nieuwe school… Nieuwe docenten… Nieuwe vakken… Biologie

Presentatie over: "Maar nu…. Een nieuwe school… Nieuwe docenten… Nieuwe vakken… Biologie"— Transcript van de presentatie:

1

2 Maar nu…. Een nieuwe school… Nieuwe docenten… Nieuwe vakken… Biologie
Hoe gaan we werken?

3 Boeken Tekstboek Werkboek (met opdrachten)

4 Boeken Boek bestaat uit verschillende thema’s (hoofdstukken)
Thema 1: Wat is biologie Thema’s bestaan uit verschillende basisstoffen Basisstof 1: Levend – dood – levenloos Einde van het hoofdstuk De diagnostische toets (oefentoets) Samenvatting (doelstellingen)

5 Werkwijze biologie Tijdens de les
Uitleg en aantekeningen Werken aan opdrachten (uit het boek of van mij) Practica Soms achter de computer Zorg voor een snelhechter of map waarin je het werkboek doet! Doe er ook een paar vellen lijntjes papier in voor aantekeningen.

6 Wat moet je allemaal doen in een thema
Goed luisteren naar de uitleg Neem aantekeningen over Je maakt een begrippenlijst van de blauwe woorden Huiswerk maken en leren! Overnemen

7 Bord gaat voor magister.
Huiswerk Waar staat het? Op het bord  dus in je agenda zetten! Meteen maar doen! Magister Ziek geweest? Dan kun je dus gewoon in magister zien wat je moet doen Bord gaat voor magister.

8 Cijfers Elk thema een repetitie  telt 4x mee
Elk thema minimaal 1 PO  telt 2x mee

9 Regels Je gaat netjes met elkaar en het lokaal om
Je hebt altijd je spullen bij je Je eet tijdens de les niets Je luistert naar de uitleg (betekent meer tijd voor leuke dingen) Je werkt rustig aan de opdrachten die je krijgt

10 Wat is biologie? De ‘waar denk je aan bij biologie’ strandbal
Als je de bal krijgt: Zeg je je naam Beantwoord de vraag die je als eerste ziet Gooi je de bal (normaal) naar een volgend persoon

11 Wat is biologie Bios Logos Biologie leven Leer of wetenschap
Leer van het leven

12 Bs 1: Levend – dood – levenloos

13 Leerdoelen Je kan omschrijven wat biologie is
Je kan onderscheiden of iets levend, dood of levenloos is Je kan de zeven levensverschijnselen noemen

14 Organismen Organisme: een levend wezen
Organismen vertonen levensverschijnselen Levensverschijnselen: kenmerken die alle organismen hebben

15 Levend, dood of levenloos
Levend: organisme dat levensverschijnselen vertoont Dood: het heeft geleefd, maar vertoont nu geen levensverschijnselen meer Levenloos: heeft NOOIT geleefd

16 Voorbeelden

17 Opdracht Maak opdracht 1en 2 in je werkboek. Pg. 6
Klaar? Begin vast aan opdracht 8 min.

18 7 levensverschijnselen

19 Levensverschijnselen
Ademhalen Voeden Uitscheiden Waarnemen (zien, horen, voelen en ruiken) Bewegen Voortplanten Groeien

20 Moeilijk te onthouden? Ezelsbruggetjes VV buwag
Als = Ademhalen Vader = Voortplanten Uitgaat = Uitscheiden Wordt = Waarnemen Vader = Voeden Goed = Groeien Bezopen = Bewegen VV buwag

21 Oefenen: https://www.youtube.com/watch?v=VoHDerRARpE
Liedje:

22 Aan de slag! Huiswerk: M: 1 t/m 3 L: bs 1

23 Bs 2: tekeningen maken

24 Planning Herhaling Leerdoelen
Uitleg over het maken van goede biologie tekeningen Opdracht tekeningen maken Huiswerk

25 Herhaling Wat is een organisme? Wanneer is iets levenloos?
Wanneer noemen we iets dood? Wat zijn de 7 levensverschijnselen?

26 Leerdoelen van vandaag
Je moet de volgende dingen in een tekening kunnen onderscheiden: Natuurgetrouw of schematisch Buitenaanzicht, lengtedoorsnede, dwarsdoorsnede Je kunt de punten benoemen waaraan een goede tekening moet voldoen.

27 Biologie tekeningen Natuurgetrouw Schematisch

28 Biologie tekeningen Aanzichten Buitenaanzicht Lengtedoorsnede
Dwarsdoorsnede

29

30 Natuurgetrouwe tekening: alle details zijn zo nauwkeurig mogelijk weergegeven
Schematische tekening: alleen de belangrijkste kenmerken zijn weergegeven Buitenaanzicht: zoals het organisme er van buiten uitziet Lengtedoorsnede: zoals het organisme eruitziet als het in de lengterichting is doorgesneden Dwarsdoorsnede: Zoals het organisme eruitziet als het in de dwarsrichting is doorgesneden

31 Start van een tekening bij biologie
Horizontale lijn bovenin en verticale lijn rechts Titel: Natuurgetrouw of schematisch Buitenaanzicht/lengtedoorsnede/dwarsdoorsnede Inge val van een microscoop of loep: vergroting! Naam, datum en klas

32 Start van een tekening bij biologie
Naam Datum klas Schematische/natuurgetrouwe tekening van een …………………….. (Vergroting: …….x)

33 Tekenregels Maak grote tekeningen

34 Te klein

35 Goed!

36 Tekenregels Maak grote tekeningen
Gebruik een potlood (nooit stift of pen) Gebruik een liniaal om lijnen te zetten Benoem de onderdelen

37 Niet goed! Oog Gezicht Mond Naam
Datum Schematische/natuurgetrouwe tekening van een smiley Vergroting: …….x Oog Gezicht Mond

38 Goed! Oog Gezicht Mond Naam
Datum klas Schematische/natuurgetrouwe tekening van een smiley Vergroting: …….x Oog Gezicht Mond

39 Teken wat je ziet en niet wat je denkt dat je moet zien!

40 Opdracht tekeningen Werkblad helemaal doorwerken.
Deze les en de volgende les.

41 Huiswerk

42 Bs 3: vergroten

43 Planning Herhaling Leerdoelen Huiswerk

44 Herhaling Wat zijn de zeven levensverschijnselen?
Wat moet er allemaal in de titel staan? Welke twee typen doorsneden zijn er? Waar moet je opletten bij het maken van een biologie tekening

45 Leerdoelen van vandaag
Je kunt de delen van een bruine boon benoemen en herkennen in een afbeelding Je kent de functies van de onderdelen van een bruine boon. Je kunt uitleggen wanneer je loep of een microscoop gebruikt.

46 Loep of microscoop Loep Microscoop Kleine organismen
Hele kleine organismen

47 Zaden

48 De bruine boon Alle zaden zijn op dezelfde manier opgebouwd.
Nu kijken we naar de bruine boon

49

50

51

52 Zaadhuid: het vlies dat om het zaad zit
Zaadlob: deel van het zaad dat reservevoedsel bevat Navel: de plaats waar het zaad heeft vastgezeten aan de moederplant Hartvormig bultje: een donker bultje onder de navel Poortje: een opening in de zaadhuid Kiem: het begin van een worteltje en blaadjes in de zaad Kiemplantje: het plantje dat uit het zaad komt.

53 Voorbeeld toetsvragen
Benoem de nummers: 2, 3, 7 en 8 Wat is de functie van onderdeel 1? Je wilt een plant beter bekijken. Gebruik je dan een loep of een microscoop?

54 Huiswerk M: 7 t/m 9 L: bs 1 t/m 3

55

56 Bs 4: Tabellen en grafieken maken

57 Planning Herhaling Leerdoelen Uitleg tabellen
Maken opdracht 10 + bespreken Uitleg grafieken Voorbeeld toetsvragen Huiswerk

58 Herhaling Wat zijn de zeven levensverschijnselen?
Wat moet er allemaal in de titel staan? Welke twee typen doorsneden zijn er? Waar moet je opletten bij het maken van een biologie tekening

59 Leerdoelen van vandaag
Je kunt de delen van een bruine boon benoemen en herkennen in een afbeelding Je kent de functies van de onderdelen van een bruine boon. Je kunt uitleggen wanneer je loep of een microscoop gebruikt.

60 Tabellen Tabel: lijst waarin gegevens op een overzichtelijke manier worden weergegeven

61 Opdracht Maak opdracht 10 in je werkboek. Pg. 14
Klaar? Begin vast aan opdracht 11 10 min.

62 Grafieken Grafiek: plaatje waarin gegevens op een duidelijke manier zichtbaar zijn X-as: horizontale lijn Y-as: verticale lijn

63 Voorbeeld toetsvragen
Groeit tuinkers beter met of zonder licht? Leg je antwoord uit. Na hoeveel dagen is het plantje langer dan 3 cm. Wat hoort er bij de X-as te staan? ??????

64 Huiswerk M: 10 en 11 L: bs 1 t/m 4

65

66 Bs 5: Groei

67 Planning Herhaling Leerdoelen Voorbeeld toetsvragen Huiswerk

68 Herhaling Wat zijn de zeven levensverschijnselen Wat is de X-as?
Wat is de Y-as? Wat is de functie van het poortje bij een zaad?

69 Leerdoelen van vandaag
Je kunt omschrijven wat groei en wat ontwikkeling is. Je kunt de groei van een mens beschrijven.

70 Groeien Groeien: Het groter en zwaarder worden van een organisme.

71 Groeien Groeisnelheid: het aantal centimeters dat je per jaar groeit.
Groeispurt: een periode van snelle groei.

72 Groei van verschillende lichaamsdelen

73 Opdracht 12 (en 15) Meet je eigen lengte (wacht tot de docent zegt dat je mag gaan meten) Zet je lengte in je schrift en op het bord Iedereen lengtes opgeschreven? Bereken de gevraagde gemiddeldes van opdracht 14 Als je moet wachten werk je verder aan de opdrachten van bs 5.

74 Voorbeeld toetsvragen
Hoe noemen we een periode van snelle groei? Tussen welke leeftijden zijn meisjes langer dan jongens?

75 Huiswerk M: 12 t/m 15 L: bs 1 t/m 5

76

77 Bs 6: Ontwikkeling

78 Planning Herhaling Leerdoelen Uitleg ontwikkeling Maken opdrachten
Voorbeeld toetsvragen Huiswerk

79 Herhaling Welke delen van het lichaam groeien het langzaamst?
Wat is een groeispurt? Wat is de definitie van groeien? Wat zijn de 7 levensverschijnselen?

80 Leerdoelen van vandaag
Je kunt uitleggen wat groei en ontwikkeling is Je kunt de groei bij een mens beschrijven Je kan de verschillende typen ontwikkeling bij de mens benoemen Je kunt de levensfasen met de gemiddelde leeftijden en kenmerken benoemen Je kan omschrijven wat metamorfose is Je kan de levenscyclus van een vlinder en andere dieren beschrijven

81 Ontwikkeling Ontwikkeling: Het optreden van veranderingen in de bouw van een organisme.

82

83 Metamorfose Larven: jongen van dieren die een metamorfose ondergaan.
Metamorfose (gedaanteverwisseling): verandering van lichaamsbouw en levenswijze.

84

85 Levenscyclus: de stadia in het leven van een organisme samen
Rupsen: Larven van vlinders Vervellen: Het pantser breekt open en het organisme kruipt er uit. Verpoppen: een omhulsel vormen om het lichaam. Cocon: het omhulsel van een pop Imago: Een volwassen vlinder

86 Levensfasen

87 Voorbeeld toetsvragen
Hoe noemen we een persoon van 18 jaar? Welke 3 type ontwikkeling kent de mens? In welk stadium van de levenscyclus van een koolwitje vindt de meeste ontwikkeling plaats? En in welk stadium de meeste groei?

88 Huiswerk M: 16 t/m 22 L: bs 6

89

90 Bs 7: hoofdthema’s in de biologie Bs 8: Biologie in beroepen

91 Planning Herhaling Leerdoelen Hoofdthema’s in de biologie
Biologie in beroepen Voorbeeld toetsvragen Huiswerk

92 Herhaling Welke stadia kent de levenscyclus van de mens?
Welke 3 type ontwikkeling kent de mens? Uit welke vier stadia bestaat de levenscyclus van het koolwitje? Wat is metamorfose?

93 Leerdoelen van vandaag
Je moet de hoofdthema’s in de biologie kunnen benoemen en deze in voorbeelden herkennen Je kan beroepen noemen waarbij biologie een rol speelt.

94 Hoofdthema’s in de biologie
Zelfregulatie Zelforganisatie Interactie Reproductie Evolutie

95 Hoofdthema’s in de biologie
Wie weet er een goed ezelsbruggetje? Zelfregulatie Zelforganisatie Interactie Reproductie Evolutie

96 Zelfregulatie Zelfregulatie: organismen regelen veel dingen zelf en blijven hierdoor leven

97 Zelforganisatie Zelforganisatie: Tijdens de groei en ontwikkeling organiseren organismen zichzelf.

98 Interactie Interactie: het reageren van organismen op elkaar en de wisselwerking tussen organismen en hun omgeving.

99 Reproductie Reproductie: organismen reproduceren zichzelf door voortplanting.

100 Evolutie Evolutie: De ontwikkeling van het leven op aarde waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen

101

102 Bs 8: Biologie in beroepen

103

104

105 Opdracht Maak opdracht 25 in je werkboek. Pg. 15 8 min.

106 Voorbeeld toetsvragen
Welk(e) hoofdthema(’s) zie je in de afbeelding hiernaast? Geef een voorbeeld van evolutie. Noem drie beroepen waarbij je biologie nodig hebt.

107 Huiswerk M: 23 t/m 25 L: bs 5 t/m 8

108

109 Bs 9: De levenscyclus van de bruine kikker

110 Planning Herhaling Leerdoelen Uitleg levenscyclus bruine kikker
Voorbeeld toetsvragen Huiswerk

111 Herhaling Benoem de vijf hoofdthema’s die we onderscheiden in de biologie. Geef een voorbeeld van interactie Wat is zelforganisatie? Noem 3 beroepen waarvoor je biologie nodig hebt.

112 Leerdoelen van vandaag
Je kan de levenscyclus van een bruine kikker beschrijven

113

114

115 Ademhaling Uitwendige kieuwen en huid Inwendige kieuwen en huid
Longen en huid

116 Kikkerdril: eieren van kikkers
Kikkervisje: larve van een kikker Uitwendige kieuwen: aanhangsels waarmee ademgehaald wordt Inwendige kieuwen: kieuwen aan de binnekant van het lichaam (zoals bij vissen)

117 Voorbeeld toetsvragen
Wat is het voedsel van een kikkervisje? Een salamander ontwikkelt zich op een zelfde manier als een kikker. Wat is de manier van ademhaling van de salamander uit onderstaande afbeelding?

118 Huiswerk M: 26 t/m 28 L: bs 5 t/m 9

119

120 Bs 10: Nestvlieders en nestblijvers

121 Planning Herhaling Leerdoelen Uitleg nestvlieders en nestblijvers
Voorbeeld toetsvragen Huiswerk

122 Herhaling Welke stadia kennen we bij de kikker?
Hoe verandert de manier van ademhaling tijdens de ontwikkeling van kikkervisje tot kikker? Wat zijn de 5 hoofdthema’s in de biologie?

123 Leerdoelen van vandaag
Je kan de kenmerken van nestblijvers en nestvlieders noemen.

124 Nestblijvers en nestvlieders
Nestblijvers: dieren (Vogels) die na de geboorte hulpeloos zijn Nestvlieders: dieren (vogels) die na de geboorte direct het nest verlaten

125 Nestblijver Vogels zijn na de geboorte kaal, hulpeloos en blind
Blijven een tijdje in het nest

126 Nestvlieder Hebben bij de geboorte al veren of een vacht en kunnen al zien Kunnen binnen een dag al hun ouders volgen

127 Voorbeeld toetsvragen
Geef voor elke afbeelding aan of het een nestvlieder of een nestblijver is. Leg je antwoord uit.

128 Huiswerk M: 29 t/m 30 L: 6 t/m 10

129

130 Wat moet je kennen voor de repetie?
Alle teksten De definities op het blad Afbeeldingen Je werkboek Aantekeningen

131 Leer idee voor biologie
Leer de doelstellingen op pg. 28, 29 en 30 uit je hoofd. laat je overhoren. Bijv. Wat is biologie? Wat zijn de levensfasen bij de mens? Welke kenmerken horen er bij elke levensfase? leer de definities (zie blad) Laat je overhoren Lees de basisstoffen goed door en leer de afbeeldingen Maak een oefentoets of oefeningen op

132