Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdGustaaf de Graaf Laatst gewijzigd meer dan 6 jaar geleden
1
Vrijwilligerswerk: begripsbepaling, determinanten, evoluties
Lesley Hustinx Vakgroep Sociologie Centrum voor sociale theorie Vrijwilligerswerk: begripsbepaling, determinanten, evoluties Prof. dr. Lesley Hustinx – Emeritiforum KULeuven –
2
Inhoud Begripsbepaling Definitie Publieke perceptie
Determinanten vrijwilligerswerk Sociaal-demografisch profiel Motieven voor vrijwilligerswerk Evoluties in het vrijwilligerswerk Vrijwilliger en organisatie Bredere evoluties
3
(Hustinx et al., 2010)
4
Theorieën over vrijwilligerswerk
Verklarende theorieën Kritische theorieën
5
Lesley Hustinx Begripsbepaling
6
De definitie van vrijwilligerswerk
Lesley Hustinx De definitie van vrijwilligerswerk (Anheier, 2005, p.222 based on Cnaan, Handy & Wadsworth, 1996)
7
Vrijwilligerswerk: een sociaal construct
Lesley Hustinx Vrijwilligerswerk: een sociaal construct Publieke perceptie van vrijwilligerswerk? Wat verstaan mensen in het algemeen onder de noemer vrijwilligerswerk? ‘NETTO KOSTEN’-HYPOTHESE (Handy et al., 1996) Kosten-baten analyse: hoe hoger de netto kosten voor de vrijwilliger, hoe hoger de gepercipieerde individuele bijdrage, en hoe hoger de gepercipieerde waarde van het vrijwilligerswerk
8
Vrijwilligerswerk: een sociaal construct
‘Capteren’ van vrijwilligerswerk voor politiek-strategische doeleinden Voortdurende strijd om grensafbakeningen! (Verplichte) gemeenschapsdienst voor jongeren, langdurig werklozen … Vermaatschappelijking van de zorg Informalisering van vrijwillige inzet Werknemersvrijwilligerswerk Inburgering vluchtelingen via vrijwilligerswerk …
9
Wetenschappelijke cijfers variëren
Lesley Hustinx Wetenschappelijke cijfers variëren Studie KBS – zie Hustinx et al., 2015
10
“In 2014 zegt 15% van de volwassen Vlamingen onbetaald vrijwilligerswerk te doen. (…) Er is een forse terugval ten opzichte van voorgaande jaren. Het is nog te vroeg om van een trendbreuk te spreken” (Vrind, 2015, p,33)
11
Lesley Hustinx Determinanten
12
Wie doet vrijwilligerswerk?
De determinanten van vrijwilligerswerk zijn meest dominante onderzoekstopic (Wilson, 2000, 2012) ‘Dominant status model’ (Horton Smith, 1994) ‘Resource model’ (Wilson & Smith, 1997) Nonprofits zijn vooral op zoek naar individuen met een hoog ‘participatiepotentieel’ (Musick and Wilson, 2008, p.290) “One reason, perhaps the only reason, why some factors are associated with volunteering is that they increase the chances of being asked.” (p.293)
13
Ook in Vlaanderen het geval…
Aandeel van de Vlaamse bevolking dat vrijwilligerswerk verricht naar opleiding (in %)
14
Wie doet vrijwilligerswerk in Vlaanderen?
Het hoogste deelnamecijfer vinden we bij: Mannen en vrouwen Op middenleeftijd Met een diploma hoger onderwijs Een betaalde job Met 2 kinderen (<18j) in het huishouden
15
Wie doet vrijwilligerswerk in Vlaanderen?
De vrijwilligerspopulatie bestaat overwegend uit: Mannen en vrouwen 60-plus of jonger dan 30 jaar Met een diploma hoger onderwijs Een betaalde job Gehuwd of wettelijk samenwonend Zonder thuiswonende kinderen (<18j)
16
Ongelijkheid in vrijwilligerswerk?
Musick & Wilson (2008) wijzen op de sociale stratificatie van vrijwilligersactiviteiten volgens een verticale dimensie: Taken worden hiërarchisch gerangschikt volgens criteria zoals macht, prestige, autonomie … “From simple, repetitive and low-skilled jobs offering little room for autonomy or initiative to complex, varied and high-skill tasks offering much room for autonomy and decision-making. The tasks at the bottom of the hierarchy resemble the work of blue-collar and service workers while those at the top resemble the work of professionals and managers” (p.404) Replicatie van de wijze waarop betaalde jobs worden gerangschikt: zoals in betaald werk zijn bepaalde vrijwilligerstaken meer aantrekkelijk of prestigieus
17
Vrijwilligersactiviteiten naar opleiding
18
ongelijkheid in vrijwilligerswerk
Niet alleen de toegang tot vrijwilligerswerk is ongelijk verdeeld, maar ook het soort vrijwilligersactiviteiten, de sector waarin vrijwilligers actief zijn, en het aantal vrijwilligersuren hangen samen met sociaal-economische achtergrondkenmerken Vooral ongelijke toegang tot leidinggevende posities Mannelijke, hoogopgeleide, oudere vrijwilligers Naar sector worden aantal stereotype beelden bevestigd traditionele rolverdeling
19
Lesley Hustinx motieven
20
Motieven voor vrijwilligerswerk
Psychologische theorieën Volunteer Function Inventory Self-determination theory Sociologische theorieën Motieven zijn een reflectie van heersende waarden in een samenleving (Dekker and Halman 2003; Wuthnow 1991) Socialisatie in een bepaald waardenpatroon Religie en de norm van altruïsme Postmaterialisme en zelfontplooiing ‘Motive talk’ (Musick & Wilson, 2008; Wuthnow, 1991) Levensloopperspectief en biografie
21
Volunteer Functions Inventory
Lesley Hustinx Volunteer Functions Inventory Clary, E. G., & Snyder, M. (1999) The Motivations to Volunteer : Theoretical and Practical Considerations. Current Directions in Psychological Science 8(5):
22
Self-determination theory
In the present article, we investigate the relationship between volunteers’ motivation and their self-reported work effort, while relying on the Self-Determi- nation Theory. The results indicate a positive link between volunteers’ autonomous motivation and work effort. Moreover, this relationship holds for each person in our sample, irrespective of the organization in which she/he is volunteering. (Bidee et al., 2013)
23
Evoluties in vrijwilligerswerk
Lesley Hustinx Evoluties in vrijwilligerswerk
25
Waarom participeren mensen niet? (Verba, Schlozman & Brady, 1995)
Omdat ze niet willen Omdat ze niet kunnen Omdat niemand het gevraagd heeft Drie sporen van verandering: Engagement, bereidheid Beschikbaarheid, kennis en vaardigheden Netwerken, organisatie en rekrutering
26
Stijlen van vrijwilligerswerk
(Hustinx, 1998)
27
Stijlen van vrijwilligerswerk bij Rode Kruis - Vlaanderen
Vrijwilligersstijlen bij Rode Kruis - Vlaanderen (Hustinx, 2003)
28
vrijwilligersmanagement
Although the changes observed in volunteering are also a product of larger societal transformations (Hustinx & Lammertyn, 2003), we believe that they have been accelerated by the traditional model of volunteer management and its focus on recruitment of volunteers rather than on their support and good management. (Brudney & Meijs, 2009, p.570)
29
Van leden- naar programma-management (Meijs & Hoogstad, 2001)
Lesley Hustinx Van leden- naar programma-management (Meijs & Hoogstad, 2001) LEDENMANAGEMENT Van de groep vrijwilligers naar de taken en uitdagingen Geïntegreerde benadering Sterke organisatiecultuur Hoge sociale kosten Impliciete verwachtingen Erkenning o.b.v. anciënniteit Hoge tijdsinvestering Laag aanpassingvermogen PROGRAMMAMANAGEMENT Van de taken en uitdagingen naar de vrijwilligers toe Losstaande programma’s Zwakke organisatiecultuur Lage sociale kosten Expliciete verwachtingen Erkenning o.b.v. prestatie Lage tijdsinvestering Groot aanpassingsvermogen Zowel ‘oude’ als ‘nieuwe’ organisaties worden minder ideologisch, meer pragmatisch, en meer functioneel georiënteerd
31
Van instrumentaal naar Duurzaam
(Brudney & Meijs, 2009)
32
Lesley Hustinx Geleid vrijwilligerswerk (Hustinx, Meijs & Ten Hoorn, 2009) Derdepartijvrijwilligerswerk (Haski-Leventhal, Meijs & Hustinx, 2010) Toenemende belangstelling en interventie van ‘derde partijen’: overheid, onderwijs, bedrijfsleven bv. werknemersvrijwilligerswerk, sociale activering via vrijwilligerswerk, maatschappelijke stages in het onderwijs, inburgering dmv vrijwilligerswerk Vaak in de vorm van (grootschalige) eenmalige groepsactiviteiten Dwingend karakter: ‘tegenprestatie’ voor kwetsbare groepen of gepercipieerde ‘passieve’ burgers
33
Nieuwe bestuurslogica
Lesley Hustinx Nieuwe bestuurslogica Veranderende welvaartsmix Van ‘georganiseerd’ naar ‘gedesorganiseerd’ (Bode, 2006) ‘From government to governance’ (Jessop, 1999) ‘New Public Management’: toegenomen marktlogica ‘Afschuiven’ van publieke verantwoordelijkheid ‘Community government’ (Ilcan & Basok, 2004) What we prefer to call community government, has become an ever expanding political project wherein target communities have been identified (…) as potential sites of virtue, democracy, and efficiency.... Community government refers to the ways in which the contemporary politics of government have come to define, shape, and orient communities (for example, volunteer communities) such that they engage in activities that attempt to responsibilise certain groups of citizens for particular purposes and ends. (Ilcan & Basok, 2004, p.130)
34
‘geresponsabiliseerde autonomie’
NPOs worden ‘dubbel verantwoordelijk’ Dienstverlening aan kwetsbare groepen ‘sterke’ vrijwilligers ‘Morele taak’: vrijwilligers/doelgroepen leren om ‘verantwoordelijke burgers’ te worden kwetsbare vrijwilligers ! Veranderende betekenis vrijwilligerswerk + nieuwe mechanismen van uitsluiting
35
Prof. dr. Lesley Hustinx Vakgroep Sociologie Korte Meer 3-5 9000 Gent lesley.hustinx@ugent.be
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.