Hoofdstuk 6 Spelling Aan elkaar of los?

Presentatie over: "Hoofdstuk 6 Spelling Aan elkaar of los?"— Transcript van de presentatie:

1 Hoofdstuk 6 Spelling Aan elkaar of los?
© Noordhoff Uitgevers bv vwo 3F

2 Aan elkaar De volgende woorden schrijf je aan elkaar:
een gewone samenstelling bestaande uit drie of minder woorden fietsverlichting, langeafstandloper; woorden die bestaan uit daar, er, hier of waar + een vz ervoor, hierdoor; getallen met honderd en duizend driehonderd, drieduizend; veel samengestelde bijvoeglijke naamwoorden alcoholvrij, hoogbegaafd.

3 Aan elkaar (2) Samengestelde werkwoorden schrijf je aaneen als de volgorde van de delen gelijk is aan de volgorde in de infinitief (het hele ww). De delen van een scheidbaar werkwoord schrijf je aan elkaar als ze bij elkaar staan. Ook de volgende touretappe wordt afzien voor de wielrenners. Scheidbare samengestelde werkwoorden worden gesplitst als ze niet in de infinitiefvolgorde staan (je kunt er woorden tussen zetten). We hebben afgezien van deelname aan medisch onderzoek. De gymnastieklessen vallen al weer uit deze week.

4 Welke woorden moet aan elkaar?
Spreek woorden luid en duidelijk. Waar uit bestaat een frikadel? Justin Bieber is tijdens een optreden flauw gevallen. Deze zomer zullen naar verwachting ruim achthonderd duizend toeristen een bezoek brengen aan het Anne Frank Huis. Ik ben m’n sleutelbos verloren met daar aan twee huis deur sleutels en een fiets sleutel. spreek woorden Waaruit flauwgevallen achthonderdduizend daaraan, huisdeursleutels, fietssleutel