Huisvesting en Hygiëne

Presentatie over: "Huisvesting en Hygiëne"— Transcript van de presentatie:

1 Huisvesting en Hygiëne
Les 8

2 Wikiwijs Link naar al het lesmateriaal:

3 Waar hebben we het vorige week over gehad (1)?
Inrichting kattenverblijf Schoonmaken kattenbak en kattenverblijf Zoönosen bij de kat Ontwerp eigen asiel

4 Wat gaan we vandaag bespreken?
Week- nummer Les Onderwerp Lesstof Week 38 8 Huisvesting: Klimaatomstandigheden. Invloed van temperatuur, vocht, ventilatie en licht. Huisvesting  boek huisvesting van gezelschapsdieren  Hoofdstuk 3 paragraaf 3.1 t/m 3.4

5 Het klimaat Het klimaat in een dierverblijf pas je aan, aan het dier dat er in zit. Het klimaat is in dit geval een combinatie van temperatuur, luchtvochtigheid en ventilatie.

6 Temperatuur (1) Omgevingstemperatuur
De optimale omgevingstemperatuur is de temperatuur waarbij de dieren zich het prettigst voelen. Om de optimale temperatuur van het dier te bepalen, kijk je naar de natuurlijke leefomgeving van een dier. Onderste kritieke temperatuur De minimale temperatuur in een verblijf waarbij een dier zich prettig voelt. Bovenste kritieke temperatuur De maximale temperatuur in een verblijf waarbij een dier zich prettig voelt.

7 Temperatuur (2) Naast de omgevingstemperatuur is voor sommige dieren ook de lokale temperatuur nog van belang. Koudbloedig dier: Een dier dat zelf geen eigen lichaamswarmte kan produceren. Warmbloedig dier: Dier dat zelf zijn eigen lichaamstemperatuur kan reguleren.

8 Temperatuur (3) Min-Max thermometer
Meet de huidige temperatuur en de hoogst en laagst gemeten temperatuur.

9 Luchtvochtigheid Relatieve luchtvochtigheid
Hoeveelheid waterdamp in de lucht bij een bepaalde omgevingstemperatuur. Het is een percentage van de maximale luchtvochtigheid die de lucht kan bevatten bij die temperatuur. De relatieve luchtvochtigheid wordt gemeten met een hygrometer. Bij een grotere hoeveelheid dieren in een kleine ruimte zal de luchtvochtigheid snel stijgen.

10 Ventilatie Ventilatie is het verplaatsen van lucht met als doel lucht te verversen. Ventilatie is belangrijk om: Afvalstoffen weg te voeren Warmte en vocht af te voeren Frisse en zuurstofrijke lucht aan te voeren. Ventilatievormen: Natuurlijke ventilatie Mechanische ventilatie

11 Licht Licht heeft invloed op: Uv-Straling
Het gedrag  activiteit en bioritme De gezondheid  aanmaak vitamine D De voortplanting  bronstijd Uv-Straling Uv A  helpt reptielen beter zien Uv B  nodig voor aanmaak vitamine D Uv C  gevaarlijk voor zowel mens en dier (komt niet door de ozon)

12 Waar hebben we het vandaag over gehad?
Het klimaat in een dierverblijf: Temperatuur Luchtvochtigheid Ventilatie Licht Lichaamstemperatuur en onderhoud hiervan bij honden en katten

13 Huiswerk volgende les:
Leren lesstof afgelopen weken, lezen lesstof voor de volgende les. Week- nummer Les Onderwerp Lesstof Week 39 9 Huisvesting: Lichaamstemperatuur bij de hond en kat Huisvesting  boek huisvesting van gezelschapsdieren  Hoofdstuk 3 paragraaf 3.5