De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Starke Verben in der deutschen Sprache

Verwante presentaties


Presentatie over: "Starke Verben in der deutschen Sprache"— Transcript van de presentatie:

1 Starke Verben in der deutschen Sprache
Die Gegenwart

2 Der Gegenwart von den Verben auf Deutsch
Regelmäßige Verben (=regelmatige werkwoorden) (fe) (fe) ich + e ich wohne e du + st du wohnst st er/es/sie + t er wohnt t wir + en wir wohnen en ihr+ t ihr wohnt t sie/Sie + en sie wohnen en

3 Starke Verben: Gegenwart (1)
Sterke werkwoorden krijgen in principe dezelfde uitgang als de zwakke werkwoorden, maar er zijn een aantal uitzonderingen: a in de stam: ich  du  er/sie/es  wir  ihr  sie/Sie   laufe läufst läuft laufen lauft laufen Let op: alleen bij du & er/sie/es vorm: Umlaut op de a!

4 Starke Verben: Gegenwart (2)
Stam van het werkwoord eindigt op –d of –t: ich du er/sie/es wir ihr sie/Sie bitte bittest bittet bitten bittet bitten Als er in de stam een ,a’ zit en het werkwoord eindigt op een ,d’ of een ,t’ komt er geen uitgang achter de er/es/sie vorm!! (bijvoorbeeld: er rät (en niet er rätet))

5 Starke Verben: Gegenwart (3)
‘e’ in de stam wordt lang uitgesproken: ich  du  er/sie/es  wir  ihr  sie/Sie   lese liest liest lesen lest lesen Let op: alleen bij du & er/sie/es vorm: ‘e’ verandert in ‘ie’

6 Starke Verben: Gegenwart (4)
‘e’ in de stam wordt kort uitgesproken ich  du  er/sie/es  wir  ihr  sie/Sie   spreche sprichst spricht sprechen sprecht sprechen Let op: alleen bij du & er/sie/es vorm: ‘e’ verandert in ‘i’


Download ppt "Starke Verben in der deutschen Sprache"

Verwante presentaties


Ads door Google