Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Welkom Havo 5.
2
Agenda: Terugblik vorige les Hoofdstuk 4: 4.15 t/m 4.19
Gevangenis-dilemma met betrekking tot wel/niet lid worden van een vakbond.
4
De cao. (collectieve arbeidsovereenkomst).
Wanneer je gaat werken teken je met je werkgever een arbeidsovereenkomst Primaire arbeidsvoorwaarde: Loon, werktijden. Secundaire arbeidsvoorwaarde: reiskostenvergoeding, vakantie, kinderopvang Individuele arbeidsovereenkomst = tussen jou en je werkgever. Collectieve arbeidsovereenkomst = voor iedereen die werkt in een bepaalde bedrijfstak. Daarin staan de minimale arbeidsvoorwaarde (minimumloon, minimaal aantal dagen vakantie ect).
5
De collectieve arbeidsovereenkomst.
Voor iedereen die dus werkt in een bepaalde bedrijfstak gelden deze arbeidsvoorwaarden. Hoe komen de voorwaarden tot stand? De werkgevers en werknemersvakbonden overleggen met elkaar. Je kan als werknemer je aansluiten bij een vakbond, hoe meer mensen zich aansluiten bij een vakbond, hoe sterker de onderhandelingspositie van de vakbond is. Het percentage van het aantal werknemers in een bedrijfstak die lid is van een vakbond noemen we de organisatiegraad.
6
De onderhandelingen. De onderhandelingen gaat soms hard tegen hard.
Werknemersvakbonden willen vaak meer loon. Werkgeversbonden willen dit niet, ter bescherming van hun winst. Werknemersvakbonden roepen soms hun leden op om te gaan staken om werkgeversvakbonden te overtuigen hun eisen te accepteren. Wanneer de leden ervoor kiezen om te gaan staken is er sprake van zelfbinding: vrijwillig jezelf binden aan een bepaalde keuze om de keuze van de ander te beïnvloeden. Waar zien we dit super veel? Relaties. Als je iets anders wilt dan patat eten kook je het maar lekker zelf.
7
De cao geldt voor iedereen!
Wanneer de cao algemeen bindend wordt verklaard geldt deze voor iedereen in de bedrijfstak. Of je nu wel of niet lid bent van een vakbond. De vraag die ontstaat is: kan je dus beter wel of niet lid worden van een vakbond. Een overzicht waarin de mogelijke overwegingen staan is weergegeven op bladzijde 52, in tabel 4.3
8
De tabel ontrafelen. als de andere contributie betalen en Peter ook verdiend peter? 10 euro (cel links boven) Als de andere contributie betalen en peter niet verdiend peter? 25 (cel links onder) Als andere geen contributie betalen en Peter wel verdiend peter? -15 (cel rechts boven) Als andere geen contributie betalen en Peter ook niet verdiend Peter? 0 (cel rechts onder) Als andere contributie betalen en peter wilt zo veel mogelijk verdienen kan hij het best? Geen contributie betalen (25 > 10) Als andere geen contributie betalen kan peter het best? Geen contributie betalen (0 > -15) Peter kan ten alle tijden beter geen contributie betalen (levert altijd meer op dan wel contributie betalen (sprake van dominante strategie)
9
5 6 4 2 1 3 Maak opgave 4.15 6 minuten de tijd
De eerste 2 minuten zonder overleg. Eerder klaar, zelfstandig aan de slag met opgave 4.16 t/m 4.19 5 6 4 2 1 3
12
8 7 9 10 6 4 1 2 3 5 Maak opgave 4.16 en 4.17 10 minuten de tijd
De eerste 5 minuten zonder overleg. Eerder klaar, zelfstandig aan de slag met opgave 4.18 en (tevens het HW). 8 7 9 10 6 4 1 2 3 5
15
8 7 9 10 6 4 1 2 3 5 Maak opgave 4.18 en 4.19 10 minuten de tijd
De eerste 5 minuten zonder overleg. Eerder klaar, zelfstandig aan starten met lezen H5 de overheid bemoeit zich ermee en opgave 5.1 maken. 8 7 9 10 6 4 1 2 3 5
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.