Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Practicum TL
2
Spoel met inwendige weerstand
R(l)=50Ώ L=200mH U=100V
3
Spoel met inwendige weerstand
R(l)=50Ώ L=200mH U=100V i(tot)=1,245A U=100V φ i(tot)=1,245A
4
Spoel met inwendige weerstand
Z(l) X(l) φ i(tot)=1,245A R(l) = P(s) P(q) φ i(tot)=1,245A P(p)
5
Spoel met inwendige weerstand + R1
R(l)=50Ώ L=500mH U(spoel) U=200V R1=100Ώ U(R)
6
Spoel met inwendige weerstand + R1
R(l)=50Ώ L=500mH U(spoel) U=200V R1=100Ώ i(tot)=0,921A U(R)
7
Spoel met inwendige weerstand + R1
U=200V Z(tot) X(tot) φ φ i(tot)=0,921A R(tot) i(tot)=0,921A U=200V P(s) P(q) U(Xl) φ i(tot)=0,921A φ P(p) U(rl) U(r1)
8
Spoel met inwendige weerstand + R1
U=200V U(Xl) φ φ U(rl) U(r1) Ztot) X(tot) φ R(tot)
9
Spoel met inwendige weerstand + R1
Wat is de waarde van de condensator in serie om de fasehoek weer op 0 graden te laten uitkomen? Ztot) X(c)=X(L) X(c)=157Ώ X(L) =157Ώ φ R(tot)=150Ώ X(c) =157Ώ
10
Spoel met inwendige weerstand + R1
Hoe groot wordt nu de stroom en worden de deelspanningen? X(L) =157Ώ φ Z(tot)=R(tot)=150Ώ X(c) =157Ώ
11
Nu condensator parallel
U=200V i(L) i(tot) i(c) Φ=46,31º R(tot)=150Ώ i(L)=0,921A U=200V nu de spanning op de x-as uitzetten L=500mH U=200V Φ=46,31º i(L)=0,921A
12
Nu condensator parallel
i(L) i(tot) i(c) U=200V Φ=46,31º R(tot)=150Ώ i(L)=0,921A i(L-reeel) L=500mH Φ=46,31º i(L-imaginair) i(L)=0,921A
13
Nu condensator parallel
i(L-reeel) Φ=46,31º i(L-imaginair) i(L)=0,921A De stroom door de spoel wordt opgedeeld in een reeele vorm en een complexe vorm. De condensator wordt als ideaal verondersteld. Zijn stroom ijlt 90º voor op de spanning en moet dus even groot, maar tegengesteld zijn aan i(L-imaginair). Dus i(c)=0,666A
14
Nu condensator parallel
i(c) i(L-reeel) Φ=46,31º i(L-imaginair) i(L)=0,921A
15
Condensator en spoel Zie naaststaande schakeling. Bereken alle mogelijke waarden. i(L) i(c) 0,95A i(tot) R(L) 200Ώ R(c) 120Ώ u(tot)=? X(c) 400Ώ X(L) 300Ώ
16
Condensator en spoel Zie naaststaande schakeling. Bereken alle mogelijke waarden. i(L) i(c) 0,95A i(tot) R(L) 200Ώ R(c) 120Ώ u(tot)=? X(c) 400Ώ X(L) 300Ώ
17
Condensator en spoel i(c)=0,95A i(c)=0,95A Φ=73,3º U=396,73V Φ=56,31º
i(L)=1,10A U=396,73V Φ=56,31º Stromen opsplitsen in reeele en imaginaire waarden i(L)=1,10A
18
Condensator en spoel i(c)=0,95A Φ=73,3º U=396,73V Φ=56,31º i(L)=1,10A
19
Condensator en spoel 0,910A 0,273A U=396,73V 0,555A 1,006A
20
weerstandenopgave Bereken: Spanningsverlies in R1 Waarde van R4
Spanning over R5 De totaalstroom door R1 De stroom door R5 De totale vervangingsweerstand R1 ? U(R2+R3) U=50V R2 4Ώ 5A 3A R3 R4 R5 2Ώ ? 15Ώ
21
weerstandenopgave R1 ? U=50V U(R2+R3) R2 4Ώ 5A 3A R3 R4 R5 2Ώ ? 15Ώ
22
Einde Les 3: R-L-c---tezamen
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.