Hoofdstuk 2 Licht en kleur.

Presentatie over: "Hoofdstuk 2 Licht en kleur."— Transcript van de presentatie:

1 Hoofdstuk 2 Licht en kleur

2 Zonnestraling

3 Zonnestraling De zon zendt vele soorten straling uit. De meeste straling is onzichtbaar. In het ‘’zichtbare spectrum’’ zitten alle kleuren die we kunnen waarnemen.

4 Licht Licht is een vorm van straling. Deze straling wordt uitgezonden door een bron, verplaatst zich door een medium, en wordt gesignaleerd door een ontvanger. waar het licht doorheen gaat (tussenstof) Blokschema: bron ontvanger medium Waar het licht vandaan komt wat het licht ziet

5 De snelheid van licht Licht beweegt zich met een snelheid van kilometer per seconde van bron naar ontvanger. Lichtsnelheid

6 Lichtbronnen Natuurlijke lichtbron: Een voorwerp dat uit zichzelf licht geeft. Kunstmatige lichtbron: Door de mens gemaakt

7 Wat kun je zien? Lichtstralen bewegen in RECHTE lijnen. Het licht kan wel net langs het bosje af, maar er niet doorheen. Dit zijn dus de grenzen van wat in zijn ogen komt. Bosje

8 Verschillende lichtbundels
Een lichtbundel is een verzameling lichtstralen. Lichtstralen bewegen uit elkaar Lichtstralen bewegen in dezelfde richting Lichtstralen bewegen naar elkaar toe

9 Oefenopgave: Teken de schaduw
Scherm Zo moet de tekening worden: Twee uiterste lichtstralen Schaduw erbij Grenzen van waar het licht kan komen Muur Puntbron Dit is de schaduw op het scherm Hier kan het licht wel komen

10 Oefenopgave: Teken de schaduw
Dit noemen we de halfschaduw Scherm Hier kan licht vanuit elk punt van de tl-buis komen Lijnbron Hier kan een deel van het licht van de tl-buis komen Muur Hier kan helemaal geen licht komen Grenzen van waar het licht kan komen Dit noemen we de kernschaduw

11 Wit licht Wit licht (zonlicht) bestaat uit alle kleuren van de regenboog. Je kunt deze kleuren weer van elkaar scheiden door een lichtbundel te richten op een perspex prisma

12 Regenboog Vanuit regendruppel A komt alleen het rode licht in ons oog terecht. Op dit punt zien we dus de kleur rood. Vanuit regendruppel B komt alleen het paarse licht op ons oog terecht. Op dit punt zien we dus de kleur paars. Ontstaan regenboog

13 Absorbtie en reflectie

14 Absorbtie en reflectie

15 Kleurenfilters Toepassingen: Fotografie Discotheek

16 Oefenopgave: welke kleur?
Vraag: de zon schijnt op een blauwe bal door een groen filter. Welke kleur heeft de bal als je ernaar kijkt? De zon Filter Bal Uitleg: Het witte licht schijnt op de groene filter, het groene filter laat groen (eigen kleur) door en absorbeert de rest. De blauwe bal zou blauw (eigen kleur) weerkaatsen en de rest absorberen, maar er is geen blauw licht, dus komt er geen licht vanaf. De bal lijkt zwart.

17 Schaduw Schaduw ontstaat op plaatsen waar geen lichtstraling kan doordringen. Baby’s

18 Spiegels Een spiegelbeeld vormt zich ‘’achter’’ de spiegel, op precies dezelfde afstand als het origineel. B’ B A’

19 Spiegelwet methode Vraag: Wordt het licht van de zon in de ogen weerkaatst via de spiegel? Hoek van inval is hoek van terugkaatsing Hoek van inval is hoek van terugkaatsing Antwoord: ja

20 Spiegelbeeld methode Opdracht: Teken de lichtstraal die via de spiegel in de ogen komt. De hele lichtstraal tekenen Zon Nu heb je dus laten zien welke lichtstraal dat is Dit is een echte lichtstraal, doorgetrokken lijn dus! Hier komt de lichtstraal niet echt, dus stippelen! Vanuit Zon’ mag een lijn alleen door de spiegel gaan! Hier klopt dat. Het spiegelbeeld is even groot en staat even ver van de spiegel (wel aan de andere kant!) Dat geef je zo aan… Zon’