Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Bloed en afweersysteem
1. Anemie (bloedarmoede) 2. Stolingsstoornissen (3. Kwaadaardige aandoeningen)
3
Anemie Symptoom, geen ziekte. Oorzaak
Anemie Symptoom, geen ziekte. Oorzaak?? De zuurstofvoorziening is niet optimaal gevolg ‘bloedarmoede’ = Tekort Hb Tekort ery’s Hb zit in ery’s Hb bindt O2 Hb-concentratie IJzer (Fe) Foliumzuur + vit B12 O2-tekort Vermoeidheid Bleek hartslag duizeligheid oorzaak
4
oorzaken Chronisch bloedverlies Verstoorde aanmaak (Hb / ery’s)
Verhoogde afbraak (ery’s)
5
Door (chronisch) bloedverlies meest voorkomend
Geldt voor iedereen, behalve zwangere vrouwen en kinderen Vrouwen – menstruatie Oudere vrouwen / mannen – occult bloedverlies (maag-darmkanaal) / urinewegen Acuut (ongeval/operatie/bevalling)
6
Verstoorde aanmaak Onvoldoende ijzer:
Microcytair: kleine lichte ery’s door verstoorde aanmaak Hb Vooral bij kinderen en zwangere vrouwen kan behoefte groter zijn dan via voeding binnenkomt (vlees, vis, soja) Staalpillen of drankje (langdurig) Opsporen oorzaak!
7
Onvoldoende vitamine B12:
Tekort aan ery’s, die er wel zijn zitten vol Hb: macrocytair / megaloblastair Oorzaak: (vegetarisch) dieet Ziekte van Crohn Tekort aan intrinsic factor (stof noodzakelijk voor B12-opname in bloed) PERNICIEUZE ANEMIE B12 intramusculair
8
Onvoldoende foliumzuur (= vit B11)
Regelmatig eten van groente en fruit Oorzaak: Onvolwaardige voeding (ouderen / alcoholisten / verslaafden) Meer groente en fruit eten Folimzuurtabletten
9
Leukemie Nierinsufficientie Bij chronische ziekte Oorzaak:
Kwaadaardige cellen verdringen normale cellen, waardoor minder gezonde ery’s worden aangemaakt Nierinsufficientie Tekort aan erytropoëtine (EPO = hormoon): stimuleert aanmaak ery’s in beenmerg Bij chronische ziekte Beenmerg functioneert niet optimaal
10
Verhoogde afbraak ery’s
Hemolytische anemie Auto-immuunziekte Sikkelcelanemie (sikkelvorm ery’s) Thalassemie (afwijkende vorm ery’s) bloedafbraak vindt plaats in milt Mogelijk gevolg: splenomegalie (grote milt) Vrijkomen bilirubine, veroorzaakt icterus (geelzucht)
11
Stollingsstoornisen Trombocytopenie of trombopenie
Tekort aan bloedplaatjes bv. door leukemie auto-immuunziekte verschijnselen: petechiën (kleine huid (punt)bloedinkjes) neusbloeding / overmatig bloedverlies menstruatie
12
Bron: UMCG ‘petechiën of purpora geheten’
13
Trombocytopathie, bloedingen door geneesmiddelen
Trombocyten werken niet goed Oorzaak: Vele NB bijwerking medicijnen!! Acetylsalicylzuur (aspirine) NSAID (pijnstiller) SSRI (antidepressiva) Antistollingsmiddelen (anti-coagulantia) Verschijnselen: bloedingen
14
M. von Willebrand Erfelijk: (autosomaal dominant) Oorzaak:
Tekort aan ‘von Willebrandfactor’ Verschijnselen: Bloedingstijd verlengd Snel hematomen Therapie: Meestal niet nodig Pil (verhoogd aanmaak vWfactor) medicijnen
15
Hemofilie Oorzaak: verschijnselen therapie:
Erfelijk tekort aan stollingsfactoren X-chromosoom Komt voor bij mannen (XY) Vrouwen zijn ‘draagster’ (XX) verschijnselen Snelle bloedingen, hevige bloedingen therapie: stollingsfactoren
16
Kwaadaardige ziekten van bloed en afweersysteem
Leukemie Kanker van de witte bloedcellen (afweer) Oorzaak: ? Acuut kwaadaardig worden Acuut vooral bij kinderen Acute myeloïde (leukocyten) leukemie: AML Acute lymfatische (vd lymfocyten) leukemie: ALL chronisch vooral bij volwassenen CML CLL
17
(H6 Geneesmiddelenkennis)
18
Behandeling van anemie door ijzertekort
extra ijzer toedienen, minimaal 3 maanden middelen: ferrofumaraat, ferrosulfaat op de lege maag! bijwerkingen: - verstopping - zwartkleuring ontlasting - maagklachten (dan na de maaltijd!)
19
Behandeling van anemie door tekort aan vitamine B11 en B12
B11: foliumzuurtabletten B12: vitamine B12 injecties starten met groot aantal injecties in een paar dagen tijd, daarna 1 keer per 2 maanden (levenslang) (anemie door te weinig vlees: tabletten)
20
Bloedstolling Functies: - bloedverlies voorkomen
- binnendringen micro-organismen bij beschadigingen van huid en slijmvliezen voorkomen Gevaar: bloedstolling binnen het vaatstelsel (trombose -> bijv hart- of herseninfarct)
21
Antithrombotica = stoffen die de bloedstolling verminderen
trombocytenaggregatieremmers indirect werkende anticoagulantia of cumarines direct werkende anticoagulantia thrombolytica
22
Trombocytenaggregatieremmers
Werking: beïnvloeden de hechting van de bloedplaatjes aan de vaatwand Gebruik: vooral profylactisch na hartinfarct, beroerte, TIA Bijwerkingen: weinig Middelen: acetylsalicylzuur (Aspirine) carbasalaatcalcium (Ascal)
23
Cumarines (‘bloedverdunners’)
Werking: remmen de aanmaak van protrombine waardoor minder snelle stolling Gebruik: vooral profylactisch Interactie met zeer veel geneesmiddelen en alcohol (verlenging stollingstijd), paracetamol kan wel ! Overdosering: onderhuidse bloedingen (blauwe plekken), bloedneus Middelen: acenocoumarol (werkt ongeveer 48 uur) Sintrom fenprocoumon (werkt dagen) Marcoumar
24
Direct werkende anticoagulantia en thrombolytica
Werking: remmen de aanmaak van trombine Gebruik: In ziekenhuis / onder specialistische controle parenteraal (buiten de darm om) bij operatiepatiënten Thrombolytica: oplossen van al gevormde stolsels Middelen (trombolytica): streptokinase
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.