THEMA 6 VOORTPLANTING Klas 2 Thema 6 boek 1A.

Presentatie over: "THEMA 6 VOORTPLANTING Klas 2 Thema 6 boek 1A."— Transcript van de presentatie:

1 THEMA 6 VOORTPLANTING Klas 2 Thema 6 boek 1A

2

3

4 Vieze woorden…….. Maak woordzoeker af. Wie heeft de meeste woorden?
Weet je nog andere woorden? Maak een verdeling

5 Vandaag Toetsbespreking -Je bekijk je fouten -Je schrijft achterin je schrift 1 tip voor jezelf om volgende keer NOG hoger te scoren! Aan het einde van de les weet je het verschil tussen primaire en secundaire geslachtskenmerken.

6 Hoe doen de egeltjes het?

7 Schrijf op je bordje Denk na, overleg en schrijf het antwoord op:
Hoe doen de egeltjes het? Wat denk je dat primair betekent ? Wat denk je dat secundair betekent?

8 Basisstof 1 Je verandert.
Primaire en secundaire geslachtskenmerken Veranderingen oiv hormonen ( zie film) *Welk hormoon zorgt voor de secundaire geslachtskenmerken van de vrouw? *Welk hormoon zorgt voor de secundaire geslachtskenmerken van de man? Maak daarover een aantekening in je schrift!

9 De hormonen gieren door je lijf
Ze zeggen wel eens ‘de hormonen gieren door je lijf’. Dat gebeurt inderdaad in je puberteit. Hormonen zijn de chemische stoffen in je lichaam die lichaamsprocessen regelen. Je gaat er volwassener uitzien. Meisjes krijgen borsten, beharing op de benen, oksels en in de schaamstreek. De menstruatie (ongesteldheid) komt op gang. Hierdoor wordt je vruchtbaar en kun je zwanger worden. Jongens krijgen baardgroei, schaamhaar en de ‘baard in hun keel’, een lage, zwaardere stem. Je penis en ballen gaan groeien. Je hebt weleens een spontane zaadlozing (natte droom).

10

11

12 Vandaag -Herhaling voortplantingsstelsel van de man -Theorie Vrouwelijke geslachtsorganen -Nakijken en verbeteren basisstof 2 -Eind les, je kent de delen van het voortplantingsstelsel van de man! -Huiswerk: leren B2 en maken B3

13 Basisstof 2 Het voortplantingsstelsel van een man

14

15 Malmberg.nl Voortplanting Nummer 2 filmpje Nummer 4 vraag

16

17 1 Waaruit bestaat SPERMA 2 Hoe doet een kruisspin het
1 Waaruit bestaat SPERMA 2 Hoe doet een kruisspin het? Waarvoor dient de urinebuis?

18 Honingbij

19

20

21 Vandaag Ken je de onderdelen van het voortplantingsstelsel van de vrouw, je weet wat ovulatie betekent en waar en hoe de bevruchting plaats vindt. Je leert iets over de voortplanting van de bij.

22 Afsluitende vraag: Wat gebeurt hier?

23 Huiswerk: Leren B 3 Maken B4

24 Zoek op: De betekenis van maagd
In welke woorden wordt het woord maagd gebruikt? Schrijf je antwoord op het plakbriefje en lever het briefje in met jullie namen erop!

25 Basisstof 3 Het voortplantingsstelsel van de vrouw

26 eerste klievingsdeling
bevruchting ovulatie eerste klievingsdeling eileider eierstok blastocyt (ingenesteld) baarmoederslijmvlies baarmoeder Van ovulatie tot innesteling

27

28

29 De bevruchting

30 Animatie menstruatie

31

32

33 Woensdag Maagd? Bespreken experiment boxershort.
Einde van de les snap en ken je de hele menstruatiecyclus van de vrouw. Nakijken en verbeteren B4 Maken B5 Leren B1 tm B4

34 Zoek op: De betekenis van maagd
In welke woorden wordt het woord maagd gebruikt? Schrijf je antwoord op het plakbriefje en lever het briefje in met jullie namen erop!

35

36 MAAGD Het meisje/vrouw heeft nog geen geslachtsgemaanschap gehad( wel geslachtsrijp is) Maagdelijk Ontmaagd Maagdenvlies Sterrenbeeld/ astrologisch teken dierenriem Dienstbode Maagdelijk wit Personificatie van de onschuld De Maagd Maria Rein Schilderij, maagd op de rotsen Nummer Madonna!!!!

37 Experiment Boxershort Bij een slip zitten de ballen dichter tegen het lichaam DUS
Resultaten Slip gem temp: 33,6 Boxershort ,, : 33,8 Samen gem : 36,7 Probleemstelling Is de gem temp van de balzak van mannen die boxershorts dragen lager dan de gem temp van de balzak bij mannen die strak ondergoed dragen? Conclusie ( antwoord op de probleemstelling)

38 Menstuatiecyclus

39 Swingende tampons

40

41 Oefenvragen SO Welk orgaan speelt zowel bij mannen als vrouwen een belangrijke rol bij de regulatie van afgifte van geslachtshormonen Milou zegt: Hormonen worden via het bloed vervoerd Noem twee primaire geslachtskenmerken bij de vrouw Noem twee secundaire geslachtskenmerken bij de man. Wanneer spreek je van bevruchting? Verschillen in kleding, denken en gedrag zijn geslachtskenmerken

42 Thema 6: Voortplanting Huiswerk: Woe 26 okt Leren: 6.3 en 6.4
Maken: Opdr. 9 t/m 16 Aan het eind van de les kan je: De delen van het voortplantingsstelsel van de vrouw noemen met functie Beschrijven wat ovulatie en menstruatie is en wanneer deze processen in de menstruatiecyclus plaatsvinden Programma: Openen + absenten (3 min) Terugblik: Geslachtsorgaan man (5 min) Nakijken: opdr. 5 t/m 8 (5 min) Wat ben ik? (10 min) Voortplantingsstelsel vrouw (10 min) Menstruatie (10 min) Maken: opdr. 9 t/m 16 (5 min) Wat hebben we geleerd? (2 min)

43 Seksuele Geaardheid = ? Aan het eind van de les kan je:
Thema 6: Voortplanting Aan het eind van de les kan je: 3 min) De seksuele diversiteit tussen mensen aangeven en Uitleggen wat de verschillende termen betekenen die seksueel gerelateerd zijn5 min) Wat hebben we geleerd? (2 min) Seksuele Geaardheid = ?

44 Waarom SEX? Onderhouden van speciale relatie Lustbeleving
Thema 6: Voortplanting Waarom SEX? Onderhouden van speciale relatie Lustbeleving Voortplanting

45 Seksueel geweld! Het aangeven van grenzen -ongewenste intimiteit
Thema 6: Voortplanting Seksueel geweld! Het aangeven van grenzen -ongewenste intimiteit -aanranding -verkrachting -loverboys -chantage

46 Thema 6: Voortplanting Seksuele Geaardheid Heeft te maken met gevoelens, gedrag en identiteit: wat je voor een ander voelt, wat voor seksuele contacten en relaties je aangaat en hoe je jezelf noemt

47 Thema 6: Voortplanting Heteroseksualiteit = ?

48 Thema 6: Voortplanting Heteroseksualiteit Mensen die zich uitsluitend aangetrokken voelen (liefde en/of seks) tot mensen van het andere geslacht worden heteroseksueel genoemd. Dus mannen die op vrouwen vallen en vrouwen die op mannen vallen ‘Hetero-’ verwijst naar ‘anders’

49 Thema 6: Voortplanting Homoseksualiteit = ?

50 Thema 6: Voortplanting Homoseksualiteit Mannen en vrouwen die zich aangetrokken voelen tot mensen van hetzelfde geslacht (qua liefde en/of seks) worden homoseksueel genoemd. Dus mannen die op mannen vallen en vrouwen die op vrouwen vallen ‘Homo-’ verwijst naar ‘gelijk’

51 Thema 6: Voortplanting Lesbisch = ?

52 Lesbisch Vrouwen die op vrouwen vallen. Dus homoseksuele vrouwen Feit:
Thema 6: Voortplanting Lesbisch Vrouwen die op vrouwen vallen. Dus homoseksuele vrouwen Feit: In Nederland geeft ongeveer 5% van de mannen en vrouwen aan dat ze homoseksueel zijn

53 Wanneer ben je homoseksueel
Thema 6: Voortplanting Wanneer ben je homoseksueel ?

54 Wanneer ben je homoseksueel?
Thema 6: Voortplanting Wanneer ben je homoseksueel? Er is verschil tussen homoseksuele gevoelens, homoseksueel gedrag en homoseksuele identiteit Feit: Niet iedereen met homoseksuele gevoelens heeft ook homoseksuele contacten. Niet iedereen met homoseksuele contacten noemt zich homoseksueel.

55 Wanneer ben je homoseksueel?
Thema 6: Voortplanting Wanneer ben je homoseksueel? Nog een feit: Uit onderzoek blijkt dat 10-25% van de jongeren wel eens fantaseert of ervaring heeft met vrijen met iemand van het hetzelfde geslacht. Toch noemt deze jongeren zichzelf niet homoseksueel

56 Thema 6: Voortplanting Biseksualiteit = ?

57 Biseksualiteit Gaat over mensen die op vrouwen en op mannen vallen
Thema 6: Voortplanting Biseksualiteit Gaat over mensen die op vrouwen en op mannen vallen ‘Bi-’ verwijst naar ‘tweevoudig’ Feit: Veel mensen hebben biseksuele gevoelens en fantasieën, veel minder mensen doen er iets mee en nog minder mensen noemen zichzelf biseksueel

58 Seksuele Diversiteit =
Thema 6: Voortplanting Seksuele Diversiteit = ?

59 Thema 6: Voortplanting Seksuele Diversiteit ‘verschillende soorten seksuele oriëntatie’ en is een verzamelnaam voor homo- en biseksuele jongen/mannen en lesbische en biseksuele meisjes/vrouwen

60 Thema 6: Voortplanting Travestie = ?

61 Travestie Gaat om het kleden als de andere sekse Feit:
Thema 6: Voortplanting Travestie Huiswerk: Ma 7 nov Leren: 6.5 Maken: Opdr. 17 t/m 19 Aan het eind van de les kan je: De diversiteit tussen homoseksuelen aangeven Uitleggen wat de verschillende termen betekenen die seksueel gerelateerd zijn Programma: Openen + absenten (3 min) Terugblik: Geslachtsorgaan vrouw (5 min) Cirkel opdracht (5 min) Seksuele diversiteit (10 min) Aangeboren of aangeleerd? (10 min) Coming out (15 min) Wat hebben we geleerd? (2 min) Gaat om het kleden als de andere sekse Feit: Travestie komt zowel bij hetero’s als homo’s voor en is dus niet specifiek iets van homoseksuelen

62 Thema 6: Voortplanting Transseksualiteit = ?

63 Thema 6: Voortplanting Transseksualiteit Gaat niet over je seksuele oriëntatie maar over je geslacht, je lichaam. Mensen die voelen dat ze ‘in het verkeerde lichaam zijn geboren’ zijn transseksueel.

64 Transseksualiteit Versus Travestie Feit:
Thema 6: Voortplanting Transseksualiteit Versus Travestie Feit: Transseksualiteit is iets anders dan travestie: bij transseksualiteit wil met écht veranderen van sekse, bij travestie niet

65 Transseksualiteit Versus Travestie Nog een feit:
Thema 6: Voortplanting Transseksualiteit Versus Travestie Nog een feit: Transseksuele mannen en vrouwen kunnen geholpen worden door middel van hormonen en operaties. Daardoor kunnen ze lichamelijk van sekse veranderen. In Nederland mag dit als je 18 jaar of ouder bent.

66 Thema 6: Voortplanting Homoseksualiteit

67 Homoseksualiteit is van alle tijden en komt in alle culturen voor
Thema 6: Voortplanting Homoseksualiteit is van alle tijden en komt in alle culturen voor Waar of niet waar? Waar

68 Homoseksuelen in Nederland mogen trouwen en kinderen adopteren?
Thema 6: Voortplanting Homoseksuelen in Nederland mogen trouwen en kinderen adopteren? Waar of niet waar? Waar

69 Homoseksualiteit is: Aangeboren Aangeleerd Eigen keuze
Thema 6: Voortplanting Homoseksualiteit is: Aangeboren Aangeleerd Eigen keuze Aangeboren

70 Thema 6: Voortplanting Een homo-man wil eigenlijk een meisje zijn en een lesbische vrouw wil eigenlijk een man zijn Waar of niet waar? Niet Waar

71 Thema 6: Voortplanting Coming out Openlijk uitkomen voor je homoseksuele, lesbische of biseksuele gevoelens Niet Waar

72 Thema 6: Voortplanting Vragen Wat heeft een homojongere te verliezen als hij/zij uit de kast komt? Wat heeft hij/zij te winnen? Wat doet dat met je; een dubbelleven leiden als je niet uit de kast (kunt) komen? Hoe moet het zijn om als homojongere te leven in een heterowereld? Placemat methode

73 Thema 6: Voortplanting Wat hebben we geleerd? Huiswerk Leren Basisstof 5 Uitleggen wat de verschillende termen betekenen die seksueel gerelateerd zijn

74 Vandaag Maken van PPP, groepjes van 4 Lezen B6 en B9 Nakijken B5

75

76 Wat zijn transgender mensen?
Transgender mensen voelen zich niet, of niet helemaal, thuis in de geslachtsrol die past bij de uiterlijke geslachtskenmerken van hun geboorte. De officiële benaming voor dit verschijnsel is: genderdysforie, dat is een gevoel van onbehagen met het geslacht.

77 Vandaag Stellingen bespreken T/m B 6 nakijken
Werken aan je extra opdrachten Huiswerk woensdag Maken B 6 en leren B4 en B5 Dia pp inleveren!!!!!

78 Vandaag PPP leerlingen bespreken
Leerlingen die dia niet hebben ingeleverd maken dia na schooltijd en leveren vanmiddag nog in! Demonstratie condoom Zelf aan het werk met B 7 Huiswerk leren B6 maken B7

79 Vandaag Doel van de les:
Je kent de voor en nadelen van de diverse voorbehoedsmiddelen. Hoe doet een pissebed het? PPP presentaties Demonstratie condoom Toets leren B1 tm B8 Maandag 19 december. Huiswerk: Leren voorbehoedsmiddelen Lezen B7

80 Ongewenste zwangerschap
Morning afterpil : binnen 3 dagen Abortuspil : tm 7 weken Curretage: tm 13 weken Abortus: tm 23 weken

81 H2B Aan het einde van de les: -Ken je de betekenis van het woord SOA
-Weet je waardoor Aids en Chlamydia worden veroorzaakt -Heb je tm B7 nagekeken Huiswerk woensdag: Doornemen alle stof voor de toets B 1 tm B 9 Maken B7 en B8 (tijdens de les)

82

83  delende eicel: 2-cellig stadium

84  delende eicel 4-cellig stadium

85  fœtus: - na de 2 maanden -duidelijke menselijke vorm herkenbaar

86  eeneiïge tweeling 1 eicel : 2 kinderen - zelfde geslacht - lijken sprekend op elkaar - 1 moederkoek

87  tweeeiïge tweeling: 2 eicellen : 2 kinderen - 2 placenta’s - kinderen lijken niet sprekend op elkaar(vgl. broer – zus) - geslacht kan verschillend zijn

88 De ontwikkeling in de baarmoeder
 de moederkoek of placenta (uitwisseling stoffen tussen het bloed van de moeder en het kind vb.:voeding ,ademhaling ,uitscheiding…) Ook schadelijke stoffen ! ! ! (alcohol,nicotine…)  de navelstreng ( hierin lopen bloed- vaten die het embryo met de moeder verbinden ).  de vruchtblaas gevuld met vruchtwater (bescherming tegen schokken en stoten)

89 Bevalling - geboorte

90 De ontsluitingsfase De uitdrijvingsfase De nageboorte Bevalling
«  breken van het water » - geboorte is vlakbij,weeën nemen toe,moeder gaat nu persen. weeën > baarmoederhals wordt wijder. vruchtvliezen scheuren > vruchtwater vloeit weg. De uitdrijvingsfase de baby wordt door het geboortekanaal(vagina) naar buiten geperst. - de navelstreng wordt afgebonden en doorgeknipt. De nageboorte de placenta,navelstreng en vruchtvliezen worden uitgedreven. - in de borstklieren ontstaat moedermelk.

91 Prenataal onderzoek Echoscopie M.b.v. geluidsgolven  omgezet in beeld
Bijv. voor bepalen tweeling, afwijkingen, geslacht

92 Geboorteregeling 1 De pil 2 Condoom 3 Spiraaltje 4 Nuva Ring
5 Vrouwencondoom 6 Coitus interruptus (geen afbeelding) 6 Periodieke onthouding ( geen afbeelding) 7 Sterilisatie Werking, voordelen en nadelen, afbeelding,maak een dia voor een pp en stuur die voor woensdag op. met klas en namen l

93 H2A Woensdag proefwerk: B 1 tm B 9 ( alleen prikpil niet)
Aan het einde van de les: ken je de betekenis van het woord SOA Weet je waardoor aids en Chlamydia worden veroorzaakt Heb je B1 tm B8 en de D-toets nagekeken en verbeterd Woensdag proefwerk: B 1 tm B 9 ( alleen prikpil niet)

94 Noem twee behoorlijk onbetrouwbare anticonceptie methodes.

95

96 https://youtu.be/FjHk-6wv8Yo

97 Wat betekent het woord soa Door welke ziekteverwekker wordt aids veroorzaakt? acquired immune deficiency syndrome Door welke ziekteverwekker wordt chlamydia veroorzaakt? Noem zoveel mogelijk voorbehoedsmiddelen die beschermen tegen soa.

98 Vandaag Plannen toets SOA Korte filmpjes Uitleg SOA Maken B8 en B9 Huiswerk Maken B8 en B9 leren B 6 en B7 Volgende week: twee opdrachten inleveren!

99 Vandaag 7-12 Herhalen B8 en B 9 Nakijken B8 en B 9 Werken aan PSP opdrachten Woensdag: Leren samenvatting Laatste les voor toets Inleveren 2 psp opdrachten

100 PAARSE VRIJDAG

101 Van bevruchting tot geboorte, verwerk dit in een stripverhaal of mindmap