Ziekteleer 3.2/4.2 Les 1: opfrissen Cursusjaar 2016/2017 Mw. Vonk / mw. Zanderink-Mollenhorst.

Presentatie over: "Ziekteleer 3.2/4.2 Les 1: opfrissen Cursusjaar 2016/2017 Mw. Vonk / mw. Zanderink-Mollenhorst."— Transcript van de presentatie:

1 Ziekteleer 3.2/4.2 Les 1: opfrissen Cursusjaar 2016/2017 Mw. Vonk / mw. Zanderink-Mollenhorst

2 Planning Doelen bespreken Opfrissen kengetallen Anatomie (theorie / opdrachten) Bespreken opdracht Doelen behaald Volgende les Tip / top

3 Doelen (aan het eind van de les) Basiskennis vorig jaar opfrissen Kun je de belangrijkste kengetallen noemen Kun je uitleggen wat het nut is van kengetallen kennen Kun je uitleggen wat met ‘anatomie’ bedoeld wordt Kun je onderdelen van het skelet benoemen Kun je van skeletten vorm en functie toelichten. Voor de komende lessen voldoende diepgang bieden op een wijze die aansluit bij de wensen van het AOC/jullie/mij.

4 Kengetallen (opfrissen) Wat zijn kengetallen precies? Waarom is het zinvol om kengetallen te kennen? Meerwaarde voor het dier / je toekomst e.d.

5 Kengetallen (oefening) Gemiddelde hartslag in rust Gemiddelde ademhaling in rust Gemiddelde temperatuur Hond Kat Konijn Paard

6 Kengetallen (uitwerking opdracht) Gemiddelde hartslag in rust Gemiddelde ademhaling in rust Gemiddelde temperatuur Hond 60-120 per minuut (30 in slaap) 10-30 per minuut 38 – 39 graden C Kat 120-240 per minuut 10-30 per minuut 38,5 – 39 graden C Konijn120-140 per minuut 50-60 per minuut 38,5 – 39,5 graden C Paard 28 - 40 per minuut 8 – 14 per minuut 37,5 – 38,2 graden C

7 Anatomie (Zoötomie, dierlijke morfologie) De tak van de biologie die de STRUCTUUR en de ORGANISATIE van ORGANISMEN behandelt. Organisme: datgeen wat leeft met een levensloop en een levenscyclus. Organenstelsels: Verteringsstelsel, bloedvatenstelsel, beenderstelsel (skelet), ademhalingsstelsel, voorplantingsstelsel, zenuwstelsel, spierstelsel, urinestelsel, huid, hormoonstelsel, lymfestelsel.

8 Anatomie : vorm & functie 1. Schedel (Cranium)2. Halswervel 3. Vorkbeen (Furcula)4. Ravenbeksleutelbeen (Os coracoides) 5. Rib6. Borstbeenkam (Carina sterni) 7. Knieschijf (Patella) (niet zichtbaar van buiten) 8. Tarsus (voet)9. Achterteen 10. Tibia (scheenbeen)11. Kuitbeen (Fibula) 12. Dijbeen13. Schaambeen 14. Zitbeen15. Darmbeen 16. Staartwervel17. Stuit (einde staartwervelkolom) 18. Synsacrum (vergroeiing van de heilgbeenwervels) 19. Schouderblad 20. Notarium (vergroeiing van borstwervels); 21. Opperarmbeen (Humerus)22. Ellepijp (Ulna) 23 Spaakbeen; 24 Carpometacarpus (vergroeiing van handwortelbeen en middenhandbeen, typisch voor vogels) 25 Digitus minor26 Digitus major 27 Alula (aanhechting duimvleugelveren).

9 Anatomie opdracht Opdracht skelet hond/kat/paard 1 Groepjes van 3 / 4 personen. GEEN INTERNET/BOEKEN GEBRUIKEN 2 Buurten 3 Internet 4 klassikaal bespreken (afhankelijk van de tijd, evt. digitaal) Extra: Ziektes gerelateerd aan skelet

10 Doelen behaald? Basiskennis vorig jaar opfrissen Kun je de belangrijkste kengetallen noemen Kun je uitleggen wat het nut is van kengetallen kennen Kun je uitleggen wat met ‘anatomie’ bedoeld wordt Kun je onderdelen van het skelet benoemen Kun je van skeletten vorm en functie toelichten. Voor de komende lessen voldoende diepgang bieden op een wijze die aansluit bij de wensen van het AOC/jullie/mij.

11 Tip / top

12 Bedankt voor je aandeel in deze les! Volgende les: maandag 12 september 2016, lesuur 2 & 3.