Download de presentatie
1
Liefde & Voortplanting
Les 1 was woordweb, waarbij leerlingen alles mochten zeggen wat in ze op kwam. Hierdoor werd het ijs gebroken.
2
Les 2
3
Voortplanting .
4
Veranderingen vanaf de geboorte - levensfasen
De babytijd: vanaf de geboorte tot 1 à 1,5 jaar Leren kruipen, zitten en staan. Lachen steeds meer, leren emoties lezen. Leren door te imiteren.
5
Veranderingen vanaf de geboorte - levensfasen
De peuterfase: van 1 à 1,5 jaar tot 2,5 à 3 jaar Leren praten en omgaan andere peuters Leren emoties kennen zoals schuldgevoelens, schaamtegevoelens, twijfel, trots, verlegenheid en jaloezie. Ontwikkelen empathie, maar kunnen zich nog niet volledig in de ander verplaatsen.
6
Veranderingen vanaf de geboorte - levensfasen
De kleuterfase: van 2,5 à jaar tot +/- 6 jaar Leert klimmen, fietsen, veterstrikken kunnen al samenwerken en kunnen kleine opdrachten zelfstandig uitvoeren. Ontwikkelt een geweten: goed/fout herkennen. Hebben veel fantasie.
7
Veranderingen vanaf de geboorte - levensfasen
De lagere schooltijd: van 6 tot +/- 12 jaar Leren vaardigheden, als lezen, schrijven en rekenen. Sluit echte vriendschappen Leren zichzelf kennen Fantasie realiteit
8
Veranderingen vanaf de geboorte - levensfasen
De puberteit: tussen 12 en 18 jaar. Seksuele rijping + groeispurt Vaak onzeker Ontwikkeling eigen identiteit Verzet (tegen ouders) Vriendschappen worden nog belangrijker
9
Veranderingen vanaf de geboorte - levensfasen
De adolescentie: tussen 18 en 21 jaar Leert omgaan met regels, afspraken en conflicten. Gaat intieme relaties aan. Leert zelfstandig te worden.
10
Veranderingen vanaf de geboorte - levensfasen
De volwassenheid: een heel lange periode van +/- 20 tot +/- 60 jaar Maakt levensbepalende keuzes. Krijgt eventueel kinderen.
11
Veranderingen vanaf de geboorte - levensfasen
De bejaarde volwassenheid of ouderdom: vanaf +/- 60 jaar tot men sterft Voldoening bereikte levensdoelen Aandacht voor kleinkinderen Fysieke aftakeling De dood
12
Samenvatting tot adolescentie
Jaartallen wijken af van voorgaande! Houd voorgaande aan!
13
Opdracht 4 Noteer de verschillende leeftijdsfasen van de mens in je werkboekje . Noteer welke ontwikkeling in welke levensfase plaats vindt.
14
De geslachtskenmerken die al van af de geboorte aanwezig zijn heten :
Primaire geslachtskenmerken: penis ,balzak, vagina,grote en kleine schaamlippen en clitoris . Bron: biologie voor jou
15
Opdracht 5 beantwoord de volgende vragen
Wat zijn primaire geslachtskenmerken? Noteer de primaire geslachtskenmerken van jongens en van meisjes.
16
Lichamelijke ontwikkeling.
De puberteit is een periode van snelle groei en lichamelijke verandering, Je wordt geslachtsrijp. De hypofyse begint hormonen af te scheiden die de productie van de geslachtshormonen stimuleert. De leeftijd waarop je de puberteit begint en de snelheid waarmee je groeit, worden beïnvloed door erfelijke aanleg, gewicht en gezondheid. Voortplantingsstelsel vrouw
17
Lichamelijke veranderingen, secundaire geslachtskenmerken.
Bij jongens Bij meisjes
18
De geslachtskenmerken die rond je tiende levensjaar tot ontwikkeling komen heten
Secundaire Geslachtskenmerken: bij jongens: o.a. borsthaar, baardgroei, zwaardere stem, bredere gespierde lichaamsbouw bij meisjes: o.a. borsten, brede heupen, rondere lichaamsvormen Niet zichtbaar maar wel in ontwikkeling zijn je voortplantingsorganen
19
Opdracht 8 Wat zijn secundaire geslachtskenmerken?
Noteer de secundaire geslachtskenmerken voor zowel jongens als voor meisjes
20
Les 3
21
Geboorteregeling leerlingen opdracht
Je gaat een poster of folder maken over: *Een soa *Een voorbehoedsmiddel Je geeft algemene informatie over je onderwerp. Je beschrijft bij voorbehoedsmiddelen voor- en nadelen. Je beschrijft hoe je jouw gekozen soa kunt voorkomen (preventie). Er wordt ook gelet op vormgeving. Koffer met inhoud laten zien ll kiezen zelf een voorbehoedmiddel Keer daarna kleine presentatie.
22
Geboorteregeling leerlingen opdracht
Je geeft op de les van inleveren bij alle posters/folders tips en tops. Inleverdata: HAT24: 20 juni lesuur 3 HAT23: 20 juni lesuur 4 GYC22: 21 juni lesuur 6 GYC21: 24 juni lesuur 1 Noteer de juiste datum in je agenda! Koffer met inhoud laten zien ll kiezen zelf een voorbehoedmiddel Keer daarna kleine presentatie.
23
-Soms last hebben van nare gevoelens (onzekerheid, eenzaamheid).
Puberteit: Sociale veranderingen -Zelfstandiger opstellen. -Graag deel uitmaken van een groepje jongeren. -Soms last hebben van nare gevoelens (onzekerheid, eenzaamheid).
24
Puberteit: Geestelijke veranderingen
Meer belangstelling krijgen voor andere mensen. - Soms verliefd worden op iemand. - Seksualiteit begint een belangrijke rol te spelen in het leven. In de puberteit ga je ontdekken waar je seksuele voorkeur naar uitgaat. Iemand kan zich aangetrokken voelen tot personen van het andere geslacht (heteroseksueel) of tot personen van hetzelfde geslacht (homoseksueel)., of tot beide geslachten (biseksueel) Homoseksualiteit homo's over homoseksualiteit
25
Opdracht 14 Noteer drie lichamelijke veranderingen.
Noteer drie sociale veranderingen. Noteer drie geestelijke veranderingen. Huiswerk
26
In de puberteit ontdek je wat je wel of niet prettig vindt
In de puberteit ontdek je wat je wel of niet prettig vindt. Maar als je iets niet wilt doen, strelen aanraken, zoenen, moet je het ook niet tegen je zin doen. Alles heeft zijn tijd en plaats ook de beleving van seks. En nee = nee, stop = stop. Bij seksueel misbruik is er sprake van ongewenst seksueel contact. Het kan gaan om (ongewenste) lichamelijke aanrakingen, opdringerig gedrag, seksistische opmerkingen of grap of om een ongewilde seksuele handelingen. Het gaat tegen de zin of wens van iemand in. Opdracht 15 Zoek de volgende woorden op de site: Seksueel geweld Ongewenste intimiteiten Aanranding Verkrachting cyberbulling Grooming Loverboy kort filmpje (20 min.) Loverboys ( langere film in delen) hele film documentaire Loverboys 2
27
Les 4
28
Voortplantingsstelsel van de man
Hypofyse: onder invloed van hormonen uit de hypofyse worden zaadcellen in de teelballen gevormd. De zaadvorming gaat door tot op hoge leeftijd. Geslachtscellen ontstaan onder invloed van hormonen die in hormoonklieren worden gemaakt.
29
Schematische tekening hormoonklier zonder uitgang
Schematische tekening hormoonklier zonder uitgang. Het hormoon wordt rechtstreeks aan het bloed afgegeven. Het bloed vervoert het hormoon door het hele lichaam. Het hormoon is alleen werkzaam in de organen die er gevoelig voor zijn.
30
De hypofyse is zo’n hormoonklier die zijn hormonen afgeeft aan het bloed.
31
De hypofyse produceert meerdere hormonen
De hypofyse produceert meerdere hormonen. Ieder hormoon heeft zijn eigen doelwitorgaan.
32
Het GnRH hormoon vanuit de hypothalamus zet alles op gang -> hypofyse produceert LH (Luteïniserend hormoon) en FSH (Follikelstimulerend hormoon). Zij zorgen voor rijping zaadcellen en productie testosteron, die voor secundaire geslachtskenmerken zorgt.
33
Voortplantingsstelsel van de man
Urineblaas Zaadleider Zaadblaasje Prostaat Urinebuis Zwellichaam Bijbal Teelbal Voorhuid Eikel Balzak
34
Voortplantingsstelsel van de man opdracht 18
1 urineblaas Opslag van urine Afvoer van urine en sperma 5 urinebuis
35
Voortplantingsstelsel van de man
2 zaadleider Vervoeren zaad. 3 zaadblaasjes Voegen vocht met voedingsstoffen toe aan de zaadcellen. 4 prostaat voegt vocht toe waardoor de zaadcellen zich kunnen voortbewegen in de vagina. Dan pas dan noem je het geheel van vocht en zaadcellen sperma.
36
Voortplantingsstelsel van de man
7 bijbal tijdelijke opslag van zaadcellen. 8 teelbal productie van zaadcellen (spermacellen). en testosteron 11 balzak huidplooi waarin de teelballen liggen, temperatuur is daar iets lager dan de lichaamstemperatuur.
37
Voortplantingsstelsel van de man
6 zwellichaam kan zich met bloed vullen waardoor een erectie ontstaat 9 voorhuid, dunne huidplooi die de eikel beschermt. 10 eikel de top van de penis die erg gevoelig is.
38
Zwellichamen in de penis van de man
De penis dient om de zaadcellen in het lichaam van de vrouw te brengen. Daarvoor moet de penis stijf zijn, dit noem je een erectie. Een penis in erectie is nooit helemaal kaars recht. Onder voorhuid kunnen resten talg, huidcellen, urine, vezeltjes komen. Hygiëne is daarom belangrijk Een penis in erectie
39
Sperma is kleverig wit vocht, bestaat uit: 1 zaadcellen
Per zaadlozing komt ± 1 theelepel sperma uit de penis, tussen de 100 en 400 miljoen zaadcellen. Sperma is kleverig wit vocht, bestaat uit: 1 zaadcellen 2 prostaatvocht, zorgt er voor dat de zaadcellen zich kunnen blijven voortbewegen in de vagina 3 vocht van de zaadblaasjes, bevat voedingsstoffen voor de zaadcellen. kern zweepstaart Een zaadcel (schematisch)
40
Maak de opdrachten 16 t/m 18
41
Les 5
42
Het voortplantingsstelsel van een vrouw opdracht 19
Ook bij de vorming van de geslachtscellen (eicellen) van de vrouw spelen de hormonen die de hypofyse produceert een rol. Vanaf de puberteit beginnen de eicellen te rijpen. Rond haar vijftigste jaar worden er minder hormonen aangemaakt en komt de vrouw in de overgang.
43
Het voortplantingsstelsel van een vrouw
Is minder zichtbaar dan bij de man Bron kwfkankerbestrijding
44
Het voortplantingsstelsel van een vrouw, de inwendige organen.
eierstok, (ovarium), hier komt vanaf de puberteit tot aan de overgang om de ± vier weken een eicel vrij. 2 eileider, vervoert eicellen naar de baarmoeder. Hier vindt de versmelting van eicel en zaadcel plaats dit is bevruchting. baarmoeder, hier zal de bevruchte eicel zich innestelen en zich in 40 weken, ongeveer negen maanden, ontwikkelen tot baby.
45
Het voortplantingsstelsel van een vrouw. De inwendige organen
Baarmoederhals,hier kan baarmoederhalskanker ontstaan. Overgang naar de vagina. Baarmoedermond, verbinding naar de vagina Vagina, wand van de vagina is bekleed met slijmvlies die bij seksuele opwinding de vagina gladder maken. De vagina is rekbaar. De penis kan in de vagina zijn sperma lozen. Van daar uit zwemmen de zaadcellen naar de eileider om te versmelten met de eicel.
46
Het voortplantingsstelsel van een vrouw De uitwendige organen opdracht 22
Clitoris kan door prikkeling, bijvoorbeeld wrijven over de clitoris, zorgen dat je een orgasme (klaar komt) krijgt. Bij masturbatie, zelfbevrediging, doe je dat zelf. Kleine schaamlippen, hierin liggen klieren die bij seksuele opwinding vocht produceren, waardoor de penis makkelijke de vagina in kan glijden. Grote schaamlippen liggen als bescherming om de kleine schaamlippen heen.
47
Het voortplantingsstelsel van een vrouw
Een goede dagelijkse hygiëne van de geslachtsorganen is belangrijk. Elke dag wassen met water en het liefst de geslachtsorganen van voor naar achter wassen. Dit om te voorkomen dat er darmbacteriën in de urinebuis komen Maagdenvlies Is geen vlies maar een ribbel, een randje weefsel aan het begin van de vagina. Het is een fabeltje dat bij de eerste keer vrijen het maagdenvlies scheurt. Een maagdenvlies, het kan er ook anders uitzien en groter of kleiner zijn Bron biologie voor jou
48
Het voortplantingsstelsel van een vrouw Uitwendige organen
Verschillende vormen die het maagdenvlies kan hebben. Afhankelijk van de vorm is de opening naar de vagina groter of kleiner. Bron biologie verzorging voor jou
49
Het voortplantingsstelsel van een vrouw Uitwendige voortplantingsorganen
Het maagdenvlies kan niet scheuren door gymnastiekbewegingen, paardrijden of het inbrengen van een tampon.
50
Het voortplantingsstelsel van een vrouw opdracht 19
1 Vagina 2 Buitenste schaamlip 3 Kleine schaamlip 4 Clitoris 5 Urinebuis 6 Urineblaas 7 Baarmoedermond 8 Baarmoeder 9 Eileider 10 Eierstok
51
Les 6
52
Menstruatie opdracht 21 Menstruatie Het baarmoederslijmvlies bevat veel bloedvaten. In deze verdikte slijmvlieslaag kan een bevruchte eicel zich innestelen. Is de eicel niet bevrucht dan laat het baarmoederslijmvlies gedeeltelijk los, hierbij komt ook een beetje weefsel en bloed (±10cl) vrij. Dit noem je menstrueren
53
Oestrogeen en progesteron stimuleren groei baarmoederslijmvlies
Invloed van hormonen op de menstruatiecyclus Oestrogeen en progesteron stimuleren groei baarmoederslijmvlies en worden m.n. door gele lichaam geproduceerd. FSH zorgt voor rijping eicel. LH-piek zorgt voor ovulatie.
54
menstruatie Het verband tussen processen in een eierstok en de processen in het baarmoederslijmvlies, als er geen bevruchting optreedt (schematisch)
55
Menstruatie Voor en tijdens de menstruatie kun je je niet prettig voelen, ongelukkig voelen of verdrietig zijn. Sommige vrouwen zijn kribbig of afwezig, last van hoofdpijn of pijn aan de rug of spierpijn kan ook optreden. Dit gebeurt omdat maandelijks de hormoonhuishouding een beetje verandert. Nergens last van hebben tijdens de menstruatie kan ook. Gemiddeld begint de menstruatie op 13 jarige leeftijd en gaat door tot de menopauze, ongeveer 50 jaar. Wat je ook gebruikt je moet regelmatig het maandverband of tampon verwisselen. Bacteriën kunnen hun werk doen en laten het bloed onfris ruiken, ook kunnen er infecties en ontstekingen optreden. Hygiëne is tijdens de menstruatie zeer belangrijk, dus goed wassen, maar gebruik zo min mogelijk zeep of douchegel
56
Menstruatiecyclus
57
Bespreking posters en folders Herhaling geboorteregeling en soa’s
Les 7 Bespreking posters en folders Herhaling geboorteregeling en soa’s
58
https://www. youtube. com/watch
59
Geboorteregeling Onbetrouwbare methoden van geboorte regeling
opdracht 23 : Periodieke onthouding:
60
Geboorteregeling Onbetrouwbare methoden
Coïtus interruptus onderbroken geslachtsgemeenschap. Zaadlozing vindt buiten de vagina plaats. In het voorvocht kunnen ook zaadcellen aanwezig zijn.
61
Geboorteregeling 100 % betrouwbaar: - Condoom met zaaddodend middel
- Geen geslachtsgemeenschap Minder dan 100 % betrouwbaar - Condoom met zaaddodend middel - De pil, anticonceptie pil - De nuvaring - Het hormoonstaafje - Hormoonspiraaltje - Hormoonpleister - Sterilisatie man of vrouw
62
Noodmaatregelen tegen ongewenste zwangerschap.
Morning-after pil, binnen maximaal 72 uur slikken, is 3 dagen. Abortuspil kan tot en met de zevende week van de zwangerschap worden geslikt.
63
Noodmaatregelen tegen ongewenste zwangerschap.
Overtijdbehandeling, als een zuigcurettage binnen zestien dagen plaats vindt. Zuigcurettage , onder plaatselijke verdoving met een zuigpompje het baarmoederslijmvlies met het embryo via de baarmoedermond wegzuigen. Tot de dertiende week van de zwangerschap. Late abortus ingreep waarbij de zwangerschap na de dertiende week en voor de vierentwintigste week wordt afgebroken.
64
zwangerschap + geboorte
Les 8 zwangerschap + geboorte
65
Geboorte en zwangerschap.
Een zwangerschap duurt gemiddeld 40 weken, dat is ongeveer 9 maanden (draagtijd) Draagtijd 16 dagen Draagtijd maanden Goudhamster Olifant
66
Van zygote tot baby Ovulatie, de eisprong. Rijpe eicel komt vrij
67
Achterblijvend weefsel in de eierstok = geel lichaam
Eicel wordt opgevangen door trechtervormig uiteinde van eileider maximaal 24 uur in leven Geen bevruchting eicel wordt afgebroken en opgenomen door wand eileider
68
Kop van de zaadcel dringt de eicel binnen. Verliest zweepstaart.
Er vindt bevruchting plaats.
69
Ontwikkeling van de zygoot tot embryo
Deling van de eicel in de eierstok en de innesteling in het baarmoederslijmvlies . Via de uitstulpingen kan zuurstof en voedingsstoffen worden opgenomen uit het baarmoederslijmvlies. Eerste delingen zijn klievingsdelingen cellen worden niet groter. Daarna deling door mitose.
70
Schematisch overzicht van de eicelrijping, bevruchting en innesteling
71
zwangerschapstest 5 euro 15 euro
72
Placenta deel van de baarmoederwand waar bloed in bloedvaten van het
Placenta deel van de baarmoederwand waar bloed in bloedvaten van het embryo vlak langs het bloed in de bloedvaten van de moeder stroomt. Van moeder naar kind: zuurstof en voedingsstoffen. Van kind naar moeder koolstofdioxide en andere afvalstoffen.
73
Placenta: gedeelte weefsel van de moeder
gedeelte weefsel van het kind. Navelstreng weefsel alleen van het kind Bestaat uit 3 bloedvaten: 2 navelstrengslagaders, bloed wordt door hart van het kind naar de placenta gepompt. Is zuurstofarm en voedselarm, koolstofdioxide rijk en rijk aan afvalstoffen. 1 Navelstrengader stroomt van placenta naar kind, is zuurstof rijk en rijk aan voedingsstoffen. Longen,lever, nieren maag en darmkanaal van embryo werken nog niet..
75
Vruchtvliezen: weefsels van embryo, gevuld met vruchtwater
Functie vruchtwater : bescherming tegen stoten. tegen uitdrogen tegen wisseling van temperatuur embryo kan bewegen. Na twee maanden weegt embryo 2 gram, bijna alle weefsels gevormd en organen in aanleg
76
Vanaf drie maanden heet het embryo foetus.
Groeit van ±5 cm naar ±50 cm bij geboorte. Gewicht gaat van ±2 gr naar ± gram bij de geboorte.
77
Vanaf maand 4 bewegingen van het kind voelbaar
Vanaf maand 4 bewegingen van het kind voelbaar. De haren en wenkbrauwen ontwikkelen zich. Hersenen en spieren werken al voor de geboorte.
78
Overzicht (weken): 3, 4, 5, 6, 8, 13, 16, 21, , 35,5
79
Bevalling Eerste verschijnselen: weeën = met tussenpozen samentrekken van de spieren in de baarmoederwand. Ontsluiting = door de weeën wordt de baarmoederhals en baarmoedermond wijder. Vliezen breken meestal nu.
80
Bevalling Uitdrijving = weeën worden krachtiger, spieren in de buikwand gaan ook samentrekken. Dit zijn de persweeën
81
Bevalling Nageboorte = placenta en resten van navelstreng en vruchtvliezen worden uitgedreven.
83
Na de geboorte Bij de baby:
slijm wordt uit mond en luchtwegen gehaald. Navelstreng afgeklemd en doorgeknipt Baby gaat huilen. Navel droogt in en valt na ± één week af Bij moeder:nageboorte, vruchtvliezen, placenta en rest navelstreng worden uitgedreven.
84
Les 9 Bss 9 + Rutger’s koffer
85
Erfelijkheidsonderzoek
Prenataal onderzoek = vóór de geboorte Echoscopie Vlokkentest Vruchtwaterpunctie
86
Erfelijkheidsonderzoek
Echoscopie. Werkt door terugkaatsende geluidstrillingen. Tegenwoordig ook 3D-echoscopie. Afwijkingen in groei kunnen worden vastgesteld. Vlokkentest Vruchtwaterpunctie
87
Erfelijkheidsonderzoek
Echoscopie Vlokkentest. Cellen van de embryo kunnen vanaf 8 weken onderzocht worden op afwijkingen in DNA. Vruchtwaterpunctie
88
Erfelijkheidsonderzoek
Echoscopie Vlokkentest Vruchtwaterpunctie. Vruchtwater wordt opgezogen met daarin cellen van embryo die onderzocht worden op afwijkingen in DNA. Kan vanaf 16e week.
89
Abortus Abortuspil: tot zwangerschap van 3 weken.
Zuigcurettage: tot 12 weken Een buisje wordt de baarmoeder ingebracht en met een vacuümpomp wordt de embryo verwijderd.
90
Abortus Abortuspil: tot zwangerschap van 3 weken.
Zuigcurettage: tot 12 weken Prostaglandinebehandeling: 13+ weken. Vruchtvlies wordt stuk gemaakt waarna foetus sterft. Weeënopwekkende prostaglandinen worden bij moeder ingespoten en bevalt daarna van een dode foetus.
91
Abortus Abortuspil: tot zwangerschap van 3 weken.
Zuigcurettage: tot 12 weken Prostaglandinebehandeling: 13+ weken. Dilatatie en evacuatie: officieel tot max 24 weken. Foetus wordt in stukken ‘gezaagd’ en via baarmoedermond verwijderd.
92
Dilatatie en evacuatie
93
Pfoeh, even tijd voor iets luchtigers..
94
Rutger’s koffer Herhaling voorbehoedsmiddelen
95
Korte herhaling van menstruatiecyclus en geboorte
Herhaling menstruatiecyclus Belangrijk bij filmpje! Eicel wordt opgenomen in eileider, gaat niet via vagina naar buiten. Gele lichaam sterft af vanwege geen innesteling eicel Herhaling geboorte
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.