Blok 1A Quiz week 1 (T) Leerdoelen vr. 1 en 2: Cijferend optellen en aftrekken tot 10 000 met 2 of 3 getallen; Leerdoelen vr. 3 en 4: Breuken: een deel.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Oefenopgaven bij ABC toets
Advertisements

Omrekenen van oppervlakte- , en inhoudsmaten
Meten met Maten.
METRIEKE STELSEL Museum Ouder-Amstel.
Rekenen Cito M5 oefenen.
Rekenen Cito M6 oefenen.
Meten Grootheden kun je meten in eenheden. Tijd seconde Luchtdruk bar
Hoofdstuk 1 Om te beginnen
lengtematen en gewichtsmaten
Klik na afloop rechtsboven op X om terug te keren naar deze animatie.
NASK – METRISCH STELSEL
Schaalnotatie: 1 cm is in werkelijkheid cm Afstandslijn: 1 cm is in werkelijkheid 1,5 km
M3F-MATEN - Gewichten en lengtematen
Gemaakt door: Joran en Davy
Natuurkunde Paragraaf 1.5.
2.1 Vergrotingsfactor Vergrotingsfactor cm : 40 cm = 787,5
Oppervlakte Oppervlakte = op het vlak Dit is 1 cm²
Heel kleine getallen.
Techniek en handvaardigheid op de Viaan
Door Bas v.d. Noord & Ton Broekhuizen
Presentatie titel Kennisbasis Rekenen
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 2
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 2 Powerpoints staan op med.hro.nl/houmj/Klas_1BCEHI_Inductief/
Blok 1A Quiz week 1. A.Bij A B.Bij B C.Bij C D.Bij D 1 Waar hoort 6750? Kijk naar de getallenlijn! DC 8000 AB
Blok 1A Quiz week 1. 1 Welk getal hoort tussen 101 – 200? AB CD Waar horen de andere getallen?
Verhaalsommen groep 8. Peter doet mee aan de 10 km hardlopen. De baan is 400 m per ronde. Hoeveel ronden moet Peter lopen? a)15c) 20 b) 25d) 30.
Zoek de het juiste antwoord 100 cm1 meter Tien voor drieKwart over drieKwart over tien Tien uurDrie uurKwart over elf next.
Zoek de het juiste antwoord 100 cm1 meter 100 meter1000 centimeter100 decimeter 1000 meter2000 meter meter next.
1 millimeter dik 6 millimeter regen? 4 millimeter groot 2 millimeter groot.
Inhoud Lengte, oppervlakte en inhoudsmaten. Tijd..
Wouter heeft 96 voetbalplaatjes. Hij wil deze in een album plakken. Er passen 10 plaatjes op een bladzijde. Hoeveel bladzijden kan hij volmaken?
De lengtematen mm, cm, dm, m, km. Ellens nieuwe kamer Gisteren ging ik op bezoek bij mijn nichtje Ellen. Ellen is een meisje van 10 jaar. Ellen woont.
Jeroen zaagt de plank precies doormidden. Hoeveel centimeter wordt elk stuk? 70 cm.
Les 3 omtrek oppervlakte inhoud
Vandaag: Restant les 3 Verhoudingen
Herhalen schaal Schaal is een verhouding.
Inhoud berekenen.
les 3 digitale rekenblokken Verhoudingen in context situaties
Les 8 meten en meetkunde in huis
Herhalen schaal Schaal is een verhouding.
SCHAAL in toepassingssituaties
Les 8 Meten en meetkunde in huis
Werken met de Digitale Toets Omgeving FaSMEd Bijeenkomst 2
Rekenen.
Week 1, les 9 Ga zitten in de kring.
Lengte, oppervlakte en inhoud
Paragraaf 1.3 – Zinken,zweven en drijven
Les 5 vermenigvuldigen en delen in dagelijkse situaties
Kort herhalen les 3 voorbeeld toets som camping
1 VMBO BK deel Regelmaat in tabel Regelmaat in tabel 1 1.
NASK – METRISCH STELSEL
Snelheid Module 3 Basisstof 3.
Jeroen zaagt de plank precies doormidden.
Grootheden & eenheden TV Elektriciteit.
Rekenen met kommagetallen
Rekenen met grote getallen
Les 3 verhoudingen Verhoudingen.
Les 1 Meten en meetkunde: Schaal
SCHAAL in toepassingssituaties
Rekenen Les 6 Meten en Meetkunde in het verkeer Les 7 Meten in recepten Les 5 figuren slaan we over!
Omrekenen eenheden Volume
Hoofdstuk 21 PROBLEEMOPLOSSEN. Hoofdstuk 21 PROBLEEMOPLOSSEN.
Hoofdstuk 12 schaal. Hoofdstuk 12 schaal Paragraaf 12.1 Schaalverdeling.
oppervlakte en inhoudsmaten
Transcript van de presentatie:

Blok 1A Quiz week 1 (T) Leerdoelen vr. 1 en 2: Cijferend optellen en aftrekken tot 10 000 met 2 of 3 getallen; Leerdoelen vr. 3 en 4: Breuken: een deel van het geheel nemen Leerdoelen vr. 5 en 6: Relatie tussen de verschillende lengtematen, introductie van de decameter (dam) Leerdoelen vr. 7 en 8: Optellen, aftrekken en aanvullen tot 100 000

Kijk naar het HTE-schema! 1 Reken uit. 7240 8240 8250 8351 D H T E 4 5 2 6 6 + 4 = 3 7 2 4 + ? Ga zelf verder! Kijk naar het HTE-schema!

Kijk naar het HTE-schema! 2 Reken uit. 3415 3315 2385 3395 D H T E 6 5 8 7 7 − 2 = 3 1 9 2 − ? Ga zelf verder! Kijk naar het HTE-schema!

3 Hoeveel boeken in de doos? 21 7 24 12 In een volle doos passen 28 boeken. De doos is voor deel vol. Hoeveel boeken zitten er in de doos? 3 4 1 = .. boeken 4 28

4 Hoeveel dozen in de verhuiswagen? 12 24 22 16 In een volle verhuiswagen passen 72 dozen. De verhuiswagen is voor deel geladen. Hoeveel dozen zitten er in de wagen? 2 6 1 = .. dozen 6 72

5 Hoe hoog is de koffiemok? 8 meter 8 decameter 8 centimeter 8 millimeter 8 .. x 10 dam m dm cm mm : 10

6 Hoe kun je 11 meter anders opschrijven? 1 dam en 1 m 1 km en 1 m 110 cm 110 dam 11 meter = ……. x 10 dam m dm cm mm : 10

7 Reken uit. 42 600 32 600 46 600 44 600 14 300 + 28 300 = 10 000 + 20 000 = … 4 000 + 8 000 = … 300 + 300 = … Kijk naar de som!

8 Reken uit. 44 000 36 500 46 000 36 000 65 500 – 29 500 = 29 500 + = 30 000 30 000 + = 65 000 65 000 + = 65 500 Kijk naar de som!

Kijk naar het HTE-schema! Kijk naar het HTE-schema! 1 Reken uit. D H T E 1 1 4 5 2 6 3 7 2 4 + 8 2 5 Kijk naar het HTE-schema! Kijk naar het HTE-schema!

Kijk naar het HTE-schema! 2 Reken uit. D H T E 4 6 5 1 8 7 3 1 9 2 − 3 3 9 5 Kijk naar het HTE-schema!

3 Hoeveel boeken in de doos? In een volle doos passen 28 boeken. De doos is voor deel vol. Hoeveel boeken zitten er in de doos? 3 4 1 2 3 = 7 boeken = 14 boeken = 21 boeken 4 4 4 28

4 Hoeveel dozen in de verhuiswagen? In een volle verhuiswagen passen 72 dozen. De verhuiswagen is voor deel geladen. Hoeveel dozen zitten er in de wagen? 2 6 1 2 = 12 dozen = 24 dozen 6 6 72

5 Hoe hoog is de koffiemok? 8 cm 8 .. x 10 dam m dm cm mm : 10

6 Hoe kun je 11 meter anders opschrijven? 1 dam en 1 m 1 km en 1 m 110 cm 110 dam 11 meter = 1 dam en 1m x 10 dam m dm cm mm : 10

7 Reken uit. 14 300 + 28 300 = 42 600 10 000 + 20 000 = 30 000 4 000 + 8 000 = 12 000 300 + 300 = 600 Kijk naar de som!

8 Reken uit. 65 500 – 29 500 = 36 000 29 500 + = 30 000 500 30 000 + = 65 000 35 000 65 000 + = 65 500 500 Kijk naar de som!