Familie: cool! Montag 1. Dezember.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Grammatica Passwort Deutsch Klas 4
Advertisements

Welke woorden krijgen een naamval?
Grammatica Passwort Deutsch Klas 4
Paarden Door Layla gemaakt.
Erwin de Vries Charlotte Custers. Erwin de Vries Charlotte Custers.
Verschuiving van de werelddelen
Loopbaan Oriëntatie en Begeleiding
Theo Burghout Week van de techniek We hebben bij.
De straaljagerpiloot De straaljagerpiloot.
Kapitel 12: S Gemaakt door Bart.
Godsdienst.
Coca cola De geschiedenis van coca cola De coca cola-fles
Iris, Twann, Isa en Thomas
Februari 2010 Co-creatie als meerwaarde 1 Voor CMI-MEDIA CO-CREATIE MEDMEC 03.
En er zijn veel Bergen op Bali
Matthijs & Daan bezoek aan de Maeslantkering
Echt of nep?.
Godsdienst.
Bezittelijk voornaamwoord
Grammatica Passwort Deutsch Klas 4
De spreekbeurt..
Das Versprechen Kapitel 10: Seite
Vinay Sardjoemissier.
Bienvenue à tous.
Der, die, das Artikel.
5 Minuten lesen.
Les 4 – Kan ik meer met media?. Inhoud van de les Invullen werkblad Wedstrijd: de ‘Media challenge’ Presentatie plannen Beoordeling Invullen van de mediacompetenties.
Les 2 – Jouw media.
bijvoeglijk naamwoord gecombineerd met trappen van vergelijking
2 hv en 2 vwo+ Grammaire chapitre 5.
ABENTEUER LITERATUR SEITE 24,25 Door Floor en Nathalie.
In mit durch von zu zwischen aus bei an seit neben für unter.
In deze dienst zal Ds. R. Tigelaar voorgaan. Voor de dienst zingen we Ps. 4: 3 Na de zegen Ps. 31: 1, 2, 14 Schriftlezing: Openbaring 22: Tekst:
Familie: cool! 12. Februar 2014.
Wat gaan we doen vandaag?
H. Lukens.  Les 2 van Projekt: ich bin…  Vragende voornaamwoorden (Interrogativpronomen)  “Spiel”  Üben.
Je gaat de dialoog voorstellen oefenen. Per dia zie je steeds twee zinnen. De ene zin is voor Peter, de andere voor Heiner. Door op het luidsprekertje.
Wat zijn verwijswoorden en hoe gebruik je die?
Bezittelijk voornaamwoord
Onderzoekscompetenties binnen MVT
De betrekkelijk voornaamwoorden
Te leren voor Schreibfähigkeits Toets 14 Dec H3c.
Vaste voorzetsels en keuzevoorzetsels
Voorzetsels, met altijd de 4e naamval 131TB
Zwei Weisen, worauf man sich die ,Null-Gruppen’ merken kann
Stof voor Proefwerk Trabitour C – Kapitel 9 Je moet kennen en kunnen: Woordjes AB Zinnen TB Bezittelijke voornaamwoorden - TB 48 Werkwoorden.
Wat te leren voor de Grammatica toets Kap2 Duits:.
Duits Klassen 2 alle gramm info boek A. einundzwanzig hunderteins ! dreißig ! vierzig fünfzig sechzig ! siebzig ! achtzig neunzig hundert tausend 109.
Ein informeller Brief Gute Tipps. Formuleringen Hoe gaat het met je? = Wie geht es (geht’s) dir? Ik heb het druk = Ich habe viel zu tun. in de vakantie.
Aanwijzend voornaamwoord Bezittelijk voornaamwoord 2 Voornaamwoorden.
Welke woorden horen bij deze groep en hoe werkt het?
Welke woorden horen erbij en hoe werkt het?
Meewerkend voorwerp 3VWO
Duits -1 Grammatica.
Grammatik C + I Redemittel J + D
Grammatik C + I Redemittel D + J
PERIODE 3: KAPITEL 3 Grammatik C + J Redemittel D + J.
Die deutsche Satzbau Welche Reihenfolge, in Beziehung auf die Verben, muss man beachten, wenn man einen deutschen Satz schreibt?
Hoofdstuk 3 Grammatica woordsoorten
Schulprüfung Schreibfertigkeit
bijvoeglijk naamwoord gecombineerd met trappen van vergelijking
De betrekkelijk voornaamwoorden
Het bezittelijk voornaamwoord
Bezittelijk voornaamwoord
Klassen 2 alle gramm info boek A
Zwei Weisen, worauf man sich die ,Null-Gruppen’ merken kann
Hoe ontstaan naamvallen?
J. van Os Maurick College Tweede klas
Hoe ontstaan naamvallen?
Transcript van de presentatie:

Familie: cool! Montag 1. Dezember

Was machen wir heute? Rückblick (terugblik) Ziele (doelen) Uitleg grammatica Aufgaben machen Filmpje ‘’Wie funktioniert ein Touchscreen’’ (Spiel Lernliste)

Spiel Lernliste (schwierige Wörter) de lente de kleinzoon de maand

Ziele Ken je de bezittelijke voornaamwoorden Weet je hoe je de bezittelijke voornaamwoorden moet toepassen

Grammatik Sven Kramer ist ein Schlittschuhläufer. Meine Eltern haben ein Kind. Ireen Wüst ist eine Frau. ‘een’ wordt vertaald met: ein of eine Bij vrouwelijke woorden en meervoud een -e

Woorden die net zo gaan als ein/eine: der en das die en meervoud geen  kein keine mijn  mein meine jouw  dein deine zijn  sein seine haar  ihr ihre onze  unser unsere jullie  euer euere hun  ihr ihre uw  Ihr Ihre

Aufgaben machen Was: Aufgabe 30, 31 und 32 Wo: Arbeitsbuch Seite 55 und 56 Hilfe: Buch oder dein Nachbar/deine Nachbarin Wie lange: etwa 10-15 Minuten Fertig: machen Aufgabe 33

Wie funktioniert ein Touchscreen? http://www.youtube.com/watch?v=XHddYd2kdzA Was: Fragen beantworten

Wie funktioniert ein Touchscreen?

Spiel (Lernliste)

Tschüss!