Het leenstelsel Van orde naar wanorde (8e -15e eeuw)

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Kenmerk 15 Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke mach het primaat behoorde te hebben Les 2 - Investituurstrijd.
Advertisements

Feodalisme en het hofstelsel
Hofstelsel en leenstelsel
Karel en grote problemen
Hoofdstuk 4 De middeleeuwen 1
Feodale stelsel.
H3 Van Mohammed tot Karel de Grote
3 Van Mohammed tot Karel de Grote
Tijd van monniken en ridders
Burgers regelen het zelf
Hfd. 1.4 opkomst van machtige vorsten
De samenleving in de Vroege Middeleeuwen
5.1 Leenheren en leenmannen
Paragraaf 1: Frankrijk in de 18e eeuw
Middeleeuwen: Monniken en Ridders
Verdediger van het Christendom
GULDENSPORENSLAG 11 juli 1302.
Hoofdstuk 3 Extra informatie…
Macht kwam in handen te liggen van Germaanse koningen, zoals bijv
Kenmerk 11 De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd.
Hoge en lage edelen Het merendeel der adel bestond uit lage adel
Strijd tussen De Kerk en De Staat Les 8 - Investituurstrijd
Kenmerk 15 Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke mach het primaat behoorde te hebben Les 13 - Investituurstrijd.
Hoofdstuk VI: De Middeleeuwen Les 2: Karel de Grote
Karel en grote problemen
Paragraaf 5.3 De macht van vorsten.
God zegent je zodat je zult heersen 1.
Paragraaf 3.3 Deze les: Feodale stelsel
Aantekeningen en afbeeldingen.
Vroege middeleeuwen tot 1000 Late middeleeuwen tot 1500
Hoofdstuk 3 De Romeinen.
Wat moet je weten aan het eind van de les?
Goed voorbereid naar de Pabo!
Tijd van monniken en ridders
De vroege middeleeuwen, 500 – 1000
DE VROEGE MIDDELEEUWEN
Pabo instroom geschiedenis
Bestuur in andere landen
Romeinen, Germanen en Kelten
De strijd om de macht: van feodale naar territoriale koninkrijken
Exodus 4 13 Exodus 4 13 Maar Mozes zei: ‘U moet het me niet kwalijk nemen, Heer, maar kunt u niet iemand anders sturen?
4.5 De Nederlanden onder de Bourgondiërs - de Gewesten
Paragraaf 3, trouw aan de heer
Tijd van steden en staten
Geschiedeniswerkplaats – 1KGT
Paragraaf 3 Opkomst van machtige vorsten
Opkomst van machtige vorsten 1.4. Vorsten brengen een scheiding aan tussen Kerk en Staat Tot de dertiende eeuw dachten de meeste Europeanen dat God maar.
Ka11. het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur
Het land van de farao Hoofdstuk 2.
Waarom bekeert Clovis zich tot christendom?
Ontstaan van een decentrale, feodale standensamenleving
Staatsvorming en centralisatie
Tijd van Monniken en Ridders
1.5 Vorsten in Europa Absolute vorsten
Op naar feodaal Europa (een strijd om macht) (feodaal stelsel = Leenstelsel, adel regeert)
5.1 Leenheren en leenmannen Tijd van monniken en ridders Middeleeuwen
5.1 Leenheren en leenmannen Tijd van monniken en ridders ( ) Middeleeuwen ( )
Monniken en ridders H3.3 HET BESTUUR WORDT FEODAAL.
Paragraaf 3.3 Het feodale stelsel
Hoofdstuk 3.3 Het bestuur wordt feodaal
Monniken en ridders 5.1 Leenheren en leenmannen
Paragraaf 4.4 Het ontstaan van machtige staten
De vroege middeleeuwen
Paragraaf 3.3 Het feodale stelsel
OPKOMST VAN HET CHRISTENDOM
Vorsten en vazallen in de europese rijken ( )
Steden en kruistochten
Cursus 5.2 : Monniken en Ridders 1 KB Lesweek 1
KA 12 - Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur KA 09 - De verspreiding van het christendom in geheel Europa Les 22: Karel de Grote.
Kenmerk 15 Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke mach het primaat behoorde te hebben Les 28 - Investituurstrijd.
Transcript van de presentatie:

Het leenstelsel Van orde naar wanorde (8e -15e eeuw) HB p58-59, cursus p66-69 + werkblaadje

Voorkennis  hersenen wakker maken Kerstvakantie  Iemand vakantiewerk gedaan? Wat? Waar? Op voorhand iets besproken met werkgever? Wat moest jij leveren? Wat kreeg jij voor je geleverde prestaties? Wat is een contract? Een afspraak tussen twee (of meer) partijen, waardoor er wederzijdse rechten en plichten ontstaan. De ene partij heeft de plicht om een prestatie te leveren, de andere partij heeft recht op deze geleverde prestatie. Hoe bezegelen wij een contract? Lezen, bestuderen en tekenen – in theorie. Tekenen en hopen dat je eerste loon snel gestort wordt – in praktijk.

Leencontracten: persoonlijke en zakelijke overeenkomsten Romeinen, Germanen, Karolingers: verdienstelijke soldaten kregen? GROND! (of een ambt) Waarom was grond belangrijk? Grond = geld Leg uit! De soldaten die een stuk grond kregen van de koning, keizer, … kunnen een inkomen halen via de boeren die op hun grond leven en voor hen moesten werken. Wil dit zeggen dat de familie van de heer met een stuk grond nooit of te nimmer armoede zal kennen? Neen! De grond was slechts in bruikleen uitgeleend aan de soldaat. Na zijn dood keert het stuk grond terug naar de kroon. Het bleef per definitie altijd koninklijk bezit. ME: grond wordt een LEEN of FEODUM genoemd.

Leencontracten Het leenstelsel of FEODALITEIT. Komt van ‘feodum’ Contract  rechten en plichten voor beide partijen. De leenheer: schenkt grond (of ambt) in leen. De leenman (of vazal): VERANTWOORDELIJKHEDEN: Moest de gekregen grond beschermen en er de wetten doen naleven. Kortweg: besturen in naam van zijn leenheer. Leenheer bijstaan met raad en daad. (o.a. vazallen moesten 40 dagen per jaar beschikbaar zijn om te vechten voor hun leenheer) Trouw blijven aan de leenheer. Opmerking: Kroonvazallen konden met lager geplaatste adel ook een leencontract aangaan. Je werd achtervazal van de koning Trouw gezworen aan de kroonvazal, niet aan de kroon zelf. Leidt mogelijks tot problemen.

Leenstelsel in afbeeldingen - schematisch

Leenpiramide

Leenstelsel in afbeeldingen Opperste leenheer = koning, keizer, vorst, … Kroonvazallen =Vazal van de vorst Achtervazallen = vazal van een kroonvazal …

Leenhulde De overdracht van het leen ging samen met een hele ceremonie. Zie ook HB p59, bron 5 Heer en leenman en leenman geven elkaar de vredeskus. De leenheer omklemt de samengevouwen handen van de leenman. Leenheer overhandigt een zwaard aan de leenman. Er wordt een takje overhandigt.

KdG: sterk en goed bestuurd rijk

Leenstelsel onder Karel de Grote Alle machtige figuren (graven en hertogen) waren door een eed van trouw en een leencontract aan Karel verbonden. Om de eed te verifiëren zond hij zendgraven uit. Lenen waren niet erfelijk Sterke persoonlijkheid: ideale, sterke man aan de top van de feodale piramide. Twee keer raden: Wat gebeurt er met het leenstelsel na de dood van KdG?  Valt uiteen!

Feodale verbrokkeling 814: * KdG 843: Verdrag van Verdun Graven en hertogen minder trouwe leenmannen. Trokken koninklijke rechten naar zich toe. Oefenden macht ui in eigen naam. Traden op als vorst binnen hun leen. Wat nog? Leenheren bestreden elkaar. Lenen werden erfelijk. Sommige vazallen hadden meerdere leenheren. Er ontstonden heerlijkheden.