LEVENSKENMERKEN.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Thema 4 DNA Ongeslachtelijke voortplanting.
Advertisements

Kenmerken en variaties
Ecologie VWO 5.
Thema 1 Stofwisseling Basisstof 4 K4
B5 Fotosynthese en Verbranding
B3 Glucose als grondstof
Examentraining Biologie
Kringloop van koolstof en stikstof
Dissimilatie Levert energie.
Uitwisseling van stoffen met de omgeving
In cyanobacteriën en planten
Kringloop producent-consument-reducent………
Vier rijken vergelijken
Cellen en weefsels.
13.3 t/m 13.5 Voedselketens / Voedselpiramides / Biomassa / BPP /NPP / Eutrofiëring.
ASSIMILATIE Basisstof 3 en 4.
Havo 5 B6 Stofwisseling in planten
Dissimilatie Levert energie Deze energie is voor alle levensprocessen
Organische stoffen Anorganische stoffen.
Van zonne-energie naar beweging en warmte
Paragraaf 10.4 Leven is regelen.
Voedselrelaties.
Basisstof 9: Autotroof en Heterotroof
Havo 5 Bas 1: Wat is stofwisseling Bas 2: Enzymen.
Voedselketen Consument 1e orde Consument 2e orde Consument 3e orde
413 – ECOLOGIE.
B. Stof 3 Hoofdthema’s in de Biologie
Terugblik BS 1 en 2 Biologie is de studie van organismen (levende wezens)
READER AFP 1 OPBOUW VAN HET MENSELIJK LICHAAM
STOFWISSELING Opbouw en afbraak.
Hoofdstuk 2 De cel.
ERFELIJKHEID.
Stofwisseling Thema 1.
Planten Thema 2.
Leskaart fotosynthese en verbranding Leskaart broeikaseffect
H7 Celstofwisseling.
Voortgezette assimilatie 1
ERFELIJKHEID.
Havo 5 B6 Stofwisseling in planten
Voortgezette assimilatie 1
Havo 5 B6 Stofwisseling in planten
Voedselketen Consument 1e orde Consument 2e orde Consument 3e orde
3 DOMEINEN Uit door endosymbiose Par. 5 blz. 112) ontstaan cellen hebben zich de huidige organismen ontwikkeld die we kunnen onderbrengen in 3 domeinen:
Hoofdthema’s in de biologie
12.4 Dissimilatie Dissimilatie is het afbreken van grotere moleculen in kleinere, waarbij energie vrijkomt en wordt vastgelegd in de vorm van ATP. Deze.
Organen en cellen Thema 1.
Ecologie Hoofdstuk 6.
Bs. 1 stoffen worden omgezet (stofwisseling )
Thema 3 ecologie.
413 – ECOLOGIE.
Thema 1 Planten.
Planten 4 VMBO BB Thema 1.
Organische stoffen Anorganische stoffen.
Stofwisseling 4 VMBO KGT.
Voorbereiding op de biologie toets
Voedselketen Consument 1e orde Consument 2e orde Consument 3e orde
Eiwitten op je bordje Context 2.
B. Stof 2 Prokaryoten B. Stof 3 Eukaryoten
Voortgezette assimilatie 1
Voedselketen Consument 1e orde Consument 2e orde Consument 3e orde
Thema 1: Stofwisseling de werking van enzymen.
Organische stoffen Anorganische stoffen.
Dissimilatie Levert energie Deze energie is voor alle levensprocessen
Havo 5 Stofwisseling: Koolstofkringloop
Transcript van de presentatie:

LEVENSKENMERKEN

KENMERKEN EN VARIATIES Eigenschappen van elk individu binnen in bepaalde groep Verschillen van eigenschappen van individuen binnen een bepaalde groep

1. HOMEOSTASE Een constant inwendig milieu handhaven B.v. suikerklontje in water: de structuur verandert Organisme in water: structuur blijft gelijk Te veel/te lang verandering: organisme kan het niet meer aan.

Negatieve terugkoppeling Het effect wordt teniet gedaan Homeostase = zelfregulatie van organismen met behulp van een vastgestelde norm en negatieve terugkoppeling

Positieve terugkoppeling Het effect wordt versterkt Bij omdraaien van de kop, draait de vlieg dol

2. STOFWISSELING Opname van stoffen uit de omgeving Gebruik voor opbouw van cellen en energie Uitscheiding van afvalstoffen

FOTOSYNTHESE(assimilatie) CO2 + H2O Wordt o.i.v. zonlicht omgezet in Glucose (C6H12O6) + O2 Alleen bij groene planten Glucose is de basis voor organische stoffen

VERBRANDING(dissimilatie) Het omgekeerde van fotosynthese Netto wordt lichtenergie omgezet in chemische energie, Bruikbaar voor homeostase,groei, beweging,enz Vindt plaats in alle organismen

AUTOTROOF / HETEROTROOF Groene planten: Zowel fotosynthese als verbranding Zelf -voedend Dieren: Alleen verbranding Voor voedsel afhankelijk van groene planten

3. VOORTPLANTING Ongeslachtelijke voortplanting: Celdeling Planten: via uitlopers, knollen e.d.

Geslachtelijke voortplanting Halvering van het erfelijk materiaal Versmelting van zaadcel(beweeglijk) en eicel(voedsel) Hieruit groeit een nieuw individu

4. ZINTUIGEN Zintuigcellen nemen prikkels uit omgeving waar Daarop volgt gedrag dat goed is voor het organisme

5. DOOD Organismen sterven door: Opgegeten worden Honger Ziekte Ouderdom