Het Tijdperk van Complexiteit College 4

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Freek Terheggen, Kaz de Bruijn, Eva Willemsen en Minke Greeven
Advertisements

Aanbod BIOgenie derde graad
De cel.
DNA Korte herhaling.
Synthetische Biologie Endy 2005 Nature • synthetische biologie is ‘de ingenieursvisie op biologie’ • combineert biologie.
Communicatie tussen cellen
Verbindingen Schema van de ondergrondse infrastructuur van het TU/e terrein toont de noodzakelijke verbindingen tussen gebouwen, onderzoeksfaciliteiten.
Aërobe dissimilatie.
Enzymen I Eiwitten maken voor meer dan 50% uit van het gewicht aan drooggewicht van de meeste cellen. Meest belangrijke eiwitten zijn enzymen Enzymen.
Toetskwaliteit LAW onderwijsmiddag Leendert van Gastel, Amstel Instituut 24 mei 2005.
21.3 PCR-techniek Dubbelstrengs DNA verhitten, resultaat: enkelstrengs DNA Afkoelen Binding complementaire DNA-primers op specifieke plekken los DNA.
Van Moleculaire naar Modulaire Biologie
Synthetische biologie
Eiwitonderzoek bij ziekten
Eiwitten structuur en functie
Examentraining Biologie
vwo C Samenvatting Hoofdstuk 12
De zoektocht naar functionaliteit in het post-genoom tijdperk
Rick van den Dobbelsteen Lloyd Fasting
Biologie Medische Biologie Milieu-Natuurwetenschappen
Keerpunten #1.
Genetisch materiaal onder de loep
de erfelijke blauwdruk
Hoofdstuk 2 Samenvatting
Een cel is een systeem van
Genetisch materiaal onder de loep
ASSIMILATIE Basisstof 3 en 4.
DNA replicatie, celcyclus en mitose
Assimilatie / dissimilatie
Nucleïnezuren en DNA-replicatie
De principes van het metabolisme
Thema 4 DNA Basisstof 1 Van genotype tot fenotype
De Cel, DNA.
Leer van de cellen.  Plantaardige cellen ◦ Zonnenergie (en water) omzetten in suikers ◦ Tijdens proces zuurstof afgeven  Dierlijke cellen ◦ Verbuiken.
Van Moleculaire naar Modulaire Biologie
Cluster Moves in Monte Carlo simulaties om deze sneller te maken.
Inhoud college Functionele indeling Defunctionalisering
Oct slide College 5: Ising en Schelling/Magneten en Mensen 1 gedrag op microschaal gedrag op macroschaal complexiteit: ↔
Centrale vraag Hoe kunnen inzichten in de moleculaire biologie helpen om ziektes te begrijpen, te voorkomen en te genezen?
Dissimilatie op celniveau
Keuze-opdracht 3-1.
Industrie op miniformaat Video: The inner life of a cell
DNA en eiwitten.
Hoofdstuk 14 Chemie van het leven.
Thema 2 Cellen § 2.4 Opname en afgifte van stoffen tussen cellen en het uit- of inwendig milieu.
Duurzame energie Biomassa.
B. Stof 3 Hoofdthema’s in de Biologie
Bouw, functie, onderdelen, transport
BIO 42 Het centrale dogma.
Week 3: Systeemtheorie versus biologische psychologie
Terugblik BS 1 en 2 Biologie is de studie van organismen (levende wezens)
B. Stof 5 De celorganellen Plantencellen en hun organellen 1
HAVO 4 Thema 1: Inleiding in de biologie Boek: Biologie voor jou Deel: HAVO A.
STOFWISSELING Opbouw en afbraak.
College 6: Regulatie van gen expressie
Celdeling, celgroei en ontwikkeling
13.4. t/m De ruimtelijke vorm van eiwitten Nadat een eiwit in de cel is aangemaakt, vouwt het zich spontaan in een kluwen, die kenmerkend is voor.
Zelfstandigheidproject 3 VWO
Stofwisseling Thema 1.
Thema 4 DNA. Genotype - Fenotype genotype: de erfelijke eigenschappen die vastliggen in het DNA (in de genen). fenotype: alle uiterlijk waarneembare kenmerken.
12.2 Stofwisselingsprocessen Autotroof: Organismen die uit anorganische moleculen hun benodigde organische moleculen kunnen maken Naam van dat proces:
4 De wetenschap & het vraagstuk van het ontstaan van leven
Organellen in de cel Submicroscopische bouw van de cel.
Genetisch materiaal onder de loep
Les 6 Replicatie: voortplanting en genomics
Hoofdthema’s in de biologie
Bouw, functie, onderdelen, transport
12.2 Stofwisselingsprocessen
Doolhof. doolhof doolhof Maak een routine die de ‘hekken’ tussen de cellen weghaalt Maak een 2-dimensionale array met kolommen en rijen aangeklikt.
De bodem leeft!.
Transcript van de presentatie:

Het Tijdperk van Complexiteit College 4 Tom de Greef Het Tijdperk van Complexiteit College 4 Van Moleculaire naar Modulaire Biologie http://www.tue-tm.org/complexity/

De Levende Cel Volume: 10-11 - 10-9 liter 108 - 1012 Moleculen David Goodsell: http://mgl.scripps.edu/people/goodsell/

De Levende Cel II Inner Life of a Cell: BioVisions Harvard Te zien op: http://www.youtube.com/watch?v=y3eJLj1V4R0&feature=related

Overzicht college De levende cel als complex systeem Karakteristieken complex systeem De levende cel als complex systeem De moleculaire vs. systeembiologie approach Netwerktheorie Topologie analyse van cellulaire netwerken Synthetische Biologie

Eigenschappen complexe systemen Karakteristieke kenmerken complexe systemen Groot aantal componenten Veelvoud van interacties De interacties tussen de componenten zijn sterk niet-lineair Zelforganiserend Adaptief Robuust  Fragiel

De levende cel als complex systeem (I) Groot aantal componenten: 109 en heterogeen (DNA, metabolieten, eiwitten) Interacties tussen de componenten: eiwit-eiwit, DNA-eiwit interacties Niet-lineair: Michaelis-Menten

De levende cel als complex systeem (II) Adaptief: Cel past zich aan aan zijn omgeving Signalen  interactie moleculen Robuust: Regelsystemen in cel houden concentratie, pH en temperatuur constant. Zelforganisatie: Geen gecentraliseerd bestuur??

De moleculaire biologie Ontstaan in de jaren vijftig van de vorige eeuw Functie van de moleculen staat centraal - DNA - Eiwitten - Metabolieten Reductionistische wetenschap Levende cel Isolatie & Studie Integratie

DNA Deoxyribonucleic acid Functie: dragen van genetische informatie Dubbele helix, 4 basenparen (A, T, G, C) Sequentie: volgorde basenparen Gen: DNA sequentie die codeert voor een eiwit Transcriptie & Translatie: het proces waarbij DNA wordt gelezen en vertaald naar eiwit

Eiwitten Functie:- Communicatie - Transport - Structuur - Chemische omzetting (katalysator)

Metabolieten Functie: - Energiebron - Opbouw van de cel - Signaal moleculen Suiker (glucose) ATP vetzuren

Centrale dogma van de moleculaire biologie Francis Crick (1958) Lineaire stroom van informatie Complexiteit cel: hoeveelheid DNA! 1:1 relatie gen en ziektebeeld

Van functie naar interacties Humaan genoom project Complete DNA sequentie in kaart gebracht Interactie tussen de moleculen niet bekend Systeembiologie: interacties i.p.v. functie ?

Systeembiologie Ongeveer 10 jaar oud Interacties tussen de moleculen staat centraal Geen lineaire stroom van informatie Holistische wetenschap

De levende cel als netwerk Interactie =

Thema: netwerken

Grafentheorie Verzameling punten (knopen) verbonden door kanten (edges) Het aantal knopen wordt de orde (N) van een graaf genoemd Het aantal kanten wordt de grootte (M) van een graaf genoemd N = 6 M = 10

Grafentheorie (II) Ongerichte graaf Gerichte graaf

Aangrenzendheids matrix Graaf kan als matrix, A, worden weergegeven Matrix: m rijen en n kolommen (m x n matrix) Matrix heeft elementen aij Het element aij is gelijk aan 1 als er een kant tussen knoop i en j is Ongerichte graaf symmetrische matrix Gerichte graaf niet symmetrische matrix a12 a21

Grafentheorie (III) Simpele graaf: - Geen kant die een knoop met zichzelf verbindt - Maximaal 1 kant tussen twee knopen simpel niet-simpel niet-simpel Volledige graaf: Simpele graaf waarin alle knopen met elkaar verbonden zijn

Grafentheorie (IV) Het maximaal aantal kanten, Mmax, in een volledige graaf met N knopen: Elke knoop heeft een kant met de N-1 andere knopen Het totale aantal kanten is dan N(N-1) Dubbeltelling: N(N-1)/2 Voorbeeld N = 3 2 2 2

Grafentheorie (V) Graad: De graad ki van knoop i is het aantal kanten die deze knoop heeft Ongerichte graaf Gerichte graaf Gemiddelde graad: Voor een ongerichte graaf:

Gradenverdeling, P(k): Grafentheorie (VI) Gradenverdeling, P(k): Functie die de kans geeft dat een willekeurig gekozen knoop graad k heeft Cumulatieve gradenverdeling Pc(k): Functie die de kans geeft dat een willekeurig gekozen knoop een graad groter dan k heeft Tel aantal knopen met k = 1, 2, 3.....kmax Delen door N (totaal aantal knopen)

Grafentheorie (VII) Clustering: knoop A verbonden met knoop B en knoop C met B dan verhoogde kans dat knoop A met C is verbonden C B A Clusteringcoëfficiënt C van knoop i: Met Mi = het aantal kanten tussen de ni buren van knoop i Mmax = het maximaal aantal kanten tussen de n buren van i

Grafentheorie (VII) Voorbeeld CA = 1/10 MA = 1

Grafentheorie (VII) Gemiddelde clusteringcoëfficiënt <C>: N = totaal aantal knopen netwerk Modulair netwerk <C> = 1

Grafentheorie (VII) Gemiddelde clusteringcoëfficiënt <C>: Clusteringcoëfficiënt-graden correlatiefunctie, C(k): Gemiddelde clusteringcoëfficiënt van alle knopen met graad k Sterk geclusterde knopen met lage graad

Grafentheorie (VIII) Assortatief Disassortatief k = 9 k = 9 k = 9 de gemiddelde graad van alle buren van een knoop met graad k

Netwerkmodellen Verschillende soorten netwerken (grafen) mogelijk: Random netwerken Schaalvrije netwerken Hiërarchisch schaalvrije netwerken Karakterisatie verschillende modellen door gradenverdeling, P(k) en clusteringcoëfficiënt-graden correlatiefunctie C(k)

Random netwerken Erdös-Rényi (1960) Start met N knopen Kies twee knopen Kant tussen twee knopen met kans p Voorbeeld N = 10, Mmax = 45 <M>=0.15*45 =6.75 <M>=0.1*45 =4.5

Random netwerken (II) Gemiddelde graad <k> Gradenverdeling: binomiaalverdeling, in de limiet van grote N Poissonverdeling Gemiddelde graad <k> Homogene gradenverdeling 67% binnen standaarddeviatie clusteringcoëfficiënt-graden correlatiefunctie C(k)

Percolatie in Random Netwerken S = Aantal knopen in de grootste cluster Aantal knopen netwerk 1 S p Kritische percolatie treshold

Schaalvrije netwerken Inhomogene gradenverdeling Meeste knopen lage graad, enkele knopen hoge graad (hubs) Barabási & Albert (1999) Groei door preferentiële aanhechting: - Elk tijdstip nieuwe knoop - Nieuwe knoop wordt verbonden met oude knopen via m kanten - Kans van nieuwe kant is afhankelijk van de graad van de oude knoop

Schaalvrije netwerken (II) Gradenverdeling: met  =3 Hub clusteringcoëfficiënt-graden correlatiefunctie C(k)

Robuustheid knoopverstoring Complexe systemen: robuust en fragiel t.o.v. verstoringen Mogelijke verstoring netwerk: verwijderen van knopen Resultaat: fragmentatie netwerk Maat voor fragmentatie netwerk: S, fractie knopen in de grootste cluster S = 7/19

Robuustheid knoopverstoring

Modulair Schaalvrije Netwerken Biologische netwerken: schaalvrij karakter maar ook modulair! Schaalvrij netwerk Barabási & Albert: niet modulair Modulair Schaalvrij netwerk: Barabási & Jeong (2000) Schaalvrij Modulair

Modulair Schaalvrije Netwerken a) Start met een klein netwerk van N sterk geclusterde knopen b) Kopieer dit netwerk Y maal c) Verbind buitenste knopen replica’s met centrale knoop origineel d) Verbind centrale knoop replica’s met elkaar e) Herhaal stap a, b, c

Modulair Schaalvrije Netwerken (II) Gradenverdeling: met  =2-3 (afhankelijk van N en Y) clusteringcoëfficiënt-graden correlatiefunctie C(k)

Topologie Analyse van Biologische Netwerken Worden de moleculaire netwerken die gevormd wordt door moleculen in de levende cel het beste beschreven door een random, schaalvrij of modulair schaalvrij netwerk? Eiwit-eiwit interactie netwerk Metabole netwerken

Eiwit-eiwit interactie netwerk Eiwit = knoop Kant = interactie tussen twee eiwitten Ongericht netwerk Y2H methode (yeast two hybrid) = 3000 eiwitten 4000 interacties C. elegans

Eiwit-eiwit interactie netwerk (II) Biergist - Schaalvrij Dataset Aantal eiwitten interacties Graden Exponent () MIPS 6745 5434 2.34 DIP 5798 20098 2.50 Uetz 2115 4480 2.32 Ito 3280 8868 2.44

Eiwit-eiwit interactie netwerk (III) Schaalvrij: netwerk gevormd door preferentiële aanhechting Oorzaak: genduplicatie Genduplicatie: gen dubbel gekopieerd tijdens celdeling

Connectiviteit vs. evolutionaire leeftijd Oudste eiwitten = meeste interacties Suggereert preferentiële aanhechting

Metabole netwerken Voorbeeld: citroenzuur cyclus Functie: omzetten suikers in energie (ATP, GTP)

Metabole netwerken (II) Gradenverdeling, P(k) Clusteringcoëfficiënt-graden correlatiefunctie, C(k) Modulair!

Modulair ontwerp van de cel Modules Specifieke taak Verhogen robuustheid Evolutionair voordeel evolutie

Synthetische Biologie: Herontewerpen van een Cel combineert biologie en ingenieursprincipes om nieuwe biologische functies en systemen te ontwerpen en te bouwen die niet aanwezig zijn in de natuur die nieuwe functies zijn vaak nuttig voor mens, dier of milieu → groot potentieel!

Herontwerpen van een cellulair netwerk

Functionele Micro-organismen Energie Productie Productie van waterstof en ethanol uit biomassa Conversie van licht in waterstof.

Functionele Micro-organismen (II) Biotherapeutica “ Killer” bacteriën voor tumoren Vernietigen tumor cellen op commando

International Genetically Engineered Machine Internationale competitie voor bachelor en master studenten (+/- 50 universiteiten) Ontwerp zelf een cel met een nieuwe functie! TU/e vanaf 2012, interesse???

Aanbevolen materiaal