Rome!
Romulus en Remus. Romulus en Remus
Rome Tot 509 v C een Koning. Advies van Patres Familae: Patriciers.(adel) In de Senaat. Volk (plebs): plebejers (afkomst) Tarquinius Superbus Republiek 2 patriciers als Consul, één jr de macht. Senaat geeft advies. Plebs: volkstribuun Heeft veto-recht!!
Militaire macht. Beroepsleger. ‘pensioen’: stukje land! Imperator: bevelhebber van de troepen. Romeinse rijk: imperium. Ook door middel van diplomatie. Gehoorzaamheid in ruil voor burgerrecht en bescherming. Groei van het Romeinse Rijk!
Caesar Tegen macht patriciërs. Kwijtschelding schuld armen. Goed strateeg. Oog voor welzijn troepen. In Gallië. Dictator voor het leven. Naar Rome. Rubicon! “Alea iacta est” Cleopatra. ‘et tu, Brute?”
Keizerrijk Rome! Octavianus werd alleenheerser. Bevolkingtelling.
Wie van de Vier? Senatus – Populus – Que – Italia Plebejers – Senaat – Volkstribuun – Veto Jupiter – Mars – Hades – Venus Hannibal – Carthago – Imperium – Athene Gallië – Mesopotamie – Brittannië – Macedonië Nero- Caligula – Caesar – Augustus