De parallelschakeling Ook dit is weer een stappenplan voor de berekeningen in de parallelschakeling. Er zijn meerdere voorbeelden Eigen tempo met muisklik of enter
Ubron = R1 = R2 = Kenmerken: 2 stroomkringen; beide verbruikers op dezelfde spanning
I = Ubron = R1 = R2 = I = I1 + I2 dus 0,2A Rv = U/I = 10 / 0,2 = 50 Ω Even rekenen: De stroomsterkte door R1 I1 = U / R1 = 10 / 100 = 0,1 A = 100 mA De stroomsterkte door R2 I2 = U / R2 = 10 / 100 = 0,1 A = 100 mA I = I1 + I2 dus 0,2A Ampèremeters in de schakeling zetten Rv = U/I = 10 / 0,2 = 50 Ω Of 1/Rv = 1/R1 + 1/R2 = 1/100 + 1/100 = 0,02 I = Rv = 1/0,02 = 50 Ω Ubron = R1 = R2 = I1 = I2 =
R1 = 400 Ω , R2 = 600 Ω , I1 = 0,06 A , I2 = 0,04 A Bereken de spanning U. Hiervoor zijn 2 strategieën mogelijk. Beide zijn goed.
R1 = R2 = Zo kan het: Opschrijven : 1/Rv = 1/R1 + 1/R2 R1 en R2 beide bekend Dus eerst Rv uitrekenen Opschrijven : 1/Rv = 1/R1 + 1/R2 Invullen wat je weet 1/Rv = 1/400 + 1/600 1/Rv = 0,004166 Rv = 1/0,00417 = 240 Ω I = I1 + I2 = 40 + 60 = 100 mA = 0,1 A U = I x Rv = 0,1 x 240 = 24 V
Maar ook zo; misschien zag je dit meteen U = I1 x R1 U = 0,06 A x 400 Ω U = 24 V Klaar! controle U = I2 x R2 U = 0,04 A x 600 Ω U = 24 V klopt