Lading Lading is een grootheid met symbool Q. De eenheid is de coulomb met symbool C.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Elektriciteit.
Advertisements

Elektriciteit.
Bouw van atomen & ionen Klas 4.
Diagnostische toets Energie
Hoge spanning Lage spanning
3T Nask1 Hoofdstuk 1 Elektriciteit
havo: hoofdstuk 6 (stevin deel 1) vwo : hoofdstuk 6 (stevin deel 1)
Elektriciteit Begrippen die bij elektriciteit horen zijn:
Elektriciteit.
Energie: Grootheden en eenheden
Ieder apparaat verbruikt energie ! JE MOET IN STAAT ZIJN OM DE
WAT IS ELEKTRICITEIT H 8 Elektriciteit De wet van Ohm.
Samenvatting Newton H2(elektr.)
Start.
Oefenen PW.
Herhaling hfd. 7 elektriciteit
Inleidende begrippen i.v.m. elektrische stroom.
Neem onderstaande tabel over en vul hem in:
5.1 Definitie van vermogen
Elektriciteit 1 Basisteksten
Wet van Ohm George Simon Ohm We gaan de wet van Ohm bespreken.
1.1 Stroomkring batterij = spanningsbron
Newton - HAVO Elektromagnetisme Samenvatting.
Samenvatting H 5 Nova klas 2
Electrische stroom Stroomrichting De wet van Ohm.
Elektrische stroom Stroomrichting. De wet van Ohm.
Elektrische schakelingen
Energiestromen.
Warmte.
ELECTRICITEIT.
Energiesoorten bewegingsenergie elektrische energie
Hoofdstuk 8 Elektrische energie
Elektrische stroom 3T Nask1 1.1 Elektriciteit.
Elektriciteit.
Uitwerkingen - GO Natuurkunde - Vwo5 SysNat V4B- Hfd.8 - Elektriciteit
Elektriciteit (Hoofdstuk 7)
Marc Bremer Natuurkunde Marc Bremer
Elektrische stroom? Gemaakt door J. Luijten.
N4H_05 voorkennis.
Energie De lading van een atoom.
WAT IS ELEKTRICITEIT H 8 Elektriciteit De wet van Ohm.
Energie: Grootheden en eenheden
N4H_05 voorkennis.
Elektriciteit H 3 Elektriciteit De wet van Ohm Ing W.T.N.G. Tomassen.
Elektriciteit.
H 3 Elektriciteit De wet van Ohm Ing W.T.N.G. Tomassen Elektriciteit.
Ontdekken Begrijpen Beheersen
Hoofdstuk 2 - Elektriciteit
Deeltjesversnellers. Deeltjesversnellers Deeltjesversnellers
De elektrische stroomkring
Elektriciteit H 3 Elektriciteit De wet van Ohm Ing W.T.N.G. Tomassen.
Oefeningen Elektriciteit 2 AH
Inhoud Wat is elektriciteit Hoe ontstaat elektriciteit
De elektrische stroomkring
§4.1 LEERDOELEN Uitleggen van de begrippen: stroomkring, stroommeter/-sterkte, geleiders, spanningsbron, spanningsmeter, weerstand, wet van Ohm, elektrisch.
H 8.5 Elektrische stromen Natuurkunde Overal 2 AH :22
Elektriciteit H 3 Elektrische stromen Natuurkunde Overal 2 AH
Elektrische stroomsterkte Natuurkunde Overal 2VMBO-t/HAVO
Oefeningen Elektriciteit 2 TH
5.2 De spanningsbron.
Mijn naam is Arie Vissers
Elektrische velden vwo: hoofdstuk 12 (deel 3).
Elektrische stroomsterkte Natuurkunde Overal 2 Hav0 Atheneum
Hoofdstuk Hoofdstuk 4 Elektriciteit Wat gaan we vandaag doen? Opening
Hoofdstuk 4 - les 2 Elektrische energie.
Hoofdstuk Hoofdstuk 4 Elektriciteit Wat gaan we vandaag doen? Opening
Hoofdstuk Hoofdstuk 4 Elektriciteit Wat gaan we vandaag doen? Opening
Naturalis 5.
Naturalis 5.
Transcript van de presentatie:

Lading Lading is een grootheid met symbool Q. De eenheid is de coulomb met symbool C

Wat is “elektrische lading” Een geladen voorwerp oefent een elektrische kracht uit op een ander voorwerp

Twee soorten lading Er zijn twee soorten lading. Een positieve (+) en de andere soort negatief (-)

Protonen (+) Elektronen (-) Neutronen (0) Elementaire deeltjes Protonen (+) Elektronen (-) Neutronen (0)

Het koperatoom 2 buitenste electronen 27 Binnenste electronen Kern (? neutronen en 29 protonen) 2 buitenste electronen 27 Binnenste electronen

Ongeladen ? Ongeladen wil zeggen dat er evenveel positieve als negatieve lading aanwezig is in een voorwerp.

Vrije elektronen

Periodieke systeem

koper

Lading en stroom Een elektrische stroom is niets anders dan bewegende lading. Hoe sterker de stroom, hoe meer lading er gedurende een bepaalde tijd langskomt.

Stroomsterkte De stroomsterkte is de lading die per seconde voorbij stroomt. De eenheid van stroomsterkte ( I) is de ampère (A)

Elektrische stroom Elektrische stroom is een stroom geladen deeltjes. Voor de sterkte van de stroom geldt: I = Q / t I: de stroomsterkte in A (1 A = 1 C/s ) Q: de lading in C (coulomb) t: de tijd in seconde (s)

voorbeeldje In een gloeidraad van een lamp passeert 200 mC gedurende 12 s. Bereken de stroomsterkte

Q=200 mC=0,200 C de t = 12 s I= Q/t = 0,200/12 = 0,017 A = 1,7*10-2 Oplossing Q=200 mC=0,200 C de t = 12 s I= Q/t = 0,200/12 = 0,017 A = 1,7*10-2

voorvoegsels Nano = n = 10-9 Micro = u = 10-6 Milli = m = 10-3 Mega = M = 106 Giga = G = 109 Kilo = 103

Meer voorbeelden t = 1.0 min 1,0 A = 1,0 C/s Na 1,0 minuut = 60 s is 60 * 1,0 = 60 C gepasseerd t = 1 uur 1,0 A = 1,0 C/s Na 1 uur = 60 * 60 = 3600 s is 3600 * 1,0 = 3600 C gepasseerd

Elektronen en stroomsterkte Een elektrische stroom (I) bestaat uit grote aantallen elektronen die door het atoomrooster bewegen. De Richting van de elektronenstroom door een draad is tegengesteld aan die van de elektrische stroom (I)

naar de – pool van de spanningsbron. De stroomrichting De stroom I loopt van de . . . + pool . . . naar de – pool van de spanningsbron. De vrije electronen worden van de – pool naar de + pool gepompt. I is voor de weerstand . . even groot . . als achter de weerstand. + - I e

Rekenen met machten 23 = 8 (2*2*2) 32 = 9 (3*3) 210 = (2*2*2*2*2*2*2*2*2*2) = 1024 2-3 =1/2*1/2*1/2 = 1/8 = 0,125 10-1 = 1/10 = 0,1 10-4 = 1/10*1/10*1/10*1/10 = 0,0001 (5*10-1) * (4*103) = 20 * 102 (5*10-1) / (4 * 103) = 5/4 * 10-4

Spanning De spanning U van een bron (bijvoorbeeld een batterij) in V (volt) is de elektrische energie in J (Joule) die deze bron in 1s aan een stroom van 1 A meegeeft. Een 2 x zo grote stroom krijgt 2 x zo veel energie mee. Duurt het meegeven 2 x zo lang, dan is de energie ook 2 x zo groot.

voorbeeldje Een fietslamp is aangesloten op een dynamo die een spanning van 3.0 V levert. Bereken de elektrische energie die deze bron meegeeft aan een stroom van: 2.0 A gedurende 4.0 s fietsen 0,30 A gedurende 1,0 minuut fietsen 40 mA gedurende een half uur fietsen

oplossing Aan 2 A geeft de dynamo elke seconde 2,0*3,0 = 6,0 J elektrische energie mee. In 4,0 s is dat 6,0 *4,0 = 24 J Elektrische energie 0,30 A geeft de dynamo elke seconde 3,0 * 0,30 = 0,90 J mee. Na een minuut is dat 0,90 * 60 = 54 J Aan 40 mA = 0,040 A geeft de dynamo elke seconde 0,040 * 3,0 = 0,12 J mee. Na een half uur (=30 min=1800 s) is dat 0,12 * 1800 = 2,2*102J

Nog wat extra U = 230 V  230 J wordt meegeven aan 1 A Eel / t = P  Eel = P * t (Pel) het elektrische vermogen in W (watt) R = U / I | Pel=U*I

Serie schakelingen

Serie

Serie

Serie

Serie

Serie

Serie met LED

Schakeling met batterijen

Schakeling met batterijen

Hotel schakeling

Hotel schakeling

Parallel schakeling

Parallel schakeling

Parallel

Parallel

Parallel

Parallel

Dimmer met weerstand

Dimmer met weerstand

Dimmer met weerstand

Dimmer

Dimmer

Dimmer