Afbeelding: Vorstendom (Rijnland-Palts) Voorbeeld van: domeinen van een landheren Tijdvak: monniken en ridders 500-1000 Domein Domein Domein Domein
Afbeelding: Domein Voorbeeld van: hofstelsel Tijdvak: Land van een horige (Hoevenland) Afbeelding: Domein Voorbeeld van: hofstelsel Tijdvak: monniken en ridders 500-1000 Hoevenland Hof Vroonland (b.v.)
Afbeelding: horigen aan het werk Voorbeeld van: Hofstelsel Tijdvak: Monniken en ridders (500-1000)
Kenmerkend aspect: De opkomst en groei van steden Drie oorzaken van de groei en opkomst van nieuwe steden Veiligheidspolis (veiligheid handelswegen gegarandeerd door landheren, dus meer handel) Uitstoot uit de landbouw (goede oogsten, meer land in cultuur gebracht, bevolking groeit, boeren gaan zich specialiseren) Hanzeverbonden (Duitse Hanze) Steden en kooplieden ondersteunen elkaar wanneer er dreiging is Handelsbelemmeringen worden weggenomen (afspraken over munten / gewichten / maten
Afbeelding: Middeleeuwse handelsroutes Stap 1: Europa is veilig: Oude handelsroutes worden in gebruik genomen Nieuwe handelsroutes ontstaan
Stap 2: Nieuwe nederzettingen ontstaan in de domeinen - Op de kruising van handelsroutes ontstaan nieuwe nederzettingen of oude worden weer opgenomen in het handelsnetwerk. - Boeren uit de landbouw trekken naar deze nederzettingen en gaan zich specialiseren (handel en ambacht) Nederzetting
Afbeelding: Rotterdam (1340)
Afbeelding: Groningen in de elfde eeuw
Stap drie: De handel en ambacht in de nieuwe nederzettingen trekken meer mensen aan, vooral kooplieden, waardoor de nederzettingen uitgroeien tot (kleine en grote) steden - De nieuwe steden willen meer zelfstandigheid en krijgen stadsrechten van de landheer in ruil voor belasting en militaire steun. De steden zijn nog niet direct zelfstandig. Recht om eigen stad te besturen Recht op het bouwen van stadsmuren Plicht om belasting aan de heer te betalen de Landheer blijft toezicht houden d.m.v. baljuw of schout
Gevolg van deze veranderingen: De landheer krijgt minder zeggenschap over de stad In de stad wonen vooral rijke kooplieden die veel geld investeren in de steden, waardoor de steden groeien Uiteindelijk worden de steden helemaal zelfstandig en bepaalde steden groeien uit tot stadstaten . In de nieuwe (en oude opgebouwde steden) komt een nieuwe groep mensen aan de macht: de burgerij. De burgerij wordt een nieuwe laag in de samenleving.
Afbeelding: Groningen: 1650
Opdracht: Bestudeer de nu volgende afbeeldingen Beantwoordt bij elke afbeelding de volgende vragen. In welke fase van stedelijke ontwikkeling moet deze afbeelding geplaatst worden? Noem minimaal twee beeldelementen die je antwoord bij 1 ondersteunen
Middeleeuwse miniatuur
Zwolle
Kenmerkend aspect: Zelfstandigheid van de steden neemt toe Gilden: Een gilde = een vereniging van ambachtslieden per beroep Waarom werden gilden opgericht? Stadsbestuur wilde controle hebben over de economie Wat was het voordeel voor de ambachtslieden? concurrentie voorkomen. Alleen gildeleden mochten een ambacht uitoefenen Kwaliteit van producten bewaken Garandeert vast inkomen
Hoe werkt een gilde? Gildebrief: regels voor de ambachtslieden. - werktijden - kwaliteit producten - wanneer en waar producten te verkopen - hoeveel gezellen een meester mag hebben
Wat in de middeleeuwen gilden waren, zou je nu kunnen vergelijken met brancheorganisaties