Mondeling Nederlands Cursus 2 – Module 2 Dag 1.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Mondeling Nederlands Cursus 1 – thema wonen.
Advertisements

Mondeling Nederlands nieuw cursus 2 thema werk en vrije tijd.
Binnen / Buitenkring Maak een binnen- en buitenkring
Cursus 1 het verhaal: “De nieuwe rok” “Sem en Igor in de speeltuin”
Coöperatieve leerstrategieën
Veilig Internet Geef antwoord op de vragen en ontdek of jij veilig gebruik maakt van het internet!
Schoolplein Rachelle Lisa Chantal Xian Leroy.
De schaduw van kees Querido.
Voorbereiding post 2 Wie weet hoe ik heet Groep 4-5.
Kennis-spel meerkeuzevragen.
Hints In groepjes worden de begrippen uit de geschiedenis les geraden aan de hand van het spel ‘hints’. Welke team scoort het hoogst?
HERHALING ZINSLEER.
Sectorwerkstuk 4 mavo Handelingsdeel examenjaar
Verhaal 1“Hallo ik ben nieuwe juf”
Mondeling Nederlands nieuw het verhaal
QUIZ hoofdstuk 1.
Wat voor vriendin ben jij?
Marleen loopt met de tijd mee Tekeningen en tekst: Dick de Jong.
Werkwoorden in de v.t. Reeks 1.
Met een gebogen hoofd zit Carmen aan tafel met haar boek. Met een moeilijk gezicht kijkt ze naar de opdrachten voor zich. Over een paar weken is haar.
Woordjes leren.
Trillingen Klik op de pijltjes van je toetsenbord om naar de volgende of vorige dia te gaan. Hallo allemaal, we gaan het hebben over: dubbelklik.
Thema. Start activiteit Wat heb je nodig? Stopwatch Kennis van de lente Doel: Woordenschat vergroten over de lente.
Grammatica zinsdelen H1 t/m H6
Quiz tops en tips groep 5 en 6. Tops en tips In deze les maakte je maatje een gedicht over de nacht. Dit stond in ‘Zo zit het!’: ZO ZIT HET! Hier let.
Briant College H2 het onderwerp. Briant College H1 De persoonsvorm vinden en zinsdeelstrepen zetten Hoe vind je de pv? -zin vragend maken -de zin van.
Reken je (niet) rijk.
Betrekkelijk voornaamwoord
Woordbenoemen Groep 6 en 7.
Wat is je doel voor deze les?
S/k/l interviewen.
Lijdende en bedrijvende vorm
VWO 6 Wiskunde C – les 1 Meneer Ypma.
Onbepaald voornaamwoord
Week 1, les 3.
Het rode potloodje….
Ouderbijeenkomst.
Zo maak je je huis verkoopklaar met styling Je kent het vast wel: even op Funda kijken en voor je het weet ben je een paar uur verder. Vooral de stijlvol.
Groepje: Samy, Ishan, Arik en Harsimran
Grammatica zinsdelen Redekundig ontleden.
Literatuur V6 – les
Ik heb mijn boek uit… Wat nu?.
Didactische structuren
Veilig Internet Geef antwoord op de vragen en ontdek of jij veilig gebruik maakt van het internet!
Mondeling Nederlands Cursus 1 – Module 7 Dag 1.
Mondeling Nederlands Cursus 2 – Module 7 Dag 1.
Ouderbijeenkomst.
Mondeling Nederlands Cursus 2 – Module 4 Dag 1.
Mondeling Nederlands Cursus 3 – Module 7 Dag 1.
Mondeling Nederlands Cursus 3 – Module 1 Dag 1.
Mondeling Nederlands Cursus 1 – Module 2 Dag 1.
Mondeling Nederlands Cursus 4 – Module 5 Dag 1.
Mondeling Nederlands Cursus 3 – Module 3 Dag 1.
Mondeling Nederlands Cursus 4 – Module 3 Dag 1.

Mondeling Nederlands Cursus 4 – Module 6 Dag 1.
Mondeling Nederlands Cursus 4 – Module 7 Dag 1.
Mondeling Nederlands Cursus 2 – Module 5 Dag 1.
Mondeling Nederlands Cursus 1 – Module 1 Dag 1.
Mondeling Nederlands Cursus 1 – Module 5 Dag 1.
Mondeling Nederlands Cursus 3 – Module 4 Dag 1.
Voel je wel in je vel !.
Mondeling Nederlands Cursus 4 – Module 2 Dag 1.
Mondeling Nederlands Cursus 1 – Module 4 Dag 1.
“Papa zullen we een hol bouwen? ; vraagt Emma. “Het spijt me lieverd, maar ik heb geen tijd. Ik moet dit vanmiddag af hebben”; zegt papa.
1
Les 3: regels en afspraken met de klas
‘ANWB-fietsverlichtingsactie… …bij jou op school’
Zweeds renspel groep 5 /6 Onderwerp & persoonsvorm
Transcript van de presentatie:

Mondeling Nederlands Cursus 2 – Module 2 Dag 1

Weet je nog? de plaats wegrennen hard verder iemand - niemand

Woord van de dag: de verhuizing

Klankoefeningen ee/e Klinken ze hetzelfde? en een ben ben beek beek les les leg leeg vel veel peen pen beest best speel spel bek beek steel stel stek steek

klankversjes ik ben net in bed en daar klinkt een trompet tet-te-tet-te-tet!

Klankversjes nee, nee, nee ik kan niet komen spelen ik moet naar de wc ojee, ojee, ojee te laat voor de wc!

de bank

de buren

het fornuis

het huis

het huisnummer

de straat

het touw

de verhuisdoos

inladen

de vrachtwagen

sjouwen

ophijsen

verhuizen

nieuwsgierig

vast

los

de wasmachine is zwaar

de bloempot is licht

ik maak het touw vast. ik maak het touw los.

meervoud de bank het fornuis het huis de straat het touw de verhuisdoos de verhuizing

meervoud de bank de banken het fornuis de fornuizen het huis de huizen de straat de straten het touw de touwen de verhuisdoos de verhuisdozen de verhuizing de verhuizingen

meervoud het huisnummer de vrachtwagen

meervoud het huisnummer de huisnummers de vrachtwagen de vrachtwagens

Het verhaal

Goede zinnen maken Wat gaan we doen? Praatkaartjes: De leerkracht schrijft voorwerpen uit de woorden van de dag op kaartjes 2 groepen; iedere leerling krijgt 1 kaartje De leerling laat het kaartje zien en vertelt over het voorwerp Bijv. de verhuisdoos: “Je doet er spullen in, je kunt het sjouwen, ze zijn groot of klein”

Wat hebben wij geleerd?

Dag 2

Herhaal de namen van de hoofdpersonen en wijs aan op de WIE kaart weet je nog? Het verhaal Wie? doet? wat? waar? Herhaal de namen van de hoofdpersonen en wijs aan op de WIE kaart

Weet je nog? de verhuizing de buren het huisnummer ophijsen sjouwen licht – zwaar nieuwsgierig

Woord van de dag: ramen lappen / ramen zemen

Klankoefeningen ee/e en een ben ben beek beek les les leg leeg vel veel peen pen beest best speel spel bek beek steel stel stek steek

klankversjes ik ben net in bed en daar klinkt een trompet tet-te-tet-te-tet!

Klankversjes nee, nee, nee ik kan niet komen spelen ik moet naar de wc ojee, ojee, ojee te laat voor de wc!

de bloempot

de emmer

het gordijn

het kozijn

het raam / de ruit

de ruit

de spons

de trap

de trekker

de zeem

opzij schuiven

de glazenwasser lapt de ramen! de kat krabt de krullen van de trap.

uitknijpen

uitwringen

wegzetten

schuif het gordijn opzij. zet de bloempot weg.

meervoud de bloempot het gordijn het kozijn het raam de ruit de spons de trap de zeem

meervoud de bloempot de bloempotten het gordijn de gordijnen het kozijn de kozijnen het raam de ramen de ruit de ruiten de spons de sponzen de trap de trappen de zeem de zemen

meervoud de emmer de trekker de wisser

meervoud de emmer de emmers de trekker de trekkers de wisser de wissers

Verkleinwoorden/ enkelvoud meervoud Wat gaan we doen? Tweetalcoach Werkblad met zinnen over ramen zemen Ene leerling leest de zin voor de ander maakt er meervoud van, let op het lidwoord! (en indien mogelijk ook verkleinwoorden) Bijv: Het meisje zeemt het raam De meisjes zemen de raampjes

Wat hebben wij geleerd?

Dag 3

Weet je nog? ramen zemen de emmer het gordijn de spons uitwringen

Woord van de dag: de slaapkamer

het bed

de deken

het gordijn – de gordijnen

het hoeslaken

het kussen

de kussensloop

het laken

het matras

de wekker

slapen

opstaan

donker - licht

vroeg

laat

ruiken

voelen

zacht

het uur = 60 minuten in één uur

het kwartier = 15 minuten

de minuut

de seconde = 60 seconden in één minuut

meervoud het bed het gordijn de/het kussensloop de/het matras de minuut het uur

meervoud het bed de bedden het gordijn de gordijnen de/het kussensloop de kussenslopen de/het matras de matrassen de minuut de minuten het uur de uren

meervoud de deken het hoeslaken het kussen het laken de seconde de slaapkamer de wekker

meervoud de deken de dekens het hoeslaken de hoeslakens het kussen de kussens het laken de lakens de seconde de secondes de slaapkamer de slaapkamers de wekker de wekkers

Het verhaal

Goede zinnen/ enkelvoud meervoud Wat gaan we doen? Tafelrondje: Rode/bruine/gele stroken uitdelen De leerling schrijft wie/doet/wat op de juiste kleur stroken Bijv.de meisjes/rennen/naar school Om de beurt legt een leerling een strook neer tot de zin compleet is Kan ook een ‘gekke’ zin zijn!  (Bij jonge llngn alleen mondeling doen)

Wat hebben wij geleerd?

Dag 4

Herhaal de namen van de hoofdpersonen en wijs aan op de WIE kaart weet je nog? Het verhaal Wie? doet? wat? waar? Herhaal de namen van de hoofdpersonen en wijs aan op de WIE kaart

Weet je nog? het bed de deken het hoeslaken het kussen de kussensloop de wekker opstaan

de afspraak - afspreken

de bank

het fornuis

het huisnummer

de straat

het touw

de verhuisdoos

de verhuizing

inladen

de vrachtwagen

sjouwen

ophijsen

verhuizen

staan

zitten

Doen! Wonen: waar woon jij? ik woon in ……. in welke straat woon je? op welk huisnummer woon je?

Een afspraak maken zullen we iets (leuks) afspreken?

meervoud de afspraak de bank het fornuis de straat het touw de verhuisdoos de verhuizing de vrachtwagen

meervoud de afspraak de afspraken de bank de banken het fornuis de fornuizen de straat de straten het touw de touwen de verhuisdoos de verhuisdozen de verhuizing de verhuizingen

meervoud het huisnummer de vrachtwagen

meervoud het huisnummer de huisnummers de vrachtwagen de vrachtwagens

Persoonsaanduidende woorden Wat gaan we doen? Tweepraat In tweetallen: de ene leerling vertelt iets over een andere leerling in de klas met pers.aanduidende woorden Bijv. Zij heeft een rode trui aan Zij heeft een vlecht etc. De ander moet raden wie het is en dan wisselen Daarna gaat de ene leerling een leerling in gedachte nemen en moet de ander vragen stellen en erachter komen wie het is. Bijv. Heeft zij lang haar?

Wat hebben wij geleerd?

Dag 5

Weet je nog? licht en zwaar de afspraak de bank het fornuis het touw inladen los - vast

Woord van de dag: thee drinken

de afspraak

de beker

de thee

thee drinken

thee zetten

zonder - met

gezellig

meervoud de afspraak

meervoud de afspraak de afspraken

meervoud de beker

meervoud de beker de bekers

Klankoefeningen ee/e Klinken ze hetzelfde? en een ben ben beek beek les les leg leeg vel veel peen pen beest best speel spel bek beek steel stel stek steek

klankversjes ik ben net in bed en daar klinkt een trompet tet-te-tet-te-tet!

Klankversjes nee, nee, nee ik kan niet komen spelen ik moet naar de wc ojee, ojee, ojee te laat voor de wc!

Verkleinwoorden Wat gaan we doen? Binnen-buitenkring: De binnenkring zegt een woord met de/het ervoor De buitenkring maakt er een verkleinwoord van met het juiste lidwoord Binnenkring coacht Binnenkring draait met de klok mee

Wat hebben wij geleerd?