CSPE 2012 Minitoets 1. Vraag 1 Hoe groot is maat E? Antwoord: 22 70 24 E= 70-24-24=22.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Presentatie Vlakke figuren Theorie Rekenvoorbeelden
Advertisements

HANDGEREEDSCHAP Link 1 - Gereedschap voor het aftekenen en controleren
Uitleg toets [Artikel]  In deze presentatie wordt kort uitgelegd wat je met de toets [Artikel] in WinPOS kunt doen.  Door op de linker muisknop te klikken,
Hoe teken je een klimaatgrafiek?
Tekenen.
Verstekklem (Deelopdracht frezen)
Speakersteun (deel 1) Naar volgende dia
Cito eindtoets 2012 Van dinsdag 7 februari t/m donderdag 9 februari.
Verhoudingstabel Er is een voorraad laxeermiddel. Die oplossing bevat 15% natriumsulfaat. Dit betekent: 15 gram per 100 mL oplossing. Kinderen krijgen.
WMF Plaatjes bewerken In 2007.
M3F-MATEN - Gewichten en lengtematen
Presentatie Z en F Hoeken Theorie.
Samenvatting De volgende stof hoort bij de volgende theorie:
B-CAD Technisch tekenen les 2
Weerstand, spoel en condensator op wisselspanning
Vormleer: vlakke figuren – driehoeken en cirkels
5L week 12: ‘Vormleer: driehoeken: zijden – hoeken - symmetrieassen’
hoe kun je met krachten onder een hoek tekenen?
Meetkunde 5L week 15: Driehoeken tekenen vierhoeken vlakke figuren
Meetkunde 5L week 18: Driehoeken classificeren 5L week 18: ‘driehoeken classificeren’
Meetkunde 5L herhalingsweek: 5L : ‘herhalingsweek’
Vormleer: herhaling vlakke figuren
Vormleer: vlakke figuren omstructureren – oppervlakte grillige figuren
Naam: 1 Vul je naam in Druk op de startknop om te beginnen Beantwoord de vragen door de juiste digitale tijd te kiezen Kijk aan het eind hoeveel je goed.
Grammatica zinsdelen H1 t/m H6
Haco Euromaster afkantbank Het invoeren van de tekening van de voet van de zonnewijzer in de besturing van de machine. Kijk naar de volgende dia voor.
CSPE 2011 BB Minitoets 8. Vraag 1 Wat betekent het omcirkelde symbool op onderstaande afbeelding? Antwoord: B A.Spanning B.Aarde C.Stroom D.Weerstand.
MODUUL 6 AFGESCHUINDE PIJP.
CSPE 2012 Minitoets 8. Vraag 1 Hoe nauwkeurig kun je deze schuifmaat aflezen ? Antwoord: 2 1.tot op 0,01 mm 2.tot op 0,05 mm 3.tot op 0,1 mm 4.tot op.
CSPE 2011 BB Minitoets 3. Vraag 1 Hieronder is een boortabel afgebeeld. Welk toerental is nodig bij een boor van ø 6mm? Antwoord: 1433 omw/min.
CSPE 2011 Minitoets 1. Vraag 1 Hoeveel onderdelen moet je zelf maken? Antwoord: 21.
CSPE 2012 Minitoets 4. Vraag 1 Wat is de naam van deze spaan ? Antwoord: 3 1.Brokkelspaan 2.Kurkentrekkerspaan 3.Lintspaan 4.Schroefspaan.
Cursus 1.2 Werken met een Atlas Klas 1 BK Lesweek 5
Vandaag: Restant les 3 Verhoudingen
Herhalen schaal Schaal is een verhouding.
Les 8 meten en meetkunde in huis
Cursus 1.2 Werken met een Atlas Klas 1 KGT Lesweek 5
Herhalen schaal Schaal is een verhouding.
SCHAAL in toepassingssituaties
Het aluminium blokje van de balans
Z1,5 betekent: beenlengte=1,5mm
5L week 12: ‘Vormleer: driehoeken: zijden – hoeken - symmetrieassen’
Standaard normaalverdeling
Spotje 0107.
Berekeningen in de ruimte
NSCCT Instructie groep 4
HAVO/VWO Driehoeken en hoeken 1 1.
Infographics Wat is de functie van infographics en hoe haal ik belangrijke informatie uit ze? NU Nederlands 2F.
Hoofdstuk 13 figuren. Hoofdstuk 13 figuren Paragraaf 17.1 Vlakke figuren.
NSCCT Instructie groep 7
NSCCT Instructie groep 6
Opleiding meten Deel 3 V&P tol. Jo Desutter OLVTD 2006
Rekenen met kommagetallen
Kan je zelf een geschikte schaalverdeling maken
3 vmbo-KGT Samenvatting Hoofdstuk 10
M A R T X I W K U N E D S 2 M31 Bewijs: de eigenschap van de basis- hoeken in een gelijkbenige driehoek © André Snijers.
Les 1 Meten en meetkunde: Schaal
SCHAAL in toepassingssituaties
3 vmbo-KGT Samenvatting Hoofdstuk 9
Driehoeken tekenen Driehoeken tekenen Driehoeken tekenen
De basishoeken in een gelijkbenige driehoek
Gatbewerkingen Twee typen bewerkingen in de verspaningstechniek
R5 will zeggen Straal = 5mm Diameter=10mm. R5 will zeggen Straal = 5mm Diameter=10mm.
NSCCT Instructie groep 6
NSCCT Instructie groep 7
Wat heb je nodig? Papier, potlood en materiaal om in te kleuren.
Hoofdstuk 12 schaal. Hoofdstuk 12 schaal Paragraaf 12.1 Schaalverdeling.
Hoofdstuk 20 Grafieken en tabellen. Hoofdstuk 20 Grafieken en tabellen.
Transcript van de presentatie:

CSPE 2012 Minitoets 1

Vraag 1 Hoe groot is maat E? Antwoord: E= =22

Vraag 2 Hoe groot is maat J? Om J te vinden heb je meer gegevens nodig: 1.Tekening 1 van blz. 7 (doorsnede A-A) 2.Tekening 3 van blz. 9 (doorsnede A-A) 3.Tekening 9 van blz.16

Hier zie je de constructie Dit is stuk- nummer 9 stuknummer 9 is verzonken in stuknummer 1!

Stuknr. 3 van blz. 9 (doorsnede A-A) Dit aanzicht is verdraaid weergegeven! Stuknr. 9 van blz. 16 7

7 100 Maat J is dus: = 107 mm Antwoord: 107 mm

Vraag 3 Antwoord: 1 Met welke beitel kun je het beste de kamer maken ? 1.Met een blindboorbeitel 2.Met een mesbeitel 3.Met een profielbeitel 4.Met een steekbeitel 123 4

Vraag 4 Antwoord: 4 Met welke 2 gereedschappen kun je het beste de getrapte gaten boren ? 1.met een centerboor en een verzinkboor 2.met een centerboor en een vlakverzinkboor 3.met een spiraalboor en een verzinkboor 4.met een spiraalboor en een vlakverzinkboor

Vraag 5 Antwoord: 45 ⁰ Hoe groot is hoek A? 135 ⁰ B=360 ⁰ -135 ⁰ =225 ⁰ Hoek A = Hoek B-180 ⁰ Hoek A = 225 ⁰ -180 ⁰ =45 ⁰

Vraag 5 Er is nog een manier: Antwoord: 45 ⁰ X Z Y Driehoek XYZ is een gelijkbenige driehoek met een hoek Z van 90 ⁰ Hoek X en Hoek Y zijn even groot(eigenschap van een gelijkbenige driehoek) Bovendien geldt voor een driehoek dat alle hoeken bij elkaar opgeteld 180 ⁰ moet zijn Hoek X + Hoek Y = 180 ⁰ - 90 ⁰ = 90 ⁰ Hoek X en Hoek Y = 90 ⁰ : 2= 45 ⁰ Hoek Y = Hoek A= 45 ⁰

Vraag 6 Antwoord: 3 onderdelen Hoeveel onderdelen moet je zelf uit aluminium maken ?

Vraag 7 Wat is het artikelnummer van deze blindklinknagel ? Antwoord: artikelnr Het geboorde gat is 3,2mm. Dit vind je terug in de kolom ‘gatdiameter’. Stuknr. 4 en 5 zijn allebei 1mm dik. De klinknagel moet dus minimaal 2mm klembereik hebben.

Vraag 8 Er moeten 11 werkstukken gemaakt worden. De toeslag per zaagsnede is 2 mm. Hoe groot is de totale lengte die je minimaal voor stuknummer 9 nodig hebt ? Vul nu alleen een getal in zonder mm erachter !!! Antwoord: 4123mm Van stuknr. 9 heb je er drie nodig. Om dit uit één lengte te maken moet je 32 x zagen. Dus: 33x stuknr. 9= 33x 123= 4059mm 32x zagen = 32x 2mm= 64mm Minimaal nodig: = 4123mm Maar je maakt 11 werkstukken! Dus heb je 11x3=33 stukken nodig

Vraag 9 Antwoord: 135 ⁰ Hoe groot is hoek A ? Hoek D is bekend, deze is 45 ⁰ 45 ⁰ Hoek A = 180 ⁰ - 45 ⁰ = 135 ⁰

Vraag 10 Wat betekent het ruwheidsteken op de afbeelding ? Antwoord: 2 1.maximale ruwheid 0,4µm, niet verspanende bewerking. 2.maximale ruwheid 0,4µm, verspanende bewerking. 3.minimale ruwheid 0,4µm, niet verspanende bewerking. 4.minimale ruwheid 0,4µm, verspanende bewerking. Raadpleeg je tabellenboek!!! Zoek in de index op ‘ruwheid’ dan vind je de ‘ruwheidswaarde’

Vraag 11 Wat is het juiste aanzicht ? Kijk in de richting van de pijl. Antwoord: A Je kunt 3 vlakken zien

Vraag 12 Wat is de juiste uitslag ? Antwoord: A