De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

1 VWO Hoofdstuk 2 Klimaat § 2-5

Verwante presentaties


Presentatie over: "1 VWO Hoofdstuk 2 Klimaat § 2-5"— Transcript van de presentatie:

1 1 VWO Hoofdstuk 2 Klimaat § 2-5

2 §2 Klimaten wereldwijd Welke omschrijving hoort bij welke foto?
1 Geen seizoenen 2 Droge en natte tijd 3 Zomer en winter, grote verschillen 4 Zomer en winter, kleine verschillen En er zijn rode teksten die dienen als antwoord of om extra op te vallen

3 §2 Klimaten wereldwijd Welke omschrijving hoort bij welke foto?
1 Geen seizoenen 2 Droge en natte tijd 3 Zomer en winter, grote verschillen 4 Zomer en winter, kleine verschillen 4 En er zijn rode teksten die dienen als antwoord of om extra op te vallen 3 2 1

4 §2 Klimaten wereldwijd Welke breedteligging hoort bij welke foto?
-hoge breedte -gematigde breedte -lage breedte

5 §2 Klimaten wereldwijd Welke breedteligging hoort bij welke foto?
-hoge breedte -gematigde breedte -lage breedte

6 Welke twee klimaten komen uitsluitend op lage breedte voor?
§2 Klimaten wereldwijd Welke twee klimaten komen uitsluitend op lage breedte voor?

7 Welke twee klimaten komen uitsluitend op hoge breedte voor?
§2 Klimaten wereldwijd Welke twee klimaten komen uitsluitend op hoge breedte voor?

8 Bij welke kleur op de kaart hoort dit steppeklimaat?
§2 Klimaten wereldwijd Bij welke kleur op de kaart hoort dit steppeklimaat?

9 Bij welke kleur op de kaart hoort dit savanneklimaat?
§2 Klimaten wereldwijd Bij welke kleur op de kaart hoort dit savanneklimaat?

10 Bij welke kleur op de kaart hoort dit landklimaat?
§2 Klimaten wereldwijd Bij welke kleur op de kaart hoort dit landklimaat?

11 §2 Klimaten wereldwijd A B Welke omschrijvingen horen bij
foto A en welke bij foto B? -steppeklimaat -toendraklimaat -geen bomen door droogte -geen bomen door een te kort groeiseizoen

12 §2 Klimaten wereldwijd A B -steppeklimaat -toendraklimaat
-geen bomen door droogte -geen bomen door een te kort groeiseizoen

13 §3 Temperatuurverschillen op aarde
Maak de juiste keuzes: 1 Het aardoppervlak wordt direct / indirect verwarmd door de zon. 2 De atmosfeer wordt direct / indirect verwarmd door de zon. 3 Hoe hoger in de atmosfeer, des te hoger/lager de temperatuur

14 §3 Temperatuurverschillen op aarde
Maak de juiste keuzes: 1 Het aardoppervlak wordt direct verwarmd door de zon. 2 De atmosfeer wordt indirect verwarmd door de zon. 3 Hoe hoger in de atmosfeer, des te lager de temperatuur

15 §3 Temperatuurverschillen op aarde
1 2 3 Omdat de aarde een bol is, is de invalshoek van de zonnestralen overal op aarde anders.

16 §3 Temperatuurverschillen op aarde
1 2 3 Welk plaatje hoort bij 1, 2 en 3? Omdat de aarde een bol is, is de invalshoek van de zonnestralen overal op aarde anders.

17 §3 Temperatuurverschillen op aarde
1B 2A 3B Welk plaatje hoort bij 1, 2 en 3? Omdat de aarde een bol is, is de invalshoek van de zonnestralen overal op aarde anders.

18 §3 Temperatuurverschillen op aarde
-kleine schaduw -klein oppervlak wordt verwarmd -grote schaduw -groot oppervlak wordt

19 §3 Temperatuurverschillen op aarde
-kleine schaduw -klein oppervlak wordt verwarmd -grote schaduw -groot oppervlak wordt -hoge zonnestand -grote invalshoek -lage zonnestand -kleine invalshoek

20 §3 Temperatuurverschillen op aarde
-kleine schaduw -klein oppervlak wordt verwarmd -grote schaduw -groot oppervlak wordt -hoge zonnestand -grote invalshoek -lage zonnestand -kleine invalshoek -hoge temperaturen op lage breedte -lage temperaturen op hoge breedte

21 §3 Temperatuurverschillen op aarde
Weer en klimaat, wat is het verschil? Nederland, De Bilt Het weer op Maximumtemperatuur 19,6°C Minimumtemperatuur 7,6°C Zomaar een willekeurige dag De hoogste temperatuur op die dag gemeten met een thermometer De laagste temperatuur op die dag gemeten met een thermometer

22 §3 Temperatuurverschillen op aarde
Weer en klimaat, wat is het verschil? Nederland, De Bilt Het weer op Maximumtemperatuur 19,6°C 27,9°C Minimumtemperatuur 7,6°C 11,9°C Een jaar later Het weer kan sterk verschillen!

23 §3 Temperatuurverschillen op aarde
Weer en klimaat, wat is het verschil? Nederland, De Bilt Het weer op Maximumtemperatuur 19,6°C 27,9°C Minimumtemperatuur 7,6°C 11,9°C Gemiddelde temperatuur 14,0°C 20,8°C Voor elke dag wordt berekend wat de gemiddelde temperatuur is geweest.

24 §3 Temperatuurverschillen op aarde
Weer en klimaat, wat is het verschil? Nederland, De Bilt Het weer op Klimaat-gemiddelde Maximumtemperatuur 19,6°C 27,9°C 20,3°C Minimumtemperatuur 7,6°C 11,9°C 10,6°C Gemiddelde temperatuur 14,0°C 20,8°C 15,4°C

25 §3 Temperatuurverschillen op aarde
Weer en klimaat, wat is het verschil? Nederland, De Bilt Het weer op Klimaat-gemiddelde Maximumtemperatuur 19,6°C 27,9°C 20,3°C Minimumtemperatuur 7,6°C 11,9°C 10,6°C Gemiddelde temperatuur 14,0°C 20,8°C 15,4°C De gemiddelde temperatuur die berekend wordt over 30 jaren vormt het klimaat

26 §3 Temperatuurverschillen op aarde
Weer en klimaat, wat is het verschil? Nederland, De Bilt Het weer op Klimaat-gemiddelde Maximumtemperatuur 19,6°C 27,9°C 20,3°C Minimumtemperatuur 7,6°C 11,9°C 10,6°C Gemiddelde temperatuur 14,0°C 20,8°C 15,4°C Welke temperaturen zijn gemeten en welke zijn berekend?

27 §3 Temperatuurverschillen op aarde
Weer en klimaat, wat is het verschil? Nederland, De Bilt Het weer op Klimaat-gemiddelde Maximumtemperatuur 19,6°C 27,9°C 20,3°C Minimumtemperatuur 7,6°C 11,9°C 10,6°C Gemiddelde temperatuur 14,0°C 20,8°C 15,4°C Gemeten temperatuur Berekende temperatuur

28 §3 Temperatuurverschillen op aarde
Klimaatgrafiek voor een willekeurige plaats Is deze temperatuur gemeten of berekend? Het is een gemiddelde temperatuur, die is berekend over 30 jaar

29 §4 Het verschil tussen zomer en winter
AAAA A B C Welke plaatsen, A, B of C kent geen verschil tussen zomer en winter?

30 §4 Het verschil tussen zomer en winter
AAAA A B C Welke plaatsen, A, B en/of C liggen op hoge breedte?

31 §4 Het verschil tussen zomer en winter
AAAA A B C Welke plaatsen, A, B en/of C liggen op het zuidelijk halfrond

32 §4 Het verschil tussen zomer en winter
De aarde maakt twee bewegingen: in 24 uur draait de aarde rond zijn as in een jaar draait de aarde rond de zon

33 §4 Het verschil tussen zomer en winter
Door de schuine stand van de aardas verandert is de Invalshoek van de zonnestralen gedurende een jaar. In juni heeft het noordelijk halfrond een lagere / hogere zonnestand dan in december. Het is dan zomer / winter.

34 §4 Het verschil tussen zomer en winter
Door de schuine stand van de aardas verandert is de Invalshoek van de zonnestralen gedurende een jaar. In juni heeft het noordelijk halfrond een hogere zonnestand dan in december. Het is dan zomer.

35 §4 Het verschil tussen zomer en winter
Bekijk de verlichte zone van de aarde. In welke maand van het jaar bestaat deze situatie? juni

36 §4 Het verschil tussen zomer en winter
Het grootste deel van de cirkel wordt verlicht Door de draaiing van de aarde rond zijn as ontstaat de afwisseling tussen dag en nacht Waarom duren de dagen op het noordelijk halfrond in juni langer dan 12 uur?

37 §4 Het verschil tussen zomer en winter
Waarom duren de dagen op het noordelijk halfrond in juni langer dan 12 uur? Doordat de aarde met een schuine stand (schuine aardas) rond de zon draait!

38 §4 Het verschil tussen zomer en winter
A Door de draaiing van de aarde rond zijn as ontstaat de afwisseling tussen dag en nacht B Hoe lang duurt de dag bij A en B?

39 §4 Het verschil tussen zomer en winter
24 uur Door de draaiing van de aarde rond zijn as ontstaat de afwisseling tussen dag en nacht 12 uur Hoe lang duurt de dag bij A en B?

40 §4 Het verschil tussen zomer en winter
24 uur 12 uur

41 §4 Het verschil tussen zomer en winter
A B C D E juni Waar duurt de dag het langst? Waar duurt de dag het kortst Hoe lang duurt de dag in Nederland?

42 §4 Het verschil tussen zomer en winter
A B C D E juni Waar duurt de dag het langst? Waar duurt de dag het kortst Hoe lang duurt de dag in Nederland?

43 §4 Het verschil tussen zomer en winter
Op welke plaats op aarde is deze foto genomen?

44 §4 Het verschil tussen zomer en winter
Terwijl de aarde rond de zon draait verschuift de plek met de hoogste zonnestand van de evenaar naar de Kreeftskeerkring en weer terug via de evenaar naar de Steenbokskeerkring.

45 §5 Water: teveel of te weinig?
De waterkringloop wordt aangedreven door de …..

46 §5 Water: teveel of te weinig?
De waterkringloop wordt aangedreven door de zon.

47 §5 Water: teveel of te weinig?
Hoe ontstaat neerslag? Wat er op zee gebeurt kun je vergelijken met wat er in een fluitketel gebeurt.

48 §5 Water: teveel of te weinig?
Hoe ontstaat neerslag? 1 water wordt verwarmd 2 water verdampt 3 warme lucht met waterdamp stijgt op 4 warme lucht met waterdamp koelt af 5 afgekoelde waterdamp vormt stoom/wolken

49 §5 Water: teveel of te weinig?
Gewone wolken en hoge bewolking Grote donderwolken Veel stijgende lucht zorgt voor sterke condensatie en de vorming van wolken >regen Weinig stijgende lucht >droog weer

50 §5 Water: teveel of te weinig?
De neerslag is ongelijk verdeeld over de wereld gemiddeld erg weinig erg veel Waar valt een grote, een kleine of een gemiddelde hoeveelheid neerslag?

51 §5 Water: teveel of te weinig?
De neerslag is ongelijk verdeeld over de wereld gemiddeld erg weinig erg veel

52 §5 Water: teveel of te weinig?
De neerslag is ongelijk verdeeld over de wereld gemiddeld erg weinig erg veel

53 §5 Water: teveel of te weinig?
De neerslag is ongelijk verdeeld over de wereld gemiddeld erg weinig erg veel

54 §5 Water: teveel of te weinig?
Waardoor valt er op sommige plaatsen heel veel neerslag Neerslag ontstaat door dalende / stijgende lucht.

55 §5 Water: teveel of te weinig?
Waardoor valt er op sommige plaatsen heel veel neerslag Neerslag ontstaat door stijgende lucht. Waardoor regent het veel rond de evenaar en in het hooggebergte?

56 §5 Water: teveel of te weinig?
Waardoor valt er op sommige plaatsen heel veel neerslag Rond de evenaar In het hooggebergte

57 §5 Water: teveel of te weinig?
Waardoor valt er op sommige plaatsen heel veel neerslag Rond de evenaar In het hooggebergte Sterke verwarming leidt tot stijgende lucht Lucht die tegen de bergen botst wordt gedwongen te stijgen

58 §5 Water: teveel of te weinig?
Waardoor valt er op sommige plaatsen heel veel neerslag Rond de evenaar In het hooggebergte Sterke verwarming leidt tot stijgende lucht ►stijgingsregens Lucht die tegen de bergen botst wordt gedwongen te stijgen ►stuwingsregens


Download ppt "1 VWO Hoofdstuk 2 Klimaat § 2-5"

Verwante presentaties


Ads door Google