De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Karakteristieken van vertelvaardigheid bij jonge kinderen met een stoornis op het autistische spectrum © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Karakteristieken van vertelvaardigheid bij jonge kinderen met een stoornis op het autistische spectrum © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015."— Transcript van de presentatie:

1 Karakteristieken van vertelvaardigheid bij jonge kinderen met een stoornis op het autistische spectrum © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015 Kino Jansonius ACLC UvA Amsterdam Mieke Ketelaars sociale wetenschappen RU Leiden

2 Autisme Aangeboren, 90% erfelijke neurologisch bepaalde ontwikkelingsstoornis  De stoornis kan (nog) niet genezen worden 1 op 200 mensen (alle vormen) en 1 op 1000 mensen klassiek autisme. 1:4 is vrouw. Mannen oververtegenwoordigd . Toename autisme door verbeterde onderkenning; ASS impliceert nu ook Asperger; meer bekendheid bij de bevolking © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

3 Aspecten belang voor ons klinisch linguïstische werk
Contactstoornis onvoldoende Theory of Mind (niet in staat tot veronderstellingen over de wereld van de ander) onvoldoende wederkerigheid; eenzijdig over zichzelf praten, over eigen interesses; ander slecht begrijpen Nauwelijks oogcontact Emotionele stoornis gebaren en gezichtsuitdrukkingen niet begrijpen Communicatie letterlijk een woord opvatten, gezegden niet begrijpen spreken met vreemde, hoge en/of schrille stem © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

4 Aspecten belang voor ons klinisch linguïstische werk
Interesse voor slechts een of twee onderwerpen, rigiditeit in activiteiten, gedachten. Repetitief in voorkeur, handeling, gesprek, denken Niet in staat op iets te anticiperen. De wereld is onvoorspelbaar, maakt angstig Soms teveel fantasie (wat ook angst geeft) Uitzonderlijk goed verbaal werkgeheugen Echolalie © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

5 Diagnostisch relevant
Klassiek autisme: late start taalontwikkeling, geen oogcontact, wiegen of fladderen Asperger: taalontwikkeling geeft geen zorgen, wel communicatie. Afgemeten, plechtig spreken, moeite met figuurlijke taal Meeste kinderen goede (hoge) intelligentie, 20% (?) verstandelijk gehandicapt RTNA goed onderzoeksinstrument voor hen. Hier BVT © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

6 1. Er was eens een heel ondeugende bus
1. Er was eens een heel ondeugende bus. Op een dag wilde de buschauffeur met zijn bus gaan rijden. Maar die was kapot. Dus moest de buschauffeur zijn bus eerst re pa re ren. En terwijl die buschauffeur daarmee bezig was, besloot die bus der vandoor te gaan! Hij schoot over de weg. 2. Eerst reed hij naast een trein.Ze trokken gekke bekken naar elkaar en deden wie het hardste kon rijden. Toen moest de bus alleen verder, omdat de trein een tunnel in tufte. De bus reed snel de stad in, waar hij een politieagent tegenkwam, die op zijn fluitje blies en schreeuwde: Stop bus! Maar die on-deugen-de bus trok zich daar niets van aan. 3. Hij scheurde de stad uit, het veld in. Hij zei: Ik heb er genoeg van om op de weg te rijden. Dus sprong hij over een hek. Hij kwam in een weiland terecht, waar een koe stond. Boe-oe loeide de koe: Ik kan mijn ogen niet geloven. 4. De bus racete gewoon verder, naar beneden, de heuvel af. Opeens zag hij onder aan de heuvel een meertje. En hij probeerde meteen te remmen. Maar Oh! hij wist niet hoe zijn remmen werkten. Dus viel hij met een Plons! in het water en bleef in de modder steken. Ein de lijk vond de buschauffeur zijn bus terug en belde een takelwagen om de bus uit de modder te trekken. En de takelwagen zette de bus weer op de weg terug. De buschauffeur was reuze blij zijn bus weer te zien. En de bus beloofde dat hij er nooit meer alleen vandoor zou gaan. © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

7 Bus Verhaal Test RTNA waarden
© Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015 Totaal aantal uitingen van het kind Kwaliteit van informatieoverdracht: semantiek score ML5LU: syntactische score onderschikkende bijzinnen: semantisch-syntactisch-pragmatische (cohesie) score

8 Kwalitatieve analyse plotstructuur
Introductie personages Actie Plaats, tijd, hoedanigheid Emotionele respons Totaal Setting ٱ bus S2 ٱ chauffeur S3 ٱ tijd S1 /3 Initiërende gebeurtenis ٱ repareren I2 ٱ ervan I3 door gaan ٱ kapot zijn I1 Episode 1 ٱ naast een trein P1 ٱ wedstrijd doen P2 ٱ tunnel in P3 Episode 2 ٱ agent tegenkomen P5 ٱ stop roepen P6 ٱ stad in P4 ٱ stad uit, veld in P7 /4 Intermezzo ٱzat zijn R1 /1 Episode 3 ٱ er was een koe P9 ٱ in weiland komen P8 ٱ van heuvel af gaan P10 Episode 4 ٱ een meertje zien P11 ٱ in water vallen P12 /2 Uitkomst ٱ de bus vinden U1 ٱ takel bellen U2 ٱ takel zet bus op weg terug U3 Moraliteit ٱbeloven M ٱ blij zijn R2 /5 /9 /8 /24 = % © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

9 Percentage hoofdzaken en bijzaken per leeftijdsgroep (Ketelaars 2010)
Pragmatiek © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015 9

10 Percentage ruis per leeftijdsgroep
Pragmatiek © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015 10

11 % Impliciete referenten
Margot IR 4 jarigen heb ik grof berekend met de cijfers uit Kino’s worddocument. Is dus niet helemaal zuiver!

12 Verhaal van Hidde 7;09 jaar
E bu < de b>. Er was eens een ondeugend bus. De bus#chauffeur had een kapotte auto. <De en> maar de auto deed net zo, dat hij kapot was. Hij maakte. Hij riep. Hij wilde repareren. Maar hij rijdt gewoon door. Riep: Wacht! {En} de trein,< rein eh>. Maar het was < # eh> een kolige trein. {En} <t> de bus {hij} zegt {aha] et slome trein. Wacht maar af. {Haha}. Wacht maar af, zegt te. De deur gaat door een tunnel <maar> en wou geen wedstrijdje terug. Hij ziet ###… {Daar liep eens een vogel rond} (H gaat riedeltje zingen). Maar de politie zegt stop met # rijden. De <de> bus rijdt # verder. {En} het is wel een hele leuke bus. {Ach} wat is die weg ###…. {En} gaat die over de hek springen. {Hoeidoei!}. Een bus op een wei. Da s vreemd. Maar ik zeg maar haaai! De bus zag een rivier en dacht dat hij kon zwammen (zwemmen). Hij gaat in het water. {En} die kan niet verder rijden. De buschauffeur had et gevonden. De busver # haalt een takelwagen De bus was uit de modder. De bus gaat rijden. Maar de <busjef # de> bus vindt het niets aan. {En} het was een donder. Nu moet hij altijd <nu> iemand ophalen. {En} ze leefden nog lang en gelukkig! © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

13 Taalgebruik plotstructuuranalyse
Uitslagen Hidde RTNA waarden Taalgebruik plotstructuuranalyse Aantal uitingen hoog e percentiel Taalinhoud semantiek e percentiel, te laag Woordvinding moeilijk Taalvorm ML5LU 10e percentiel, te laag Onderschikking % pijlers van het verhaal 54% (“norm” is 65%) % bijzaken van het verhaal 15% (“norm” is 45%) % ruis, “irrelevante” uitingen, bijna allen Ruis 2 57% (“norm” is 10%) Cohesie en coherentie afwijkend, hier nog geen analyse Relatief weinig impliciete referenten (4) (“norm 18%) © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

14 Vraagstelling Gegeven de RTNA variabelen op vlak van taalinhoud, taalvorm en taalgebruik waarvan we (percentiele) waarden bezitten (Jansonius e.a. 2014, 2016) Vertoont de groep ASS (26 pp verspreid over de leeftijd 6;00 tot 10;00 jaar, cross-sectioneel) specifieke uitval Zo ja is dit beeld vergelijkbaar met PLI (Ketelaars 2010)(75 pp, 5;00-8;00 jaar, 3 metingen) PLI bij 4;00 jaar door Ketelaars onderkend met CCC en mening leerkrachten, t.w. Sociaal-emotionele problemen Taalproblemen op pragmatisch vlak Structurele taalproblemen PLI raakt aan ASS (10% van de pp; relatie met ADHD (75% van de pp) © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

15 Autistische kinderen deze studie
26 pp als ASS gediagnosticeerd Curium Oegstgeest, Berg & Bos School Bilthoven, Kentalis Sint Marie en SO de Horst Eindhoven) Hier te kleine plukjes kinderen, geen conclusies te trekken Leeftijd 6;00 tot 10;00 jaar te beoordelen met RTNA (Jansonius e.a. 2014, 2e druk 2016); 6;00-8;00 te beoordelen met voorlopige waarden pragmatiek bij vertellen (Ketelaars 2010 vijf tot achtjarigen). Normering busverhaal plotanalyse wordt nu pas ter hand genomen (Jansonius e.a.). © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

16 Vertoont de groep ASS (26 pp verspreid over de leeftijd 6;00 tot 10;00 jaar, cross-sectioneel) specifieke uitval Van de 26 pp slechts 7 kinderen (27%) die op alle variabelen van taalinhoud en taalvorm goed scoorden (in het normale bereik van 25e-75e percentiel en hoger) verspreid over alle leeftijden Dezelfde 7 kinderen scoorden ook adequaat op pragmatiek vertellen: percentage plotstructuurcomponenten, bijzaken en ruis. Story grammar en bijzaken (relevante uitingen) voldoende tot hoog, ruis opvallend weinig aanwezig. Bij deze kinderen geen sprake van echolalie (letterlijke tekst hoor je met de prosodie van de onderzoeker die nadrukkelijk accenten legt en zeer melodisch spreekt) © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

17 73% valt uit op de taalvariabelen uitingen, semantiek en zinslengte
Vertoont de groep ASS (26 pp verspreid over de leeftijd 6;00 tot 10;00 jaar, cross-sectioneel) specifieke uitval 73% valt uit op de taalvariabelen uitingen, semantiek en zinslengte Heel veel uitingen (hoogste percentiele waarde) bij 6 kinderen (23%) over alle leeftijden heen extreem weinig uitingen (laagste percentiele waarde 10 kinderen (38%), over alle leeftijden heen, Weinig uitingen 12% op het vlak van de semantiek uitval bij 13 (50%) kinderen (laagste percentiele waarde). Te weinig begrippen worden verwoord 11 kinderen (42%) vallen uit op zinslengte (laagste percentiele waarden). Hun zinnen zijn tekort De kinderen met laagste waarden zijn meestal op alle RTNA variabelen laag, zoals de beste kinderen hoog scoorden op alle RTNA variabelen. Met stijgende leeftijd geen verbetering op de RTNA variabelen Grote variabiliteit in de groep kinderen met ASS, extreme waarden © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

18 Vertoont de groep ASS (26 pp verspreid over de leeftijd 6;00 tot 10;00 jaar, cross-sectioneel) specifieke uitval. Groepsgemiddelden Onze waarden 75 pp % plotcompo-nenten % bijzaken % ruis Vierjarigen 39% 35% 20% Vijfjarigen 50% 15% Zesjarigen 55% 45% 12% Zevenjarigen 65% 10% © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015 ASS groep 26 pp % plotcompo-nenten % bijzaken % ruis Zes jaar pp 42% 31% 30% Zeven jaar 9 pp 46% 27% Acht jaar pp 57% 37% Negen jaar 7 pp 59% 41% 22%

19 Is dit beeld vergelijkbaar met PLI (Ketelaars 2010)(75 pp)
Ketelaars PLI 75 pp ASS 26 pp Significant minder uitingen dan kinderen zonder TOS Significant kortere zinnen De kinderen tonen bij elke leeftijd achterstand in story grammar. Enige inloop bij ouder worden, geen echt inhaaleffect Ruis 1 teveel onbegrijpelijke zinnen, niet te parafraseren (significant) Ruis 2 uitweidingen veel aanwezig (net niet significant) Ruis 3 niet opvallend aanwezig 27% heeft voldoende uitingen; variabiliteit: heel veel (23%), (veel te) weinig uitingen (50%) 73% taalinhoud en taalvorm onvoldoende, lage waarden Achterstand in story grammar, enige inloop bij ouder worden? Ruis 1 amper aanwezig en zo ja, vaak ivm fonologische fout Ruis 2 te frequent aanwezig Ruis 3 niet opvallend aanwezig Problemen met cohesie en coherentie (nu niet geanalyseerd) © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

20 Aspecten belang voor ons klinisch linguïstische werk
Contactstoornis nauwelijks oogcontact Communicatie spreken met vreemde, hoge en/of schrille stem, vreemde overtolligheden in de zinnen, moeite met referentie (vb ‘de andere trein’ terwijl /trein/ niet eerder is geïntroduceerd; de andere koeien terwijl er maar 1 koe is; toen weer een meertje) Spreken in de directe rede en heel veel exclamaties, zangriedeltjes Woordvindingsproblemen, veel pauzes, interjecties, fonemische fouten bij veel kinderen Uitzonderlijk veel ruis 2 in hele groep, significant Ruis 2 (fantasie; autistische verbositeit; woordvindingsproblemen zo maskeren?) Door de fonemische fouten wel eens Ruis 1, ook door vreemde semantiek, maar incidenteel © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

21 Aspecten belang voor ons klinisch linguïstische werk
Repetitief in het verhaal. Kinderen starten een stuk zin op en herhalen met uitbreiding Geen echolalie (mijn interpretatie ervan, ervaring) bij de 26 kinderen in onze verteltaak © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015

22 Renfrew Taalschalen Nederlandse Aanpassing Jansonius, Ketelaars, Borgers, Van Den Heuvel, Roeyers, Manders & Zink Antwerpen/Apeldoorn: Garant /Maklu 1e druk 2014, 2e druk begin 2016 © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015


Download ppt "Karakteristieken van vertelvaardigheid bij jonge kinderen met een stoornis op het autistische spectrum © Vertelvaardigheid ASS Jansonius & Ketelaars 2015."

Verwante presentaties


Ads door Google