De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Laaggeletterdheid in de zorg

Verwante presentaties


Presentatie over: "Laaggeletterdheid in de zorg"— Transcript van de presentatie:

1 Laaggeletterdheid in de zorg
Bronvermelding: - Buisman, M., Allen, J., Fourage, D., Houtkoop, W. & Velden, van der, R. (2013). PIAAC: Kernvaardigheden voor werk en leven. PIAAC & Maastricht University - Fourage, D., Houtkoop, W. & Velden, van der, R. (2011). Laaggeletterdheid in Nederland. ECBO & Maastricht University - Fransen, M.P., Stronks, K. & Essink-Bot, M.L. (2011). Gezondheidsvaardigheden: Stand van Zaken. AMC Amsterdam.

2 Stichting Lezen & Schrijven
Stichting Lezen & Schrijven is opgericht om één doel te dienen: het voorkomen en verminderen van laaggeletterdheid op zowel korte als lange termijn. Aanjager Kenniscentrum Chantal

3 Stichting Lezen & Schrijven
initiatief van H.K.H. Prinses Laurentien Voorzitter: Marja van Bijsterveldt Doel: het voorkomen en verminderen van laaggeletterdheid op zowel korte als lange termijn.

4 Programma Introductie laaggeletterdheid Feiten en cijfers
Geletterdheid & gezondheid Laaggeletterdheid in de praktijk Wat gaat u morgen doen? Vragen?

5 Brainstorm Wat weet u al van laaggeletterdheid?

6 Wat is laaggeletterdheid?
Iemand is laaggeletterd of functioneel analfabeet als hij of zij niet in staat is gedrukte of geschreven informatie te gebruiken om optimaal te kunnen functioneren in de samenleving. ≠ analfabeet Laaggeletterdheid is niet hetzelfde als analfabetisme. Analfabeten kunnen helemaal niet lezen of schrijven. Laaggeletterden zijn daarin beperkt. Het is breder dan lezen en schrijven. Vaak ook rekenen. Maar ook het begrijpen van gesproken informatie. Laaggeletterden hebben een beperkte woordenschat en daardoor een laag taalniveau, waardoor alle informatie verwerken lastig is.

7 Waar hebben laaggeletterden moeite mee?
Alledaagse dingen, waar wij vaak niet over nadenken: Het lezen van een medische bijsluiter. Dit is voor veel mensen lastig, maar laaggeletterden lukt het vaak al niet om te begrijpen dat 3x daags over de dag verdeeld moet worden. Of dat oraal niet in het oor gegoten moet worden. Treinkaartje kopen. Ook voor veel mensen lastig, maar laaggeletterden komen hier vaak helemaal niet uit. En wacht dacht u van het checken op het perron of je wel in de goede trein stapt. Voorlezen aan je kind of kleinkind. Voor veel laaggeletterden uiteindelijk een reden om beter te leren lezen. Een laaggeletterde vertelde dat zij haar kinderen wel ‘voorlas’; ze vertelde plaatjes. Totdat de kinderen zelf leerden lezen en zeiden: ‘mama, dat staat er niet’. Het invullen van werkbriefjes, het lezen van werkroosters of instructies. Het lezen van een recept. Je realiseert je niet hoeveel tekst je oppikt doordat je gewoon rondloopt. Daardoor begrijp je dingen en kun je dingen plaatsen. Laaggeletterden pikken de tekst om zich heen niet op. Kijk maar eens om je heen hoeveel tekst je ziet en leest en hoeveel je daarvan leert. En realiseer je dat een laaggeletterde dat dus niet doet.

8 Waar hebben laaggeletterden moeite mee?
Alledaagse dingen, waar wij vaak niet over nadenken: Het lezen van een medische bijsluiter. Dit is voor veel mensen lastig, maar laaggeletterden lukt het vaak al niet om te begrijpen dat 3x daags over de dag verdeeld moet worden. Of dat oraal niet in het oor gegoten moet worden. Treinkaartje kopen. Ook voor veel mensen lastig, maar laaggeletterden komen hier vaak helemaal niet uit. En wacht dacht u van het checken op het perron of je wel in de goede trein stapt. Voorlezen aan je kind of kleinkind. Voor veel laaggeletterden uiteindelijk een reden om beter te leren lezen. Een laaggeletterde vertelde dat zij haar kinderen wel ‘voorlas’; ze vertelde plaatjes. Totdat de kinderen zelf leerden lezen en zeiden: ‘mama, dat staat er niet’. Het invullen van werkbriefjes, het lezen van werkroosters of instructies. Het lezen van een recept. Je realiseert je niet hoeveel tekst je oppikt doordat je gewoon rondloopt. Daardoor begrijp je dingen en kun je dingen plaatsen. Laaggeletterden pikken de tekst om zich heen niet op. Kijk maar eens om je heen hoeveel tekst je ziet en leest en hoeveel je daarvan leert. En realiseer je dat een laaggeletterde dat dus niet doet.

9 Wat denkt u? Hoeveel procent van de woorden van een tekst moet je kunnen lezen om die tekst te kunnen Begrijpen? A. 60% B. 75% C. 90% 9

10 60% Het -- is de -- die aan en geeft over een gezonde, veilige en meer Het gezonde en meer -- voeding bij -- en -- het -- tot een meer 10

11 75% Het -- is de -- die aan consumenten wetenschappelijk -- en onafhankelijke informatie geeft over een gezonde, veilige en meer Het gezonde en meer -- voeding bij consumenten en -- het -- tot een meer 11

12 90% Het Voedingscentrum is de -- die aan consumenten wetenschappelijk onderbouwde en onafhankelijke informatie geeft over een gezonde, veilige en meer -- voedselkeuze. Het Voedingscentrum -- gezonde en meer -- voeding bij consumenten en -- het bedrijfsleven tot een meer verantwoord voedselaanbod. 12

13 100% Het Voedingscentrum is de autoriteit die aan consumenten wetenschappelijk onderbouwde en onafhankelijke informatie geeft over een gezonde, veilige en meer duurzame voedselkeuze. Het Voedingscentrum bevordert gezonde en meer duurzame voeding bij consumenten en stimuleert het bedrijfsleven tot een meer verantwoord voedselaanbod. Het is inderdaad 90% van de woorden die je moet kunnen begrijpen om de tekst te begrijpen. Het ligt er natuurlijk aan welke woorden worden weggelaten. Echter laaggeletterden kunnen woorden als ‘de’, ‘het’, ‘is’ etc. Wel lezen. In het voorbeeld zijn steeds moeilijkere woorden weggelaten.

14 Vraag Hoeveel laaggeletterden tussen 16 en 65 jaar zijn er in Nederland? A. 0,8 miljoen B. 1,3 miljoen C. 1,8 miljoen

15 Vraag Hoeveel laaggeletterden tussen 16 en 65 jaar zijn er in Nederland? A. 0,8 miljoen B. 1,3 miljoen C. 1,8 miljoen PIAAC

16 Nieuwe cijfers – 65 jr 1,1 miljoen 1,3 miljoen 16 – 75 jr 1,5 miljoen ? ‘1 op de 10’ ‘1 op de 9’

17 Vraag Welk percentage van de laaggeletterden is van autochtone afkomst? A. 23% B. 52% C. 65%

18 Vraag Welk percentage van de laaggeletterden is van autochtone afkomst? A. 23% B. 52% C. 65%

19 Laaggeletterdheid: feiten en cijfers
1,3 miljoen volwassenen zijn laaggeletterd 1 op de 5 tussen de 55 en 65 jaar 12% van de volwassen bevolking 65% is autochtoon 35% diploma lager onderwijs 26% vbo- of mavo-diploma 30% mbo-diploma 1,5 miljoen volwassen zijn laaggecijferd. 1 miljoen volwassen zijn zowel laaggeletterd als laaggecijferd. Van de 30% met een mbo-diploma, is ruim de helft op niveau 3 of 4 geschoold. Dit zijn dus ook mensen die bijvoorbeeld in de thuiszorg medicatie uitreiken, of pedagogisch medewerkers die kinderen in de kinderopvang taal leren.

20 Het leven van Lisa Oorzaken van laaggeletterdheid. 20

21 Combinatie van oorzaken
Welke oorzaken kunt u bedenken? Thuissituatie en sociale omgeving Het onderwijs Individuele factoren Er is altijd sprake van een combinatie van oorzaken. Wat zijn risicofactoren: Thuissituatie: Taalarme omgeving, geen boeken of kranten in huis Vroeg gaan werken (geldt vooral voor de wat oudere bevolking) Thuis een andere taal gesproken Onderwijs: Onvoldoende aandacht en begeleiding Vroeger: mensen met een beperking zoals dyslexie werden ‘achter in de klas gezet’ Weinig opleiding door bijvoorbeeld ziekte, handicap Lage opleiding leidt vaak tot laaggeschoolde arbeid. Bij laaggeschoolde arbeid, weinig aanraking met taal, waardoor geletterdheid met de jaren daalt. Individuele factoren: Leer- en gedragsproblemen Concentratiestoornis Taalzwakte Dyslexie (let op! Dit leidt niet automatisch tot laaggeletterdheid, maar kan wel het risico vergroten). USE IT OR LOSE IT! (Vergelijk maar met bijvoorbeeld Frans op de middelbare school. Als je het niet meer gebruikt, dan verleer je het)

22 Gevolgen

23 Gevolgen Persoonlijk Op de werkvloer Gezondheid 23

24 Geletterdheid & gezondheid
Gezondheidsvaardigheden Vaardigheden om informatie over gezondheid te verkrijgen, te begrijpen en te gebruiken bij het nemen van beslissingen over gezondheid. Gezondheidsvaardigheden zijn naast lezen, schrijven en rekenen (zoals beschreven onder laaggeletterdheid) ook de vaardigheden die je nodig hebt om bijvoorbeeld kritische vragen te stellen aan je zorgverlener of digitale vaardigheden om online informatie te vinden over ziekte en gezondheid. In 2010 is de Alliantie Gezondheidsvaardigheden opgericht, zie Partijen die zich hierbij aansluiten tekenen de Intentieverklaring Gezondheidsvaardigheden Hoog op de Agenda. Hiermee spreken zij de intentie uit om het belang van goede gezondheidsvaardigheden te agenderen, te beginnen in de eigen organisaties. Via de website en nieuwsbrief van de Alliantie is veel nuttige en praktische informatie te verkrijgen.

25 Cijfers gezondheidsvaardigheden
29% volwassen bevolking (zeer) beperkt gezondheidsvaardig 46% voldoende gezondheidsvaardigheden 25% excellente gezondheidsvaardigheden

26 Geletterdheid & gezondheid
Meer gebruik van de zorg Ongezonder Minder zelfmanagement Slechtere communicatie met zorgverlener Meer gebruik van de zorg: Frequenter gebruik en langer in de zorg Laaggeletterden gaan vaak te laat, waardoor ze al zieker zijn en dus langer in het ziekteproces blijven Onbegrip, waardoor ze veel vaker terugkomen bijvoorbeeld bij de huisarts (vaak met vage klachten, omdat ze moeite hebben hun klachten goed te formuleren). Weten niet wanneer ze naar huisarts moeten of bijvoorbeeld fysio, sociaal werk etc. Als huisarts eenmaal een vertrouwenspersoon is, gebruiken ze die voor meer dan alleen zorg. Ongezonder: Bij laaggeletterden hebben vaker last van diabetes, hartinfarcten, kanker, astma en psychische problemen. Bijvoorbeeld: 5,2% van de laagst geletterde mannen heeft diabetes, tegenover 1,5% van de hoogstgeletterde mannen. Ouderen met lage gezondheidsvaardigheden hebben een 1,5 tot 2 maal zo grote sterfte kans te hebben dan goed geletterden ouderen. Laaggeletterden hebben minder gezonde jaren dan geletterden. Laaggeletterden maken minder gebruik van leefstijlprogramma’s Minder zelfmanagement: Laaggeletterden doen minder aan preventie Laaggeletterden zijn minder therapietrouw Laaggeletterden hebben meer fouten in medicatiegebruik Slechtere communicatie met zorgverlener: Angstiger; de dokter is eng en geleerd, ik knik wel gewoon ja. Is wat we veel terughoren Laaggeletterden begrijpen adviezen minder goed en kunnen slecht een afweging maken tussen behandelingen Onjuiste voorstelling van het behandelresultaat Niet goed kunnen formuleren van klachten, daardoor vaak met vage klachten terugkomen. 26

27 Oefening Tweetallen Vertel wat op kaartje A staat in eenvoudige taal
Geef feedback: Wat ging goed? Wat kan beter? Draai de rollen om. Gebruik kaartje B

28 In de praktijk Herkennen Controleren  Check en dan? Bespreken
Pak door

29 ALARMBELLEN!!! 1. Herkennen Hoe kun jij laaggeletterdheid herkennen
in jouw werk? Wat zijn alarmbellen die kunnen gaan rinkelen? Wat geeft jou als zorgverlener een ‘niet-pluis gevoel’? ALARMBELLEN!!!

30 1. Herkennen Spreken en begrijpen Lezen Schrijven Spreken & begrijpen
Moeite met het formuleren van vragen Antwoorden sluiten niet aan op de vragen Geen begin en eind in verhaal Geen punten en komma’s gebruiken Moeilijk ‘to the point’ kunnen komen Moeite met prioriteren Lezen Vragen stellen over schriftelijke informatie of instructies Herhaaldelijk verzoeken om instructies Ogen niet bewegen over de tekst Formulieren mee naar huis nemen Schrijven Afspraken niet noteren (en vergeten) Vragen om formulier/afspraak op te schrijven Kinderlijk handschrift, letters tekenen

31 1. Herkennen (1) Spreken & begrijpen
Moeite met het formuleren van vragen Antwoorden sluiten niet aan op de vragen Geen begin en eind in verhaal Geen punten en komma’s gebruiken Moeilijk ‘to the point’ kunnen komen Moeite met prioriteren Door beperkte woordenschat hebben laaggeletterden ook moeite met spreken & begrijpen. Naast wat op de sheet staat: Moeite met klokkijken op tijd komen. Advies: maak afspraken op hele uren. (Of zoals werd gezegd op 15 oktober, patiënten die een half uur te vroeg in de wachtkamer zitten). Je kan het vaak herkennen, doordat laaggeletterden aan een stuk door praten.

32 1. Herkennen (2) Lezen Vragen stellen over schriftelijke informatie of instructies Herhaaldelijk verzoeken om instructies Ogen niet bewegen over de tekst Vermijden van leessituaties Maar ook: Moeite met abstracte afbeeldingen. Bijvoorbeeld de gedetailleerde platen die in de praktijk hangen. Die zijn voor laaggeletterden veel te ingewikkeld. Hou er met tekenen rekening mee hoe je verhoudingen tekent. NHG, LHV, Pharos, CBO, Stichting Lezen & Schrijven en ETV hebben de map ‘Begrijp je Lichaam’ ontwikkeld met simpele platen en teksten. Hij is hier te downloaden of hardcopy te bestellen: Een farmaceut heeft een bijsluiter in beelden gemaakt: Vooral de afbeeldingen van het spiraaltje leidt bij laaggeletterden tot verwarring, die is wel erg groot in verhouding tot het lichaam. Toch is het al beter dan de bijsluiter in woorden! “Oh dat formulier vul ik thuis wel even in”

33 1. Herkennen (3) Schrijven Afspraken niet noteren (en vergeten)
Vragen om formulier/afspraak op te schrijven Kinderlijk handschrift, letters tekenen “Ik schrijf zo onleesbaar, doet u dat maar even voor me” “Oh ik dacht dat de afspraak morgen was”

34 2. Controleren (1) Hoe zou je kunnen nagaan of je vermoeden van laaggeletterdheid klopt?

35 2. Controleren (2) Formulier op de kop aangeven?
Adres/afspraak/oefeningen laten opschrijven Vragenlijst laten invullen ‘Wilt u de informatie op papier of zal ik het vertellen?’ Korte test via Het gaat er om dat je checkt of je vermoeden juist is, voordat je verder gaat met handelen. Je hoeft iemand niet voor het blok te zetten, maar je kan wel vragen of iemand even iets wil opschrijven. Weigert iemand, of doet iemand moeilijk, dan weet je vaak al genoeg (en kun je het eventueel alsnog zelf doen). Formulier of folder op de kop aangeven werkt alleen als er geen plaatjes of foto’s op staan. Laaggeletterden zullen er nauwelijks een blik op werpen en hem naast zich neerleggen. Geletterden kijken er vaak even naar (‘wat is dat’) en draaien hem eigenlijk altijd om. Soms kun je ook een vraag stellen over schriftelijke informatie die eerder is uitgereikt. Via kunnen mensen een korte test doen (max. 12 minuten) die aangeeft of iemand moeite heeft met taal. U kunt hem zelf een keer proberen via inlog: demo, wachtwoord: demo. Als u hem wil gebruiken voor patiënten, kunnen we heel snel een eigen inlog aanmaken.

36 3. Check en dan? Korte termijn → pas communicatie aan
Gebruik eenvoudige woorden Gebruik ondersteund beeldmateriaal Vermijd abstracte begrippen Lange termijn → bespreek en verwijs door (stap 4 & 5)

37 4. Bespreken Hoe maak je laaggeletterdheid bespreekbaar?

38 4. Bespreken Sluit aan bij beleving Normaliseer het probleem
“Hoe krijg je het voor elkaar? Is het een geheim?” Normaliseer het probleem “1 op de 9 mensen heeft moeite met lezen of schrijven” Wees niet bang en wees open Wees voorbereid (zie stap 5) Hierbij geldt vooral: gewoon doen! We horen bijna altijd van laaggeletterden dat ze heel erg blij zijn als iemand ze eindelijk hier op aanspreekt. We horen ook dat het stimuleren er iets aan te doen werkt. Of zoals ze zelf zeggen: ‘Ik had gewoon een schop onder m’n kont nodig’ Natuurlijk geldt hier altijd maatwerk; wat bespreek je op welke manier met een patiënt.

39 5. Pak door (1) Leidraad Informeer over oplossingen
Help bij aanmelden voor een cursus Kom er in latere gesprekken op terug Doe een korte test op

40 5. Pak door 1. Zelfstandig oefenen www.oefenen.nl
werkboeken bestellen: 2. Met een vrijwilliger oefenen (Taal voor het Leven) 3. Een cursus volgen bij een taalaanbieder Nationale Bellijn:

41 Wat gaat u morgen doen met wat u vandaag gehoord hebt?
Hoe verder? Wat gaat u morgen doen met wat u vandaag gehoord hebt?

42 Vragen?

43 Contact www: lezenenschrijven.nl/gezondheid gezondheidsvaardigheden.nl


Download ppt "Laaggeletterdheid in de zorg"

Verwante presentaties


Ads door Google