De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Welkom in deze dienst! Voorganger:Ds. P.L.D Visser Ouderling:Anne Geurtsen Organist: Krijn van Veen.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Welkom in deze dienst! Voorganger:Ds. P.L.D Visser Ouderling:Anne Geurtsen Organist: Krijn van Veen."— Transcript van de presentatie:

1 Welkom in deze dienst! Voorganger:Ds. P.L.D Visser Ouderling:Anne Geurtsen Organist: Krijn van Veen

2 Gezang 177 Psalm 40 Gezang 183 Psalm 22 Psalm 32 Gezang 182 Matteüs 27 Hebreeën 10

3 Welkom en mededelingen

4 1. Leer mij, o Heer, uw lijden recht betrachten, in deze zee verzinken mijn gedachten: o liefde die, om zondaars te bevrijden, zo zwaar moest lijden. Gezang 177: 1, 6

5 6. Daar Ge U voor mij hebt in de dood gegeven, hoe zou ik naar mijn eigen wil nog leven? Zou ik aan U voor zulk een bitter lijden mijn hart niet wijden? Gezang 177: 1, 6

6 3. Het is geen offervuur wat U behaagt, Gij wilt, Heer, dat ik naar U hoor en zelf ontsluit Gij mij het oor: Gij hebt alleen gehoorzaamheid gevraagd. … Psalm 40: 3, 7

7 … Mijn God, ik draag uw wetten, om op uw wil te letten, gedurig bij mij om. Het boek schrijft over mij. Gij hoordet hoe ik zei: "O Here, zie, ik kom!" Psalm 40: 3, 7

8 7 Laat wie uw heil beminnen hier en nu in U verheugd zijn, U ter eer uitroepen: groot is onze HEER! Laat wie U zoeken jubelen in U! … Psalm 40: 3, 7

9 … Al leef ik in ellende, de Here zal het wenden, de Heer ziet naar mij om. Gij die mijn helper zijt, mijn God die mij bevrijdt, o toef niet langer, kom! Psalm 40: 3, 7

10 We lezen uit de Bijbel Matteüs 27: 33-56 en Hebreeën 10: 19-22

11 Matteüs 27: 33-56 33 En gekomen bij de plaats die Golgotha genoemd wordt, wat Schedelplaats betekent, 34 gaven zij Hem wijn vermengd met gal te drinken; maar toen Hij die geproefd had, wilde Hij die niet drinken.

12 Matteüs 27: 33-56 35 Nadat zij Hem gekruisigd hadden, verdeelden zij Zijn kleren door het lot te werpen, opdat vervuld zou worden wat gezegd is door de profeet: Ze hebben Mijn kleren onder elkaar verdeeld en om Mijn kleding hebben ze het lot geworpen. 36 En zij gingen zitten om Hem daar te bewaken.

13 Matteüs 27: 33-56 37 En zij brachten boven Zijn hoofd een opschrift aan met de beschuldiging tegen Hem: DIT IS JEZUS, DE KONING VAN DE JODEN. 38 Toen werden met Hem twee misdadigers gekruisigd, een aan Zijn rechter-, en een aan Zijn linkerzijde. 39 En de voorbijgangers lasterden Hem, schudden hun hoofd,

14 Matteüs 27: 33-56 40 en zeiden: U Die de tempel afbreekt en in drie dagen opbouwt, verlos Uzelf. Als U de Zoon van God bent, kom dan van het kruis af! 41 En evenzo spotten ook de overpriesters, samen met de schriftgeleerden en de oudsten en de Farizeeën, en zij zeiden:

15 Matteüs 27: 33-56 42 Anderen heeft Hij verlost, Zichzelf kan Hij niet verlossen. Als Hij de Koning van Israël is, laat Hij nu van het kruis afkomen en wij zullen Hem geloven. 43 Hij heeft op God vertrouwd; laat Die Hem nu verlossen als Hij Hem welgezind is, want Hij heeft gezegd: Ik ben Gods Zoon.

16 Matteüs 27: 33-56 44 Hetzelfde verweten Hem ook de misdadigers die met Hem gekruisigd waren. 45 En vanaf het zesde uur kwam er duisternis over heel de aarde, tot het negende uur toe. 46 Ongeveer op het negende uur riep Jezus met een luide stem: Eli, Eli, lama sabachtani? Dat betekent: Mijn God, Mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?

17 Matteüs 27: 33-56 47 Sommigen van hen die daar stonden, zeiden, toen zij dit hoorden: Hij roept Elia. 48 En meteen snelde een van hen toe, nam een spons, doordrenkte die met zure wijn, stak hem op een rietstok en hij gaf Hem te drinken. 49 Maar de anderen zeiden: Houd op, laten wij zien of Elia komt om Hem te verlossen.

18 Matteüs 27: 33-56 50 Jezus riep nogmaals met luide stem en gaf de geest. 51 En zie, het voorhangsel van de tempel scheurde in tweeën, van boven tot beneden; de aarde beefde en de rotsen scheurden; 52 ook werden de graven geopend en veel lichamen van heiligen die ontslapen waren, werden opgewekt;

19 Matteüs 27: 33-56 53 en na Zijn opwekking gingen zij uit de graven, kwamen in de heilige stad en zijn aan velen verschenen. 54 En toen de hoofdman over honderd en zij die met hem Jezus bewaakten, de aardbeving zagen en de dingen die gebeurden, werden zij erg bevreesd en zeiden: Werkelijk, Dit was Gods Zoon!

20 Matteüs 27: 33-56 55 En er waren daar veel vrouwen, die uit de verte toekeken; zij waren Jezus gevolgd van Galilea om Hem te dienen. 56 Onder hen was Maria Magdalena en Maria, de moeder van Jakobus en Joses, en de moeder van de zonen van Zebedeüs.

21 Hebreeën 10: 19-22 19 Omdat wij nu, broeders, vrijmoedigheid hebben om in te gaan in het heiligdom door het bloed van Jezus, 20 langs een nieuwe en levende weg, die Hij voor ons heeft ingewijd door het voorhangsel, dat is door Zijn vlees, 21 en omdat wij een grote Priester hebben over het huis van God,

22 Hebreeën 10: 19-22 22 laten wij tot Hem naderen met een waarachtig hart, in volle zekerheid van het geloof, nu ons hart gereinigd is van een slecht geweten en ons lichaam gewassen is met rein water.

23 Gezang 183: 1, 3, 7 1. O hoofd vol bloed en wonden, bedekt met smaad en hoon, o hoofd zo wreed geschonden, uw kroon een doornenkroon, o hoofd eens schoon en heerlijk en stralend als de dag, hoe lijdt Gij nu zo deerlijk! Ik groet U vol ontzag.

24 Gezang 183: 1, 3, 7 3. O Heer uw smaad en wonden, ja alles wat Gij duldt, om mij is het, mijn zonden, mijn schuld, mijn grote schuld. O God ik ga verloren om wat ik heb gedaan, als Gij mij niet wilt horen. Zie mij in liefde aan.

25 Gezang 183: 1, 3, 7 7. Wees Gij om mij bewogen en troost mijn angstig hart. Voer mij uw beeld voor ogen, gekruisigde, uw smart. Dan zal ik vol vertrouwen, gelovig en bewust, uw aangezicht aanschouwen. Wie zo sterft, sterft gerust.

26 Psalm 22: 1, 3, 11 1. Mijn God, mijn God, waarom verlaat Gij mij en blijft zo ver, terwijl ik tot U schrei, en redt mij niet, maar gaat aan mij voorbij? Hoe blijft Gij zwijgen? …

27 Psalm 22: 1, 3, 11 … Mijn God, ik doe tot U mijn kreten stijgen bij dag, bij nacht. Tot U slechts kan ik vluchten, maar krijg geen rust, geen antwoord op mijn zuchten in klacht op klacht.

28 Psalm 22: 1, 3, 11 3. Maar ik, mijn God, lig machteloos terneer. Ik word vertrapt, ik heb geen leven meer. Meesmuilend gaan zij tegen mij tekeer, al die mij smaden. …

29 Psalm 22: 1, 3, 11 … Zij raden mij, terwijl zij mij verraden: "Zoek het bij God, geef Hem uw leed te dragen, Hij zal u redden naar zijn welbehagen", zo klinkt hun spot.

30 Psalm 22: 1, 3, 11 11. Van U komt, HEER, het loflied dat ik zing: laat mij vergelden al wat ik ontving. Laat mij U loven in de grote kring van die U vrezen! …

31 Psalm 22: 1, 3, 11 … Gij needrig volk, gij zult gezeten wezen aan een festijn! Die God zoekt, moet Hem prijzen! O, haal uw hart op aan zijn gunstbewijzen, die eeuwig zijn.

32 Twee liederen door Glenda Ossekoppele 1. Es ist vollbracht! Vergiss ja nicht dies Wort, mein Herz, das Jesus spricht, da er am Kreuze für dich stirbet und dir die Seligkeit erwirbet, da er, der alles, alles wohlgemacht, nunmehro spricht: es ist vollbracht.

33 Twee liederen door Glenda Ossekoppele 2. Es ist vollbracht am Kreuze dort Gesetz und der Propheten Wort: was wir niemals vollbringen konnten, ist nun vollbracht durch Jesu Wunden: was Gottes Rat von Ewigkeit bedacht, das ist durch seinen Tod vollbracht.

34 Collecte voor 1)Plaatselijke evangelisatie 2)Kerk

35 Psalm 32: 1, 2 1. Heil hem, wien God zijn ontrouw heeft vergeven en toegedekt al wat hij had misdreven, God rekent hem zijn dwalingen niet aan- heil hem, die recht voor God is komen staan! …

36 Psalm 32: 1, 2 … Ik kwijnde weg, zolang ik zwijgen wilde, in zelfbeklag mijn levenskracht verspilde, want dag en nacht woog zwaar op mij uw hand, mijn leven werd zo dor als dorstig land.

37 Psalm 32: 1, 2 2. Nu heb ik, HEER, mijn zonde U beleden: ik weet dat ik uw wet heb overtreden. Ik was ontrouw, ik was van kwaad vervuld, maar Gij vergaaft het, Gij verzoent mijn schuld. …

38 Psalm 32: 1, 2 … Laat daarom tot U komen uw beminden, stoot hen niet af, doch laat U door hen vinden. Duistere vloeden stormen op hen aan, Gij stelt een perk, Gij zult ons vast doen staan.

39 Gezang 182: 1, 6 1. Jezus, leven van ons leven, Jezus, dood van onze dood, Gij hebt U voor ons gegeven, Gij neemt op U angst en nood, Gij moet sterven aan uw lijden om ons leven te bevrijden. Duizend, duizendmaal, o Heer, zij U daarvoor dank en eer.

40 Gezang 182: 1, 6 6. Dank zij U, o Heer des levens, die de dood zijt doorgegaan, die Uzelf ons hebt gegeven ons in alles bijgestaan, dank voor wat Gij hebt geleden, in uw kruis is onze vrede. Voor uw angst en diepe pijn wil ik eeuwig dankbaar zijn.

41 Zegen, door de gemeente te beantwoorden met:


Download ppt "Welkom in deze dienst! Voorganger:Ds. P.L.D Visser Ouderling:Anne Geurtsen Organist: Krijn van Veen."

Verwante presentaties


Ads door Google