De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Aanspreekbaar bankieren en de eed voor medewerkers Congres en oratie 5 februari 2015   .

Verwante presentaties


Presentatie over: "Aanspreekbaar bankieren en de eed voor medewerkers Congres en oratie 5 februari 2015   ."— Transcript van de presentatie:

1 Aanspreekbaar bankieren en de eed voor medewerkers Congres en oratie 5 februari 2015
.

2 Spelers in transitie Rede uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt
van buitengewoon hoogleraar Implementatie Financieel Gedragsrecht aan de Universiteit van Amsterdam op donderdag 5 februari 2015 Rob Schotsman

3 Spelers in transitie Mevrouw de Rector Magnificus, Mijnheer de decaan,
Leden van het Curatorium van de leerstoel Implementatie Financieel Gedragsrecht, Bestuursleden van de Stichting Leerstoel Financiële Dienstverlening, Geachte dames en heren,

4 drie vraagstukken 1. Wat is de belangrijkste ontwikkeling in het financieel recht? 2. Wat is hiervan de impact voor de financiële sector? 3. Gegeven deze ontwikkeling en impact: wat is mijn onderzoeks- en opleidingsprogramma?

5 Belangrijke Europese wetgevingsontwikkeling
Antwoord: de inzet op een versterking van de governance, bedrijfsvoering en kwaliteit van de personen werkzaam in de sector om het vertrouwen terug te winnen In Nederland niet alleen op bestuurdersniveau maar ook op medewerkersniveau. In de Wet op het financieel toezicht (Wft)

6 Banken Leden RvC Leden RvB (eerste echelon) Leidinggevenden identified staff (tweede echelon) Identified staff (overige) medewerkers Betrouwbaarheids- toetsing door ECB/ DNB 3:9 Wft X Geschiktheidstoetsing door ECB/ DNB 3:8 Wft Eed of belofte en onafhankelijk tuchtrecht 3:17b (2) Wft en 3:17 c Wft Integriteit medewerkers 3:10 (1) b en d Wft Vakbekwaamheid 3:17 (2) a , 22a Bpr en 4:9 (2) Wft Beloningen hfst. 1.7 (wbfo voorontwerp)

7 Waarom nadruk op Governance, bedrijfsvoering en kwaliteit personen?
Als de Governance, bedrijfsvoering en kwaliteit personen van een bank op orde is kan op professionele wijze invulling aan open normen worden gegeven = het uitgangspunt van de toezichtwetgeving. De externe toezichthouders kunnen dan op afstand blijven.

8 Ontwikkeling in toezichtwetgeving
Van bedrijfstakordening  relatie tussen bemiddelaar en aanbieder Naar zorgplicht  relatie tussen dienstverlener en cliënt Tot governance en bedrijfsvoering  relatie tussen RvC, RvB, business, sleutelfunctionarissen

9 Nieuwe rollen Samenleving en politiek zetten in op kwalitatief sterkere bestuurders, commissarissen, managers, sleutelfunctionarissen en medewerkers. Wat betekent dat precies? Wat verwachten wij van hun om het vertrouwen terug te winnen en hoe gaan bijvoorbeeld sterkere commissarissen om met sterkere bestuurders? Wat zijn de toekomstige rollen van deze spelers? Hoe geven wij hieraan uitwerking?

10 Spelers in transitie De financiële sector moet zich wel transformeren
om het vertrouwen terug te winnen van politiek en samenleving. Maar hoe en op welke wijze?

11 Mijn uitwerking gebaseerd op:
Mijn rol als wetenschapper/ opleider/ deskundige van de financiële toezichtwetgeving Mijn recente ervaringen met het coachen, opleiden en adviseren van bestuurders, commissarissen, sleutelfunctionarissen, externe toezichthouders, beleidsmedewerkers Ministerie van Financiën en verder ook op mijn ervaringen als commissaris van een financiële onderneming.  Neem als voorbeeld de PARP

12 Zelfregulering PARP in de ‘oude’ Code Banken 
4.5 Iedere bank heeft een Product Goedkeuringsproces. De raad van bestuur draagt zorg voor de inrichting van het Product Goedkeuringsproces en is verantwoordelijk voor het adequaat functioneren daarvan. Producten die het Product Goedkeuringsproces binnen de bank doorlopen worden niet op de markt gebracht of gedistribueerd zonder een zorgvuldige afweging van de risico’s door de risicomanagementfunctie binnen de bank en zorgvuldige toetsing van andere relevante aspecten, waaronder de zorgplicht jegens de klant. De interne auditfunctie controleert op basis van een jaarlijkse risico-analyse of opzet, bestaan en werking van het proces effectief zijn en informeert de raad van bestuur en de desbetreffende (risico)commissie van de raad van commissarissen omtrent de uitkomsten hiervan. Boodschap: ontwikkel producten maar betrek en integreer in Uw oordeelsvorming prudentiële aspecten (RM) en gedragsaspecten (Zorgplicht) In de nieuwe Code Banken treft u deze bepaling niet meer aan omdat deze bepaling zou zijn vastgelegd in de Wft. Maar hoe vastgelegd?

13 beheerste bedrijfsvoering prudentieel
Waar in de Wft treft u de PARP aan? Deel 3 Wft – domein DNB Artikel 3:17 1.Een (…) bank (…) richt de bedrijfsvoering zodanig in dat deze een beheerste en integere uitoefening van haar bedrijf waarborgt. 2.Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot het eerste lid. Deze regels hebben betrekking op: ………… c. de soliditeit van de financiële onderneming, waaronder wordt verstaan: 1°.het beheersen van financiële risico’s; (…) Boodschap: betreed markten en ontwikkel producten maar nooit ten koste van de soliditeit van uw bank. De bank moet over 200 jaar ook bestaan. De spaarder moet er immers op kunnen rekenen dat het spaargeld veilig is.

14 beheerste bedrijfsvoering gedrag
En ook in deel 4 Wft – domein AFM Artikel 4:15 1.Een financiëledienstverlener (….) richt de bedrijfsvoering zodanig in dat deze een beheerste en integere uitoefening van zijn bedrijf waarborgt. 2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot het eerste lid. Deze regels hebben betrekking op: …. b. ordelijke en transparante financiëlemarktprocessen, zuivere verhoudingen tussen marktpartijen en zorgvuldige behandeling van cliënten en consumenten, waaronder wordt verstaan: 1°.het waarborgen van de informatieverstrekking aan cliënten of consumenten; en 2°.het waarborgen van de zorgvuldige behandeling van cliënten of consumenten. Merk op dat artikel 4:15 precies dezelfde bewoording kent als 3:17 alleen de boodschap is een andere. Boodschap: betreed markten en ontwikkel nieuwe producten maar nooit ten koste van uw zorgplicht jegens de cliënt. U moet uw cliënt zorgvuldig behandelen. Wft 4:14/5  artikel 32 Bgfo  criteria AFM (KNVB)

15 Verschillende invalshoeken
PARP: Geen samenwerking tussen externe toezichthouders Zij benaderen de PARP vanuit volledig andere visies en invalshoeken Het is op bankniveau waarbij beide invalshoeken (RM en Zorgplicht) moeten worden geïntegreerd

16 Rol bestuurder De bestuurder die in staat is:
verschillende invalshoeken ook van externe toezichthouders te integreren. De bestuurder die beseft: waartoe hij op aard is; wat zijn kernfuncties zijn; en dat centraal staat het grote vertrouwen naast het kleine vertrouwen.

17 Rol bestuurder De bestuurder die voorkomt:
dat het KBC aspect wordt uitvergroot waardoor er te weinig oog is voor de prudentiële context waarbinnen een bank opereert. Die taak ligt bij het bankbestuur omdat er geen coördinatiemechanisme is die zorgt dat op het fundamentele terrein van de PARP externe toezichthouders samenwerken.

18 Rol bestuurder De bestuurder die oog heeft voor het grote en het kleine vertrouwen: Krijg ik adequate informatie en een passend advies van een deskundige en integere medewerker? Het kleine vertrouwen in de bankmedewerker  eed Krijg ik als spaarder wel mijn geld terug? Het grote vertrouwen in de bank en haar systemen Bij co-creatie en online dienstverlening speelt de eed voor bankmedewerkers geen rol

19 Rol bestuurder De bestuurder die daarom binnen zijn organisatie zorgdraagt voor: een integrale benadering van PARP vraagstukken bij de ontwikkeling, het beheer en de beëindiging van producten en diensten; en coördinatie van (nieuwe) wetgeving.

20 Integrale parp Prudentieel:
Wie accepteer ik als cliënt? (risicomanagement) Gedrag: Aan wie kan ik het product verkopen? (marketing) Wie heeft er echt wat aan? (doelgroep)

21 coördinatie Nieuwe financiële (toezicht)wet- en regelgeving wordt
thans binnen een bank vanuit de diverse business units en compliance afdelingen opgepakt en geïmplementeerd. Is er op bestuurders- of corporate niveau een overzicht van al die (nieuwe) regelgeving? Een dergelijk overzicht is belangrijk en wel om de volgende redenen:

22 coördinatie Met een goed overzicht: 1.beperkt de bestuurder het risico dat bepaalde nieuwe wetgeving in de organisatie niet wordt opgepakt; 2.kan hij overlappingen en tegenstrijdigheden in die regels en toezicht op het spoor komen en signaleren; 3.kan hij zijn eindverantwoordelijkheid te voldoen aan wet- en regelgeving 'hard' maken; en 4.wordt uitvergroting voorkomen en is er aandacht voor de hiërarchie van wetgeving

23 Hiërarchie van wetgeving
Europees financieel recht (Richtlijnen, Verordeningen) Wft kaderwet AMvB’s Wft Ministeriele regelingen Wft Toezichthouderregels Wft Toezichthouders leidraden, factsheets, beleidsregels (Awb), brieven……. Een EBA guideline is geen wet maar een idee. Bestuurders hebben daar steeds meer oog voor. En accountants en auditors?

24 Rol commissaris Onlangs kreeg ik de vraag van een verzekeraar:
Wij willen een RvC inrichten: Welke aandachtsgebieden vindt U belangrijk en van welk aandachtsgebied maakt de PARP onderdeel uit?

25 Mogelijke uitwerking (de kritische vraag stellen): Strategie, Gedrag en Cultuur, Compliance  PARP/Strategie commissie? (in control zijn): Financiën, Audit, Risk  Audit commissie HR en IT  Remuneratie commissie Belangrijke niet-financiële vraagstukken voor de commissaris zijn:

26 Rol commissaris Vraagstukken over de organisatiecultuur
Volgt mijn bestuurder slaafs het AFM beleid of geeft hij een eigen uitwerking?

27 Visie ‘toezicht op afstand’
De minister van Financiën benadrukt in zijn visie: De externe toezichthouder schrijft niet voor. De ondertoezichtgestelden verschuilen zich niet achter de externe toezichthouder maar geven een eigen uitwerking aan een open norm.

28 Rol commissaris Vraagstukken over de toegevoegde waarde van het product of dienst Sterke commissarissen nemen de Antoinette Hertsenberg toets af: Kan mijn bestuurder het product en de dienst aan Antoinette uitleggen?

29 Rol business manager kennis van de toezichtwetgeving
integriteitsbewust in plaats van compliance gedreven en derhalve… de vraag of een marketinguiting voldoet aan wetgeving niet overlaat aan de compliance officer of een financieel recht deskundige maar zelf beantwoordt.

30 Rol medewerker Aan de vooravond van mijn inauguratie vroeg
Jacintha Timmermans Wat verandert er voor de bankmedewerker op het moment dat hij de bankierseed aflegt?

31 Rol medewerker Mijn antwoord: Voor de meeste medewerkers verandert er niets, want die stellen de klant al centraal en staan daar met hart en ziel achter. Met de bankierseed wordt de functie van een bankmedewerker opgewaardeerd: je oefent nu een functie uit waaraan een eed is verbonden, net als artsen en advocaten. Je geeft dus geen ander advies dan vóór het afleggen van de bankierseed, maar je handelen staat wel meer in de openbaarheid, je kunt meer worden aangesproken op je gedrag.

32 Rol medewerker Help! Geef mij houvast! Kunnen wij dat bieden?
Kern van de financiële toezichtwetgeving is de ruimte die wordt geboden ook te nemen. De vraag hoe te handelen is vanuit de principle based wetgeving niet te beantwoorden. Er zijn geen vastomlijnde kaders. Eigen oordeelsvorming staat centraal. Uiteraard binnen het eigen bedrijfsmodel. Ondersteuning bieden via dilemmatrainingen?

33 Toetsing naleving eed op basis van:
Toetsings-criteria Zorgplicht cliënt Soliditeit bank Publiek-rechtelijk Afd Wft uitgewerkt door een bank bijvoorbeeld in een: - Zorgplichtbeleid 3:10/ 3:17 Wft uitgewerkt door een bank bijvoorbeeld in een: - Regeling incidenten - Regeling geschenken - Regeling nevenfuncties - Regeling financiële dienstverlening aan bestuurders - Clear desk beleid - Gedragscode Internet en - Regeling met betrekking tot ongewenst gedrag - Clientacceptatiebeleid - Regeling Customer Due Diligence - Regeling voorkoming marktmisbruik Zelfregulering gedragsregels NVB Privaat-rechtelijk BW/ arresten Hoge Raad/ KiFID

34 rol financieel recht deskundige
Maar wat is dan nog de rol van de door UvA en NIBE-SVV opgeleide financieel recht deskundigen (CSFL ®) die ondersteuning bieden aan sterkere bestuurders en commissarissen; integriteitsbewuste business managers en medewerkers? Signaleren Financieel recht is complex, actueel, impactvol en dynamisch. Vrijwel geen rechtsgebied is zo onrustig als het financieel recht. Immers bijna dagelijks veranderen financiële toezichtregels, dan wel hun uitleg of toepassing.

35 rol financieel recht deskundige
2. Breed en anticiperen De financieel recht deskundige beschikt ook over het vermogen om te kunnen anticiperen op wetgevingstendensen. Een compliance officer bijvoorbeeld die in zijn functieprofiel heeft staan dat hij adviseert over en een beleid ontwikkelt om te voldoen aan externe wet- en regelgeving voldoet eigenlijk niet. Deze compliance officer zal immers altijd achter de feiten aanlopen. Hij is te afwachtend.

36 rol financieel recht deskundige

37 rol financieel recht deskundige
3. Nieuwsgierig Hij kan die rol goed vervullen als hij niet in de eerste plaats resultaatgericht is door direct naar beneden af te dalen op het niveau van richtsnoer of factsheet van een toezichthouder maar vanuit de hiërarchie van wetgeving gezien eerst zich richt op de grondslag Grondslag: norm, systematiek, strekking, logica die de wetgever hanteert

38 rol financieel recht deskundige
4. Coachen, dienen, overtuigen, enthousiasmeren en faciliteren Voor zijn eigen organisatie een coach. Hij enthousiasmeert, overtuigt en begrijpt dat financieel recht gelinkt is aan strategie. Geen vakidioot maar een moderne opleider! Geen ouderwetse compliance officer die roept: fout = fout; dat mag niet; Ik ben verantwoordelijk voor wat jij collega doet; procedures, procedures

39 rol financieel recht deskundige
5. Wat vind ik er zelf van? Wat vind ik zelf? in plaats van: wat vinden ECB, DNB en de AFM? Wat is mijn moreel kompas?

40 Onderzoeks- en opleidingsprogramma
Gegeven de wetgevingsontwikkelingen en de nieuwe rollen voor de diverse spelers in de sector – Welke bijdragen kunnen wetenschap en onderwijs geven aan de uitwerking van die nieuwe rollen?

41 aandacht voor: Fundamentals; Ordening; en Gedrag

42 Aandacht voor fundamentals
Juist door de vloedgolf aan regels: Tijd om weer stil te staan bij fundamentele vragen en op basis van de antwoorden regels en normen te toetsen Met een frisse blik, oorspronkelijk, mag best speels en onafhankelijk

43 Fundamentele vragen zoals:
Wat zijn overwegingen van de overheid om in te grijpen in het financiële marktproces?; Is (gedrags)toezicht noodzakelijk en zo ja waarom en in welke vorm?; Waarom wil de wetgever bepaald aanbod van de markt weren?; Waarom kan niet volstaan worden met zelfregulering of zelftoezicht?; Welke aannames over het consumentengedrag bij aanschaf van financiële producten hanteert de wetgever bij het opstellen van gedragsregels?; en Wat is de visie van de wetgever op zorgplicht?

44 Aandacht voor ordening
Normen gericht op Governance en Bedrijfsvoering en versterking Kwaliteit Personen zijn verspreid in de Wft terug te vinden. Breng die bij elkaar binnen het domein van de vergunning- verlenende toezichthouder.  

45 Nieuw wft deel governance en bedrijfsvoering?
Deel 1 Wft Beloningen Deel 3 Wft Betrouwbaarheidstoets Geschiktheidstoets en eed Beheerste bedrijfsvoering (strategie en bedrijfsmodel; vakbekwaamheid; interne organisatie) Integere bedrijfsvoering bestuurder en medewerkers (gedrag en cultuur; eed) en klant Deel 4 Wft Vakbekwaamheid Bedrijfsvoering en zorgvuldige dienstverlening Deel 5 Wft Marktintegriteitsnormen

46 Nieuw wft deel governance en bedrijfsvoering?
Niet alleen ordening maar ook nadenken over de uitwerking van de normen. Vakbekwaamheid binnen een bancaire context is wezenlijk anders dan bij het intermediair dus zou ook de uitwerking van deze vakbekwaamheidsnorm een andere moeten zijn. Van cross sectoraal naar sectoraal.

47 Governance en bedrijfsvoering: samenhang
AVA Accountant Commissies: Auditcommissie Remuneratie-commissie PARP commissie? . RvB RvC Interne organisatie Risicomanagement Compliance Inrichting PARP Internal audit

48 Aandacht voor gedrag Levert al die nieuwe regels wel de gewenste gedragsverandering op? Is regelgeving wel effectief? Leidt het afleggen van de eed wel tot ander gedrag? En op het terrein van zorgplicht: leest de consument wel informatie die hij ontvangt en zo ja handelt hij ook op basis van die informatie? Wat is zijn gedrag? Breidt het UvA Centrum voor financieel recht uit met psychologen.

49 Voor Ineke

50 Dankwoord Ik heb gezegd.
Tot slot Dankwoord Ik heb gezegd.


Download ppt "Aanspreekbaar bankieren en de eed voor medewerkers Congres en oratie 5 februari 2015   ."

Verwante presentaties


Ads door Google