De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Teambesprekingen SCHOOLPLAN SCHOOLJAAR 2011-2015.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Teambesprekingen SCHOOLPLAN SCHOOLJAAR 2011-2015."— Transcript van de presentatie:

1 teambesprekingen SCHOOLPLAN SCHOOLJAAR

2 welkom

3 doel van deze bijeenkomsten:
Te komen tot richtinggevende uitspraken voor verdere schoolontwikkeling Met het team in gezamenlijkheid te komen tot sterke kanten en ontwikkelkanten van de school Concluderen dat we sterk zijn door verscheidenheid, maar dit zien als een kracht en niet als een bedreiging

4 doel van deze bijeenkomsten vervolg
Het vaststellen van een schoolvisie die de basis zal zijn voor het schoolplan en de verdere schoolontwikkeling Komen tot het vaststellen van POP’s (persoonlijke ontwikkelplannen), waarbij er sprake is van harmonie tussen school en persoonlijke doelen Middels de gekozen schoolplanroute werken aan teambuilding Komen tot team- en persoonlijke scholingswensen

5 doel van de avond(en) vervolg
Komen tot: Schoolplanontwikkeling

6 Stap 1 plenair: brainstorming
Wat is het typerende van onze school? Waarin onderscheidt onze school zich van andere scholen? Waarom zou je ouders adviseren om hun kinderen naar onze school te sturen? Waar zijn wij als team van deze school goed in?

7 Stap 2 we gaan per bouw uiteen
Waar zijn wij goed in als bouw? Je zou kunnen denken aan: Leerstofinhoudelijk Programma Overleg Contacten met ouders Omgaan met verschillen Bepaalde vak- en vormingsgebieden Wat zouden wij als bouw verder dienen te ontwikkelen? Je zou kunnen denken aan Zie volgende sheet

8 vervolg stap 2 Benoem per bouw drie sterke punten en benoem per bouw 3 punten waarvan jullie vinden dat die beter moeten of dat daaraan gewerkt moet worden Benoem tevens een tweetal punten waarvan je vindt dat alle bouwen daar aan moeten werken

9 Stap 3 plenair inventariseren
De ontwikkelpunten per bouw en de schoolontwikkelpunten gaan we inventariseren. In hoeverre zit er een overlapping in, in hoeverre is er sprake van een doorgaande lijn?

10 Stap 4 formuleren van een schoolvisie
Gewenste situatie: wat vinden wij als team belangrijk? hoe zouden wij als school / team willen werken?

11 vervolg stap 4 schoolvisie
Aan de hand van stellingen gaan we in subgroepjes in dialoog met elkaar. Deze stellingen gaan we in heterogene bouwgroepjes met elkaar bespreken. Benoem conclusies. Vervolgens wordt dit besproken in het gehele team en worden er formuleringsvoorstellen gedaan. Dit wordt de basis van werken van onze school. Vanaf hier gaan we bouwen aan onze school.

12 vervolg stap 4 domeinen Er zijn stellingen op de volgende terreinen:
Leerinhouden Werkvormen Opvoedings- en onderwijsstijl Groeperingsvormen Middelen Ouders en de omgeving van de school Zorgbreedte Evaluatie Actief burgerschap en mediawijsheid Wetenschap en techniek cultuureducatie Levensbeschouwelijke identiteit

13 leerinhouden (domein 1)
In het kader van zelfstandig werken hebben wij een doorgaande lijn afgesproken in het werken met dag- en weektaken. 2. De fijne motoriek oefenen wij door het steeds herhalen van patronen, bijvoorbeeld door het knippen van stroken. 3. Het startpunt van de les is de ervaring van kinderen. Het programma wordt bepaald door de kinderen in de groep. 4. Leren betekent bij ons doen. Bij ons gaan kinderen met de juf of met hulpouders naar bijv. de supermarkt om echt te oefenen. 5. Als leerkracht vind ik dat spel erg belangrijk is. We spelen vaak situaties na in de klas. 6. Ik probeer zoveel mogelijk gezamenlijk met hetzelfde thema bezig te zijn met alle kinderen in de groep. 7. Ik ga uit van wat de methode voorschrijft. De methode volgen is noodzakelijk. 8. Ik praat wekelijks met collega’s over de inhouden van het onderwijs in mijn groep. 9. In de bouw spreken we samen af welke onderwerpen aan de orde komen. 10.Naast de kernvakken is sociale vaardigheid erg belangrijk bij ons op school. 11.kinderen moeten leren omgaan met de nieuwe media. Ook dit is een belangrijke taak voor de school

14 werkvormen (domein 2) 1. Leren vindt plaats door te doen. Kinderen leren verschillend. Ik hanteer daarom verschillende werk en of speelvormen tegelijkertijd in mijn klas. 2. Op de gang richt ik een tentoonstelling in over waar wij in de groep mee bezig zijn. 3. Ik creëer veel oefen / praktijksituaties in de klas. 4. Bij ons spelen / bouwen kinderen met allerlei materialen van groep 1 t/m groep 8. 5. OJW vakken vinden bij ons vaak plaats in de natuur. 6. Wetenschap en techniek wordt geïmplementeerd in alle vak- en vormingsgebieden. 7. Kinderen worden op onze school gestimuleerd in taal- en sociale vaardigheid door ze zelf interviews af te laten nemen. Hiermee beginnen wij al bij 4 en 5 jarigen. 8. Buiten spelen en leren is bij ons onlosmakelijk met elkaar verbonden. 9. Als kinderen bij ons vragen hebben tijdens de verwerking vragen ze eerst een klasgenootje om hulp (uitgestelde aandacht). 10. De computer is een elementair hulpmiddel in alle lessen. 11. Wij zetten de nieuwe media maximaal in zodat kinderen op verschillende wijzen gestimuleerd worden in hun leren. 12. De sportlessen zetten wij ook in om kinderen om te leren gaan met winnen en verliezen.

15 opvoedings-/ onderwijsstijl (domein 3)
1. Als ik klassikaal uitgelegd heb gaan de leerlingen zelf aan het werk. Als zet iets niet snappen steken ze de vinger op. Ik kom dan langs. 2. Ik help een kind aan zijn of haar tafeltje. 3. Ik streef ernaar om kinderen zoveel als mogelijk individueel te helpen. 4, Ik streef ernaar om kinderen zoveel mogelijk in groepjes met dezelfde problematiek te helpen. 5. Ik doe kinderen voor hoe de som of de oefening gemaakt moet worden. 6. Ik stimuleer de kinderen om zelf oplossingen te bedenken 7. Wij zijn als school bewust bezig om bij kinderen een nieuwsgierige (=onderzoekende) houding te stimuleren. 8. Ik wil graag dat de kinderen en de leerkrachten elkaar als even belangrijk zien. 9. Wij werken als school vanuit een afgesproken concept. Hierover bestaat al jaren overeenstemming. Iedereen leeft dit na. 10. Ik wil zoveel mogelijk rust in de klas. Zij mogen elkaar alleen helpen als ik dat aangegeven heb. 11. Door de invoering van allerlei nieuwe media is de school regelmatig net een “mierenhoop”. Allerlei zaken lopen geordend door elkaar heen en kinderen zoeken voor een groot deel hun eigen route.

16 groeperingsvormen (domein 4)
1. Ik vind het wenselijk dat kinderen in kleine groepjes zitten. 2. Als leerkracht zit ik meestal achter mijn bureau. 3. Instructie geef ik bij voorkeur in de kring. 4. De kinderen zitten vaak voor me op de grond. 5. Ik zet de kinderen in groepjes van gelijk niveau bij elkaar. 6. Bij ons zitten kinderen ook regelmatig bij andere collega’s in niveaugroepen. 7. De kinderen werken op hun eigen niveau en bepalen daarom zelf bij wie ze gaan zitten. 8. Wij werken vanuit enkele grote plenaire groepen en de kinderen vinden hun weg in de verschillende leergroepen. 9. Kinderen met leer- en gedragsproblemen plaatsen we in speciale hulpgroepen. 10. Bij ons op school is de groeperingsvorm in alle groepen vergelijkbaar. Zo zien anderen ook de afstemming en het werkconcept van onze school.

17 middelen (domein 5) 1. Wij ontwikkelen als school zelf veel materialen. 2. We hebben een orthotheek waarin alle methoden staan. We kunnen daar dus altijd terecht voor extra materialen. 3. Onze bibliotheek voor leerlingen is heel uitgebreid en hier werken onze leerlingen dan ook heel vaak. 4. Bij ons maken leerlingen veel gebruik van internet. 5. Allerlei materialen van wetenschap en techniek kunnen door leerkrachten en leerlingen gebruikt worden ter ondersteuning van het onderwijs. 6. Het is een goede zaak dat kinderen leren samen te werken. Samen uit één boek werken is dan ook vanzelfsprekend. 7. Ons schoolgebouw is modern en is aangepast aan onze onderwijskundige uitgangspunten. 8. Om voldoende materialen te krijgen op school maken wij dankbaar gebruik van sponsoring. De vermelde namen nemen we op de koop toe. 9. We gaan doordacht om met onze materialen. De groepen hanteren een rouleersysteem, het materiaal kan daardoor in meer groepen gebruikt worden. 10. De onderwijskundige keuzes die we gemaakt hebben heeft geleid tot een gerichte aanschaf van gewenste materialen. 11. Ons onderwijs is niet alleen talig. Wij gebruiken veel aspecten van Meervoudige Intelligentie voor alle leerlingen. .

18 ouders en de omgeving van de school (domein 6) deel A
1. Wij houden regelmatig algemene informatie avonden met ouders. Op deze wijze willen wij ouders goed op de hoogte houden van leerinhouden en onze werkwijze. 2. De ouders van onze school zijn heel actief betrokken bij de school. Zij zijn onmisbaar bij de organisatie van de festiviteiten. 3. De ouders van onze school zijn heel actief betrokken. Zij hebben een belangrijke rol bij het ontwikkelen en uitvoeren van het beleid op school. 4. Ouders praten bij ons veel over de school. Dit vindt met name plaats binnen de school als zij hun kinderen gebracht hebben. 5. Als ouders vragen of opmerkingen hebben komen zij gemakkelijk bij de leerkracht of de directeur. 6. Ouders helpen bij het geven van onderwijs. Denk bijvoorbeeld aan leesouders of de handenarbeid ouder. 7. Wij organiseren een aantal keren per jaar open dagen waarbij de ouders resultaten kunnen zien van themadagen of themaweken. 8. Met ouders hebben wij afspraken gemaakt wat hun rol binnen de school is.

19 ouders en de omgeving van de school (domein 6) deel B
1. Er is een goede samenwerking met de andere scholen van andere denominaties in de directe omgeving. 2. Wij werken intensief samen met het buurt- en clubhuiswerk. 3. Onze school wordt intensief gebruikt in de avonduren door anderen. 4. Wij willen graag een brede school zijn / worden. 5. Er is een intensieve samenwerking met de voor-, tussen- en buitenschoolse opvang. 6. Als de sportclub te vroeg start hebben onze kinderen een probleem. Dat is het probleem van de sportclub en van de ouders. 7. Scholen moeten trends zoveel mogelijk uit de school zien te houden. 8. Onze kinderen kunnen desgewenst extra gym-, type- of muziekles krijgen na schooltijd. Hier hangt wel een prijskaartje aan.

20 zorgbreedte (domein 7) 1. Als school moeten we niet voorop willen lopen als er zich veranderingen aandienen. 2. Wij willen het liefst alle kinderen bij ons op school houden en helpen. 3. Wij willen eigenlijk alle kinderen helpen maar als het beter is voor het kind moet het elders specialistische hulp kunnen krijgen. 4. Wij willen op onze school een zo hoog mogelijk gemiddeld kennisniveau halen. 5. Wij besteden veel tijd aan sociale redzaamheid. 6. Zorgformatie willen wij inzetten om de klassen zo klein mogelijk te maken. Dan kunnen we kinderen in de klas goed helpen. 7. Wij willen de zorg in de klas geven. Kinderen moeten niet de klas uit om hulp te krijgen. 8. Het maken van een groepsplan is een taak van de leerkracht en erg belangrijk voor de ontwikkeling van de zorgleerlingen. 9. De Intern begeleider helpt mij met het leren omgaan met zorgleerlingen. 10. Leerkrachten moeten zelf ervaren hoe kinderen zijn. Door al vanaf jonge leeftijd dossiers aan te leggen krijgen kinderen geen eerlijke kans. Leerkrachten zijn professioneel genoeg om zelf ervaringen op te doen. 11. Ik zou bij ons op school graag een hulpklas willen. 12. Als leerkracht wil ik goede handreikingen om met zorgleerlingen om te kunnen gaan. 13. Als leerkracht wil ik graag procedures vastleggen zodat iedereen op school leerlinggegevens op dezelfde wijze vast legt. 14. Opbrengstgericht werken is heel belangrijk voor onze school.

21 evaluatie (domein 8) 1. Bij ons op school evalueren wij alles en dit houdt in dat we heel vaak evalueren. 2. Wij maken op basis van de evaluaties afspraken over inhouden en werkwijzen. 3. Evalueren kan ik als leerkracht zelf wel, inclusief wat ik er mee kan doen. 4. De schoolleiding dient mijn werk te evalueren en te controleren. 5. Als team komen wij door evaluaties steeds weer een stukje verder bij onze doelstellingen. Wij bespreken dan ook steeds weer wat en hoe we gaan evalueren. 6. Al het reilen en zeilen wordt bij ons op school open en eerlijk besproken. 7. Open communicatie is nodig om goed te kunnen evalueren. Onze communicatie is open genoeg. 8. leerkrachten geven elkaar goed feedback. 9. Op onze school werken wij planmatig. Wij hanteren bijvoorbeeld de PDCA cyclus (Plan Do Check Act)

22 actief burgerschap en mediawijsheid (domein 9)
Teamleden hebben een breed gedragen visie op actief burgerschap en mediawijsheid. 2. Op onze school werken wij met een methode voor actief burgerschap. 3. Wij laten actief burgerschap een onderdeel zijn van andere vak- en vormingsgebieden. 4. Actief burgerschap en mediawijsheid is bij ons op school een apart vak- of vormingsgebied. 5. Mediawijsheid en actief burgerschap beschrijven wij als apart aandachtsgebied in ons schoolplan. 6. Wij leren onze leerlingen zowel de oude media (zoals televisie, radio, pers) als nieuwe media (internet, sms) bewust en kritisch te gebruiken. 7. Als team gebruiken wij zowel de oude als de nieuwe media actief binnen ons onderwijs. Hierover hebben wij als team afspraken met elkaar gemaakt. 8. Het voorkomen en eventueel bestrijden van digitaal pesten is een aandachtspunt op onze school. 9. Als school besteden wij bewust aandacht aan sociale integratie in alle groepen. 10. Wij laten als school in onze eigen organisatie zien dat democratische grondbeginselen van groot belang zijn. Wij hebben als team een ICT-beleidsplan ontwikkeld en vastgesteld (opgenomen in het schoolplan).

23 Wetenschap en techniek (domein 10)
1. Ons team heeft een breed gedragen visie op de toepassing van wetenschap en techniek in het curriculum. 2. Het vak wetenschap en techniek is bij ons op school een apart vak. 3. Wetenschap en techniek zijn vanzelfsprekende onderdelen binnen taal, rekenen en OJW. Dit hebben we specifiek benoemd in ons schoolplan. 4. Via wetenschap en techniek willen wij de onderzoekende houding (of nieuws- gierigheid) bij kinderen stimuleren. 5. Wij zijn een profielschool of willen dit worden. We onderscheiden: a. Profielschool taal en rekenen b. Profiel excellentie c. Profiel participatie en achterstanden d. Profiel “brede”school en de “talent-alliantie” e. Profiel de TalentenKracht-school (bron: masterplan “ruimte voor talent, ruimte voor wetenschap en techniek” denktank voor Wetenschap en Techniek, Platform Bètatechniek; november 2009) 6. Wij participeren in een netwerk Wetenschap en techniek. 7. Onze school is actief betrokken bij nascholingsactiviteiten op het gebied van wetenschap en techniek. 8. Wij besteden als school veel aandacht aan de (uitdagende) leeromgeving van onze leerlingen. 9. Wij zijn aantoonbaar actief op het gebied van opsporen van talenten bij onze leerlingen en het benutten van deze talenten. 10. Ouders worden actief betrokken bij wetenschap en techniek.

24 cultuureducatie (domein 11)
Als school hebben wij cultuureducatie geïntegreerd in onze vak- en vormingsgebieden. 2. Eenmaal of enkele keren per jaar zijn wij thematisch inhoudelijk als school actief met cultuureducatie. 3. Wij hebben een cultuurbeleidsplan vastgesteld. Het team was hierbij betrokken (onderdeel van het schoolplan). 4. Ouders worden actief betrokken bij cultuureducatie. 5. Wij zorgen ervoor dat onze leerlingen inzicht krijgen in de Nederlandse cultuur. Andere culturen spelen daarbij ook een belangrijke rol. Zo kunnen wij spreken van een multiculturele samenleving. 6. Wij vinden het van belang dat onze leerlingen leren omgaan met verschillende talen en culturen. 7. Als school gaan wij vraaggestuurd te werk naar de culturele instellingen in onze omgeving. 8. Als school gaan we aanbodgericht te werk naar de culturele instellingen in 9. Wij werken op het gebied van cultuureducatie samen met andere scholen in 10. Als school hebben wij cultuureducatie geïntegreerd met actief burgerschap en mediawijsheid. In ons schoolplan is dit geëxpliciteerd.

25 levensbeschouwelijke identiteit (domein 12)
Bij ons op school dragen wij nadrukkelijk onze levensbeschou- welijke identiteit uit. Ouders die niet onze levensbechouwelijke identiteit delen mogen hun kinderen gerust naar onze school laten komen. Wij kunnen naar ouders helder aangeven waaruit onze levensbeschouwelijke identiteit blijkt. Wij geven inhoud aan de uitgangspunten van de dialoogschool. Binnen ons team spreken wij minimaal tweemaal per jaar diepgaand over onze levensbeschouwelijke identiteit en de consequenties daarvan. Onze levensbeschouwelijke identiteit hangt af van de identiteit van de meerderheid van onze leerlingen. Iedere leerkracht moet doen wat haar goed dunkt op dit gebied. Wij vinden het onze taak om leerlingen te informeren over de wereldgodsdiensten. Wij hechten als team aan onze levensbeschouwelijke identiteit.

26 Stap 4: formuleren schoolconcept
Wat zijn nu uit de voorgaande 12 domeinen kernachtige uitspraken op basis waarvan wij willen werken? Dus: a richtinggevende uitspraken die belangrijk zijn voor onze school.

27 Hoe verder? Vaststellen schoolconcept
Keuze van de methodiek om te bepalen hoe we er als school voor staan. Dus: de realiteit Hoe te komen van realiteit tot gewenste situatie? Het formuleren van aanbevelingen, plannen. De plannen prioriteren.

28 Hoe verder? vervolg 5. Na prioritering plan van aanpak vaststellen: in de map staan aanbevelingen m.b.t. de PDCA cirkel en SMART formuleringen 6. Schoolplan schrijven op basis van huidige realiteit 7. Schoolplan komt terug (evt. per onderdeel in teambespreking)


Download ppt "Teambesprekingen SCHOOLPLAN SCHOOLJAAR 2011-2015."

Verwante presentaties


Ads door Google