De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Esperanto Laat je ver leiden.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Esperanto Laat je ver leiden."— Transcript van de presentatie:

1 Esperanto Laat je ver leiden

2 Overzicht Principe van internationale taal, onderwijs
Ontstaan van Esperanto Literatuur en gebruik Structuur, spoedcursusje Besluit

3 Internationale taal: Principe
Internationaal Nationaal Lokaal

4 Internationale taal of Wereldtaal
in de hele wereld gesproken internationaal gebruik neutraal internationaal denken en cultuur internationale structuur Wereldtaal: door vele miljoenen mensen gesproken internationaal gebruik politiek en economie nationaal denken en cultuur nationale structuur

5 Internationale taal: kenmerken
? neutraal relatief gemakkelijk internationale structuur internationale cultuur ruim gesproken internationaal denken tolerantie bevorderen

6 Alleen Esperanto is... / heeft...
Internationale taal 1 neutraal relatief gemakkelijk internationale structuur internationale cultuur ruim gesproken internationaal denken tolerantie bevorderen

7 Twee complementaire doelstellingen
Esperanto: doel Vandaag: praktisch nut voor wie ze gebruikt Lange termijn: tweede taal voor iedereen Twee complementaire doelstellingen

8 Vertalen via een brugtaal
6 ð 30 11 ð 110 6 ð 12 11 ð 22

9 Taaloriëntatie (een experiment)
2 jaren nationale taal, erna kennisverdieping 2 jaren zonder talen, dan nationale taal 2 jaren Esperanto, dan nationale taal Experiment in Duitsland (??), voor aanleren van tweede taal (Engels ??) aan kinderen vanaf het basisonderwijs (3e jaar LO??) (??: na te kijken in Eo-documento). GROEP 1: leerde vreemde taal vanaf jaar 1, vooruitgang = stijgende lijn, maar stijging neemt stilaan af.. GROEP 2: leerde de eerste twee jaren geen taal, begon in jaar 3 met de tweede taal. Toename kennis = parallel met groep 1 (horiz.afstand tussen rode en blauwe lijn = constant). GROEP 3: leerde twee jaar Esperanto. Vanaf jaar leerden ze de 'tweede' taal. Hun kennis nam veel sneller toe: na 2 jaren kenden ze evenveel als groep 1 na 4 jaren. Daarna gingen ze groep 1 voorbij. UITLEG: via Esperanto leer je de structuur (generiek) van een taal, je krijgt inzicht. Je kan nadien de (onlogische) vormen in de vreemde taal plakken op de structuur die in je hoofd zit. TEGENARGUMENTATIE: het Latijn moet die rol vandaag ook vervullen. Dat lukt deels omdat b.v. de vervoeging in Latijn ook een vrij volleidg systeem is. Maar onvoldoende, omdat Latijn ingewikkeld is zodat de meesten de structuur nooit doorhebben.

10 Verschillende leermethoden
‘Cseh’: natuurlijke methode ‘Gerda malaperis’: begrijpend lezen ‘Auld’: spoedcursus in 14 uren ‘Esperanto programita’: zelfstudie ‘E-o voor moderne mensen’: grammaticaal en vele andere ook bij ons

11 Overzicht Principe van internationale taal, onderwijs
Ontstaan van Esperanto Literatuur en gebruik Structuur, spoedcursusje Besluit

12 Van project tot taal 1887: Unua Libro in 4 talen
1889: eerste tijdschrift 1905: eerste Wereldcongres 1908: ontstaan van U.E.A. 1914: Eerste Wereldoorlog 1918: hernieuwde groei 1930: Plena Vortaro

13 Evolutie tot levende taal
1948: hernieuwe groei na WO II 1954: eerste Unesco-resolutie 1969: Plena Ilustrita Vortaro 1987: Eeuwfeest 1998: U.E.A. in officiële relatie met de VN. nu: gestage groei juli 2002: nieuwe Plena Ilustrita Vortaro

14 Levend(ig)e taal 

15

16 Overzicht Principe van internationale taal, onderwijs
Ontstaan van Esperanto Literatuur en gebruik Structuur, spoedcursusje Besluit

17 Literatuur Vertaalde werken wereldliteratuur Originele werken
geschreven voor internationale lezers Tijdschriften Hiernaast: uit België Zie andere voorbeelden

18 Internationale tijdschriften

19 Internationale vriendschap

20 Lokale tijdschriften (België)

21 Een wereldcongres met ...

22 … lachende gezichten ...

23 … plezier ...

24 … informele contacten ...

25 … en officiële momenten.
(I.J.K.)

26 Keuze genoeg !

27 Pasporta servo

28 Esperanto-postzegels

29 Overzicht Principe van internationale taal, onderwijs
Ontstaan van Esperanto Literatuur en gebruik Structuur, spoedcursusje Besluit

30

31 Een taal heeft 3 componenten

32 Hoe dat vereenvoudigen?

33 Component 1: Uitspraak fonetische taal slechts 5 klinkers
1 letter = 1 klank slechts 5 klinkers vaste klemtoon voorlaatste lettergreep

34 28 letters = 28 klanken

35 Slechts 5 klinkers A a E e I i O o U u
kara, malama, iam niet: maat, mat neniel, en, de niet: één, een, en mil, miri, tri niet: tien, tin mono, koro, monto niet: toon, ton kuru, unu, uf! niet: moes, mus, muze NL: a aa  e ee i ie o oo u uu oe eu HU: a á e é i í o ó ö ő u ú ü ű ...

36 Vaste klemtoon Op de voorlaatste lettergreep zonder uitzonderingen
Je kan nu elke tekst al correct lezen

37 Component 2: Spraakkunst
geen uitzonderingen slechts 1 klasse veel mogelijkheden

38 Geen uitzonderingen Geen uitzonderingen Slechts één klasse

39 Slechts één klasse

40 Slechts één klasse

41 Veel mogelijkheden

42 Component 3: Woordenschat
vaste uitgangen o, a, e, i ‘internationale’ woordelementen voor- / achtervoegsels met vaste betekenis

43 Vaste uitgangen O zelfstandig naamwoord A bijvoeglijk naamwoord
E bijwoord J meervoud N lijdend voorwerp I, AS, IS, OS, US, U werkwoord

44 Internationale woordelementen

45 Voor- en achtervoegsels
þafeto þafino þafaro þafo þafego virþafo geþafoj þafejo þafaåo þafistaro þafestro þafisto þafistilo þafisteto þafistego þafido þafistejo þafidaåo þafistestro þafidejo

46 100 woorden þafo schaap fiþo vis viro man knabo jongen kato poes
koko hoen 6 x 2 x 3 x 3 elementen -id kind van (x2) -in vrouwelijk ge- man+vrouw (x3) -et klein -eg groot (x 3) = 108 woorden

47 La dek du monatoj januaro februaro marto aprilo majo junio julio
aýgusto septembro oktobro novembro decembro

48 La sep tagoj kaj la tempoj
lundo mardo merkredo åaýdo vendredo sabato dimanæo sekundo minuto horo, duonhoro,... tago semajno monato jaro jarcento, jarmilo,...

49 Omgangsvormen Saluton! Bonan tagon! Bonan matenon, vesperon, nokton.
Bonvolu... dankon. sinjoro, sinjorino knabo, knabino, amiko, amikino

50 Tellen unu ses du sep tri ok kvar naý kvin dek 11 dek unu 12 dek du
200 dudek 31 tridek unu 100 cent 101 cent unu 111 cent dek unu 369 tricent sesdek naý 1.234 mil ducent tridek kvar 2.000 dumil

51 KOLOROJ

52 Gerda malaperis Detektiveroman in Esperanto auteur: Claude Piron
gradueel verhogende moeilijkheid met woordenlijst

53 1. En universitata restoracio
Gerda malaperis 1 1. En universitata restoracio Saluton, Linda. Saluton, Tom. Diru al mi: kiu estas tiu? Kiu? Tiu alta, blonda, juna, viro…

54 Gerda malaperis 2 Tiu, kiu sidas en la angulo. Ho, tiu! Jes, tiu.
Mi ne scias. Mi ne scias, kiu li estas. Nova studento, verþajne. Li estas tute sola. Ne. Rigardu: bela knabino iras al li.

55 Gerda malaperis 3 Ne bela. Juna, eble, sed ne bela. Nur vi estas bela, Linda. Tom, kara! Kio okazas al vi? Eble vi laboras tro multe, kaj... Nenio speciala okazas al mi. Kaj mi ne laboras tro multe. Fakte mi laboras malmulte nun. La vera demando estas: kio okazas al vi, Linda? Nur vi estas bela.

56 Gerda malaperis 4 Nu, nu… Estas fakto. Nur vi estas bela, Linda. Mi estas sincera. Venu kun mi! Sed… Venu. Al la granda spegulo. Rigardu. Jen estas Linda, la plej bela virino en la mondo, la plej bela virino en la tuta mondo.

57 Gerda malaperis 5 Kaj jen estas Tom, la plej malserioza knabo en la tuta universitato. 2. Kio okazas? Tom! Kio okazas al vi? Vi estas pala! Bela, sed pala.

58 Gerda malaperis 6 Tom! Ne rigardu! Kio okazas?
Strange! Okazas io stranga, io tre stranga. Tiu ulo, tiu nova studento… Ne, ne, mi petas vin, ne rigardu. Estu diskreta. Diable! Diru al mi: kio estas tiu mistero?

59 Gerda malaperis 7 Lia mano agas strange. Rigardu, se vi volas, sed plej diskrete. Turnu vin iomete, eble, sed tute nature. Li ne vidu, ke vi rigardas al li. Vi pravas. Io stranga okazas. Dum þi ne rigardas al li - þi nun rigardas al la granda spegulo - lia mano iom post iom, tre tre malrapide, proksimiøas al þia taso...

60 Gerda malaperis 8 Estas io en lia mano…
Mi ne vidas. Li estas tro proksima. Diable! Tiu alta forta knabo nun staras inter ili kaj mi. Mi ne plu vidas. Sed mi vidas. Mi vidas bone. Mi vidas tre bone. Mi vidas tute bone. Ej! Kio okazas? Þi rigardas al li nun, kaj lia mano haltas.

61 Gerda malaperis 9 Kaj kio plu? Diru al mi!
Nun li parolas al þi. Li montras al la pordo. Eble li volas, ke þi rigardu al alia direkto, ke þi ne plu rigardu al li. Prave, tute prave. Jen þi rigardas al la pordo. Li plu parolas kaj parolas. Dum þi ne rigardas al lia direkto, lia mano plu proksimiøas al la taso. Ej!

62 Gerda malaperis 10 Kio? Kio okazas?
Lia mano revenas, tute diskrete, kvazaý tute nature. Æu estas io en lia mano? Nenio plu. Sed tute certe nun estas io en þia taso.

63 Esperanto 3000 vzw Leuven... Esperanto, laat je ver leiden
...bood je deze mini-spoedcursus aan secret.: R. Ménada 44, 1320 Hamme-Mille 010 / Esperanto, laat je ver leiden


Download ppt "Esperanto Laat je ver leiden."

Verwante presentaties


Ads door Google