De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

WELKOM.

Verwante presentaties


Presentatie over: "WELKOM."— Transcript van de presentatie:

1 WELKOM

2 Zeven maal zeventig maal vergeven!

3 Bidden

4 Als iemand helemaal in de fout gaat t.o.v. jou? Wat doe je dan?

5 Trouw blijven Niet eergevoelig zijn Erover praten
De minste willen zijn Niet erover roddelen Eerlijk zijn Vergeven Niet eergevoelig zijn Voor de persoon bidden Erover praten Niet gaan schelden

6 Nationale vergevingstest!
1. Je staat in de gang op school met een flesje chocomel. Iemand loopt tegen je op... ja hoor, chocomel over je kleren! Hij roept 'sorry!'. Hoe reageer je? Je baalt ervan, maar je roept 'Geef niks hoor'. Tja, kan toch iedereen gebeuren! Je roept: 'Zo hallo, kun je niet uit je doppen kijken! Zout op met je 'sorry‘ Je knikt begrijpend, maar als-ie uit beeld is, maak je je klasgenoten duidelijk wat voor sukkel ervoor heeft gezorgd dat jij nu onder de chocomel zit.

7 2. Je beste vriend(in) heeft een geheim doorverteld
2. Je beste vriend(in) heeft een geheim doorverteld. Dat was niet de afspraak, maar nog meer: dit had je van hem/haar dus zeker niet verwacht! Hij zegt er spijt van te hebben. Hoe reageer je? A. Dit is vet aso, zoiets doe je dus niet! Dit pik je dan ook niet. B. Je accepteert dat-ie spijt heeft. Hij zal wel niet begrepen hebben dat dit niet doorverteld mocht worden. C. Je zegt 'laat maar'. Maar ondertussen heb je ook nog wel wat over hem te vertellen. Dus 's avonds op MSN maak je er 1-1 van!

8 3. Je leent je vriendin jouw gloednieuwe fiets om even mee de stad in te gaan. Thuis ontdek je een grote kras. Hé, daar heeft je vriendin niks over gezegd. Hoe reageer je? A. Daar baal je van en je belt dan ook meteen je vriendin op om te vragen hoe dat zit. En waarom ze het niet gezegd heeft en dat het wel je nieuwe fiets is en... B. Je pakt je fiets en rijdt meteen naar je vriendin toe. Ze mag een verklaring geven! In alle toonaarden maak je duidelijk dat zij dus nooit maar dan ook nooit meer iets van je mag lenen. C. Je zegt niets, laat maar zitten ook. Het is zeker per ongeluk gebeurd en ze heeft er niks van gemerkt. Zo'n gezeur om ophef te gaan maken over één zo'n kras.

9 4. Je vriend(in) heeft gezoend met een ander
4. Je vriend(in) heeft gezoend met een ander. Je komt erachter doordat een ander het je vertelt. Je vriend(in) zegt spijt te hebben, maar wat doe jij? A. Je voelt je bedrogen, maar toch vergeef je je vriend(in) maar. Misschien was het niet eens zijn/haar schuld. Zand erover! B. Oké, omdat hij/zij spijt heeft, vergeef je het hem/haar en geef je nog een nieuwe kans. C. Je wilt het uitpraten, nou ja, uitpraten... Je wilt duidelijk maken dat je dit absoluut niet pikt. Je maakt het uit, want het is voorgoed over en uit tussen jullie!

10 5. Sinds kort zit er een nieuwe leerling in jullie klas en je vriend(in) is nogal gecharmeerd van die persoon. Ineens hoor je er niet meer bij. Later heeft je vriend(in) er spijt van en komt naar je toe. Hoe reageer je? A. Je vindt dit oké en jullie worden weer vriend(inn)en. Je praat nergens meer over. B. Mooi verhaal, maar van die spijt geloof je niks van. Je vriend(in) kan opzouten! C. Je zegt dat jullie weer vriend(inn)en worden, maar tegen je klasgenoten vertel je dat hij/zij dat eerst nog maar eens moet bewijzen. Want wat jou geflikt is, is niet mis, toch?

11 Moet een christen altijd vergeven?
Moet je de pijn die je is aangedaan dan maar negeren? Of is vergeven meer als alleen maar sorry zeggen? En als je vergeeft, daarna maar doen als of er niets is gebeurd? Vergeven = Goedkope poetsdoek?

12 Mattheus 18;21-35 De onbarmhartige knecht
21 Toen kwam Petrus naar Hem toe en zei: Heere, hoeveel keer zal mijn broeder tegen mij zondigen en ik hem vergeven? Tot zevenmaal toe? 22 Jezus zei tegen hem: Ik zeg u: niet tot zevenmaal, maar tot zeventig maal zevenmaal. 23 Daarom kan het Koninkrijk der hemelen vergeleken worden met een zeker koning die afrekening wilde houden met zijn slaven. 24 Toen hij begon af te rekenen, werd er iemand bij hem gebracht die hem tienduizend talenten schuldig was. 25 En toen hij niet kon betalen, gaf zijn heer opdracht dat men hem zou verkopen, én zijn vrouw en kinderen en alles wat hij had, en dat de schuld betaald moest worden. 26 De slaaf dan knielde voor hem neer en zei: Heer, heb geduld met mij en ik zal u alles betalen. 27 En de heer van deze slaaf was innerlijk met ontferming bewogen, liet hem gaan en schold hem de schuld kwijt. 28 Maar deze slaaf ging naar buiten en trof een van zijn medeslaven aan, die hem honderd penningen schuldig was. Hij pakte hem beet, greep hem bij de keel en zei: Betaal mij wat u schuldig bent. 29 Zijn medeslaaf dan liet zich voor hem neervallen en smeekte hem: Heb geduld met mij en ik zal u alles betalen. 30 Hij wilde echter niet, maar ging heen en wierp hem in de gevangenis, totdat hij de schuld betaald zou hebben. 31 Toen zijn medeslaven zagen wat er gebeurd was, werden zij erg bedroefd; zij gingen naar hun heer en vertelden hem alles wat er gebeurd was. 32 Toen riep zijn heer hem bij zich en zei tegen hem: Slechte slaaf, al die schuld heb ik u kwijtgescholden, omdat u mij dat smeekte. 33 Had ook u geen medelijden moeten hebben met uw medeslaaf, zoals ik ook medelijden met u had? 34 En zijn heer, boos als hij was, gaf hem aan de pijnigers over, totdat hij alles wat hij hem schuldig was, betaald zou hebben.

13 Mattheus 18;21-35 De onbarmhartige knecht
21 Toen kwam Petrus naar Hem toe en zei: Heere, hoeveel keer zal mijn broeder tegen mij zondigen en ik hem vergeven? Tot zevenmaal toe? 22 Jezus zei tegen hem: Ik zeg u: niet tot zevenmaal, maar tot zeventig maal zevenmaal. 23 Daarom kan het Koninkrijk der hemelen vergeleken worden met een zeker koning die afrekening wilde houden met zijn slaven. 24 Toen hij begon af te rekenen, werd er iemand bij hem gebracht die hem tienduizend talenten schuldig was. 25 En toen hij niet kon betalen, gaf zijn heer opdracht dat men hem zou verkopen, én zijn vrouw en kinderen en alles wat hij had, en dat de schuld betaald moest worden. 26 De slaaf dan knielde voor hem neer en zei: Heer, heb geduld met mij en ik zal u alles betalen. 27 En de heer van deze slaaf was innerlijk met ontferming bewogen, liet hem gaan en schold hem de schuld kwijt. 28 Maar deze slaaf ging naar buiten en trof een van zijn medeslaven aan, die hem honderd penningen schuldig was. Hij pakte hem beet, greep hem bij de keel en zei: Betaal mij wat u schuldig bent. 29 Zijn medeslaaf dan liet zich voor hem neervallen en smeekte hem: Heb geduld met mij en ik zal u alles betalen. 30 Hij wilde echter niet, maar ging heen en wierp hem in de gevangenis, totdat hij de schuld betaald zou hebben. 31 Toen zijn medeslaven zagen wat er gebeurd was, werden zij erg bedroefd; zij gingen naar hun heer en vertelden hem alles wat er gebeurd was. 32 Toen riep zijn heer hem bij zich en zei tegen hem: Slechte slaaf, al die schuld heb ik u kwijtgescholden, omdat u mij dat smeekte. 33 Had ook u geen medelijden moeten hebben met uw medeslaaf, zoals ik ook medelijden met u had? 34 En zijn heer, boos als hij was, gaf hem aan de pijnigers over, totdat hij alles wat hij hem schuldig was, betaald zou hebben.

14 Mattheus 18;21-35 De onbarmhartige knecht
21 Toen kwam Petrus naar Hem toe en zei: Heere, hoeveel keer zal mijn broeder tegen mij zondigen en ik hem vergeven? Tot zevenmaal toe? 22 Jezus zei tegen hem: Ik zeg u: niet tot zevenmaal, maar tot zeventig maal zevenmaal. 23 Daarom kan het Koninkrijk der hemelen vergeleken worden met een zeker koning die afrekening wilde houden met zijn slaven. 24 Toen hij begon af te rekenen, werd er iemand bij hem gebracht die hem tienduizend talenten schuldig was. 25 En toen hij niet kon betalen, gaf zijn heer opdracht dat men hem zou verkopen, én zijn vrouw en kinderen en alles wat hij had, en dat de schuld betaald moest worden. 26 De slaaf dan knielde voor hem neer en zei: Heer, heb geduld met mij en ik zal u alles betalen. 27 En de heer van deze slaaf was innerlijk met ontferming bewogen, liet hem gaan en schold hem de schuld kwijt. 28 Maar deze slaaf ging naar buiten en trof een van zijn medeslaven aan, die hem honderd penningen schuldig was. Hij pakte hem beet, greep hem bij de keel en zei: Betaal mij wat u schuldig bent. 29 Zijn medeslaaf dan liet zich voor hem neervallen en smeekte hem: Heb geduld met mij en ik zal u alles betalen. 30 Hij wilde echter niet, maar ging heen en wierp hem in de gevangenis, totdat hij de schuld betaald zou hebben. 31 Toen zijn medeslaven zagen wat er gebeurd was, werden zij erg bedroefd; zij gingen naar hun heer en vertelden hem alles wat er gebeurd was. 32 Toen riep zijn heer hem bij zich en zei tegen hem: Slechte slaaf, al die schuld heb ik u kwijtgescholden, omdat u mij dat smeekte. 33 Had ook u geen medelijden moeten hebben met uw medeslaaf, zoals ik ook medelijden met u had? 34 En zijn heer, boos als hij was, gaf hem aan de pijnigers over, totdat hij alles wat hij hem schuldig was, betaald zou hebben.

15 Mattheus 18;21-35 De onbarmhartige knecht
21 Toen kwam Petrus naar Hem toe en zei: Heere, hoeveel keer zal mijn broeder tegen mij zondigen en ik hem vergeven? Tot zevenmaal toe? 22 Jezus zei tegen hem: Ik zeg u: niet tot zevenmaal, maar tot zeventig maal zevenmaal. 23 Daarom kan het Koninkrijk der hemelen vergeleken worden met een zeker koning die afrekening wilde houden met zijn slaven. 24 Toen hij begon af te rekenen, werd er iemand bij hem gebracht die hem tienduizend talenten schuldig was. 25 En toen hij niet kon betalen, gaf zijn heer opdracht dat men hem zou verkopen, én zijn vrouw en kinderen en alles wat hij had, en dat de schuld betaald moest worden. 26 De slaaf dan knielde voor hem neer en zei: Heer, heb geduld met mij en ik zal u alles betalen. 27 En de heer van deze slaaf was innerlijk met ontferming bewogen, liet hem gaan en schold hem de schuld kwijt. 28 Maar deze slaaf ging naar buiten en trof een van zijn medeslaven aan, die hem honderd penningen schuldig was. Hij pakte hem beet, greep hem bij de keel en zei: Betaal mij wat u schuldig bent. 29 Zijn medeslaaf dan liet zich voor hem neervallen en smeekte hem: Heb geduld met mij en ik zal u alles betalen. 30 Hij wilde echter niet, maar ging heen en wierp hem in de gevangenis, totdat hij de schuld betaald zou hebben. 31 Toen zijn medeslaven zagen wat er gebeurd was, werden zij erg bedroefd; zij gingen naar hun heer en vertelden hem alles wat er gebeurd was. 32 Toen riep zijn heer hem bij zich en zei tegen hem: Slechte slaaf, al die schuld heb ik u kwijtgescholden, omdat u mij dat smeekte. 33 Had ook u geen medelijden moeten hebben met uw medeslaaf, zoals ik ook medelijden met u had? 34 En zijn heer, boos als hij was, gaf hem aan de pijnigers over, totdat hij alles wat hij hem schuldig was, betaald zou hebben.

16 Jezus geeft ons een opdracht!
Mattheus 18:35 35 Zo zal ook Mijn hemelse Vader met u doen, als niet ieder van u van harte de misdaden van zijn broeder vergeeft.

17 God wil jou vergeven! Vergeef jij ook…..?

18 Psalm 32:3,6 'k Bekend', o HEER, aan U oprecht mijn zonden; 'k Verborg geen kwaad, dat in mij werd gevonden; Maar ik beleed na ernstig overleg, Mijn boze daân; Gij naamt die gunstig weg. Dies zal tot U een ieder van de vromen, In vindenstijd, met ootmoed smekend, komen; Een zee van ramp moog' met haar golven slaan, Hoe hoog zij ga, zij raakt hem zelfs niet aan. Rechtvaardig volk, verheft uw blijde klanken, Verheugd in God, naar waarde nooit te danken; Zingt vrolijk, roemt Zijn deugden t' allen tijd, Gij, die oprecht van hart en wandel zijt.

19 Tot zevenmaal zeventig maal
Tot zevenmaal zeventig maal Vergeef ik een ander zijn schuld Zevenmaal zeventig maal De Heer heeft met mij ook geduld! (2 x)

20 Mededelingen Volgende week:

21

22 Wijs mij de weg naar Bethlehem
Het lijkt zo eindeloos ver In deze nacht hoor ik een stem Zie ik een licht, een ster Vertel mij dan tot wie ik ga Een Koning, kwetsbaar klein Die wacht tot ik naar binnenga Om dicht bij Hem te zijn Mijn Koning tegemoet Als nergens anders plaats meer is Leid mij dan naar U toe Toon mij hoe U Verlosser bent Als Koning, zonder kroon U heeft Uw rijkdom afgelegd Zo bent U Mensenzoon In deze nacht aanbid ik Hem Zit aan Zijn voeten neer Met lege handen zie ik Hem Mijn Koning die ‘k vereer U toont het beeld van God aan mij Zijn menselijk gezicht O Kind van vrede, Gods geheim Die heel mijn hart verlicht


Download ppt "WELKOM."

Verwante presentaties


Ads door Google