Paragraaf 1 In Athene wordt de democratie ingevoerd.

Presentatie over: "Paragraaf 1 In Athene wordt de democratie ingevoerd."— Transcript van de presentatie:

1 Paragraaf 1 In Athene wordt de democratie ingevoerd.
H3 De Grieken Paragraaf 1 In Athene wordt de democratie ingevoerd.

2

3 De opkomst van de polis Door natuurlijke omstandigheden ontstonden er tussen 800 en 500 v. Ch +/- 700 stadstaten(poleis) in Griekenland. De meeste waren niet groter dan tussen de 50 en 100 vierkante km. Uitzonderingen waren Athene en Sparta.

4 Acropolis en Agora In het middelpunt van bijna alle poleis was een versterkte heuvel die Acropolis werd genoemd. Ook was er een Agora, een plein waar burgers elkaar ontmoeten om over het bestuur van de polis te praten en waar handel werd gedreven.

5 Adel was in het begin de baas
De adel: een groep rijke en machtige families die hun rijkdom en macht erfden van hun voorouders. De raad der edelen maakte de dienst uit in de polis. Deze manier van besturen noemen we een aristocratie.

6 Door kolonisatie komt een nieuwe bevolkingsgroep op: de handelaren
In Griekenland was de hoeveelheid vruchtbare grond beperkt. Om dit probleem op te lossen organiseerden groepen mensen expedities om ergens anders een plaats te vinden voor een nieuw bestaan. We noemen het stichten van poleis op overzees grondgebied kolonisatie. Zo'n polis noemen we een kolonie. Door de kolonisatie breidde de handel zich sterk uit. De handelaren eisten het recht om invloed te kunnen uitoefenen op het bestuur.

7 Atheners voeren de democratie in
Democratie: Wat is dat? Op voorstel van Kleisthenes besloten de Atheners in 509 v. Chr. een nieuwe regeringsvorm in te voeren. Alle belangrijke beslissingen werden voortaan door de volksvergadering genomen. Alle vrije mannen boven de 18 jaar mochten voortaan stemmen. Dit noemen we een directe democratie. Om te voorkomen dat één man toch de macht wilde uitoefenen voerde men in Athene het zogenaamde schervengericht in. Iemand die men verdacht van het streven naar alleenheerschappij kon men zo uit de polis verbannen. Men kraste daarbij de naam van diegene die men verdacht op een scherf aardewerk ( zie pagina 45 leerboek). Geen stemrecht hadden : vrouwen, slaven, kinderen tot 18 jaar en de in Athene wonende buitenlanders.

8