De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Sociologen en waarden VALUE = A desirable, transsituational goal, varying in importance, that serves as guiding principle in people’s lives (Schwarz).

Verwante presentaties


Presentatie over: "Sociologen en waarden VALUE = A desirable, transsituational goal, varying in importance, that serves as guiding principle in people’s lives (Schwarz)."— Transcript van de presentatie:

0 Normen, waarden en zingeving in gezin
Dimitri Mortelmans

1 Sociologen en waarden VALUE = A desirable, transsituational goal, varying in importance, that serves as guiding principle in people’s lives (Schwarz). Individualisation = transforming human ‘identity’ from a ‘given’ into a ‘task’ (Bauman) Detraditionalisering Keuzevrijheid Nadruk op zelfontplooiing (Vandecasteele) Bauman omschreef individualisering heel accuraat als “transforming human ‘identity’ from a ‘given’ into a ‘task’ – and charging the actors with the responsibility for performing that task and for the consequences (also the side-effects) of their performance: in other words, it consists in establishing a de jure autonomy (although not necessarily a de facto one)” (Bauman, 2002). HALMAN: It is assumed that the process of individualization has induced a shift in basic orientations in the domain of work from instrumental towards expressive. Another distinctive feature of modern society is value fragmentation. Value fragmentation denotes first of all a process of increasing heterogeneity of the populations of modernized societies. Modern people pick and choose their attitudes and values according to their own preferences and it has become less likely that they will make similar choices. All kinds of combinations of choices are possible and this implies that values no longer do constitute coherent patterns. In other words, a weakening of associations between value orientations will have occurred.

2 Gezinssociologen en waarden
Tweede Demografische Transitie Veranderend demografisch gedrag gestuurd door veranderend waardenpatroon (Lesthaeghe, et.al.) Gezinsverdunning (< personen / hh) ‘Beanpole’ families (>generaties levend) VS-debat “The End of the Family” ?

3 STRUCTUUR van de lezing
De betekenis van het huwelijk (STRUCTUUR) Voorbijgestreefd of niet ? Genderrollen in het gezin (INHOUD) Het einde van het kostwinnersmodel ? Intergenerationele solidariteit (RELATIES) Zorgen we nog voor ouders en kleinkinderen ?

4 1. Veranderingen in waarden ten aanzien van de structuur van het gezin
Huwen of niet ?

5 1. Veranderingen in de gezinsstructuur
Evolutie in gezinsstructuren WE KENNEN DE EVOLUTIE SINDS 1970: Geleidelijke daling van huwelijken Toenemend aantal samenwoners Kinderen steeds vaker buiten huwelijkse context geboren Juridisch gelijktrekken van samenwoners MAAR: Ook een wegdeemsterende steun voor het instituut “huwelijk” ?

6 1. Veranderingen in de gezinsstructuur
Het gezin is (tamelijk / zeer) belangrijk Stabiel gebleven tss 1981 en 2009: 96 % Het huwelijk is een voorbijgestreefde instelling 1981: 16 % 1990: 20 % 1999: 29 % 2009: 35 %

7 1. Veranderingen in de gezinsstructuur
“Huwelijk is voorbijgestreefde instelling” = JA (35 %) Mannen Vrouwen Totaal 19-35 36-55 56+ Geen vaste relatie 35 47 29 30 33 34 Vaste relatie 24 Samenwonend met partner 46 60 10 88 42 Samenlevingscontract 78 20 55 56 Gehuwd na cohabitatie 5 16 25 57 Gehuwd 31 26 27 Alleenstaand na partnerrelatie 67 80 50 Relatie of samenwonend na partnerverlies 43 38 48 Verweduwd 23 36 32 39 Bij de vrouwen boven de 56 jaar vinden we het hoogste percentage (39%) dat het met die stelling eens is; bij mannen ligt het hoogste percentage bij de 36- tot 55 jarigen (43%).

8 1. Veranderingen in de gezinsstructuur
“Ongehuwd samenwonen = OK” (64 %) Mannen Vrouwen Totaal 19-35 36-55 56+ Geen vaste relatie 74 47 57 70 83 68 Vaste relatie 91 80 Samenwonend met partner 79 93 86 63 82 Samenlevingscontract 60 81 Gehuwd na cohabitatie 77 50 84 78 71 Gehuwd 54 40 29 59 48 49 Alleenstaand na partnerrelatie 75 72 Relatie of samenwonend na partnerverlies 69 88 67 Verweduwd 23 100 44 53 64

9 1. Veranderingen in de gezinsstructuur
Vaststellingen Geen einde aan het huwelijk als instelling Grote tolerantie ten aanzien van afwijkende gezinsvormen “Trouw” is het essentiële kenmerk van een relatie (seriële monogamie)

10 HET EINDE VAN HET KOSTWINNERSMODEL ?
2. Veranderingen in waarden ten aanzien van de plaats van mannen en vrouwen in het gezin HET EINDE VAN HET KOSTWINNERSMODEL ?

11 2. Veranderingen in de gezinsinhoud
Evolutie van geslachtsrollen WE KENNEN DE EVOLUTIE SINDS 1970: Liberaliseringsbeweging van de vrouw Massale toegang tot hoger onderwijs Herintrede op de arbeidsmarkt Financiële autonomie Juridische gelijkheid MAAR: Ook huishoudelijke gelijkheid ?

12 2. Veranderingen in de gezinsinhoud
VRAGEN in de EVS Een werkende moeder kan met haar kinderen een even warme en hechte relatie hebben als een moeder die niet buitenshuis werkt Een kind dat nog niet naar school gaat zal eronder lijden wanneer zijn of haar moeder buitenshuis werkt Een job hebben is prima maar wat de meeste vrouwen eigenlijk willen is een huis en kinderen Huisvrouw zijn geeft net zoveel voldoening als het hebben van een betaalde job

13 2. Veranderingen in de gezinsinhoud
VRAGEN in de EVS Het hebben van een job is voor een vrouw de beste manier om onafhankelijk te zijn Zowel man als vrouw moet elk een deel van het huishoudelijke inkomen inbrengen Over het algemeen zijn de vaders net zo geschikt om voor hun kinderen te zorgen als moeders Mannen zouden net zoveel verantwoordelijkheid moeten opnemen voor het huishouden en de kinderen als vrouwen

14 2. Veranderingen in de gezinsinhoud
Gender-rollen - % (HELEMAAL) MEE EENS 1990 1999 2009 1. Werkende moeder =warme relatie 70 78 85 2. Werkende moeder = kind lijden 56 50 39 3. Vrouwen willen een huis en kinderen 53 51 55 4. Voldoening huisvr = voldoening job 57 60 65 5 Job = beste manier onafhankelijkheid 62 75 81 6. M&V inkomen inbrengen 69 82 7. Vaders even geschikt om te zorgen 8. Mannen gelijke verantwoordelijkheid 91

15 2. Veranderingen in de gezinsinhoud
Vaststellingen Geen verschil tussen regio’s Sterkere nadruk op gender-gelijkheid bij vrouwen Er is een verschuiving over de periode heen (alle cohorten zijn meer gender-gelijk-denkend) maar jongere cohorten uiten dit sterker dan oudere

16 HET EINDE VAN DE INTERGENERATIONELE STEUN ?
3. Veranderingen in waarden ten aanzien van de steun tussen generaties HET EINDE VAN DE INTERGENERATIONELE STEUN ?

17 3. Veranderingen in familierelaties
Evolutie in familiestructuren WE KENNEN DE EVOLUTIE SINDS 1970: Toenemend aantal alleenstaanden Toenemend aantal gescheidenen Hogere levensverwachting Veranderende oude dag (active aging) MAAR: Nog steeds steun tussen de generaties ?

18 3. Veranderingen in familierelaties
Normatieve solidariteit: OPWAARTS VRAAG 1: Met welke van de twee volgende beweringen bent u eerder geneigd het eens te zijn? 1 - Het doet er niet toe hoe iemands ouders zijn, men moet hen altijd respecteren en van hen houden. 2 - Men is niet verplicht om zijn ouders te respecteren en van hen te houden als die ouders dat door hun gedrag en hun houding niet verdienen.

19 3. Veranderingen in familierelaties
Normatieve solidariteit: OPWAARTS VRAAG 2: Welke van de volgende stellingen beschrijft het best uw mening over de verantwoordelijkheid van volwassen kinderen tegenover hun ouders wanneer hun ouders voor lange tijd zorg nodig hebben? 1 – Volwassen kinderen hebben de plicht om langdurige zorg te verlenen aan hun ouders, zelfs als dat ten koste gaat van hun eigen welzijn 2 – Volwassen kinderen hebben hun eigen leven en men moet hen niet vragen hun eigen welzijn op te offeren in het belang van hun ouders 3 – Geen van beide

20 3. Veranderingen in familierelaties
Normatieve solidariteit: NEERWAARTS Welke van de volgende beweringen beschrijft het beste uw zienswijze omtrent de verplichtingen van ouders t.o.v. hun kinderen? 1 – Het is de plicht van ouders om hun best te doen voor hun kinderen, zelfs al gaat dat ten koste van hun eigen welzijn 2 – Ouders moeten hun eigen leven leiden. Men moet hen niet vragen hun eigen welzijn op te offeren ten behoeve van hun kinderen 3 – Geen van beide

21 3. Veranderingen in familierelaties
1981 1990 1999 2009 OUDERS Altijd hun best doen 63 62 76 74 Eigen leven leiden 21 20 17 23 Geen van beide 9 15 5 2 KINDEREN Altijd de ouders respecteren 72 70 65 Enkel indien zij het verdienen 22 34 33 Verplicht tot langdurige zorg 47 49 4

22 3. Veranderingen in familierelaties
Man  Vrouw  1981 1990 1999 2009 OUDERS Altijd hun best doen 61 64 76 77 60 72 Eigen leven leiden 22 18 19 21 20 16 25 Geen van beide 9 14 5 3 2 KINDEREN Altijd de ouders respecteren 71 70 65 73 63 66 Enkel indien zij het verdienen 23 34 17 33 Verplicht tot langdurige zorg 52 41 44 54 4

23 4. Enkele conclusies als aanzet tot het debat
WAARDEN OVER GEZINNEN

24 Conclusies Causaliteit is niet (meer) te achterhalen. Waarden en gedrag zijn samen geëvolueerd. De verscheidenheid in leefvormen correspondeert met een verscheidenheid aan visies op het gezin. Gezin is nog steeds cruciaal maar de notie van het begrip “gezin” omvat nu alle samenleefvormen.

25 Conclusies Het kostwinnersmodel is over zijn hoogtepunt en mannen worden niet geacht zich van het huishouden terug te trekken. Familiale banden zijn minder verplichtend geworden.

26 Conclusies MAAR Huishoudelijke arbeid is verre van egalitair verdeeld in de praktijk. Mantelzorg is zeer sterk aanwezig is ons land. “Intimate but distant relations”

27 Normen, waarden en zingeving in gezin
Dimitri Mortelmans


Download ppt "Sociologen en waarden VALUE = A desirable, transsituational goal, varying in importance, that serves as guiding principle in people’s lives (Schwarz)."

Verwante presentaties


Ads door Google