De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Hoofdstuk 3 Natuurgeweld deel 4

Verwante presentaties


Presentatie over: "Hoofdstuk 3 Natuurgeweld deel 4"— Transcript van de presentatie:

1 Hoofdstuk 3 Natuurgeweld deel 4

2 Endogene krachten  Vulkanisme
Bij vulkanisme komt materiaal uit de aarde door openingen in de aardkorst naar buiten Dit materiaal kan vloeibaar, vast of gasvormig zijn Het vloeibare materiaal is gloeiend heet, gesmolten gesteente dat twee namen heeft: Magma = vloeibaar gesteente binnen in de aarde Lava = vloeibaar gesteente dat naar buiten is gestroomd

3 Endogene krachten  Vulkanisme
Soms wordt bij een uitbarsting (= eruptie) magma de lucht in geslingerd Dit stolt door afkoeling in de lucht Er ontstaat vast materiaal dat weer neer komt op aarde Twee vaste vormen: Vulkanische bommen (grote stukken gestold magma) Vulkanische as (zeer kleine stukjes gestold magma) Vulkanische as is zeer vruchtbaar  goed voor landbouw

4 Endogene krachten  Vulkanisme
Meestal komt er bij een uitbarsting ook veel gasvormig materiaal vrij. Dit gas is vaak gloeiend heet Een mengsel van hete gassen en as noemen we een Pyroclastische wolk Deze pyroclastische wolk kan in een razende snelheid ( km/u) langs de hellingen van een vulkaan naar beneden komen. Ze zijn zo heet en verstikkend dat als je er in een terecht zou komen je dat beslist niet na zou vertellen. De naam betekent gloeiende wolk

5 Endogene krachten  Vulkanisme
De magma wordt voor de uitbarsting opgeslagen in de magmakamer Daarna komt de magma via de kraterpijp omhoog Het uitgestroomde materiaal vormt rond het uitstroomgat (krater) een berg  Vulkaan (vuurberg)

6 Endogene krachten  Vulkanisme
Na een vulkaanuitbarsting kunnen er nog steeds vulkanische verschijnselen voorkomen. Dit kan zelfs voorkomen bij een dode vulkaan (vulkaan die niet meer uitbarst) Deze verschijnselen noemen we: Post-vulkanische verschijnselen Voorbeelden: Minerale bronnen Fumarole Geisers

7 Endogene krachten  Aardbeving
Een aardbeving begint ergens diep in de aardkorst. Dat diepste punt heet: hypocentrum Het punt aan het oppervlak daar recht boven heet: epicentrum (hier voel je de zwaarste schokken) Mensen die aardbevingen bestuderen: seismologen Apparaat waar trillingen mee gemeten worden: seismograaf  maakt een seismogram

8 Endogene krachten  Aardbeving
De Amerikaan Charles Richter heeft een schaal bedacht voor de kracht van een aardbeving. De schaal van Richter loopt van 0 tot 9 De beving wordt steeds 10x zo zwaar vb 1 schaal 3 ten opzichte van schaal 1 1  2  3 10 x 10 = 100 maal zo zwaar vb 2 schaal 6 ten opzichte van schaal 2 2  3  4  5  6 10 x 10 x 10 x 10 = maal zo zwaar

9

10 Endogene krachten  Aardbeving
Aardbevingen kunnen zeer veel schade aanrichten. Vooral in bewoond gebied. De schade wordt toegebracht aan gebouwen, wegen en bruggen. Daarbij vallen ook de meeste slachtoffers. Bijkomend gevaar is brand door gesprongen gasleidingen. Toch vallen de meeste slachtoffers in landen met een laag ontwikkelingspeil. Dit komt omdat de rijke landen zijn voorbereid op aardbevingen (gebouwen zijn aardbeving bestendig) en goede hulpverlening hebben.

11 Endogene krachten  Zeebeving
Als de bodem van de oceaan gaat beven heet dit een zeebeving Daardoor ontstaan vloedgolven, die aangeduid worden met het japanse woord Tsunami Midden op de oceaan is een tsunami nog amper te zien (rimpeling) maar heeft hij een snelheid van 750 km/u Als de golf dichter bij de kust komt wordt de snelheid lager en de golf hoger.

12 Overstromingen Bangladesh
Er zijn ook overstromingen die niet veroorzaakt worden door een tsunami In Bangladesh zijn er 3 andere oorzaken: 1) Moesson 2) Regen en smeltwater van de hymalaya 3) Tropische Cyclonen Deze overstromingen zorgen voor zeer veel slachtoffers maar heeft ook iets positiefs: Land wordt bedekt met een vruchtbare laag slib, meerdere oogsten per jaar

13 Moesson In de zomer is het erg warm (+ 40ºC)
De lucht stijgt dan en er ontstaat een tekort aan lucht (lage drukgebied), die wordt aangevuld door de lucht uit de zee. Die zeewind heet: de natte moesson. Boven land wordt de lucht verwarmt en stijgende lucht koelt af. Daardoor vormen zich dikke regenwolken die stortbuien mee brengen De moesson komt verderop ook nog eens tegen de Himalaya. Door het omhoog stuwen van de lucht valt daar nog meer regen  stuwingsregen

14 Bodemerosie door water
In de zomer smelt de sneeuw die op de hellingen van de Himalaya ligt. Juist dan is het regentijd. Op de hellingen zijn veel bomen gekapt. Daardoor stroomt het smeltwater nog sneller naar de rivieren. De rivieren krijgen dus veel meer water te verwerken en overstromen. De grond van de ontboste hellingen spoelt ook weg (= bodemerosie). Rivieren slibben daardoor dicht en kunnen de grote hoeveelheden water niet aan.

15 Tropische Cyclonen Bangladesh wordt getroffen door
tropische cyclonen, vlak voor of na de moesson tijd. Tropische cyclonen zijn zware zeestormen die ontstaan boven zeewater dat warmer is dan 27ºC. De cyclonen duwen het zeewater voor zich uit. De Golf van Bengalen heeft dan de vorm van een trechter. Het water wordt steeds hoger op gestuwd en kan nergens meer heen. Het stroomt dan naar het lage onbeschermde land van Bangladesh

16


Download ppt "Hoofdstuk 3 Natuurgeweld deel 4"

Verwante presentaties


Ads door Google