De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Taal in context – HC 4 Marie Meeusen

Verwante presentaties


Presentatie over: "Taal in context – HC 4 Marie Meeusen"— Transcript van de presentatie:

1 Taal in context – HC 4 Marie Meeusen
Allemaal woorden Maak aantekeningen! Taal in context – HC 4 Marie Meeusen

2 Netwerk? We leren woorden door ze te clusteren.
Een woord staat semantisch nooit alleen. Woordenschat plaatst ons in een genetwerkte wereld. Copyright 2008 PresentationFx.com | Redistribution Prohibited | Image © 2008 clix/sxc.hu | This text section may be deleted for presentation.

3 Objectieven? Extrinsieke motivatie Intrinsieke motivatie
hoger cijfer voor woordenschat op toets hoger cijfer voor taalgame teamproject Intrinsieke motivatie motivatie om meer woorden te leren! gepaste communicatie met klant/docent/... in welke wondere wereld wonen onze woorden? Copyright 2008 PresentationFx.com | Redistribution Prohibited | Image © 2008 clix/sxc.hu | This text section may be deleted for presentation.

4 Niet-sequentieel programma
woordenlijst HBO-woordenschat (#cdmdatic) woordenlijst WAK (teamproject) hoe beginnen wij eraan? hoe beginnen zij eraan?

5 En ook nog taalvariatie woordsoorten taalverwerving
(tussendoor: academische woordenschat) incidenteel en intentioneel woorden leren hyponiemen/hyperoniemen/synoniemen jargon/register/tone-of-voice

6 Stadia taalverwerving?
vanaf 5 jaar ‘voltooiingsfase’: vooral de woordenschat breidt zich uit hoe kinderen in de basisschool woorden leren = hoe volwassenen woorden leren praktijk, geen theorie! EN herhaling metaforisch taalgebruik (letterlijk/figuurlijk) ‘Dat is een hele boterham!’

7 Woordenschat HBO staat op het intranet (vakpagina)
alle woorden op de lijst kunnen in je toets voorkomen je moet bij sommige woorden zelf nog de betekenis opzoeken oorsprong: posters aan de Hogeschool Gent (14 ‘departementen’) - taalbeleid

8 Regionale taalvariatie
Bron: ‘Woordenboek voor correct taalgebruik’

9 Wat moet je kunnen? Cf. diagnostische toets de betekenis kennen
Ze kent zichzelf niet. Ze geeft blijk van totaal gebrek aan … woordsoort aanpassen Kan je eventjes … of die vergadering plaatsvindt? (verificatie)

10 Woordsoort? = de familie waartoe een woord behoort.
zelfstandig naamwoord hond, meisje, liefde lidwoord een, het, de bijvoeglijk naamwoord oud, gek, hopeloos werkwoord roesten, aaien voorzetsel in, op, tegen, tussen … …

11 Grammaticaal netwerk Het gekke meisje aait de oude hond.
De gekke hond aait het oude meisje. *Gekke het meisje aait oude de hond. *Oude liefdes roest niet. (volgorde, verbuiging, vervoeging)

12 Semantisch netwerk Het gekke meisje aait de oude hond.
Oude liefde roest niet. De gekke hond aait het oude meisje. Oude liefde aait niet.

13 Poëzie speelt met semantische lacunes/hiaten/leemtes
Brabant_Water_Den_Bosch_GPS_uitje_ _800_08.jpg

14 Incidenteel leren van woorden?
Gebeurt niet helemaal ‘per ongeluk’… Houd een week lang bij wat je allemaal leest. De Spits? Het boek van Marketing? De bonusfolder van Albert Heijn? NRC? De Volkskrant? Vakliteratuur? Blogs? …? Woordenboek ( Klik op ‘media’, dan ‘databanken’, dan scrollen…

15 En vooral…nieuwsgierigheid!

16 De rest van de voorstelling wordt u aangeboden door mijn nachtrust en vrije tijd.
mijn nachtrust & vrije tijd.

17 Intentioneel leren van woorden
Woordsoort ‘intentie’ en ‘intentioneel’? Volgens de viertakt (M. Verhallen) voorbewerken semantiseren consolideren controleren Bron en tip: (Instructie woordenschat)

18 1. voorbewerken = activeren van voorkennis
= wat begrippen ‘laten vallen’ (cf. ontwerp) Voorbereiding (leerkracht/ontwerper) is cruciaal! Maak onderscheid: Welke woorden kunnen ze zelf afleiden? Welke woorden zijn echt moeilijk?

19 Houd achtergrond in achterhoofd
‘mijter’ in een Sinterklaasverhaal ‘semantiek’ als je al een les Internetstandaarden hebt gehad

20 Zelfstudie? Bekijk de woorden in de lijst
Maak een onderscheid tussen woorden die: je al kent en kan spellen je al kent maar niet kan spellen je niet kent maar wel kan spellen … (wat voor jou logisch is)

21 2. semantiseren Hoe gevarieerder, hoe beter. - uitleggen - uitbeelden
- uitbreiden Door uit te breiden ontstaan ‘clusters’.

22 Hyperoniem (‘boven’, ‘over’) Hyponiem
voertuig fiets bakfiets driewieler auto taxi limousine

23 Zelfstudie? Idem! Zoek synoniemen. Bv. objectief - doel
Zoek antoniemen. Bv. (andere betekenis): objectief – subjectief Is er een beeld dat blijft hangen? Welke woorden horen in dezelfde cluster thuis? Bv. objectief – subjectief – hypothese - verifiëren

24 3. consolideren = herhaling (gemiddeld 7 keer) Laat dezelfde woorden meerdere keren aan bod komen. Verander de context en opdracht. Spelletjes zijn hier erg welkom!

25 Ideetjes voor het teamproject
Zie reader TIC p. 81 (bron: WAK) Plaatjes koppelen aan woorden Woorden rubriceren, bv. streep alle onbeleefde woorden door Betekeniskenmerken noemen, bv. een tandenborstel heeft zachte haren omdat…

26 Rings a bell? Inderdaad… eerste hoorcollege teamproject!
Ga op zoek naar een nieuwe ‘context’: - nieuwsgierig zijn - verschillende brillen opzetten

27 4. controleren = Beheersen de leerlingen de woorden echt? Ken ik alle woorden? Teamproject: mik niet enkel op competitie of gevaar … maar ook op behulpzaamheid en nieuwsgierigheid

28 Kortom? consolideren = controleren

29 Nog wat belangrijke begrippen…
Denotatie en connotatie Register en jargon Tone-of-voice

30 Denotatie versus connotatie
denotatie = woordenboekbetekenis connotatie = gevoelswaarde hoer – lichtekooi - prostituee - meisje van plezier - … eufemisme/melioratief pejoratief

31 Jargon/vaktaal vaktaal is gericht op het verbeteren van de communicatie van mensen in een bepaald vakgebied en het uitsluiten van misverstanden jargon is gericht op het versterken van de sociale banden in de groep en het gericht uitsluiten van buitenstaanders

32 Jargon of vaktaal? academische woordenschat?
wetstratees (Belgische politiek)? sms-taal? De koningen van het jargon…

33 Register = aan een bepaalde situatie gebonden taalgebruik - zinsbouw - woordenschat Jargon is moeilijk te leren… maar registers daarentegen…

34 Register formeel/informeel poëtisch/platvloers

35 Tone-of-voice = meer dan het juiste register kiezen
dus niet enkel woordenschat en zinsbouw… ook spelling (geschreven tekst) cf. naar docent/klant/… - ook intonatie (spraak)

36 Tone-of-voice in je taalgame…
Spreekt je ‘character’ standaardtaal? Heeft je ‘character’ hulp nodig? (zielige stem) Of gaat je ‘character’ het kind helpen? (vastberaden stem) Wisselt het character van tone-of-voice? Probeer de kinderen goed in te schatten en niet te onderschatten. cf. uitdaging - verveling

37 Respecteer ‘divergent thinking’
Bron: ‘Taal centraal’ (de Rijke & de Wit)

38 RSA Animate – Changing education paradigms
Vanaf 7:45 Fragment Zeitoun: p en p

39


Download ppt "Taal in context – HC 4 Marie Meeusen"

Verwante presentaties


Ads door Google