De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De filosofie van Seneca

Verwante presentaties


Presentatie over: "De filosofie van Seneca"— Transcript van de presentatie:

1 De filosofie van Seneca
Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen X 1-29 De filosofie van Seneca

2 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29
Filosofie Komt van: fivlo~ / filevw - houden van hJ sofiva - wijsheid Eerste filosofen in het Westen vinden we in Klein-Azië (daar woonden veel Grieken)

3 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29
Filosofie algemeen De meeste antieke filosofieën zijn veelomvattend. Zij denken na over: fysica – Hoe zit de wereld in elkaar? logica: Hoe kun je aan betrouwbare kennis (over de wereld) komen? ethica: Wat betekent dit voor je dagelijks leven? Wat hoor je wel en niet te doen?

4 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29
Eerste denkers Eerste Griekse denkers vinden we in 6e eeuw v. Chr. Dachten vooral over fysica na: hoe zit de wereld in elkaar? Veel filosofen kwamen tot een ‘oerelement’, waaruit alles zou moeten bestaan.

5 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29
Bv. Thales van Milete Dacht dat het oerelement water was. Redenering / ‘bewijzen’: Als ijs smelt krijg je water. Als dat verdampt krijg je stoom. Grieken geloofden dat je als je stoom "verder verdunt" lucht krijgt. Planten komen op als het geregend heeft. Elke landmassa eindigt in water.

6 Bv. Heraclitus uit Ephese
Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen X 1-29 Bv. Heraclitus uit Ephese Het oerelement is vuur (niet letterlijk nemen: vuur = energie) Er is een ‘oervuur’, waaruit alles is ontstaan, bv ook de menselijke ziel. Alles stroomt daar ook weer naar terug. Voortdurende verandering: * pavnta rJei` kai oujden mevnei alles stroomt en niets blijft * Je kunt nooit twee keer in dezelfde rivier stappen.

7 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29

8 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29
Verdere geschiedenis 5e eeuw v. Chr: Athene belangrijk; werd ook centrum van filosofie Ethica steeds belangrijker Grote namen: Socrates Plato (Academie) Aristoteles Andere stromingen: Stoa, Epicurisme 2e eeuw v. Chr: filosofie naar Rome Met name Stoa populair vanwege nadruk op virtus (deugd) en pietas (plichtsbetrachting)

9 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29
Seneca en filosofie Sterk beïnvloed door de filosofie van de Stoa Ook regelmatig elementen van Epicurisme in zijn teksten

10 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29
De Stoa Gebaseerd op gedachten van Zeno Hij gaf les in de Stoa Poikile, een hal in Athene, die bekend stond om zijn schilderingen (poikile = bontgekleurd)

11 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29
Zeno’s Paradoxen Beide gebaseerd op stelling, dat je eerst de helft van de afstand moet afleggen voor je verder kunt. Achilles en de schildpad De vliegende pijl

12 De filosofie van de Stoa
Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen X 1-29 De filosofie van de Stoa Heraclitus Fysica: Gebaseerd op Gr. filosoof Heraclitus: Oervuur: goddelijke kracht / energie, die in alles in de wereld aanwezig is. Romeinen noemden die kracht de Ratio (Logos). Dit woord heeft wel een extra bijbetekenissen: De Ratio houdt alles bij elkaar. Dit is tevoren overdacht, heeft een bedoeling en is goed. Je kunt er niet aan ontkomen. Vandaar ook andere namen: Natura, Deus, Fatum, Providentia

13 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29
Ratio en ratio Logica: Alle dingen op aarde hebben iets van de Ratio in zich (planten - groeikracht, dieren – energie) De mens heeft een deel van de Ratio in zich (ratio = verstand) en kan daarmee de Ratio leren kennen  denken! Je bent een animal rationale! Je moet je ratio dus zoveel mogelijk ontwikkelen: sapiens worden.

14 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29
Ethica Het plan van de Ratio is goed; dus niet tegen verzetten, maar nastreven (secundum naturam vivere – volgens de natuur (=ratio) leven). Sapientia, het ontwikkelen van de ratio, is het summum bonum, een virtus. Emoties vormen een gevaar voor goed nadenken; ideaal is een toestand zonder heftige emoties: apatheia, tranquilitas animi! Bepaalde dingen in je leven maken niet gelukkig en leiden je juist af van het grote plan (bv geld): indifferentia (in-differentia = onz mv: dingen die je on-verschillig moeten laten)

15 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29

16 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29
Epicurisme Fysica: Gebaseerd op Democritus’ atoomleer: De wereld bestaat uit atomen. De ‘dichtheid’ van de atomen bepaalt de stof. Atomen ‘haken’ door fortuna (toeval) aan elkaar (en kunnen ook weer toevallig uit elkaar gaan)

17 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29
Logica: Atomen dringen ook je zintuigen in;. Daardoor kun je dingen te weten komen. Kan wel anders zijn voor versch. mensen / afstand etc.

18 Publius Ovidius Naso, Metamorphosen, X, 1-29
Ethica: Goden zijn er wel, maar bemoeien zich nergens mee. Geen plan voor de wereld; alles is fortuna (toeval). Je kunt er dus zo niet meer zijn. Tot dan: geen angst voor de goden, voor de dood, voor de toekomst. Geniet van het leven! Maar: Ataraxia is hoogste doel (on-verstoorbaarheid; toestand van tevredenheid). Dus niet mateloos genieten (=hedonisme)


Download ppt "De filosofie van Seneca"

Verwante presentaties


Ads door Google