De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Over Post Mortem Frank Berndsen Oktober 2013. Het werk bij eerste lezing •Zowel qua aandacht als beleving: primair het verhaal van Emiel, Tereza en Renée.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Over Post Mortem Frank Berndsen Oktober 2013. Het werk bij eerste lezing •Zowel qua aandacht als beleving: primair het verhaal van Emiel, Tereza en Renée."— Transcript van de presentatie:

1 Over Post Mortem Frank Berndsen Oktober 2013

2 Het werk bij eerste lezing •Zowel qua aandacht als beleving: primair het verhaal van Emiel, Tereza en Renée Steegman waarin Renée een herseninfarct krijgt, dat overleeft en daarvan won- derlijk goed herstelt. {1} {2} •Vooral wordt ingezoomd op het onderzoek en de diagnose, het al dan niet overleven, de prognose en het begin van het herstel: Deel 2. Deel 1 is de aanloop en het intreden, terwijl Deel 3 het verdere verloop behandelt. 2

3 •Dat inzoomen kun je uiteraard daaraan zien dat Deel 2 het middendeel is en dat het omvangrijk is [75 pp]. •Dat inzoomen kun je ook zien aan het gebruik van de grammaticale tijden. 3

4 Deel 2 •De tekst van Deel 2 begint op p. 149 met een pangram. {3} •Het wordt voorgesteld alsof Emiel Steegman de tekst van Deel 2 typt, terwijl hij in het ziekenhuis verblijft. Het lettertype van de tekst is dat van de Olivetti Lettera 32 (150). •De beleving door Emiel van wat er met zijn dochter, en daardoor met hem en zijn vrouw gebeurt, zorgt ervoor dat alles wat speelt als heden wordt ervaren. Zelfs wat ondubbelzinnig in het verleden speelde. {4} 4

5 Deel 2 – grammaticale tijden •De eerste echte o.v.t. komt pas, en dan heel kort, op pag. 186, direct wanneer gezegd wordt dat alles onder controle is. {5} •Een iets uitvoeriger gebruik van de o.v.t. vinden we op pag. 213, wanneer een reis naar Portugal herinnerd wordt. {6} •Zo’n gesemantiseerd gebruik van de o.t.t. komt in alle drie de delen van de roman voor. Het gaat dan om zich, vrij intens, inleven of voorstellen. {7} {8} 5

6 Deel 2 – LITERAIRE NON-FICTIE ? •Tot tot voor kort: messcherp onderscheid tussen literaire non-fictie en modern literair werk. (Jan Brokken, A.F.Th. van der Heijden {9} ) • Literaire non-fictie : journalistieke of historiografische tekst die de feiten volledig recht wil doen. Literair op het punt van aspecten van de vorm. {10} • Modern literair werk : ‘organisme’, samenhangend betekenisgeheel van één van meerdere soorten. 6

7 •We weten dat de dochter van Peter Terrin een herseninfarct kreeg en dat hij bij haar in het ziekenhuis een verslag maakte, typte ook. •We weten ook dat de tekst van Deel 2 grotendeels samenvalt met wat Terrin als historische persoon noteerde. Wat daar niet mee samenvalt, is veranderd of toegevoegd met het oog op het feit dat Deel 2 functioneert binnen een meeromvattende roman. • Conclusie : Deel 2 niet literaire non-fictie. 7

8 DEEL 1 – literair (auto)biografisch • Deel 1 is zeker geen literaire non-fictie. Het is onderdeel van een modern literair werk, van een ‘organisme’. •In elk modern literair werk komen (auto)biografische bestanddelen voor, maar de lezer weet doorgaans niet hoeveel en welke. •Modern literair (auto)biografisch proza: een subgenre van moderne literaire werken. 8

9 • Modern literair (auto)biografisch proza : door acties van de auteur buiten het betrokken boek weet de geïnformeer- de lezer dát een substantieel deel van de personen en hun handelen teruggaat op én spoort met zaken in de historische werkelijkheid en de lezer weet voor een deel ook welke zaken teruggaan op én sporen met zaken in de historische werkelijkheid. 9

10 HERLEZEN VAN DE ROMAN •Bij herlezen kom je m.i. niet meer te weten over wat Renée doormaakt en wat de effecten daarvan op haar ouders Emiel en Tereza zijn. Het emotionele effect ervan op de lezer zal ook niet toenemen, terwijl de suspense verdwenen is. •Bij herlezen kom je m.i. niet (veel) meer te weten over de diverse thema’s in de roman. 10

11 •Bij herlezen m.i. vooral aandacht voor de constructie van de roman. Dus aandacht voor het literaire werk op zich en voor het schrijven en lezen dat daarmee samenhangt. •Dus: bij herlezen raakt m.i. Post Mortem als modern literair (auto)biografisch werk verregaand buiten beeld en wordt de roman vooral als ‘gewoon’ modern literair werk in ogenschouw genomen. 11

12 Deel i - Hoofdstuk 1 als voorbeeld •8 pagina’s met op de voorgrond één scène: shampoo in respectievelijk uit de ogen. Een samenhangend geheel. •Dit is gesemantiseerd, heeft extra betekenis: {14}. Zie dit ook bij ‘Wegens nogal moeilijke tijden in de fami- lie’. •ES is 40 (11), net als PT in 2008 bij herseninfarct Renée. ES net als PT: 5 boeken, 10 jaar schrijven [Debuut: De code; Verhalen, 1998] (15). ES net als PT weinig erkenning (15). •Zelfbeschrijving midden pag. 17. 12

13 •Poëtica: ‘Een schrijver, dat was toch iemand die de wereld naar zijn hand zette?’ (12) •O.t.t. zich voorstellen: {15}. •‘Zenuwaandoening’ (12) en ‘sluimerende oogaandoe- ning’ (13) als vooruitverwijzing naar tumor (270). •‘Meneer de Uil’ (13) keert in verband met Emiel en Renée terug op p. 168. 13

14 ES De moordenaar versus PT’s werk: •Inhoudelijk is de verhaallijn van De moordenaar dezelfde als van PT’s verhaal ‘De moordenaar’ in de bundel De bijeneters; Zeven variaties, 2006. •De professor (107) leest de roman van ES op de wijze van het vroege werk van PT, terwijl ES het leest op de wijze van Post Mortem (107+109). •Een grapje: {16}. 14

15 Gebruik van namen: •‘Emiel Steegman’ (11), ‘Steegman’ (17), ‘Renée’ (17), naamloze Estse schrijvers (14), naamloze directrice, ‘Otto Richter’ (12). •In eerdere boeken: {17}. •Verder in de Delen 1, 2 en 3. 15

16 •De stijl vind ik, in Hoofdstuk 1 en het hele boek, helder, precies en prettig. •Van belang bij een literair werk is altijd de toon, de stem waarin het geschreven is. Vaak wordt daar in Nederland, in tegenstelling tot bijvoorbeeld wat in Groot Brittannië gebeurt, weinig aandacht aan besteed. {18} •M.i. is de toon hier humaan en wordt ze gekenmerkt door empathie. Met die toon en stem neemt de auteur een houding aan t.a.v. wat hij aanwezig stelt. 16

17 PROBlEMEN 1: De titel ‘Post mortem’ = na de dood van: •Vicky? •T? •Sandra V. / Sandra Volckaert? •Emiel Steegman? 17

18 Problemen 2: de vertelwijze •Alles is uiteraard geschreven door Peter Terrin. •De hoofdtekst in vooral de o.v.t. van Deel 1 wordt verteld vanuit het perspectief van ES. •De tekst van Deel 2 is in vooral de o.t.t. geschreven door ES. •De tekst van Deel 3 wordt vooral in de o.t.t. verteld vanuit het perspectief van de biograaf. • Probleem : vormen de drie delen dan wel één samen- hangend geheel? En, zo ja, hoe dan? 18

19 Oplossingen? • [a] Alle drie delen van de roman verteld vanuit het perspectief van de biograaf. • [b] Alle drie delen van de roman verteld vanuit het perspectief van Emiel Steegman. 19

20 Alle drie de delen verteld vanuit het perspectief van Emiel Steegman. Enkele overwegingen: 1.‘T’ is niet tot een echte naam geworden. [De roman T is dus niet geschreven.] 2.De biograaf heeft geen naam. 3. Deel 3 van deze zeer realistische roman speelt zich niet in heden of verleden af, maar in de toekomst, in 2018. 20

21 4.Zie: {26}. 5.Vergelijk {27} met Deel 3. 6.De slotzin van de roman: {28}. 7.Vergelijk {29} en Deel 3. 8.Vooral: de interpretaties door de biograaf van wat hij op de videobeelden ziet. 9.Grapje: zie {31}. 21

22 10.De biograaf op pag. 90-91 in Deel 1. {32} 22

23 CONSEQUENTIES VAN DEZE LEESWIJZE 1.De titel. 2.Een deel van wat zich liet aanzien als vooruit- verwijzingen, blijkt nu materiaal te zijn voor de constructie van fictie. 23

24 Nog enkele kwesties Beer: •Rode draad, terugkerend compositie-element. •Vanaf pag. 65. Ook in roman T. Maar niet alleen daar, zie pag. 111. In Deel 2 bijv. 152, in Deel 3 bijv. Beer in T (250) en erbuiten (251). •Beer in relatie tot diagnose Renée: pp. 161, 186/187, 221. 24

25 Vicky – Renée: •28: ‘gebrekkig kindje’ [ Lodewijk ] •63: Arlette [vrouw Francois] paste vroeger op kindje •64: ‘Vicky’ / ‘als twee druppels water’ lijkend op Renée [ Francois ] •75: S. kan niets over haar vinden op Google. / Graven in de tuin door S. 25

26 •119 e.v.: armbandje met hoofdletter V. / ‘een spoorloos verdwenen kind’ [ Steegman ] •241: Vicky verzinsel S. [ Francois ] en {36} en {37} • Conclusie? 26

27 Renée – Sandra: •Het o.t.t.-verhaal over wat zich afspeelt aan het eind van de lagere schooltijd van Emiel. •Het gaat hier niet om bestanddelen van Steegmans roman T, maar om herinneringen van ES. • Vraag : wanneer doen zich deze herinneringen bij Steegman voor? 27

28 •Relatie van de delen vier en vijf van dat jeugdverleden met de inhoud van Hoofdstuk 14: wat Steegman in verleden met Sandra deed, staat in verband met wat Steegman in verband met Renée niet doet in het ver- haalheden. •Bij dit verband gaat het om moraal, om het juiste handelen. 28

29 Consequenties: 1.Het hoofdthema van Post mortem heeft met moraal van doen. 2.Antwoord op de vraag van slide 27: ook Deel 1 van Post mortem is geschreven door Emiel Steegman. 3.Daarmee nadert het personage Emiel Steegman nog meer tot de historische persoon Peter Terrin dan eerder al het geval bleek te zijn. 29


Download ppt "Over Post Mortem Frank Berndsen Oktober 2013. Het werk bij eerste lezing •Zowel qua aandacht als beleving: primair het verhaal van Emiel, Tereza en Renée."

Verwante presentaties


Ads door Google