De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Geïntegreerd functieboek FOD Financiën

Verwante presentaties


Presentatie over: "Geïntegreerd functieboek FOD Financiën"— Transcript van de presentatie:

1 Geïntegreerd functieboek FOD Financiën

2 Inhoudstafel Inleiding Doelstelling en scope Definities
Structuur van het geïntegreerd functieboek Methodiek voor de definitie van de “To-Be” functies van de FOD Financiën Overzicht van de “To-Be” functies van de FOD Financiën Functiefiches Bijlagen Model voor de bepaling van de generieke competenties Aanpak voor de bepaling en de scoring van de technische competenties

3 Inleiding

4 Inleiding Doelstelling en scope van het Functieboek
Het functieboek presenteert de resultaten van de definitie van de “To-Be” functies zoals deze werden geïdentificeerd uit de hertekening van de processen en de organisatiestructuur van de FOD Financiën. De “To-Be” functies werden in eerste instantie gedefinieerd op basis van de resultaten van de hertekening van de processen van de FOD Financiën. Indien de lezer van dit functieboek de specifieke context en de details inzake taken, resultaatsgebieden en competenties van bepaalde, individuele functies beter wil begrijpen in hun proces-specifieke context, is het belangrijk dat hij of zij tevens de processchema’s (documenten T4-T5) bij de hand neemt. In deze documenten staat een detailbeschrijving van taken, resultaatsgebieden, competenties voor elke individuele functie in een specifieke procescontext. Voor meer details over de activiteiten en taken van de basisfuncties van de stafdiensten verwijzen we graag naar het “geïntegreerd procesboek” van Coperfin2. De scope van dit geïntegreerd functieboek omvat alle functies die kunnen worden geïdentificeerd aan de hand van de hertekende processchema’s van de FOD Financiën. Hiertoe behoren zowel de functionele processen als de ondersteunende processen, de sturende processen, de processen voor specifieke verwerking en de processen inzake reglementering en werkprocedures (Coperfin1). Ze slaan op de organisatie van Belastingen en Invorderingen en Patrimonium Documentatie. Ook de functies van Thesaurie en de functies die hun oorsprong vinden in de zogenaamde horizontale stafdiensten (P&O, B&B, ICT, Secretariaat & Logistiek, PMO, Communicatie en Studie & Documentatie) worden in dit functieboek opgenomen (Coperfin2). Daarenboven zijn functies bepaald voor de leidinggevenden (afdelingshoofden en teamchefs van de lijndiensten evenals directeurs, afdelingshoofden en teamchefs stafdiensten). De managementfuncties (N tot en met N-3) met hun secretariaat behoren niet tot de scope van dit functieboek.

5 Inleiding Definities Een functie is een geheel van taken en verantwoordelijkheden die een bepaalde kennis en expertise vereisen binnen de Federale Overheid, met als doel een welomschreven functionele of operationele bijdrage (probleemoplossend of uitvoerend) te leveren ter ondersteuning van de doelstellingen van de Overheid*. Het is belangrijk erop te wijzen dat er een verschil bestaat tussen een ‘functie’ en een ‘graad’. In de huidige situatie (“As-Is”) kan eenzelfde graad, bijvoorbeeld inspecteur, een veelheid van functies dekken die niet noodzakelijk eenzelfde niveau van vereisten stellen. Anderzijds kan eenzelfde functie, bijvoorbeeld dossierbehandelaar, uitgeoefend worden door ambtenaren met verschillende graden. In de nieuwe federale loopbaan zullen de functie en de daaraan verbonden vereisten meer centraal komen te staan. Er zal eveneens een meer eenduidige relatie bestaan tussen een functie en de bijbehorende loopbaan (niveau en graad)**. In het kader van de BPR van de FOD Financiën hebben de verschillende werkgroepen “To-Be” functies gedefinieerd, geen graden of niveaus. De functies die specifiek zijn voor Thesaurie zijn gebaseerd op as is activiteiten vermits de BPR Thesaurie in volle ontwikkeling was ten tijde van de opmaak van dit geïntegreerd functieboek. Competenties zijn het geheel van kennis, vaardigheden, waarden en attitudes die de ambtenaar toepast om goed te functioneren in zijn functie, d.w.z. om de van hem verwachte resultaten te realiseren. Er zijn twee soorten van competenties: Generieke competenties: competenties die eerder betrekking hebben op de manier waarop de functie wordt uitgevoerd (b.v. samenwerken, klantgericht optreden, e.d.) Technische competenties: de specifieke kennis en vaardigheden vereist voor een functie (b.v. kennis van een bepaalde wetgeving)** In de context van dit functieboek is het tenslotte belangrijk te wijzen op het verschil tussen een functie en een job. Een job omvat de taken en verantwoordelijkheden die aan één persoon worden toegekend. Eenzelfde persoon kan met andere woorden meerdere functies vervullen. Deze invulling maakt deel uit van de implementatiefase en maakt deel uit van de vrijheidsgraden van de aangestelde manager. * Bron: FOD P&O, definitie gehanteerd bij de ontwikkeling van een competentiemodel voor de federale overheid ** Bron: De nieuwe federale loopbaan, FOD P&O, 29 november 2001

6 Inleiding Structuur van het functieboek
Het eerste hoofdstuk na deze inleiding geeft een overzicht van de methodiek die is gevolgd om de “To-Be” functies te definiëren. Dit hoofdstuk presenteert de manier waarop de basisfuncties tot stand zijn gekomen. Daarna volgt een overzicht van de “To-Be” functies van de FOD Financiën. Dit overzicht presenteert alle functies die in het kader van Coperfin zijn ontwikkeld, omschreven in een informatiefiche per functie. Eerst komen de functiefiches van Coperfin1 (operationele diensten) aan bod, daarna de functies van Coperfin2 (Thesaurie en stafdiensten). De bijlagen, tenslotte, presenteren het model dat is gebruikt voor de bepaling van de generieke competenties van deze functies. Daarnaast worden eveneens op summiere wijze de methodiek gepresenteerd ter bepaling van de technische competenties per “To-Be” functie.

7 Methodiek voor de definitie van de “To-Be” functies van de FOD Financiën

8 Methodiek Inleiding De definitie van de “To-Be” functies voor de FOD Financiën, is verlopen in 3 fasen: In een eerste fase zijn de taken van de “To-Be” processen gegroepeerd op basis van criteria zoals vergelijkbaarheid inzake de aard van de taken, inzake de vereiste interactie met de betrokken doelgroepen, inzake de nabijheid van het terrein, inzake de vereiste competenties, enz. Deze groepen van taken werden “swimlanes” genoemd, en ze kregen een functiebenaming (Bijvoorbeeld: inspecteur in het proces nazicht van de fiscale situatie, gegevensbeheerder in het proces beheren van fiscale gegevens, dossierbeheerder in het proces verwerven van onroerende goederen). In een tweede fase werden al deze “swimlanes” onderling vergeleken naar taken en generieke competenties. “Swimlanes” met gelijkaardige taken en generieke competenties werden geconsolideerd tot basisfuncties. We verwijzen naar de benaming van deze basisfuncties als “familienaam”. Er zijn tijdens Coperfin1 voor de FOD Financiën een 50-tal basisfuncties gedefinieerd. Deze basisfuncties hebben dezelfde generieke taken en generieke competenties doorheen de FOD, ongeacht het proces of de organisatorische entiteit waarin ze voorkomen (Bijvoorbeeld: dossierbeheerder, analist, inspecteur, onderzoeker zijn basisfuncties). Tijdens Coperfin2 zijn daar zo’n 25 extra basisfuncties aan toegevoegd, vooral komende van de BPR van de ondersteunende stafdiensten en van de BPR Thesaurie. Op deze manier wordt voor de FOD Financiën een set van “To-Be” functies gedefinieerd. Iedere functie heeft een ‘familienaam’, die verwijst naar het gemeenschappelijke gedeelte (taken en generieke competenties). Een aantal functies hebben ook een verwijzing naar een vereist niveau van technische competentie(s). De methodiek voor de Fasen 1 en 2 wordt uiteengezet in het vervolg van dit hoofdstuk.

9 Methodiek Fase 2: Consolidatie tot basisfuncties
Consolidatie van “swimlanes” tot “familienamen” In ieder hertekend proces werden een aantal “swimlanes” gedefinieerd, die zijn benoemd als een functie. In de tweede fase van de functiedefinitie werden op basis van gemeenschappelijke taken en gemeenschappelijke generieke competenties deze “swimlanes” geconsolideerd tot een beperkt aantal basisfuncties. Deze basisfuncties kregen tenslotte een “familienaam”. Deze familienaam is onafhankelijk van het proces en/of de organisatorische entiteit waarin de functie voorkomt. Deze consolidatie is verlopen in 3 stappen: ‘Swimlanes’ met gelijkaardige taken worden samengebracht tot functies. Functies met vergelijkbare taken worden samengebracht onder eenzelfde familienaam. Functies met eenzelfde familienaam worden vergeleken en geconsolideerd op basis van generieke competenties. De generieke competenties worden, indien nodig, aangepast. Binnen elk van deze stappen werd er telkens vergeleken en geconsolideerd op 3 niveaus (zie ook volgende pagina): Binnen één proces Tussen processen die bij elkaar horen Overheen alle processen

10 Methodiek Fase 2: Consolidatie tot basisfuncties
Consolidatie van “swimlanes” tot “familienamen” Proces Gelijkaardige taken, generieke competenties en technische competenties AB1 Gelijkaardige taken en generieke competenties AB2 Dossierbeheerder goederenbeheer AB3 Gelijkaardige taken en generieke competenties Dossierbeheerder Dossierbeheerder goederenbeheer bij Opmetingen & Waarderingen Dossierbeheerder immobiliën bij Opmetingen & Waarderingen …. Proces Gelijkaardige taken, generieke competenties en technische competenties AB1 AB2 Dossierbeheerder immobiliën Dossier-beheerder AB3 Proces ………….. Andere groepen van processen

11 Methodiek Fase 2: Consolidatie tot basisfuncties
Bepaling van “familienamen” op taken In de eerste stap werden taken gedefinieerd voor iedere swimlane. In de tweede stap werden functies met gelijkaardige taken gegroepeerd in één functiefamilienaam. Hiertoe werden de 5 belangrijkste hoofdtaken van elke functie zoals bepaald vanuit de “swimlanes”, gedefinieerd en onderling vergeleken. Deze taken hebben voornamelijk betrekking op de functionele verantwoordelijkheden in de processen, en niet op eventuele leidinggevende of begeleidende activiteiten. Bij deze vergelijking hebben we steeds gewerkt met de 5 belangrijkste hoofdtaken. Het kan dus zijn dat een functie een aantal bijtaken uitoefent die verschillen van de bijtaken van een andere functie met dezelfde functiefamilienaam. Voorbeeld: In heel wat processen komen “swimlanes” voor met de volgende 5 hoofdtaken: Invoeren van meer complexe gegevens / meer complex dossier aanmaken Eerste analyse van gegevens en (her)oriëntatie van dossier Opzoekingen en/of berekeningen uitvoeren en opstellen van documenten of attesten Melden van ontvangst of beslissing aan de burger, opvragen van ontbrekende gegevens Informatie uitwisselen met aangewezen personen Deze “swimlanes” zijn daarom gegroepeerd tot de functiefamilienaam “Gegevensbeheerder”.

12 Methodiek Fase 2: Consolidatie tot basisfuncties
Bepaling van “familienamen” op generieke competenties In de derde en laatste stap werden de generieke competenties bepaald voor iedere functiefamilienaam. De generieke competenties of intrinsieke vaardigheden van een functie situeren zich op 5 vlakken Omgaan met informatie Omgaan met taken Leidinggeven Interpersoonlijke relaties Persoonlijk functioneren Elk van deze 5 generieke competenties bestaat uit 8 competentieniveaus. Deze niveaus worden beschreven in een generieke competentie-matrix (zie Bijlagen voor deze beschrijving). Nadat een aantal functiefamilienamen werden bepaald op basis van de vergelijking van taken, werd voor deze familienamen het aangepaste niveau van generieke competenties bepaald. Tijdens deze oefening werd ook nagegaan of deze niveaus van generieke competenties van toepassing kunnen zijn in alle processen en/of organisatorische entiteiten waarin deze familienaam voorkwam. Bij het bepalen van de generieke competenties kon het zijn dat functies met gelijkaardige taken, die in de eerste stap in 1 functiefamilienaam werden ondergebracht, moesten worden opgesplitst in meerdere functiefamilienamen. Zo gaf, bijvoorbeeld, de complexiteit van de te behandelen materie, te samen met een grotere mate van autonomie en aansturing, vaak aanleiding tot opsplitsing. Deze functiefamilienamen worden aangegeven door de gradatie ‘junior functiefamilienaam’ – ‘functiefamilienaam’ – ‘senior functiefamilienaam’.

13 Overzicht van de To Be functies van de FOD Financiën

14 Samenvattend overzicht

15 Overzicht van de 50 operationele en 5 leidinggevende functiefamilienamen van Coperfin1 (1/2)*
Administratief medewerker / Collaborateur administratif Junior Analist / Analyste Junior Analist / Analyste Senior Analist / Analyste Senior Applicatie-assistent / Assistant d'applications Applicatie-analist / Analyste d'applications Beheerder Planning / Gestionnaire de Planning Senior Beheerder Planning / Gestionnaire de Planning Senior Communicatie- en promotiedeskundige / Spécialiste de Communication et Promotion Coördinator / Coordinateur Coördinator bedrijfsrisico's / Coordinateur de risques d'entreprises Senior Coördinator bedrijfsrisico's / Coordinateur de risques d'entreprises Senior Documentalist / Documentaliste Senior Documentalist / Documentaliste Senior Junior Dossierbeheerder / Gestionnaire de dossiers Junior Dossierbeheerder / Gestionnaire de dossiers Senior Dossierbeheerder / Gestionnaire de dossiers Senior Economisch coördinator / Coordinateur Economique Extern Correspondent / Correspondant Externe Gegevensanalist / Analyste de données Junior Gegevensbeheerder / Gestionnaire de données Junior Gegevensbeheerder / Gestionnaire de données Senior Gegevensbeheerder / Gestionnaire de données Senior Gegevensbeheerder Belastingplichtige / Gestionnaire de données Contribuable Junior Informatie-ambtenaar / Fonctionnaire d'information Junior Informatie-ambtenaar / Fonctionnaire d'information Senior Informatie-ambtenaar / Fonctionnaire d'information Senior Inlichtingenanalist/ Analyste d'informations * Een aantal van de hier voorgestelde functienamen kunnen tijdens de implementatiefase eventueel nog wijzigingen ondergaan

16 Overzicht van de 50 operationele en 5 leidinggevende functiefamilienamen van Coperfin1 (2/2)*
Junior Inspecteur / Inspecteur Junior Inspecteur/ Inspecteur Senior Inspecteur / Inspecteur Senior Intern Correspondent / Correspondant Interne Junior Jurisconsulent / Juris Consultant Junior Jurisconsulent / Juris Consultant Senior Jurisconsulent / Juris Consultant Senior Junior Onderzoeker / Enquêteur Junior Onderzoeker / Enquêteur Senior Onderzoeker / Enquêteur Senior Junior Projectbeheerder / Gestionnaire de projet Junior Projectbeheerder / Gestionnaire de projet Senior Projectbeheerder/ Gestionnaire de projet Senior Sectorcoördinator / Coordinateur de Secteurs Specialist / Spécialiste Starterscoördinator / Coordinateur Nouvelles Entreprises Technisch medewerker / Collaborateur Technique Technisch deskundige / Spécialiste Technique Toezichtambtenaar / Fonctionnaire de la surveillance Vertaler / Traducteur Ontvanger / Receveur** Reglementair bemiddelaar / Conciliateur Réglementaire** Teamchef / Chef d’équipe Afdelingshoofd / Chef de division Teamchef Stafdienst / Chef d’équipe Staff Afdelingshoofd Stafdienst / Chef de division Staff Directeur Stafdienst / Directeur Staff * Een aantal van de hier voorgestelde functienamen kunnen tijdens de implementatiefase eventueel nog wijzigingen ondergaan. ** De functies ontvanger en reglementair bemiddelaar zullen steeds door een teamchef en afdelingshoofd worden uitgeoefend. Van deze functies is aldus tijdens Coperfin1 geen profiel ontwikkeld

17 Overzicht van de 25 operationele functiefamilienamen van Coperfin2*
Financieel Adviseur / Conseiller Financier Senior Financieel Adviseur / Conseiller Financier Senior Rekenplichtige Thesaurie / Comptable Thesaurie Rekenplichtige** / Comptable Reglementair bemiddelaar** / Consiliateur réglementaire Onthaalbeambte / Fonctionnaire d’accueil Plan-deskundige / Expert-plan Sociaal overleg adviseur / Conseiller en concertation sociale Kennisbeheerder / Gestionnaire de connaissance Opleider / Formateur Economisch Consulent / Consultant économique Senior Economisch Consulent / Consultant économique Senior PMO-consultant / Consultant PMO Senior PMO Consultant / Consultant PMO Senior Veranderingspromotor / Promoteur de changement Account Manager / Account Manager Applicatie Designer / Designer d’Applications Infrastructuur Designer / Designer d’Infrastructure Systeembeheerder / Gestionnaire de Systèmes Senior Systeembeheerder / Gestionnaire de Systèmes Senior Programmeur / Programmeur Senior Programmeur / Programmeur Senior Senior Programmeur Infrastructuur / Programmeur d’Infrastructure Senior Tester / Testeur Communicatieadviseur / Conseiller de communication Juridisch adviseur Senior Juridisch Adviseur * Zowel de BPR van de Thesaurie als de BPR’s van de stafdiensten (B&B, P&O, PMO, COM, ICT, S&L, S&D) worden hier in rekenschap gebracht ** De basisfuncties “Ontvanger” en “Reglementair bemiddelaar” werden tijdens Coperfin1 bepaald, maar de functiefiches werden tijdens Coperfin2 opgemaakt, respectievelijk onder de noemer “Rekenplichtige” en “Reglementair bemiddelaar”

18 Groepering van de meest voorkomende functiefamilienamen
Functionele processen Specifieke verwerking Dossierbeheerders Gegevensbeheerders Inspecteurs Gegevensbeheerders & Onderzoekers Specialisten : ad hoc advies Sturende & ondersteunende processen Analisten Gegevensbeheerders & Administratief medewerkers Projectbeheerders : leiden van project Coördinator : coördineren van proces

19 Overzicht van de functies per pijler, programma of stafdienst en proces
Duiding Op de volgende bladzijden wordt een overzicht gegeven van de functies die voorkomen per pijler of programma, en per proces. Vooreerst worden de functies per pijler gepresenteerd, die als volgt zijn samengesteld : De functies in de lijn : operationele functies en leidinggevende functies De functies in de staf : management ondersteuning, doelgroepenstrategie en leidinggevende functies Daarnaast worden de functies voor de programma’s CRM en risicobeheer geduid, die volgende delen omvatten : De staffuncties N2 (zowel binnen doelgroepenstrategie als financiële expertise) De lijnfuncties die taken uitvoeren voor CRM of risicobeheer De staffuncties N1 uit de CDU van toepassing voor CRM Opmerking: voor risicobeheer betreft het de processen 17, 18, 19, 27 en 28, voor CRM de processen 32 tot en met 35 Tot slot wordt een overzicht gegeven van de functies die in elk van de 47 processen voorkomen.

20 Overzicht van de functiefamilienamen per pijler of programma (1/2)

21 Overzicht van de functiefamilienamen per pijler of programma (2/2)

22 Overzicht van de functiefamilienamen per stafdienst (1/2)

23 Overzicht van de functiefamilienamen per stafdienst (2/2)

24 Overzicht van de functiefamilienamen per proces (1/8)

25 Overzicht van de functiefamilienamen per proces (2/8)

26 Overzicht van de functiefamilienamen per proces (3/8)

27 Overzicht van de functiefamilienamen per proces (4/8)

28 Overzicht van de functiefamilienamen per proces (5/8)

29 Overzicht van de functiefamilienamen per proces (6/8)

30 Overzicht van de functiefamilienamen per proces (7/8)

31 Overzicht van de functiefamilienamen per proces (8/8)

32 Profiel van Gegevensbeheerders
Omgaan met Informatie (I) Omgaan met Taken (T) Leiding geven (L) Interpersoonlijke relaties (IR) Persoonlijk functioneren (PF) Visie Ontwikkelen Ondernemen Inspireren Netwerken Organisatie Betrokkenheid Inzicht in de Organisatie Besturen van de Organisatie Teams Aansturen Relaties Bouwen Doelstellingen Behalen Conceptualiseren Sturen Bouwen van teams Beïnvloeden Zichzelf Ontwikkelen Vernieuwen Organiseren Coachen / Ontwikkelen Adviseren Stress bestendigheid tonen Integreren Beslissen Motiveren Service gericht handelen Inzet Tonen Analyseren Problemen Oplossen Direct aansturen In team werken Betrouwbaarheid Tonen Informatie Verwerken Werk Structureren Ondersteunen Actief Luisteren Aanpassen Begrijpen Taken Uitvoeren Leren Communiceren Accomoderen 8 7 6 5 Senior Gegevensbeheerder 4 Gegevensbeheerder 3 Junior Gegevensbeheerder 2 1

33 Profiel van Dossierbeheerders
Omgaan met Informatie (I) Omgaan met Taken (T) Leiding geven (L) Interpersoonlijke relaties (IR) Persoonlijk functioneren (PF) Visie Ontwikkelen Ondernemen Inspireren Netwerken Organisatie Betrokkenheid Inzicht in de Organisatie Besturen van de Organisatie Teams Aansturen Relaties Bouwen Doelstellingen Behalen Conceptualiseren Sturen Bouwen van teams Beïnvloeden Zichzelf Ontwikkelen Vernieuwen Organiseren Coachen / Ontwikkelen Adviseren Stress bestendigheid tonen Integreren Beslissen Motiveren Service gericht handelen Inzet Tonen Analyseren Problemen Oplossen Direct aansturen In team werken Betrouwbaarheid Tonen Informatie Verwerken Werk Structureren Ondersteunen Actief Luisteren Aanpassen Begrijpen Taken Uitvoeren Leren Communiceren Accomoderen 8 7 Senior Dossierbeheerder 6 5 Dossierbeheerder 4 Junior Dossierbeheerder 3 2 1

34 Profiel van Inspecteurs
Omgaan met Informatie (I) Omgaan met Taken (T) Leiding geven (L) Interpersoonlijke relaties (IR) Persoonlijk functioneren (PF) Visie Ontwikkelen Ondernemen Inspireren Netwerken Organisatie Betrokkenheid Inzicht in de Organisatie Besturen van de Organisatie Teams Aansturen Relaties Bouwen Doelstellingen Behalen Conceptualiseren Sturen Bouwen van teams Beïnvloeden Zichzelf Ontwikkelen Vernieuwen Organiseren Coachen / Ontwikkelen Adviseren Stress bestendigheid tonen Integreren Beslissen Motiveren Service gericht handelen Inzet Tonen Analyseren Problemen Oplossen Direct aansturen In team werken Betrouwbaarheid Tonen Informatie Verwerken Werk Structureren Ondersteunen Actief Luisteren Aanpassen Begrijpen Taken Uitvoeren Leren Communiceren Accomoderen 8 7 Senior Inspecteur 6 Inspecteur 5 4 3 Junior Inspecteur 2 1

35 Profiel van Analisten 8 7 6 5 4 3 2 1 Senior Analist Analist
Omgaan met Informatie (I) Omgaan met Taken (T) Leiding geven (L) Interpersoonlijke relaties (IR) Persoonlijk functioneren (PF) Visie Ontwikkelen Ondernemen Inspireren Netwerken Organisatie Betrokkenheid Inzicht in de Organisatie Besturen van de Organisatie Teams Aansturen Relaties Bouwen Doelstellingen Behalen Conceptualiseren Sturen Bouwen van teams Beïnvloeden Zichzelf Ontwikkelen Vernieuwen Organiseren Coachen / Ontwikkelen Adviseren Stress bestendigheid tonen Integreren Beslissen Motiveren Service gericht handelen Inzet Tonen Analyseren Problemen Oplossen Direct aansturen In team werken Betrouwbaarheid Tonen Informatie Verwerken Werk Structureren Ondersteunen Actief Luisteren Aanpassen Begrijpen Taken Uitvoeren Leren Communiceren Accomoderen 8 7 Senior Analist 6 5 Analist 4 3 Junior Analist 2 1

36 Profiel van Projectbeheerders
Omgaan met Informatie (I) Omgaan met Taken (T) Leiding geven (L) Interpersoonlijke relaties (IR) Persoonlijk functioneren (PF) Visie Ontwikkelen Ondernemen Inspireren Netwerken Organisatie Betrokkenheid Inzicht in de Organisatie Besturen van de Organisatie Teams Aansturen Relaties Bouwen Doelstellingen Behalen Conceptualiseren Sturen Bouwen van teams Beïnvloeden Zichzelf Ontwikkelen Vernieuwen Organiseren Coachen / Ontwikkelen Adviseren Stress bestendigheid tonen Integreren Beslissen Motiveren Service gericht handelen Inzet Tonen Analyseren Problemen Oplossen Direct aansturen In team werken Betrouwbaarheid Tonen Informatie Verwerken Werk Structureren Ondersteunen Actief Luisteren Aanpassen Begrijpen Taken Uitvoeren Leren Communiceren Accomoderen 8 Senior Projectbeheerder 7 6 Projectbeheerder 5 Junior Projectbeheerder 4 3 2 1

37 Vergelijking van de meest voorkomende profielen
Omgaan met Informatie (I) Omgaan met Taken (T) Leiding geven (L) Interpersoonlijke relaties (IR) Persoonlijk functioneren (PF) Visie Ontwikkelen Ondernemen Inspireren Netwerken Organisatie Betrokkenheid Inzicht in de Organisatie Besturen van de Organisatie Teams Aansturen Relaties Bouwen Doelstellingen Behalen Conceptualiseren Sturen Bouwen van teams Beïnvloeden Zichzelf Ontwikkelen Vernieuwen Organiseren Coachen / Ontwikkelen Adviseren Stress bestendigheid tonen Integreren Beslissen Motiveren Service gericht handelen Inzet Tonen Analyseren Problemen Oplossen Direct aansturen In team werken Betrouwbaarheid Tonen Informatie Verwerken Werk Structureren Ondersteunen Actief Luisteren Aanpassen Begrijpen Taken Uitvoeren Leren Communiceren Accomoderen 8 7 6 5 Inspecteur Analist 4 Dossierbeheerder 3 2 1

38 Functiefiches - Coperfin 1

39 Administratief medewerker Collaborateur administratif
Doel en bestaansreden: Uitvoeren van (vaak geïnformatiseerde) taken, volgens vaste procedures, teneinde de processen maximaal te ondersteunen Hoofdtaken: Invoeren van gegevens / dossier aanmaken Standaard nazicht en controle van ontvangen gegevens (ontbrekende gegevens, juistheid, vormvereisten) Melden van ontvangst / ontbrekende gegevens / beslissing aan de burger en/of interne klant Doorspelen van informatie aan de juiste persoon en archiveren Generieke competenties: I.1. T.1. L.1. IR.2. PF.3.

40 Junior Analist Analyste Junior
Doel en bestaansreden: Analyseren en doorgronden van een gegeven (binnen een specifiek kennisdomein) en formuleren van conclusies en/of voorstellen teneinde bij te dragen tot de efficiënte en effectieve werking van de FOD Financiën Hoofdtaken: Zelfstandig bepalen van aanpak van een project/studieonderwerp/opdracht/analyse en nodige acties Uitvoeren van grondige/structurele analyse Opstellen van rapport, uiteenzetten van voorstel en geven van suggesties aan betrokkenen Generieke competenties: I.4. T.3. L.1. IR.4. PF.4.

41 Doel en bestaansreden:
Analist Analyste Doel en bestaansreden: Analyseren en doorgronden van een complex gegeven (binnen een specifiek kennisdomein) en formuleren van conclusies en/of voorstellen en anderen ondersteunen, teneinde bij te dragen tot de efficiënte en effectieve werking van de FOD Financiën Hoofdtaken: Zelfstandig bepalen van aanpak van een project/studieonderwerp/opdracht en nodige actie Uitwerken van een voorstel door studie en analyse, adviesinwinning bij experten en kennisgroepen, ... Opstellen van rapport, uiteenzetten van voorstel en geven van suggesties aan betrokkenen Bijsturen van modellen en processen op basis van gevoerde analyse Testen van impact en doeltreffendheid van de ondernomen actie Generieke competenties: I.5. T.3. L.2. IR.4. PF.6.

42 Senior Analist Analyste Senior
Doel en bestaansreden: Analyseren en doorgronden van een complex gegeven (binnen een specifiek kennisdomein) en formuleren van conclusies en/of voorstellen en anderen ondersteunen, teneinde bij te dragen tot de efficiënte en effectieve werking van de FOD Financiën Hoofdtaken: Zelfstandig bepalen van aanpak van een complex project/studieonderwerp/opdracht en nodige acties Uitwerken van een voorstel door studie en analyse, adviesinwinning bij experten en kennisgroepen, uitvoeren van enquêtes en testen, ... Opstellen van rapport, uiteenzetten van voorstel en geven van suggesties aan betrokkenen Bijsturen van modellen en processen op basis van gevoerde analyse Testen van impact en doeltreffendheid van de ondernomen actie Generieke competenties: I.6. T.4. L.2. IR.5. PF.6.

43 Applicatie-assistent Assistant d‘applications
Doel en bestaansreden: Fungeren als aanspreekpunt voor vragen en ondersteunen van andere gebruikers van informaticatoepassingen teneinde een vlotte werking te garanderen Hoofdtaken: Opvolgen van de werking van applicaties Nagaan van de behoefte aan nieuwe applicaties Verlenen van ICT-ondersteuning voor business toepassingen Generieke competenties: I.3. T.3. L.2. IR.4. PF.4.

44 Applicatie-analist Analyste d'applications
Doel en bestaansreden* : Vertalen van de behoeften van de gebruikers van informaticasystemen op basis van analyse van de business processen naar nieuwe of verbeterde applicaties in samenspraak met ICT, teneinde de gebruiksvriendelijkheid en efficiëntie van de systemen te garanderen en bij te dragen tot een efficiënte en effectieve ICT portfolio als ondersteuning van de werking van de FOD Financiën. Hoofdtaken: Opvolgen van de werking van applicaties en nagaan van behoefte aan nieuwe applicaties Nieuwe functionaliteiten ontwerpen in samenspraak met ICT, en hierover beslissen in overleg met ICT en de gebruikers Implementatie opvolgen en bijsturen Generieke competenties: I.5. T.4. L.2. IR.5. PF.6. * Basisfunctie uit Coperfin1 waarvoor een nieuw voorstel inzake “doel & bestaansreden” is geformuleerd, na de BPR van de stafdienst ICT

45 Beheerder Planning Gestionnaire de Planning
Doel en bestaansreden: Afstemmen van middelen en prioriteiten binnen een korte termijnplanning, teneinde een optimale toegevoegde waarde te genereren Hoofdtaken: Selecteren en prioritiseren van dossiers/controle opdrachten Opstellen operationeel werkplan op korte termijn Motiveren van selectie/deselectie van dossiers, uitgevoerde/niet-uitgevoerde controles Generieke competenties: I.3. T.4. L.1. IR.2. PF.4.

46 Senior Beheerder Planning Gestionnaire de Planning Senior
Doel en bestaansreden: Afstemmen van middelen en prioriteiten binnen een lange termijnplanning en anderen ondersteunen, teneinde een optimale toegevoegde waarde te genereren Hoofdtaken: Selecteren en prioritiseren van dossiers/controle opdrachten Opstellen werkplan op lange termijn (prioriteiten in functie van risico - beleidsondersteunend) Motiveren van selectie/deselectie van dossiers, uitgevoerde/niet-uitgevoerde controles Generieke competenties: I.4. T.5. L.2. IR.4. PF.6.

47 Doel en bestaansreden:
Communicatie- en promotiedeskundige Spécialiste de Communication et Promotion Doel en bestaansreden: Opstellen van een communicatie- of promotieplan, de uitvoering ervan opvolgen en waar nodig bijsturen, teneinde de informatieoverdracht naar de burger en/of interne klant optimaal te laten verlopen Hoofdtaken: Uitvoeren van een strategische studie met het oog op het opstellen van een voorstel van communicatiestrategie Opstellen communicatieplan Uitwerken plan van aanpak communicatie/promotie Implementatie/bijsturing communicatie/promotie Generieke competenties: I.5. T.5. L.1. IR.5. PF.6.

48 Coördinator Coordinateur
Doel en bestaansreden: Inhoudelijk en strategisch coördineren van activiteiten en anderen motiveren, teneinde een vlotte werking en correcte resultaten te garanderen Hoofdtaken: Conceptueel schetsen van het inhoudelijk kader en bepalen van de strategische krijtlijnen met impact op de organisatie Inschatten en prioritiseren van risico's en dienstverleningsbehoeften Beheren van relaties met interagerende/betrokken instanties en coördineren over verschillende pijlers/ organisationele entiteiten heen, o.a. met het oog op coherentieverzekering Valideren van de procesoutput Opbouwen van relaties met verschillende organisatieniveaus Generieke competenties: I.7. T.6. L.3. IR.7. PF.7.

49 Coördinator bedrijfsrisico's Coordinateur de risques d'entreprises
Doel en bestaansreden: Uittekenen van risicoprofielen voor een groep van ondernemingen binnen een specifieke sector teneinde gerichte controles binnen deze groep van ondernemingen te kunnen laten uitvoeren Hoofdtaken: Bestuderen van clusters van type vergunningen en betreffende klantendossiers Inschatten, prioritiseren en opvolgen van risico's en dienstverleningsbehoeften van ondernemingen met type vergunningen Beheren van relaties met interagerende/betrokken instanties en personen en signaleren van ontwikkelingen bij individuele ondernemingen aan de Senior Coördinator bedrijfsrisico's Bepalen van standaard controle aanpak en nodige acties voor type vergunningen Bewaken van de consistentie en uniformiteit van afdekking van de risico's gerelateerd aan type vergunningen Generieke competenties: I.4. T.5. L.1. IR.4. PF.6.

50 Doel en bestaansreden:
Senior Coördinator bedrijfsrisico's Coordinateur de risques d'entreprises Senior Doel en bestaansreden: Uittekenen van risicoprofielen voor een beperkt aantal grote en/of risicovolle ondernemingen, en ondersteunen van de coördinator bedrijfsrisico's, teneinde gerichte controles bij de betrokken ondernemingen te kunnen laten uitvoeren Hoofdtaken: Bestuderen van individuele klanten(-dossiers) Inschatten, prioritiseren en opvolgen van risico's en dienstverleningsbehoeften voor specifieke ondernemingen Beheren van relaties met interagerende/betrokken instanties en personen en coördineren over organisatorische entiteiten heen Bepalen van individuele controle aanpak en nodige acties voor individuele ondernemingen Bewaken van de afdekking van de risico's gerelateerd aan individuele ondernemingen Generieke competenties: I.6. T.5. L.2. IR.6. PF.6.

51 Documentalist Documentaliste
Doel en bestaansreden: Beheren van informatie, teneinde deze informatie up-to-date ter beschikking te kunnen stellen Hoofdtaken: Opzoeken, classificeren en analyseren van (verkregen) informatie Bepalen van relevantie, selecteren en synthetiseren van informatie Updaten van gegevensbank Beheren van nuttige informatie Generieke competenties: I.3. T.2. L.1. IR.3. PF.4.

52 Senior Documentalist Documentaliste Senior
Doel en bestaansreden: Beheren en valideren van informatie en anderen ondersteunen, teneinde de informatie up-to-date ter beschikking te kunnen stellen Hoofdtaken: Opzoeken, classificeren en analyseren van (verkregen) informatie Bepalen van relevantie, selecteren en synthetiseren van informatie Updaten van gegevensbank en beheren van nuttige informatie Certifiëren van de juistheid van de informatie Generieke competenties: I.3. T.3. L.2. IR.4. PF.6.

53 Junior Dossierbeheerder Gestionnaire de dossiers Junior
Doel en bestaansreden: Verantwoordelijkheid nemen over en behandelen van eenvoudige dossiers, teneinde een correcte en accurate afhandeling van het dossier te garanderen Hoofdtaken: Zelfstandig bepalen van de aanpak van een eenvoudig dossier en nodige acties na analyse en interpretatie van gegevens Afhandelen van het volledig dossier door opzoeken/opvragen van additionele informatie, maken van berekeningen, opmaken van documenten,… Interageren met burgers en/of interne klanten en informatieverschaffers Verantwoordelijkheid nemen van beslissing, zo nodig na overleg met (senior) dossierbeheerders en opmaken van verslag/eenvoudige documenten Doorgeven van beslissingen aan gelinkte activiteiten, processen en diensten Generieke competenties: I.3. T.3. L.1. IR.4. PF.4.

54 Dossierbeheerder Gestionnaire de dossiers
Doel en bestaansreden: Verantwoordelijkheid nemen over en behandelen van dossiers en ondersteunen van anderen, teneinde een correcte en accurate afhandeling van het dossier te garanderen Hoofdtaken: Zelfstandig bepalen van de aanpak van een dossier en nodige acties na analyse en interpretatie van gegevens Afhandelen van volledig dossier door opzoeken/opvragen van additionele informatie, maken van berekeningen, opmaken van documenten,… Interageren met burgers en/of interne klanten en informatieverschaffers Verantwoordelijkheid nemen van beslissing en opmaken van verslag / documenten Doorgeven van beslissingen aan gelinkte activiteiten, processen en diensten Generieke competenties: I.4. T.4. L.2. IR.4. PF.5.

55 Senior Dossierbeheerder Gestionnaire de dossiers Senior
Doel en bestaansreden: Verantwoordelijkheid nemen over en behandelen van complexe dossiers en aansturen van anderen, teneinde een correcte en accurate afhandeling van het dossier te garanderen Hoofdtaken: Zelfstandig bepalen van de aanpak van een complex dossier en nodige acties na analyse en interpretatie van gegevens Afhandelen van volledig dossier, eventueel bijgestaan door (junior) dossierbeheerders Pro-actief interageren met burgers en/of interne klanten, informatieverschaffers en een relatie opbouwen Verantwoordelijkheid nemen van beslissing en opmaken van verslag / documenten, doorgeven van beslissingen aan gelinkte activiteiten, processen en services Doorgeven van beslissingen aan gelinkte activiteiten, processen en diensten Generieke competenties: I.4. T.4. L.3. IR.5. PF.6.

56 Economisch coördinator Coordinateur Economique
Doel en bestaansreden: Verzekeren van de link tussen de FOD Financiën, de nationale en internationale economische wereld en andere Belgische overheden, teneinde de werking van de FOD Financiën voortdurend te actualiseren en de buitenlandse investeringen in België te bevorderen Hoofdtaken: Diepgaande kennis ontwikkelen van het economisch weefsel en haar behoeften Een duurzame relatie ontwikkelen tussen de verschillende partijen in het economisch weefsel en de FOD Financiën Zich door de verschillende economische partijen laten informeren en hen op de hoogte stellen De FOD Financiën adviseren zodat haar evolutie in lijn ligt met de economische evoluties Nationale en buitenlandse investeringen promoten Generieke competenties: I.5. T.5. L.1. IR.7. PF.6.

57 Extern Correspondent Correspondant Externe
Doel en bestaansreden: Vertegenwoordigen van de (entiteit van de) FOD Financiën ten aanzien van andere entiteiten of instanties binnen en buiten de federale overheid, teneinde een standpunt uiteen te zetten en te verdedigen Hoofdtaken: Analyseren van dossier en innemen van standpunt Opstellen van rapporten en/of protocol, aangeven van prioriteiten Uiteenzetten, verdedigen en onderhandelen van standpunt Fungeren als direct aanspreekpunt voor allerhande vragen Opbouwen van relaties intern en extern de FOD Financiën Generieke competenties: I.5. T.4. L.1. IR.6. PF.7.

58 Gegevensanalist Analyste de données
Doel en bestaansreden: Analyseren van grote hoeveelheden geïnformatiseerde gegevens teneinde tendensen te identificeren en conclusies te trekken Hoofdtaken: Identificeren van een geschikte aanpak/methodologie voor het uitvoeren van de analyse Analyseren van grote hoeveelheden geïnformatiseerde gegevens Identificeren van grote lijnen, doelgroepen en trends op basis van de analyse Generieke competenties: I.4. T.3. L.1. IR.3. PF.5.

59 Junior Gegevensbeheerder Gestionnaire de données Junior
Doel en bestaansreden: Beheren van de basisgegevens van een dossier aan de hand van vastgelegde procedures en contacten met de burger en/of interne klant, teneinde het dossierbeheer binnen FOD Financiën maximaal te ondersteunen Hoofdtaken: Invoeren van eenvoudige gegevens / eenvoudig dossier aanmaken Nazicht van gegevens en (her)oriëntatie van dossier door keuze uit een aantal vaste procedures; opvolgen van geautomatiseerde taken Eenvoudige opzoekingen en/of berekeningen uitvoeren en opstellen van eenvoudige documenten of attesten Melden van ontvangst of beslissing aan burger en/of interne klant, opvragen van ontbrekende gegevens Informatie uitwisselen met medewerkers Generieke competenties: I.2. T.2. L.1. IR.2. PF.3.

60 Gegevensbeheerder Gestionnaire de données
Doel en bestaansreden: Beheren van de basisgegevens van een dossier aan de hand van vastgelegde procedures, eerste analyses en eventuele contacten met de burger en/of interne klant, teneinde het dossierbeheer binnen FOD Financiën maximaal te ondersteunen Hoofdtaken: Invoeren van meer complexe gegevens / meer complex dossier aanmaken Eerste analyse van gegevens en (her)oriëntatie van dossier Opzoekingen en/of berekeningen uitvoeren en opstellen van documenten of attesten Melden van ontvangst of beslissing aan burger en/of interne klant, opvragen van ontbrekende gegevens Informatie uitwisselen met aangewezen personen Generieke competenties: I.3. T.2. L.1. IR.4. PF.3.

61 Senior Gegevensbeheerder Gestionnaire de données Senior
Doel en bestaansreden: Beheren van de basisgegevens van een dossier aan de hand van vastgelegde procedures, analyses en contacten met de burger en/of interne klant, en ondersteunen van minder ervaren gegevensbeheerders, teneinde het dossierbeheer binnen FOD Financiën maximaal te ondersteunen Hoofdtaken: Invoeren van complexe gegevens / complex dossier aanmaken Grondig analyse van gegevens en (her)oriëntatie van dossier Opzoekingen en/of berekeningen uitvoeren en opstellen van documenten of attesten Melden van ontvangst of beslissing aan burger en/of interne klant, opvragen van ontbrekende gegevens Burger en/of interne klant te woord staan in direct contact of via telefoon - Informatie-uitwisseling met aangewezen personen Generieke competenties: I.3. T.3. L.2. IR.4. PF.4.

62 Doel en bestaansreden:
Gegevensbeheerder Belastingplichtige Gestionnaire de données Contribuable Doel en bestaansreden: Centraliseren van al dan niet fiscale geïnformatiseerde gegevens, teneinde over alle relevante informatie te beschikken voor verdere analyse Hoofdtaken: Identificeren en verzamelen van relevante gegevens in functie van de gekozen analysemethodologie Onderhouden van relaties en voeren van besprekingen met het oog op het verkrijgen van externe gegevens Omschrijving inhoud en scope van RFP's voor externe verwerving van gegevens Opzetten database voor dataclassificatie en datavoorbereiding Generieke competenties: I.4. T.3. L.1. IR.2. PF.4.

63 Junior Informatie-ambtenaar Fonctionnaire d'information Junior
Doel en bestaansreden: Beantwoorden van vragen die binnenkomen via (elektronische) post op basis van vooropgestelde antwoordscripts en procedures en doorspelen naar de tweede lijn indien geen gepast antwoord kan worden geformuleerd, teneinde de klantentevredenheid te optimaliseren Hoofdtaken: Verwerken van binnenkomende brieven/ s met vragen van burgers Verstrekken van basisinformatie, procedures en timing op basis van een antwoordscript, meedelen van de status van een dossier Opvragen van de noodzakelijke gegevens van de burger om de vraag te kunnen behandelen Doorspelen van de vraag aan de aangewezen persoon via het meest geëigende kanaal Generieke competenties: I.2. T.2. L.1. IR.4. PF.3.

64 Informatie-ambtenaar Fonctionnaire d'information
Doel en bestaansreden: Beantwoorden van vragen per telefoon of via rechtstreeks contact, op basis van vooropgestelde antwoordscripts en procedures, en doorverwijzen naar de tweede lijn indien geen gepast antwoord kan geformuleerd worden, teneinde de klantentevredenheid te optimaliseren Hoofdtaken: Verzorgen van het eerste telefonisch of direct contact met de burger en/of interne klant Verstrekken van basisinformatie, procedures en timing op basis van eigenkennis of een antwoordscript, meedelen van de status van een dossier, rekeningstand Pro-actief opvragen van de noodzakelijke gegevens van de burger en/of interne klant om de vraag/gerelateerde vragen te kunnen behandelen, openen van dossier en updaten van gegevens Doorspelen van de vraag aan de aangewezen persoon via het meest geëigende kanaal Generieke competenties: I.2. T.3. L.1. IR.4. PF.5.

65 Senior Informatie-ambtenaar Fonctionnaire d'information Senior
Doel en bestaansreden: Beantwoorden van vragen en leveren van bijstand aan burgers, ondernemingen en/of interne klant, eventueel in samenspraak met de backoffice en anderen ondersteunen, teneinde de klantentevredenheid te optimaliseren Hoofdtaken: Verstrekken van antwoord op geformuleerde vraag, gebaseerd op eigen ervaring of eventueel door het opzoeken van informatie of zich verder te informeren Doorspelen van de vraag aan de aangewezen persoon via het meest geëigende kanaal, indien de vraag niet kan worden beantwoord De burger en/of interne klant pro-actief contacteren en bijstaan Generieke competenties: I.3. T.3. L.2. IR.4. PF.5.

66 Inlichtingenanalist Analyste d'Informations
Doel en bestaansreden: Filteren van binnenkomende informatie door bevoegdheids- en relevantieanalyse en de informatie naar de juiste personen doorspelen teneinde de efficiënte werking van de entiteit in lijn met het beleid te garanderen Hoofdtaken: Bijeenbrengen en analyseren van binnenkomende informatie Nagaan van verbanden met andere zaken/dossiers Analyseren van bevoegdheid en aangeven van benodigde acties / benodigd gevolg dat aan de informatie moet worden gegeven Generieke competenties: I.4. T.3. L.1. IR.4. PF.4.

67 Junior Inspecteur Inspecteur Junior
Doel en bestaansreden: Gericht controleren van eenvoudige dossiers en anderen ondersteunen, teneinde het naleven en correct toepassen van de wetgeving, reglementen en procedures door de belastingplichtige te garanderen Hoofdtaken: Bepalen van de aanpak van controle en nodige acties voor eenvoudige opdrachten Doorvoeren van controle activiteiten Interageren met burgers en/of interne klanten en informatieverschaffers Nemen van beslissing, eventueel in samenspraak met (senior) inspecteurs en opmaken van verslag / documenten Doorgeven van beslissingen aan gelinkte activiteiten, processen en services Generieke competenties: I.3. T.3. L.2. IR.4. PF.4.

68 Inspecteur Inspecteur
Doel en bestaansreden: Gericht controleren van dossiers en anderen ondersteunen, teneinde het naleven en correct toepassen van de wetgeving, reglementen en procedures door de belastingplichtige en/of interne klant te garanderen Hoofdtaken: Bepalen van aanpak van controle en nodige acties voor minder eenvoudige opdrachten Doorvoeren van controle activiteiten Interageren met burgers en/of interne klanten en informatieverschaffers Nemen van beslissing en opmaken van verslag / documenten Doorgeven van beslissingen aan gelinkte activiteiten, processen en diensten Generieke competenties: I.4. T.4. L.2. IR.4. PF.6.

69 Senior Inspecteur Inspecteur Senior
Doel en bestaansreden: Gericht controleren van complexe dossiers en anderen ondersteunen, teneinde het naleven en correct toepassen van de wetgeving, reglementen en procedures door de belastingplichtige en/of interne klant te garanderen Hoofdtaken: Bepalen van aanpak van controle en nodige acties voor complexe opdrachten Doorvoeren van controle activiteiten Interageren met burgers en/of interne klanten en informatieverschaffers Nemen van beslissing en opmaken van verslag / documenten, doorgeven van beslissingen aan gelinkte activiteiten, processen en diensten Doorgeven van beslissingen aan gelinkte activiteiten, processen en diensten Generieke competenties: I.4. T.5. L.3. IR.6. PF.6.

70 Intern Correspondent Correspondant Interne
Doel en bestaansreden: Verzekeren van gerichte informatie-uitwisseling tussen risicobeheer en de entiteit teneinde beiden in staat te stellen de juiste prioriteiten en accenten te leggen en doeltreffende acties te ondernemen Hoofdtaken: Ontvangen van de aanvragen voor opsporingen vanuit van opdrachtgevende entiteiten/Risicobeheer Vertalen van de aanvraag in interne richtlijnen voor de teams die zullen zorgen voor de uitvoering ervan Analyseren en interpreteren van de resultaten Overleg plegen over de resultaten met de opdrachtgever om te zien of ze beantwoorden aan zijn verwachtingen Generieke competenties: I.4. T.5. L.1. IR.5. PF.7.

71 Junior Jurisconsulent Juris Consultant Junior
Doel en bestaansreden: Ontwerpen van wettelijke en reglementaire teksten, commentaren en richtlijnen, en ondersteunen van anderen, teneinde de uitvoering van het beleid te garanderen Hoofdtaken: Ontwerpen van wetteksten, commentaren en werkmethodes vertrekkende van krachtlijnennota/analyseverslag Opstellen van te communiceren informatie en communicatieplan Uitwerken van een voorstel voor een opdracht door studie en analyse, adviesinwinning bij experten en kennisgroepen, ... Implementeren en bijsturen van voorstel Generieke competenties: I.5. T.3. L.1. IR.4. PF.6.

72 Jurisconsulent Juris Consultant
Doel en bestaansreden: Ontwerpen van complexe wettelijke en reglementaire teksten, commentaren en richtlijnen, en aansturen van anderen, teneinde de uitvoering van het beleid te garanderen Hoofdtaken: Ontwerpen van complexe wetteksten, commentaren en werkmethodes vertrekkende van krachtlijnennota/analyseverslag Opstellen van te communiceren informatie en communicatieplan Uitwerken van een voorstel voor een opdracht door studie en analyse, adviesinwinning bij experten en kennisgroepen, ... Implementeren en bijsturen van voorstel Uiteenzetten, verdedigen en onderhandelen van standpunt Generieke competenties: I.6. T.4. L.2. IR.5. PF.6.

73 Senior Jurisconsulent Juris Consultant Senior
Doel en bestaansreden: Ontwerpen van complexe wettelijke en reglementaire teksten, commentaren en richtlijnen, onderhandelen op regionaal en internationaal niveau en aansturen van anderen, teneinde de uitvoering van het interregionaal, nationaal en supranationaal beleid te garanderen Hoofdtaken: Ontwerpen van complexe wetteksten, commentaren en werkmethodes vertrekkende van krachtlijnennota/analyseverslag Opstellen van te communiceren informatie en communicatieplan Uitwerken van een voorstel voor een opdracht door studie en analyse, adviesinwinning bij experten en kennisgroepen, ... Implementeren en bijsturen van voorstel Uiteenzetten, verdedigen en onderhandelen van standpunt, zowel op interregionaal als op supranationaal niveau Generieke competenties: I.6. T.4. L.2. IR.6. PF.7.

74 Junior Onderzoeker Enquêteur Junior
Doel en bestaansreden: Verzamelen, opsporen en verifiëren van informatie, en hieromtrent communiceren teneinde over alle nodige gegevens voor de behandeling van een dossier te beschikken Hoofdtaken: Digitale en materiële gegevens op vraag opzoeken en verifiëren Wettelijke inbreuken nagaan Informatie uitwisselen met aangewezen personen Opmaken van verslag Generieke competenties: I.2. T.1. L.1. IR.2. PF.5.

75 Onderzoeker Enquêteur
Doel en bestaansreden: Verzamelen en opsporen van informatie, de resultaten analyseren, hieromtrent communiceren, en minder ervaren onderzoekers ondersteunen, teneinde over alle nodige gegevens voor de behandeling van een dossier te beschikken Hoofdtaken: Digitale en materiële gegevens op vraag opzoeken en verifiëren Afnemen van standaard interview/verhoren Analyseren gegevens en opstellen verslag Wettelijke inbreuken nagaan Informatie uitwisselen met aangewezen personen Generieke competenties: I.3. T.3. L.2. IR.3. PF.5.

76 Senior Onderzoeker Enquêteur Senior
Doel en bestaansreden: Verzamelen en opsporen van informatie, de resultaten analyseren, hieromtrent communiceren, en minder ervaren onderzoekers aansturen, teneinde over alle nodige gegevens voor de behandeling van een dossier te beschikken Hoofdtaken: Specifieke digitale en materiële gegevens opzoeken en verifiëren Afnemen van interview/verhoren Analyseren gegevens en opstellen verslag Wettelijke inbreuken nagaan Informatie uitwisselen met aangewezen personen en adviseren van inspecteurs Generieke competenties: I.3. T.3. L.3. IR.3. PF.5.

77 Junior Projectbeheerder Gestionnaire de projet Junior
Doel en bestaansreden: Beheren van een project/opdracht en anderen aansturen, teneinde de doelstellingen kwaliteitsvol te realiseren Hoofdtaken: Bepalen van de aanpak en plannen van een unidisciplinair project Inschakelen en begeleiden van medewerkers voor bepaalde opdrachten Interageren met andere projectbeheerders en betrokken instanties Generieke competenties: I.4. T.5. L.3. IR.4. PF.6.

78 Projectbeheerder Gestionnaire de projet
Doel en bestaansreden: Beheren van een complex project/opdracht en anderen coachen, teneinde de doelstellingen kwaliteitsvol te realiseren Hoofdtaken: Bepalen van de aanpak en beheren van een multidisciplinair project/opdracht inzake timing, middelen en resultaten Vernieuwende en creatieve ideeën aanreiken door integratie van informatie uit verschillende domeinen Begeleiden en coachen van een team van medewerkers binnen het project Interageren met andere projectbeheerders en betrokken instanties Generieke competenties: I.5. T.6. L.4. IR.5. PF.6.

79 Senior Projectbeheerder Gestionnaire de projet Senior
Doel en bestaansreden: Beheren van een multidisciplinair project/opdracht en teambuilding bevorderen, teneinde de doelstellingen kwaliteitsvol te realiseren Hoofdtaken: Prioritiseren, plannen, toewijzen en coördineren van verschillende multidisciplinaire projecten/opdrachten over verschillende controleurs /analisten /jurisconsulenten /projectbeheerders Creatieve ideeën en nieuwe concepten aanreiken door integratie van informatie uit verschillende domeinen Beheren van projecten/opdrachten inzake timing, middelen en resultaten Opvolgen van projecten/opdrachten, verstrekken van inhoudelijk advies en nemen van belangrijke beslissingen Interageren met andere projectbeheerders en betrokken instanties Generieke competenties: I.6. T.6. L.4. IR.6. PF.7.

80 Sectorcoördinator Coordinateur de Secteurs
Doel en bestaansreden: Uitbouwen van een relatie met een (groep van) onderneming(en) in een specifieke sector en hen informeren inzake fiscale rechten en plichten teneinde de risico's voor zowel de onderneming als de FOD Financiën te minimaliseren en de juridische zekerheid te verhogen Hoofdtaken: Fungeren als uniek contactpunt voor een groep ondernemingen, en met hen een lange termijnrelatie opbouwen om de contacten met de FOD Financiën te optimaliseren Opbouwen van een grondige kennis over de onderneming, de werking ervan en de sector waarin deze zich bevindt, om de dienstverleningsbehoeften te kunnen evalueren, prioritiseren en opvolgen en de fiscale ontwikkeling te kunnen opvolgen De rechtszekerheid van de onderneming verhogen, enerzijds door het sluiten en opvolgen van voorakkoorden, en anderzijds door het op de hoogte brengen van fiscale rechten/verplichtingen Delen van sectorkennis met de verantwoordelijken voor het bepalen van risicoprofielen Deelnemen aan het proces Integratie in de economische keten Generieke competenties: I.4. T.4. L.1. IR.7. PF.6.

81 Specialist Spécialiste
Doel en bestaansreden: Al dan niet pro-actief verstrekken van advies en fungeren als referentiepunt binnen het expertisedomein, teneinde bij te dragen tot een efficiënte en geoptimaliseerde werking van de FOD Financiën Hoofdtaken: Geven van deskundig advies op vraag (ad hoc) Bijsturen van voorstel opgemaakt door dossierbeheerder/controleur/analist Opmaken van conclusies en innemen van standpunt na raadpleging specifiek dossier en informanten Generieke competenties: I.5. T.4. L.1. IR.5. PF.6.

82 Starterscoördinator Coordinateur Nouvelles Entreprises
Doel en bestaansreden: Pro-actief informeren van nieuwe ondernemingen en ondernemingen waar nieuwe economische activiteiten worden opgezet, inzake fiscale rechten en verplichtingen, teneinde de gepaste vergunningen af te leveren Hoofdtaken: Opbouwen en onderhouden van een relatie met potentiële / individuele vergunningsklanten De klant/onderneming op de hoogte brengen van fiscale rechten en verplichtingen Identificeren van de belangen en behoeften van de onderneming, naast de zekerheden die de onderneming kan bieden inzake het naleven van zijn verplichtingen ten aanzien van de overheid Bewaken van het gebruik en toepassing van de vergunningen door individuele ondernemingen Innoveren van vergunningen en samenwerkingsverbanden tussen vergunningsklant en overheid Generieke competenties: I.4. T.4. L.1. IR.5. PF.6.

83 Technisch medewerker Collaborateur Technique
Doel en bestaansreden: Uitvoeren van een specifiek technische taak, teneinde de processen maximaal te ondersteunen Hoofdtaken: Uitvoeren van een specifiek technisch opdracht Generieke competenties: I.1. T.1. L.1. IR.2. PF.2.

84 Technisch deskundige Spécialiste Technique
Doel en bestaansreden: Uitvoeren van een specifiek technische taak, en anderen ondersteunen, teneinde de processen maximaal te ondersteunen Hoofdtaken: Analyseren van de opdracht Toepassen van specifieke technieken die beantwoorden aan de opdracht Generieke competenties: I.3. T.3. L.2. IR.3. PF.4.

85 Toezichtambtenaar Fonctionnaire de la surveillance
Doel en bestaansreden: Controleren, opvolgen en rapporteren van de uitgevoerde of uit te voeren invorderingswerkzaamheden en anderen aansturen, teneinde deze werkzaamheden optimaal te laten verlopen, te remediëren waar nodig, en schade voor de Schatkist te voorkomen Hoofdtaken: Controle uitoefenen op het beheer van de rekenplichtigen volgens de vastgestelde modaliteiten Controleren van de overeenstemming tussen de beheersrekening en de boekhoudgegevens, met inbegrip van de vastgestelde rechten, alsook de kastoestand van de rekenplichtige Nazien van het beheer van de rekenplichtige bij tijdelijke of definitieve stopzetting en bij vaststelling van een tekort Verlenen van certificaten Aanduiden van vervangende rekenplichtigen Generieke competenties: I.4. T.5. L.3. IR.6. PF.7.

86 Doel en bestaansreden:
Vertaler Traducteur Doel en bestaansreden: Vertalen van (niet-)fiscaal-technische teksten in een andere taal, teneinde over de oorspronkelijke tekst met al zijn nuances in de andere taal te kunnen beschikken Hoofdtaken: Vertalen van technisch specifieke teksten, wetgevingen, reglementen, mededelingen,… Generieke competenties: I.3. T.2. L.1. IR.4. PF.6.

87 Teamchef Chef d’équipe
Doel en bestaansreden: Bepalen van de doelstellingen van het team in lijn met het beleid, de eindverantwoordelijkheid hiervoor nemen en het team operationeel leiden in functie hiervan, teneinde de doelstellingen van het team op effectieve en efficiënte wijze en met respect voor de medewerkers te realiseren Hoofdtaken: Bepalen van de doelstellingen en prioriteiten van het team en verantwoordelijkheid hiervoor opnemen Bijsturen van de prioriteiten indien dit in praktijk nodig blijkt Initiëren, sturen, organiseren, plannen, verdelen, coördineren van het werk, kwalitatief en kwantitatief opvolgen van het werk van het team (operationeel) Aansturen, opvolgen en evalueren van de medewerkers Onderhouden van interne en externe contacten, noodzakelijk voor de vlotte werking van het team Generieke competenties: I.4. T.5. L.5/6* IR.6. PF.7. * Het niveau van ‘leidinggeven’ is afhankelijk van de Span of Control van het team. De span of control geeft het aantal operationele medewerkers aan dat door een teamchef kan worden aangestuurd. Ze wordt bepaald door de specificiteiten van het team (diversiteit en complexiteit van de activiteiten, geografische verspreiding, nood aan coördinatie en afstemming, planning en sturing en coaching van de medewerkers)

88 Afdelingshoofd Chef de division
Doel en bestaansreden: Bepalen van de doelstellingen van de afdeling in lijn met het beleid, de eindverantwoordelijkheid hiervoor nemen en de afdeling operationeel leiden in functie hiervan teneinde de doelstellingen van de afdeling op effectieve en efficiënte wijze en met respect voor de medewerkers te realiseren Hoofdtaken: Bepalen van de doelstellingen en prioriteiten binnen de afdeling en de verantwoordelijkheid hiervoor opnemen Bijsturen van deze doelstellingen en prioriteiten op basis van vernieuwende, originele ideeën Initiëren, sturen, organiseren, plannen, verdelen, coördineren van het werk, kwalitatief en kwantitatief opvolgen van het werk van de afdeling Aansturen, opvolgen en evalueren van teamchefs en eventueel medewerkers Onderhouden van interne en externe contacten, nodig voor de vlotte werking van en voortdurende vernieuwing binnen de afdeling Generieke competenties: I.5. T.6. L.6. IR.7. PF.7.

89 Teamchef Stafdienst Chef d’équipe Staff
Doel en bestaansreden: Bepalen van de doelstellingen van het team van de stafdienst in lijn met het beleid, de eindverantwoordelijkheid hiervoor nemen en de medewerkers leiden in functie hiervan, teneinde de doelstellingen op effectieve en efficiënte wijze en met respect voor de medewerkers te realiseren Hoofdtaken: Bepalen van de doelstellingen en prioriteiten van de entiteit en de verantwoordelijkheid hiervoor opnemen Bijsturen van de prioriteiten op basis van vernieuwende, originele ideeën Initiëren, sturen, organiseren, plannen, verdelen, coördineren van het werk, kwalitatief en kwantitatief opvolgen van het werk van de entiteit Aansturen, opvolgen en evalueren van de medewerkers Onderhouden van interne en externe contacten, nodig voor de vlotte werking van het team Generieke competenties: I.5. T.5. L.5/6* IR.6. PF.7. * Het niveau van ‘leidinggeven’ is afhankelijk van de Span of Control van het team. De span of control geeft het aantal operationele medewerkers aan dat door een teamchef kan worden aangestuurd. Ze wordt bepaald door de specificiteiten van het team (diversiteit en complexiteit van de activiteiten, geografische verspreiding, nood aan coördinatie en afstemming, planning en sturing en coaching van de medewerkers)

90 Afdelingshoofd Stafdienst Chef de division Staff
Doel en bestaansreden: Bepalen van de doelstellingen van de afdeling in de stafdienst in lijn met het beleid, hiervoor de eindverantwoordelijkheid nemen en de afdeling van de stafdienst leiden in functie hiervan, teneinde de doelstellingen op effectieve en efficiënte wijze en met respect voor de medewerkers te realiseren Hoofdtaken: Bepalen van de doelstellingen en prioriteiten van de entiteit en de verantwoordelijkheid hiervoor opnemen Bijsturen van deze doelstellingen en prioriteiten op basis van vernieuwende, originele ideeën en de uitwerking van nieuwe concepten Initiëren, sturen, organiseren, plannen, verdelen, coördineren van het werk, kwalitatief en kwantitatief opvolgen van het werk van de afdeling in de stafdienst Aansturen, opvolgen en evalueren van teamchefs stafdienst en eventueel medewerkers Onderhouden van interne en externe contacten, nodig voor de vlotte werking van en voortdurende vernieuwing binnen de afdeling en het behouden van een overzicht van de context waarin de afdeling zich bevindt Generieke competenties: I.6. T.6. L.6. IR.6. PF.7.

91 Directeur Stafdienst Directeur Staff
Doel en bestaansreden: Bepalen van de doelstellingen van de stafdienst in functie van de beleidsprioriteiten van de FOD Financiën in een breed politiek en maatschappelijk kader, de eindverantwoordelijkheid hiervoor nemen en de stafdienst in functie hiervan leiden, teneinde de doelstellingen op effectieve en efficiënte wijze en met respect voor de medewerkers te realiseren Hoofdtaken: Bepalen van de doelstellingen en prioriteiten binnen de stafdienst, op basis van een brede kijk over de federale overheid heen, en hiervoor verantwoordelijkheid opnemen Vertalen van de parameters binnen politiek en maatschappij naar een optimalisatie van de processen binnen de stafdienst Initiëren, sturen, organiseren, plannen, verdelen, coördineren van het werk, kwalitatief en kwantitatief opvolgen van het werk van de stafdienst Aansturen, opvolgen en evalueren van afdelingshoofden stafdienst en eventueel teamchefs stafdienst of medewerkers Onderhouden van interne en externe contacten, nodig voor het behouden van een kijk op de visie van de organisatie en de plaats van de organisatie in een brede politieke en maatschappelijke context Generieke competenties: I.7. T.7. L.6. IR.7. PF.7.

92 Functiefiches – Coperfin 2

93 Financieel Adviseur Conseiller Financier
Doel en bestaansreden: Aansturen van financiële processen en procedures en anderen ondersteunen teneinde de correcte, tijdige en klantgerichte uitvoering van de financiële verrichtingen te waarborgen Hoofdtaken: Bepalen van aanpak en opvolgen van processen en procedures Initialiseren van bijsturingen en proces/procedureverbeteringen Interageren met gelinkte diensten en informatieverschaffers Nemen van beslissing en opmaken van verslag / documenten Opmaken, finaliseren en analyseren van dossiers teneinde advies te kunnen verstrekken Aansturen, opvolgen en evalueren van de medewerkers Generieke competenties: I.4. T.4. L.3. IR.5. PF.6.

94 Senior Financieel Adviseur Conseiller Financier Senior
Doel en bestaansreden: Aansturen van complexe financiële processen en procedures en anderen ondersteunen teneinde de correcte, tijdige en klantgerichte uitvoering van de financiële verrichtingen te waarborgen Hoofdtaken: Bepalen van aanpak en opvolgen van complexe processen en procedures Initialiseren van bijsturingen en proces/procedureverbeteringen Interageren met gelinkte diensten en informatieverschaffers Nemen van beslissing en opmaken van verslag / documenten Opmaken, finaliseren en analyseren van complexe dossiers teneinde advies te kunnen verstrekken Aansturen, opvolgen en evalueren van de medewerkers Generieke competenties: I.5. T.5. L.3. IR.5. PF.6.

95 Rekenplichtige Thesaurie Comptable Trésorerie
Doel en bestaansreden: De rekenplichtige is, naar gelang het geval, belast met de centralisatie en het doen uitvoeren van alle federale betaalopdrachten of met de behandeling van de sommen die niet of niet onmiddellijk aan de oorspronkelijk rechthebbenden kunnen of mogen worden uitbetaald Hoofdtaken: Registreren van betaalopdrachten, in ontvangst nemen van sommen Overleggen met het kasbeheer en bepalen van de betalingsprovisie Geven van de betaalopdrachten Behandelen van het administratief en juridisch contentieux inzake betalingen Informeren van de opdrachtgevers, de rechthebbenden en de begunstigden Begeleiden en sturen van de medewerkers Generieke competenties: I.4. T.5. L.2. IR.6. PF.7.

96 Doel en bestaansreden:
Rekenplichtige (uitgezonderd Thesaurie) Comptable (à l’exception de Trésorerie) Doel en bestaansreden: De rekenplichtige is, naargelang van het geval, belast met de invordering, de inning en de teruggave van de vastgestelde rechten, de terugvordering van onverschuldigd betaalde sommen en de teruggave van onverschuldigd geïnde ontvangsten, de inning van de contante rechten, de betaling van overheidsuitgaven, de bewaring van overheidsgelden en -waarden, evenals met elke verrichting met andere rekenplichtigen Hoofdtaken: Nemen van de nodige initiatieven voor de inning en invordering van de vastgestelde rechten Innen en boeken van de contante rechten Zorgen voor de uitvoering van de terugbetalingen Controle uitoefenen op de geboekte verrichtingen Toezicht uitoefenen op de medewerkers Generieke competenties: I.4. T.5. L.2. IR.6. PF.7.

97 Reglementair Bemiddelaar Conciliateur réglementaire
Doel en bestaansreden: Het nemen van definitieve beslissingen over klachten, verzoekschriften, tussenkomsten, enz. van belastingplichtigen of van derden inzake de inning of de invordering, met het oog op de definitieve afhandeling op administratief vlak van de geschillen, rekening houdende met alle wettelijke bepalingen en de rechten van de partijen Hoofdtaken: Nemen van definitieve beslissing over geschillen in de administratieve fase Behandelen van dossiers met betrekking tot de aansprakelijkheid van rekenplichtigen Toelating verlenen voor het neerleggen van klacht voor fiscale misdrijven Beogen van de behandelde dossiers van de teams administratieve en juridische zaken Generieke competenties: I.5. T.6. L.2. IR.7. PF.7.

98 Onthaalbeambte Fonctionnaire d’accueil
Doel en bestaansreden: Verzekeren van een positieve, klantvriendelijke uitstraling van de FOD. Instaan voor een efficiënte en professionele ontvangst van de klant en deze in contact brengen met de meest geschikte medewerker van de FOD. Zorgen voor een efficiënte sortering van de post over de verschillende diensten heen. Optimaal beheren van het gebruik van de vergaderzalen. Hoofdtaken: Verzorgen van het eerste telefonisch of direct contact met de burger en verstrekken van beperkte basisinformatie (op basis van een beknopt script, FAQ) Doorspelen van de vraag aan de aangewezen persoon via het meest geëigende kanaal, indien de vraag niet kan worden beantwoord Verzekeren van de beveiliging van het gebouw bij het verlenen van toegang tot het gebouw aan een bezoeker Sorteren van binnenkomende post, mail, algemene fax… zodat deze zo snel mogelijk bij de geschiktste persoon terecht komt en verzamelen van de uitgaande post Beheren van de reservaties en het gebruik van de vergaderzalen in het gebouw Generieke competenties: I.2. T.2. L.1. IR.3. PF.5.

99 Plan-deskundige Expert-plan
Doel en bestaansreden: Opstellen van een middellange termijnplanning, uitwerken van een plan van aanpak en ondersteunen van de medewerkers, teneinde een optimale toegevoegde waarde te genereren Hoofdtaken: Opstellen van een plan op korte en middellange termijn in het kader van de opgestelde strategische principes Zelfstandig bepalen van aanpak van een complex project/studieonderwerp/opdracht en nodige acties Implementatie opvolgen en bijsturen Generieke competenties: I.5. T.5. L.3. IR.5. PF.7.

100 Sociaal overleg adviseur Conseiller en concertation sociale
Doel en bestaansreden: Beheren van de relaties inzake sociaal overleg, teneinde de doelstellingen van de organisatie op effectieve en efficiënte wijze en met respect voor de medewerkers te realiseren en sociale vrede te verzekeren Hoofdtaken: Voorbereiden en coördineren van sociaal overleg Opmaken van conclusies en innemen van standpunt na raadpleging specifiek dossier en informanten Uiteenzetten, verdedigen en onderhandelen van standpunt Feedback en nazorg inzake sociaal overleg Onderhouden van interne en externe contacten, nodig voor het behouden van een kijk op de visie van de organisatie en de plaats van de organisatie in een brede politieke en maatschappelijke context Generieke competenties: I.5. T.4. L.3. IR.6. PF.7.

101 Kennisbeheerder Gestionnaire de connaissances
Doel en bestaansreden: Al dan niet pro-actief stimuleren en beantwoorden van kennisbehoeften binnen de organisatie en fungeren als referentiepunt voor kennisbeheer, teneinde bij te dragen tot een efficiënte en effectieve werking van de FOD Financiën Hoofdtaken: Stimuleren, identificeren en inventariseren van kennisbehoeften Opstellen van actieplannen voor de invulling van kennisbehoeften Vernieuwende en creatieve ideeën aanreiken door integratie van informatie uit verschillende domeinen Pro-actief interageren met burgers en/of interne klanten, informatieverschaffers en een relatie opbouwen Coördineren van de verspreiding en kapitalisatie van de kennis Generieke competenties: I.5. T.5. L.3. IR.4. PF.6.

102 Doel en bestaansreden:
Opleider Formateur Doel en bestaansreden: Ontwikkelen, uitvoeren en ondersteunen van jobgerichte opleidingen in verschillende opleidingsvormen (o.a. e-Learning), teneinde bij te dragen tot een efficiënte en effectieve werking van de FOD Financiën en een optimale toegevoegde waarde te genereren Hoofdtaken: Ontwikkelen en testen van opleidingen Voorbereiden, uitvoeren, ondersteunen en evalueren van opleidingen Geven van deskundig advies op vraag (ad hoc) Generieke competenties: I.4. T.3. L.2. IR.5. PF.6.

103 Senior Economisch Consulent Consultant Economique Senior
Doel en bestaansreden: Multidisciplinair analyseren van de economische impact van algemene of specifieke beleidsproblemen die rechtstreeks of onrechtstreeks de FOD Financiën aanbelangen, zowel op intern, nationaal als internationaal vlak. Het verwerken van beleidsproblemen tot verslagen, studies en beleidsalternatieven. Aansturen en leiden van werkgroepen om deze studies mogelijk te maken en of door de FOD Financiën genomen beleidsopties uit te voeren. Zelfstandig vertegenwoordigen van de FOD in nationale en internationale fora. Hoofdtaken: Pro-actief inventariseren van de behoeften in functie van de uit te voeren studies Contacten onderhouden met de opdrachtgevers en opzetten en onderhouden van netwerken van experten binnen en buiten de FOD Evalueren van bruikbaarheid en deugdelijkheid van data in functie van adviezen en verslagen Opstellen van complexe adviezen en verslagen Presenteren en/of verdedigen van de gemaakte adviezen en verslagen en aansturen van werkgroepen Generieke competenties: I.6. T.4. L.3. IR.6. PF.7.

104 Economisch Consulent Consultant Economique
Doel en bestaansreden: Multidisciplinair analyseren van de economische impact van algemene of specifieke beleidsproblemen die rechtstreeks of onrechtstreeks de FOD Financiën aanbelangen. Dit zowel op intern, nationaal als internationaal vlak. Verwerken van beleidsproblemen tot verslagen, studies en beleidsalternatieven. Vertegenwoordigen van de FOD in nationale en internationale fora. Hoofdtaken: Pro-actief inventariseren van de behoeften in functie van de uit te voeren studies Contacten onderhouden met de opdrachtgevers en actief deelnemen aan netwerken van experten binnen en buiten de FOD Evalueren van bruikbaarheid en deugdelijkheid van data in functie van adviezen en verslagen Opstellen van adviezen en verslagen Presenteren en/of verdedigen van de gemaakte adviezen en verslagen Generieke competenties: I.6. T.4. L.2. IR.5. PF.6.

105 PMO-consultant Consultant PMO
Doel en bestaansreden: Opvolgen, begeleiden en ondersteunen van een programma of een project als ook het sturen en ondersteunen van de personen die een tijdelijke opdracht uitoefenen Hoofdtaken: Verstrekken van antwoord op geformuleerde vraag, gebaseerd op eigen ervaring of eventueel door het opzoeken van informatie of zich verder te informeren Coördineren, begeleiden en adviseren van een programma of een (of meerdere) project(en) Coachen en ontwikkelen van personen die tijdelijke rollen opnemen: programmamanagers, projectleiders, -medewerkers, PMO-consultants Generieke competenties: I.4. T.3. L.2. IR.5. PF.6.

106 Senior PMO-consultant Consultant PMO Senior
Doel en bestaansreden: Opvolgen, begeleiden, ondersteunen en integreren van meerdere programma’s Hoofdtaken: Verstrekken van antwoord op geformuleerde vraag, gebaseerd op eigen ervaring of eventueel door het opzoeken van informatie of zich verder te informeren Coördineren, begeleiden en adviseren van meerdere programma's en dit kaderen binnen het globale veranderingstraject Opstellen van rapporten, uiteenzetten van een voorstel en geven van suggesties aan betrokkenen Coachen en ontwikkelen van programmamanagers als ook ad hoc coaching van de PMO-consultants Opbouwen van relaties met verschillende organisatieniveaus Generieke competenties: I.4. T.5. L.2. IR.6. PF.6.

107 Veranderingspromotor Promoteur de changement
Doel en bestaansreden: Opzetten en opvolgen van de “change management”activiteiten van de programma’s en projecten Hoofdtaken: Zelfstandig bepalen van de aanpak van een project/studieonderwerp/opdracht/analyse en nodige acties Vernieuwende en creatieve ideeën aanreiken door integratie van informatie uit verschillende domeinen Verstrekken van een antwoord op een geformuleerde vraag, gebaseerd op eigen ervaring of door het opzoeken van informatie of zich verder te informeren Opstellen van rapporten, uiteenzetten van een voorstel en geven van suggesties aan betrokkenen Consistentie bewaken van de veranderingscommunicatie Generieke competenties: I.5. T.5. L.2. IR.5. PF.6.

108 Account Manager Account Manager
Doel en bestaansreden: Fungeren als de ambassadeur van de stafdienst naar de business toe teneinde een vlotte communicatie en een efficiënte en effectieve samenwerking tussen de stafdienst en de business te verzekeren Hoofdtaken: Vertalen van de aanvraag in interne richtlijnen voor de teams die zullen zorgen voor de uitvoering ervan Creëren en onderhouden van OLA's en/of SLA's Beoordelen van opportuniteit van / nood aan creatie van nieuw dienstverleningsmodel of aanpassing aan bestaand dienstverleningsmodel Overleg plegen over de resultaten met de opdrachtgever om te zien of ze beantwoorden aan zijn verwachtingen Opbouwen van relaties intern en extern de FOD Financiën Generieke competenties: I.6. T.4. L.2. IR.7. PF.7.

109 Applicatie designer Designer d’Applications
Doel en bestaansreden: Vertalen van een functionele analyse naar een functioneel en technisch ontwerp van applicaties om te voorzien in de behoefte aan nieuwe of verbeterde applicaties teneinde de technische realisatie ervan efficiënter te laten verlopen Hoofdtaken: Opvolgen en ondersteuning bieden bij de uitwerking van het analysedossier Zelfstandig vertalen van analysedossier naar functioneel en technisch ontwerp Mee bepalen van het geïntegreerd ontwerp Ondersteuning bieden bij het uitschrijven van testplannen Analyseren van de impact van veranderingen op bestaand ontwerp Generieke competenties: I.5. T.5. L.2. IR.4. PF.6.

110 Infrastructuur Designer Designer d’Infrastructure
Doel en bestaansreden: Ontwerpen van een architectuur en definiëren van de technische infrastructuur om te voorzien in een behoefte aan nieuwe of verbeterde diensten teneinde de technische realisatie ervan efficiënter te laten verlopen Hoofdtaken: Opvolgen en ondersteuning bieden bij de uitwerking van het analysedossier Zelfstandig vertalen van impact van analysedossier op de ICT infrastructuur en bepalen van de technische vereisten Confronteren van applicatieve aspecten met infrastructurele aspecten en hieruit mee geïntegreerd ontwerpdossier bepalen Analyseren van impact van veranderingen op bestaand ontwerp Generieke competenties: I.5. T.5. L.2. IR.4. PF.6.

111 Systeembeheerder Gestionnaire de Systèmes
Doel en bestaansreden: Verzekeren dat de ICT-systemen steeds optimaal operationeel en voldoende performant zijn en garanderen van de continuïteit teneinde de feilloze werking van de ICT-systemen van de FOD Financiën steeds te kunnen waarborgen Hoofdtaken: Plannen en uitvoeren van routinematige werkzaamheden met betrekking tot infrastructuur en systemen en status communiceren naar de verschillende betrokken partijen Meewerken aan het uitrollen van nieuwe projecten Beheren van de ICT activa (software licenties, hardware en leasingcontracten) Oplossen van systeem- en infrastructuurgerelateerde problemen Generieke competenties: I.3. T.4. L.2. IR.4. PF.6.

112 Senior Systeembeheerder Gestionnaire de Systèmes Senior
Doel en bestaansreden: Verzekeren dat de ICT-systemen steeds optimaal operationeel en voldoende performant zijn, hierover bewustzijn creëren bij de gebruikers en garanderen van de continuïteit teneinde de feilloze werking van de ICT-systemen van de FOD Financiën steeds te kunnen waarborgen Hoofdtaken: Plannen en uitvoeren van complexe, routinematige werkzaamheden met betrekking tot infrastructuur en systemen en status communiceren naar de verschillende betrokken partijen Meewerken aan het uitrollen van nieuwe projecten Oplossen van complexe systeem- en infrastructuurgerelateerde problemen Creëren en onderhouden van OLA's en/of SLA’s Generieke competenties: I.4. T.5. L.2. IR.4. PF.6.

113 Programmeur Programmeur
Doel en bestaansreden: Vertalen van (delen van) ontwerp naar een concreet computerprogramma en zorgen voor documentatie teneinde de doeltreffendheid en efficiëntie te garanderen Hoofdtaken: Bouwen en documenteren van een nieuwe informaticaoplossing en/of integreren van packaged software Aanbrengen van wijzigingen en oplossen van bugs aan bestaande informaticatoepassingen Generieke competenties: I.3. T.3. L.1. IR.3. PF.5.

114 Senior Programmeur Programmeur Senior
Doel en bestaansreden: Vertalen van complexe (delen van) ontwerp naar een concreet computerprogramma en zorgen voor documentatie teneinde de doeltreffendheid en efficiëntie te garanderen Hoofdtaken: Bouwen en documenteren van een complexe, nieuwe informaticaoplossing en/of integreren van packaged software Aanbrengen van wijzigingen en oplossen van bugs aan bestaande complexe informaticatoepassingen Assisteren bij de creatie van scripts, back-up procedures, etc. Generieke competenties: I.4. T.4. L.2. IR.3. PF.5.

115 Senior Programmeur Infrastructuur Programmeur d’Infrastructure Senior
Doel en bestaansreden: Bouwen van infrastructuur-gerelateerde (complexe) systeemmodules en -routines ten behoeve van het beheer van een informatiesysteem en zorgen voor documentatie teneinde de doeltreffendheid en efficiëntie te garanderen Hoofdtaken: Analyseren van ontwerp en confronteren met bestaande infrastructuur Integreren van nieuwe infrastructuuronderdelen en verzorgen van documentatie Wijzigingen aan de bestaande infrastructuur aanbrengen alsook oplossen van complexe infrastrucuur-gerelateerde problemen en zorgen voor de nodige documentatie Generieke competenties: I.4. T.4. L.2. IR.3. PF.5.

116 Doel en bestaansreden:
Tester Testeur Doel en bestaansreden: Uitvoeren van de vooropgestelde testen met betrekking tot nieuwe en/of verbeterde applicaties teneinde hun goede werking te verzekeren Hoofdtaken: Plannen van de concrete testactiviteiten Uitvoeren van de voorgeschreven tests Rapporteren van de testresultaten Generieke competenties: I.3. T.2. L.1. IR.2. PF.4.

117 Communicatieadviseur Conseiller en communication
Doel en bestaansreden: Ontwikkelen en uitvoeren van een communicatie- of promotieactie, teneinde de informatieoverdracht naar de interne klant en/of burger optimaal te laten verlopen Hoofdtaken : Implementatie/bijsturing communicatie/promotie Generieke competenties: I.4. T.3. L.1. IR.4. PF.6.

118 Doel en bestaansreden:
Juridisch adviseur Doel en bestaansreden: Ontwerpen van/ begeleiden/ centraliseren/ coördineren van het opmaken van wettelijke en reglementaire teksten, onderhandelen met diverse instanties, teneinde de uitvoering van het beleid te garanderen Hoofdtaken: Ontwerpen van wettelijke en reglementaire teksten, vertrekkende van een beleidslijn / krachtlijnen-nota / analyseverslag / standpunt Inwinnen van advies bij gespecialiseerde instellingen, experten, kenniscentra, ... Opvolgen / bijsturen van voorstellen Uiteenzetten, verdedigen en onderhandelen van een standpunt Verstrekken van juridisch advies Generieke competenties: I.4. T.4. L.2. IR.5. PF.6.

119 Senior juridisch adviseur
Doel en bestaansreden: Ontwerpen van/ begeleiden/ centraliseren/ coördineren van het opmaken van complexe wettelijke en reglementaire teksten, onderhandelen met diverse instanties, teneinde de uitvoering van het beleid te garanderen Hoofdtaken: Ontwerpen van complexe wettelijke en reglementaire teksten, vertrekkende van een beleidslijn / krachtlijnennota / analyseverslag / standpunt Inwinnen van advies bij gespecialiseerde instellingen, experten, kenniscentra, ... Opvolgen / bijsturen van voorstellen Uiteenzetten, verdedigen en onderhandelen van een standpunt Verstrekken van juridisch advies in complexe aangelegenheden Generieke competenties: I.5. T.5. L.3. IR.5. PF.6.

120 Opmerking extra functies P&O
Voor P&O werden bijkomend de volgende functies bepaald: Dokter Tandarts Verpleger Maatschappelijk assistent Psycholoog Vermits het hier functies betreft waarbij vooral het diploma van doorslaggevende aard is, waarbij een aantal van deze functies bovendien ingevuld wordt via een raamcontract, werden er hiervoor dan ook geen generieke noch technische competenties vooropgesteld. Er bestaan voor deze functies bijgevolg ook geen specifieke functiefiches (*). (*) De mate waarin deze functies mee dienen opgenomen te worden in de weging, dient overeengekomen te worden met FOD P&O.

121 Model voor de bepaling van generieke competenties
Bijlage 1 Model voor de bepaling van generieke competenties

122 Generieke competentiematrix*
Overzicht * Ontwikkeld door adviesbureau TMP in het kader van de nieuwe federale loopbaan

123 Generieke competentiematrix
Overzicht Voor de 4 eerste generieke competenties (omgaan met informatie, omgaan met taken, leiding geven en interpersoonlijke relaties) zijn de niveaus van generieke competenties cumulatief. Dit wil zeggen dat als een zeker niveau is bereikt, ervan wordt uitgegaan dat ook aan de vereisten van alle onderliggende niveaus is voldaan. Competenties bouwt men immers op. Eens bepaalde competenties zijn verworven, behoudt men deze normaliter, ook wanneer men een andere functie opneemt. Bij het bepalen van het aangewezen niveau van generieke competenties voor een bepaalde functiefamilienaam, wordt er gefocust op de zogenaamde ‘spitscompetenties’, dit zijn de meest belangrijke competenties die voor het uitoefenen van een functie noodzakelijk zijn. Daarnaast dienen alle voorwaarden van de omschrijving van een bepaald niveau van generieke competentie te zijn vervuld, vooraleer het niveau van generieke competentie aan een functie wordt toegekend. Vb. voor het aansturen van multi-disciplinaire teams zou men voor leidinggeven voor niveau 7 ‘bouwen van teams’ kunnen kiezen. Maar indien de functie hierbij geen richting dient aan te geven waarnaar de organisatie moet evolueren, en de competenties van de multi-disciplinaire teams niet dient te beheren, wordt aan deze functie geen niveau 7 voor leidinggeven toegekend. De beschrijving van de individuele competentieniveaus is opgenomen in de tabellen op het einde van deze bijlage (Bron: Adviesbureau TMP). Voor de coherente toepassing binnen Coperfin zijn bovendien de duidingen op de volgende 5 pagina’s gebruikt.

124 Duiding bij de interpretatie van de verschillende niveaus van Generieke Competenties
1. Omgaan met informatie Niveau 1 ‘begrijpen’ is het elementair begrijpen van informatie, waarbij voor verdere interpretatie of onduidelijkheden steeds een beroep op anderen kan worden gedaan. Niveau 2 ‘informatie verwerken’ gaat om het opzoeken, invullen en weergeven van informatie, eenvoudige berekeningen maken, enzovoort. Echte analyse komt hierbij niet te pas, hoewel de functie eenvoudige dingen moet kunnen concluderen (vb. gegeven ontbreekt dus dient te worden opgevraagd). Niveau 3 ‘analyseren’ gaat om het analyseren en interpreteren van informatie en deze informatie beoordelen. Belangrijk hierbij is dat het gaat om informatie binnen een zelfde context. Niveau 4 ‘integreren’ duidt op het integreren van informatie vanuit verschillende invalshoeken/contexten. Niveau 5 ‘vernieuwen’ duidt op het creatief en vernieuwend denken, maar dan wel op een radicaal nieuwe manier. Vb. het herschrijven van een procesverloop. Creatief omspringen met een probleem of met informatie binnen een goed gekende werkcontext (vb. een inspecteur die creatief moet zijn om een fraudeur te snel af te zijn), wordt niet als niveau 5 beschouwd. Niveau 6 ‘conceptualiseren’ wordt enkel gebruikt voor functies die in staat moeten zijn vanuit het niets iets te creëren (vb. een risicoprofiel, een wettekst,…). Niveau 7 ‘inzicht in de organisatie’ duidt op de organisatie van de federale overheid, en dus geen externe organisatie. Dit niveau, evenals het niveau 8 ‘visie ontwikkelen’, zal enkel kunnen voorkomen bij functies die op een zeer hoog niveau conceptueel denken en richting geven aan de organisatie.

125 Duiding bij de interpretatie van de verschillende niveaus van Generieke Competenties
2. Omgaan met taken Niveau 1 ‘taken uitvoeren’ gaat om het uitvoeren van eenvoudige, routinematige taken die systematisch en goed omschreven worden opgelegd. Niveau 2 ‘werk structureren’ wordt gebruikt voor het uitvoeren van een veelheid aan taken, maar waarbij de werkprocedures goed gedefinieerd zijn. Het gaat dus om meer routinematige taken, waarbij de functie wel reeds een aantal prioriteiten moet kunnen leggen. Niveau 3 ‘problemen oplossen’ wordt daarentegen slechts gebruikt als de functie beschikt over een heel aantal mogelijkheden voor het uitvoeren van de taken, waarbij hij/zij de beste aanpak moet kiezen om de taken tot een goed einde te brengen. Het ‘problem solving’ aspect is hierbij erg belangrijk. Hierbij kunnen ook al beslissingen worden genomen op zelfstandige basis, maar deze beslissingen vloeien bijna automatisch voort uit het uitgevoerde werk (vb. beslissing omtrent al dan niet toekennen van een subsidie komt automatisch naar voor omdat de betrokkene éénduidig aan alle voorwaarden voor een subsidie voldoet). Niveau 4 ‘beslissen’ wordt verstaan als beslissen terwijl er een aantal elementen ontbreken of voor interpretatie vatbaar zijn. Belangrijk hierbij is ook dat er uit de beslissing een aantal acties voortvloeien, die door de functie worden geïnitieerd. De functie gaat hierbij zijn eigen werk plannen en voor zichzelf objectieven stellen (op individueel niveau). Niveau 5 ‘organiseren’ slaat op het plannen en objectieven stellen voor meerdere functies of een team. Dit niveau komt slechts voor functies die projecten dienen te leiden of leidinggevende functies. Niveau 6 ‘sturen’ betekent het sturen van een team of entiteit, waarbij de functie verantwoordelijk is voor het beheren van de middelen (zowel financiële als personele middelen), het opvolgen van de resultaten van het team/de entiteit, …. Niveau 7 ‘besturen van de organisatie’ slaat op het definiëren van de processen en structuur van de organisatie, het doorvoeren en opvolgen van veranderingen, …. Niveau 8 ‘ondernemen’ betekent het uitstippelen van de strategie voor de organisatie op zeer hoog niveau, en zal dus enkel voor managementfuncties kunnen voorkomen.

126 Duiding bij de interpretatie van de verschillende niveaus van Generieke Competenties
3. Leiding geven  Niveau 1 ‘leren’ betekent het opvangen van nieuwe collega’s en/of het geven van informatie op vraag. Niveau 2 ‘ondersteunen’ betekent het opnemen van het peter/meterschap van medewerkers, deze medewerkers opleiden (info geven op eigen initiatief) en een voorbeeldfunctie ten aanzien van hen uitoefenen. Niveau 3 ‘direct aansturen’ duidt op het aansturen van medewerkers vanuit een operationele hiërarchie, zonder dat deze organisatorisch is vastgelegd. Vanaf niveau 4 ‘motiveren’ is er sprake van structurele hiërarchie, waarbij de functie anderen gaat aansturen, motiveren en erkennen, en in functie van de organisatie zijn/haar leiderstijl zal aanpassen. Niveau 5 ‘coachen/ontwikkelen’ duidt op het evalueren van medewerkers en hun coachen ter ontwikkeling van hun competenties. Niveau 6 ‘bouwen van teams’ gaat hier nog een stap verder, waarbij teambuilding, conflictoplossing en het creëren van een cultuur binnen de organisatorische entiteit van belang zijn. Niveau 7 ‘teams aansturen’ en niveau 8 ‘inspireren’ duidt op het aansturen van grote teams in zeer uiteenlopende context, en wordt voorbehouden voor het management (N-3 of hoger).

127 Duiding bij de interpretatie van de verschillende niveaus van Generieke Competenties
4. Interpersoonlijke relaties  Niveau 1 ‘communiceren’ duidt op het open verbaal en schriftelijk communiceren. Niveau 2 ‘actief luisteren’ betekent het begrijpen van informatie en anderen, en zich interesseren in achterliggende informatie. Niveau 3 ‘in team werken’ duidt op het werken in teamverband, waarbij het bevorderen van de teamgeest en het delen van kennis centraal staan. Niveau 4 ‘servicegericht handelen’ wordt aan iedere functie toegekend die regelmatig in contact komt met een interne of externe klant, en deze pro-actief tegemoet treedt. Vermits klantvriendelijkheid een belangrijk pijler vormt binnen de hernieuwde overheid, bevinden vele functies zich op dit niveau. Niveau 5 ‘adviseren’ betekent dat de functie anderen gaat voorzien van een advies dat quasi niet meer in vraag wordt gesteld. Men gaat er vanuit dat de functie zulk een goede kennis heeft van de materie, dat zijn/haar advies bijna blindelings wordt opgevolgd. Niveau 6 ‘beïnvloeden’ gaat nog een stap verder. De functie heeft een impact op anderen, en kan hen overtuigen door de persoonlijke expertise. Niveau 7 ‘relaties leggen’ duidt op (de noodzaak van) het uitbouwen van een netwerk van contacten, en het inspelen op de vraag/verwachtingen van het publiek. Niveau 8 ‘netwerken’ gaat hierbij nog een stap verder, waarbij het opzetten van strategische allianties van belang voor de organisatie, een zwaartepunt vormt. Deze functie zal slechts op zeer hoog niveau binnen de organisatie voorkomen.

128 Duiding bij de interpretatie van de verschillende niveaus van Generieke Competenties
5. Persoonlijk functioneren   Hierbij kunnen de verschillende niveaus niet cumulatief worden bekeken. Niveau 3 ‘betrouwbaarheid tonen’ is van toepassing voor iedere functie die in contact komt met vertrouwelijke informatie. Niveau 4 ‘inzet tonen’ is van toepassing op elke functie die persoonlijke objectieven dient te verwezenlijken. Niveau 5 ‘stressbestendigheid tonen’ is van toepassing op elke functie die in een stresserende omgeving dient te opereren en die moet kunnen omgaan met kritiek. Niveau 6 ‘zichzelf ontwikkelen’ is voorbehouden voor specialistische functies, die echt noodzaak hebben aan het continue ontwikkelen/bijscholen van hun kennis. Niveau 7 ‘doelstellingen behalen’ en niveau 8 ‘organisatie betrokkenheid’ slaan op verantwoordelijkheid voor het realiseren van de objectieven van (een deel van) de organisatie.

129 Model voor bepaling van de generieke competenties
Omgaan met informatie

130 Model voor bepaling van de generieke competenties
Omgaan met taken

131 Model voor bepaling van de generieke competenties
Leidinggeven

132 Model voor bepaling van de generieke competenties
Interpersoonlijke relaties

133 Model voor bepaling van de generieke competenties
Persoonlijk functioneren

134 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Bijlage 2 Aanpak voor de bepaling van technische competenties

135 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Deze oefening geeft een beeld van de technische competenties per basisfunctie en leidt mogelijkerwijs naar een differentiëring tot definitieve functies. Hierdoor is de FOD Financiën in staat een globaal beeld te vormen van alle functies met hun functievereisten zodat zij dit kan beheren in termen van: Rekrutering: de definitieve functies vormen de basis waarop de specifieke rekrutering van individuen kan gebeuren Opleiding: de definitieve functies geven op hoog niveau weer welke de behoeften zijn voor opleiding. Mobiliteit: de bepaling van de definitieve functies vormen een belangrijke parameter voor de mobiliteit Uitstroom: indien ambtenaren via een natuurlijke uitstroom de FOD verlaten is het belangrijk een overzicht te hebben welke personen met bepaalde technische competenties de FOD zullen verlaten en dus zullen vervangen worden. De finaliteit van deze oefening is te komen tot functiebeschrijvingen voor alle stafdiensten. Het detailniveau van deze oefening wordt afgebakend door de beheersbaarheid van het aantal definitieve functies. Het doel is een stabiele basis te houden en goede gemene deler te definiëren, die flexibel kan aangepast en verfijnd worden aan de hand van wisselende vereisten op het vlak van competenties.

136 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Elke stafdienst vereist kennis van een specifieke materie of technieken. Indien men de stafdienstspecifieke materie of technieken kan verwerven binnen een redelijke periode, dan geeft dit geen aanleiding tot een nieuwe definitieve functie. Er wordt naar gestreefd dezelfde definitieve functies te hebben binnen de verschillende stafdiensten. De stafdienst komt niet terug in de naam van een definitieve functie. Het verwerven van deze stafdienstspecifieke kennis zal gebeuren via een interne introductie. Deze introductie kan bestaan uit: Formele opleidingen Training on the job ...  Bij elke functie hoort een stafdienstspecifieke introductie.

137 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Basisfunctie Materie of techniek + score Naamgeving functie Functiebeschrijving Score 1 of 2 Generieke competenties Generieke taken Materie of techniek in introductie Score 3 Basisfunctie + Materie of Techniek* Technische materies of technieken Score 4 Basisfunctie + Expert Materie of Techniek* * Die determinerend is

138 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Materie: Specifiek kennisdomein bestaande uit reglementen, concepten,… Techniek: Procedureel/technische karakter primeert (regels en vormvoorschriften)

139 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Materies (Deel 1): Invorderingsmaterie Douanematerie Sociaal Secretariaat Registratie- en Successiematerie Rijkscomptabiliteit BTW Onteigeningen Immobiliën Burgerlijk recht Geschillen / Onenigheden Openbare Financiën Financieel recht Accijnzenmaterie Personenmaterie Vennootschapsmaterie Waarderingen Onroerende Goederen Waarderingen Roerende Goederen Patrimoniale materie Technieken (Deel 1): Archief- en documentatie Landmeetkunde Meet- en weegtechnieken Beheer Kadastraal Plan ICT Audit Vergunnings-, in- en uitvoeraudit Boekhoudtechnieken Statistiek Technische kennis rond Risicobeheer Risico- en fraude-analyse Portefeuillebeheer Labotechnieken Goederenverificatietechnieken Vaststellingstechnieken Grafische technieken Opsporings-, en onderzoekstechnieken D&A Industriële productie Marketing Légistique Juridische expertise Strafrechtelijke inbeslagname CRM technieken Communicatietechnieken Vertaaltechnieken Business case technieken Praktische kennis Risicobeheer Analytische kennis Risicobeheer

140 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Materies (Deel 2): Inkoop Facility Management Diverse belastingen Diverse taksen Institutioneel Recht Algemeen Recht Economisch onderzoek- en advies Software Programmeertalen Infrastructuur Data Security/contingency Reglementering personeelsplanning Reglementering personeelsontwikkeling Reglementering beloning en arbeidsvoorwaarden Technieken (Deel 2): Logistiek beheer Environnement Ontwerptechnieken Veranderingsbeheer Inschattingstechnieken Vormingstechnieken IDPBW technieken Analyse- en designtechnieken Ontwikkelingsmethoden en standaarden Systeem- en exploitatietechnieken

141 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Tips bij het bepalen van materies en technieken Aantal materies en technieken heeft een directe invloed op aantal definitieve functies! Belangrijk om materies en technieken daarom te beperken en te groeperen. Criteria hierbij kunnen zijn: De mate waarin technische competenties fluctueren op termijn Indien competenties fluctueren op termijn, kan men ze beter formuleren op een abstracter niveau zodat definitieve functie stabiel kan blijven. (vb. “programmeertaal” in plaats van “programmeren Java”) De mate waarin een kritische massa functiehouders deze competenties nodig heeft of de uitzonderlijkheid en impact van een specifieke competentie Verhouding materies – technieken Indien een techniek een impliciet onderdeel uitmaakt van een materie wordt enkel de materie als rubriek weerhouden. Indien men echter op beide verschillend kan scoren, worden de twee beter vermeld.

142 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Materies en technieken dienen gescoord te worden om te komen tot een overzicht van de definitieve functies door een verfijning van de basisfuncties Kennis wordt gemeten op twee assen: Vertikale as: Diepte hoe dieper de kennis, hoe meer gespecialiseerd de kennis binnen een specifiek aspect van een materie of een techniek Horizontale as: Breedte hoe breder de kennis, hoe meer aspecten de functie kent binnen een bepaalde materie of techniek

143 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Scoresysteem Kennis van materies / Beheersen van technieken Vertikale as: Diepte* I Heeft begrip van de grondslagen, basismethoden en basisprocedures van de materie/techniek Kan een concreet antwoord geven op de basisvragen binnen de materie/techniek Kan gebruik maken van handleidingen, die de standaardprocedures weergeven Kan - indien nodig - relevante vragen stellen aan een expert Kan op een vrij korte tijd in de praktijk gebracht worden (max. 6 ma) II Heeft een actieve kennis van de methoden en procedures van de materie/techniek Heeft een passieve kennis van uitzonderingen en kan eenvoudige opzoekingen doen om een oplossing te vinden en kan gebruik maken van complexere handleidingen, waarmee een reeks van uitzonderingen kunnen opgelost worden Kan –indien nodig- vragen stellen aan een expert en doet zelf een voorstel tot oplossing Kan op een korte tot middellange termijn in de praktijk gebracht worden (max. 12 ma) *: Deze indicatoren dienen naar relevantie tot de basisfunctie en niet cumulatief / exhaustief beschouwd te worden.

144 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Scoresysteem Kennis van materies / Beheersen van technieken Vertikale as: Diepte* III Heeft een actieve kennis van de methoden en procedures van de materie/techniek en een actieve kennis van de uitzonderingen die voorkomen in complexe dossiers Past de voorgedefinieerde set van procedures toe bij het uitvoeren van taken van uitzonderlijk karakter eventueel na raadpleging van een expert Kan handleidingen opstellen voor standaardprocedures/technieken Kan formele kennisoverdracht dmv opleidingen doen, zowel intern als extern IV Heeft een doorgedreven kennis en beheersing van de principes van de technische materie/techniek Behandelt de zeer specifieke en uitzonderlijke gevallen Wordt binnen de FOD en erbuiten aanzien als een autoriteit/expert Kan handleidingen opstellen waarmee uitzonderingen kunnen opgelost worden Kan voorstellen doen tot verbetering van de bestaande procedures/technieken Kan lezingen geven over de complexe delen van de materie, zowel intern als extern *: Deze indicatoren dienen naar relevantie tot de basisfunctie en niet cumulatief / exhaustief beschouwd te worden.

145 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Scoresysteem Kennis van materies / Beheersen van technieken Horizontale as: Breedte I Heeft kennis van beperkt aantal onderdelen binnen een deelgebied van een materie/techniek II Heeft kennis van minder dan de helft van de materie/techniek III Heeft kennis van meer dan de helft van de materie/techniek IV Heeft kennis van de gehele materie

146 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Scoresysteem Kennis van materies / Beheersen van technieken Diepte 2 3 4 1 IV III II I Breedte I II III IV

147 Aanpak voor de bepaling van technische competenties
Tips bij het scoren van de technische materies Bij het scoren moet men redeneren vanuit stroomschema’s en taken en mag nooit geredeneerd worden vanuit het beeld van een bepaald persoon. Bij het scoren wordt er steeds vertrokken vanuit het laagste niveau. Indien nodig, kan men voor één basisfunctie verschillende scores toekennen. Vb. Dossierbeheerder: BTW 2 / PB 1 / VB 1 BTW 1 / PB 2 / VB 1 Het scoren van de basisfuncties kadert in het identificeren van de definitieve functies en staat los van de verloning van deze functies. Principe: Er kan maximaal op 1 materie een 3 of een 4 gescoord worden. Indien een werkgroep voor een bepaalde basisfunctie hiervan wil afwijken, kunnen ze dit doen via een gemotiveerd voorstel.


Download ppt "Geïntegreerd functieboek FOD Financiën"

Verwante presentaties


Ads door Google