De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Week 1 Pascal van Schajik

Verwante presentaties


Presentatie over: "Week 1 Pascal van Schajik"— Transcript van de presentatie:

1 Week 1 Pascal van Schajik p.van.schajik@hr.nl http://med.hro.nl/schpa
conflicthantering Week 1 Pascal van Schajik

2

3 http://www.youtube.com/watch?v=NntYA vua74E&feature=related
Introductie

4 Programma Voorstellen Opzet, organisatie en toetsing van de module
Wat is een conflict? Wat is conflicthantering? Een brief van de directie kinderdagverblijf De analyse van een conflict: 7 I’s De 7 I’s in relatie met DVD Jeugdzorg. Vooruitblik volgende week en huiswerk Programma

5 Voorstellen Wie ben je? Verwachtingen Ervaringen met conflicten
Stijl van conflictoplossing (fight or flight) Bob Marley zei al: “He who fight and run away Live to fight another day.” Voorstellen

6 Rondje: beschrijf kort een conflictsituatie waar je mee te maken hebt gehad.
Issue: Wat was het onderwerp? Was het zakelijk en/of emotioneel? Incidenteel of structureel? Individuen: Tussen wie speelde dit conflict? De docent kan enkele voorbeelden geven: een vliegreis die door de maatschappij wordt geannuleerd… sta je dan met je koffers op Schiphol. Een koophuis wat te laat wordt opgeleverd; buren die voor geluidsoverlast zorgen; mijn lekkage die tot waterschade bij de buren leidde; de baan die ik graag wilde en naar een collega ging; een student die klaagt over te laat cijfer op Osiris – terwijl je erg veel toetsen had na te kijken. etc. Zakelijk – bij een zakelijk conflict past een zakelijke oplossing. Bv. schadevergoeding. Emotioneel – je voelt je als persoon geraakt, bv. niet voldoende erkend, integriteit ter discussie gesteld etc. Conflictsituaties

7 6 actieve lessen, waarin veel eigen casussen worden geanalyseerd en uitgespeeld (Zelfstudie en analyse) Thema’s in de bijeenkomsten: Inleiding, simulatiespel, 7 I-analyse, motiveren. Interactie, macht en afhankelijkheid. Eigen persoonlijkheid / projectie. agressiebevorderende aspecten instelling / school; de thermometer; escalatie in conflicten. Roos van Leary; oefenen met eigen-conflictstijlen. Onderhandelen en bemiddelen, w.o. pendel- gesprekstechniek Mediation en oefenen met interveniëren Bemiddelings- / onderhandelings toetsgesprekken. Opzet module (1)

8 Toets Geanalyseerde eigen conflictsituatie.
(week 2 opzetje inleveren max 1/3 A4: Wie heeft/had met wie (rol/functie) een (sluimerend) conflict over…… + toelichting: waarom denk je van deze conflictanalyse veel te leren?); week 6 inleveren van de diagnose. week 6: inleveren info m.b.t. jouw conflictsituatie. Week 7 / 8 een mediation / onderhandelingsgesprek. Reflectieverslag inleveren voor week 8. Weging: 5 : 4 : 1. Toets

9 Doel module Interactieve bijeenkomsten,
(h)erkennen van tegenstrijdige belangen, Beider boodschapwaarde (wat wil jezelf/die ander op inhoud en relatieniveau) uit een conflict halen, Een conflictsituatie analyseren, Bewustwording van eigen “conflictstijl”, oefenen met andere stijlen en daardoor meer adequaat en probleemoplossend te werk kunnen gaan. (meer probleemoplossend kunnen handelen) Bemiddelen in conflictsituatie. Doel module

10 Wat is een conflict Conflict
Een conflict is een situatie waarin twee of meer partijen methodes hanteren, doelstellingen nastreven of waarden aanhangen die, daadwerkelijk of in de perceptie van de partijen, onverenigbaar zijn en daardoor in botsing komen. Het is een onopgeloste tegenstrijdigheid. Conflicten kunnen optreden tussen mensen, organisaties, en landen. Een conflict kan gaan om de inhoud van de kwestie of om de relatie tussen de betrokkenen. Elk van de partijen voelt zich betrokken bij de oplossing van het conflict en zal in min of meerdere mate verantwoordelijkheid voelen voor de relatie met de andere partij(en). Wat is een conflict

11 Definitie conflict (Giebels, 2006)
Er is sprake van een conflict, wanneer er tussen personen en / of groepen één (of meerdere) tegenstelling(en) bestaat(n) in: Belangen Opvattingen Waarden of normen een zekere mate van afhankelijkheid is, en de personen en/of groepen zich niet langer constructief opstellen voor een gezamenlijke oplossing. Definitie conflict (Giebels, 2006)

12 Voor en nadelen van conflicten
Iedere student beschrijft op gekleurd post-it velletje minimaal 2 voor- en nadelen van een conflict. De post-it velletjes worden geïnventariseerd. In een conflict speelt afhankelijkheid en macht.Die ga je mogelijk meer voelen. In een conflict speelt onzekerheid. In een conflict speelt (ervaren) ongelijkheid Conflicten bedreigen de status quo en “goede vrede”. Conflicten leiden mogelijk tot meer spanning en verlies (bv van gezicht of baan). Conflicten leiden tot verbetering. Zie ook tabel 5.1 blz 137 Conflicten leiden tot meer heldere visie over opvattingen, processen, elkaar. Conflicten leiden tot beter contact en samenwerking als ze worden overwonnen. Rondje: zou eerdere levenservaring in afhankelijkheid en macht een rol kunnen spelen in de manier waarop een conflictsituatie wordt aangepakt? (heb je soms al bij iemand het gevoel op basis van uitstraling dat die erg sterk of onzeker is? Hoe speel je daar op in?). Zou het kunnen dat handelen vanuit die eerdere ervaring (bv angst) meer kans geeft tot bevestiging van dat gevoel? Conclusie: conflicten zijn van alledag en overal. Er zitten nadelen aan, maar vooral voordelen -> de evolutie is te danken aan conflictsituaties. Een goede analyse is belangrijk om helder te krijgen waar het precies om gaat. Bemiddelen is belangrijk omdat het in veel situaties niet lukt om er zonder bemiddelaar uit te komen,. Voor en nadelen van conflicten

13 Er is sprake van conflicthantering als je als volwassene in het hier en nu en meerzijdig partijdig kunt handelen. (Pas in het samen zoeken naar een passende oplossing is sprake van gelijkwaardigheid) conflicthantering

14 Recent conflict in het nieuws.
N.a.v. Robert M. Welk probleem ( issue) of problemen wordt genoemd in dit krantenartikel. Tussen wie speelt het? Wat zie je als mogelijke oplossing? Uitdelen van krantenartikelen mbt.Robert M. pedofiel te Amsterdam. Verklaring Omtrent Gedrag: deze wordt te makkelijk afgegeven of is geen voorwaarde om een kinderdagverblijf op te zetten. GGD voert inspectie uit, maar komt hierin menskracht te kort. GGD voert inspecties uit, gemeenten leggen de conclusies naast zich neer. Robert M. vraagt behandeling (castratie) in Duitsland en Nederland, maar krijgt dit kennelijk niet. (wordt castratie door de ziektekostenverzekering vergoed? – heeft Robert M. die kosten er zelf voor over? Kun je hiervoor bij een bank een lening afsluiten?) Is bij het zich vestigen van een Let in Nederland geen VOG nodig? Kan iemand met een verdenking van ontucht een verblijfsvergunning krijgen? De ontucht van Robert M. met 64 kinderen. Juridische procedure: volksgerecht of voor een rechter. Wordt door onze wijze van rechtspraak de kinderen/ouders recht gedaan? Slaapfeestjes: is alleen de dader verantwoordelijk of ook de ouder die hun kind daarheen laten gaan. Collegaas: wie kun je vertrouwen? Kun je nog wel een mannelijke collega hebben? Protocollen: steeds meer regels die natuurlijke omgang steeds meer belemmeren. Vb: in Amerika is er al de regel dat als een kind in een pleeggezin wordt geplaatst omdat er bv. sprake is van misbruik, dat dan de pleegvader gedurende het eerste jaar geen enkel fysiek contact met een pleegkind mag hebben. Dus ook geen nachtzoen. Moeten er overal camera’s in bv. dagopvang? En wat zijn de extra kosten als deze permanent door een beveiliger worden gevolgd? Dagopvang Schiedam besluit tot het dagelijks in laten leveren van mobieltjes. Er kunnen immers illegaal (porno)foto’s worden gemaakt. Doel: deze casus maakt duidelijk hoe ingewikkeld het ontstaan en oplossen van conflicten kan zijn en waarom de analyse belangrijk is. Te beginnen met issues en partijen. Recent conflict in het nieuws.

15 Brief directie kinderopvang.
Nodig: 1 directeur, docent = locatiemanager, de anderen: pedagogisch medewerkers. Vraag: a) wat doet het met je als pedagogisch medewerker? Bv., - inperking van de privacy (w.o. bereikbaar willen zijn voor eigen familie) - de directie stelt mijn integriteit ter discussie; wantrouwen. - omslachtig om dagelijks je mobiel in te leveren. - hoe veilig en zorgvuldig wordt die opgeslagen, het is nogal persoonlijk en kostbaar. - de kosten voor de kluis zijn € 700,- Waar wordt dat van betaald? Ten koste van wat? - Medewerkers en OR worden nauwelijks bij dit besluit van hogerhand betrokken. Hoe is de medezeggenschap hierin geregeld? - Geldt het alleen voor pedagogisch medewerkers of ook leidinggevenden? b) Hoe is het voor een directeur om deze brief voor te lezen? Hoe is het voor de locatiemanager? Onderdeel in de analyse is macht. Wie heeft hier de macht? Kan het ook anders? (als de brief geaccepteerd wordt was er sprake van machtsgebruik + een lastige situatie. Als de meerderheid weigert om mee te werken is er een probleem. Als de directie besluit om te dreigen met schorsing van weigeraars in er een conflictsituatie. Brief directie kinderopvang.

16 Simulatie-”het team Jeugdzorg”
Film met een aantal docenten als “jeugdbeschermer”. Doel: samen het 7-I schema bespreken Subgroepen krijgen kijkopdracht. Zie tijdschema docentenhandleiding. Groep 1: Op welke manier wordt onderhandeld? Welke belangen komen (impliciet) aan de orde? Welke belangen worden erkend / minder serieus genomen? Is er sprake van win-win of zijn er verliezen? Groep 2: Bij conflicten is er sprake van een proces: uitwisselen meningen/ belangen) –> onderhandelen (argumenteren, manipuleren ) –> stellingname (keuze en macht) –> conflict (beslissing forceren)–> Buigen/Barsten of Escalatie. Beschrijf dit proces. Groep 3: Bij conflicten zie je vaak solidariteitsuitingen, bondjes-vorming, splitten (ondermijnen, een wig drijven) en lijmen (‘valt wel mee, allemaal wel beetje gelijk’). Hoe en door wie wordt junior gezinsvoogd Esther gesteund? Hoe en door wie wordt coördinator Steef gesteund? Hoe en door wie wordt er gesplit? Hoe en door wie wordt gelijmd? Groep 4: In een conflict gaat het doorgaans om meerdere onderwerpen, zowel op inhoud als betrekkingsnivo. Welke onderwerpen komen (al dan niet uitgesproken) aan de orde? Individuen: observeer Steef, Ed, Petra, Edgar, Esther. Hoe zou je de conflictstijl van … omschrijven? Wat zie je als effect? Allen: In welke conflictstijlen herken je je? 16.57 – Stoom afblazen. Allen: Tot welke (nieuwe) gezichtspunten, herhalingen, gespreks-conflictthema’s leidt dat? Escalatie. Groepjes pakken de zelfde opdracht op. Simulatie-”het team Jeugdzorg”

17 Hoe verder bij team jeugdzorg? Motiveren!
De afloop is voorspelbaar…verlies. 5 Subgroepen. ‘Steef’, ’Ester’, ’Edgar’, ‘Ed’ + 4 mensen. Opdracht subgroepen Steef e.a.: Welke verliezen worden geleden? Hoe zou je hen kunnen motiveren verdere escalatie te voorkomen – in gesprek te gaan? 2 studenten leven zich in in Steef – Ester… 2 studenten (jaarraadvertegenwoordigers) doen poging tot bemiddelen. Nog even 3 pp, dan 5 minuten overleg. Verliezen o.a. image Steef, zelfvertrouwen Ester, betrokkenheid en veiligheid in het team, onderbezetting, werkdruk, persoonlijk verlies van een maatje etc. Wat te doen? Wat zouden voor Steef redenen zijn om milder het gesprek in te gaan? Wie zou dat het beste met hem kunnen bespreken? Wanneer? Hoe? Wat zouden voor Ester redenen zijn om milder het gesprek in te gaan? Wie zou dat het beste met haar kunnen bespreken? Wanneer? Hoe? Opm: mensen zijn geneigd de oplossing binnen het team te zoeken, m.a.w. Hoe verder bij team jeugdzorg? Motiveren!

18 7 I model Conflict diagnose met 7 vragen:
1. Issues: Wat zijn de kwesties? 2. Individuen: Wie zijn de partijen? 3. Interdependentie: Welke relatie hebben de partijen? 4. Interactie: Hoe gedragen beide partijen zich en hoe reageren ze op elkaar? 7 I model

19 5. Implicaties: Wat zijn de uitkomsten van de interactie in termen van (de) escalatie en concrete oplossingen? Instituties: In welke context speelt dit conflict? Interventies: Welke interventiemogelijkheden zijn aanwezig en al of niet benut? 7 I Model 2

20 De 7 I: Issues. Operationeel Schaarste Visie of waarden Identiteit
Conflict over conflictsituatie (wat is nu het belangrijkste? Waar ligt de bron vd ellende?) Wat is het verschil tussen een probleem- en een conflictsituatie? De zojuist ingebrachte conflictsituaties zijn onder te brengen in een van deze 4 categorieën. Na de uitleg vraag je eenieder dit te benoemen. Vb operationeel:- het tijdig gereed zijn van alle studiehandleidingen op aanwezigheidslijsten, telefoonboom. -De afhankelijkheid in de ‘keten-zorg’; bv. een plaatsing in een leefgroep kan pas geschieden wanneer de indicatie a) op orde is b) getoetst is door een indicatiecommissie c) de indicatie door de opnemende voorziening is ontvangen, d) accoord is verklaard en e) verdeeld naar de betreffende afdeling. F) besproken op de werkvergadering f) ingepland is.Etc. Vb: Schaarste - onvoldoende parkeerplaatsen, onvoldoende leslokalen museumpark, werkplekken etc. Vb Visie: - Moet internationalisering wel/geen onderdeel zijn van de opleiding pedagogiek; - behoort begeleiding van mensen met verstandelijke beperking bij pedagogiek? - willen we zoveel mogelijk mensen doen slagen (financieel belang) of scherper beoordelen. Er zullen dan meer mensen afvallen of (max 1 jaar ivm boete) vertraging oplopen. Minder afstuderenden kost geld, leidt tot ontslagen, maar de gemiddelde kwaliteit van afstuderen en dus waarde van het diploma wordt hoger. Identiteit:- Een student heeft goede prive-redenen om minder aanwezig te zijn; de docent eist 80% aanwezigheid. De student voelt zich als persoon tekort gedaan. -gedurende zwangerschapsverlof mag een pedagogisch medewerker waarnemen voor een gezinsbegeleider; na terugkeer weer gewoon pedagogisch medewerker. Dat kan voelen als ontkenning van je kwaliteiten.. Conflict over conflict: Is het aantal auto-aanrijdingen in de winter nu gevolg van slechte wegen; slecht onderhoud; onvoldoende productie van strooizout; slecht inkoopbeleid van gemeenten, te hard rijden, onoplettendheid, gebrek aan winterbanden. De schuldvraag werkt door in de oplossingen die mensen nastreven. Verschil tussen probleem en conflictsituatie is dat er bij een probleem sprake is van een mate van acceptatie: Vb. het tekort aan lokalen museumpark wordt opgelost door locatie aan academieplein te huren. Wanneer docenten in hun pauzetijd reizen en studenten daar op tijd zijn is er misschien gemor maar geen conflict. Dat is er als docenten en studenten weigeren zonder compensatie in bv. reiskostenvergoeding hiervan gebruik te maken en als alternatief lessen in de kantine volgen. Als de directie de kantinelessen vervolgens verbied omdat de kantine voor andere doeleinden nodig is is er sprake van een conflict. Rondje: herkenning van een eigen conflictsituatie waar je mee te maken had. Wat was de issue? Tip: geef ook een eigen voorbeeld. Vb: een tekort aan docenten, waardoor iemand extra lessen boven dienstverband moet draaien (en daartoe verplicht wordt); geluidsoverlast van de lesgroep hiernaast; de apparatuur die niet werkt etc. Conclusie: er zijn vele soorten conflicten. In en tussen organisaties, tussen mensen. In de meeste conflicten spelen veel zaken door elkaar, waardoor het lastiger wordt om tot oplossingen te komen. Het is daarom goed de issues te specificeren. Nogmaals vb. identiteit. Gaat het de docent om “Ik voel me niet gehoord”, dan zijn er andere middelen om hem erkenning te geven, bv. opnemen in een commissie. Gaat het echter om visie, dan ligt de oplossing in het creeeren van ruimte tot overleg over eventuele wijzigingen binnen het curriculum. De 7 I: Issues.

21 Belang van een analyse Vaak spelen meer issues tegelijkertijd.
Partijen hechten verschillende waarde aan de issues. Soms is er spraken van reactie op reactie en is het onduidelijk hoe het conflict ooit is begonnen* (zal later adhv brief directie kinderdagverblijf duidelijk worden.) Sommige onderdelen in de analyse kunnen wel beïnvloed worden, anderen niet (niet op korte termijn). * In ieder conflict spelen naast zakelijke persoonlijke aspecten, zoals onbegrepen en niet erkend voelen. De persoonlijke kant wordt vaak onvoldoende gezien. Belang van een analyse

22 Externe hulpbronnen? Zijn er andere mogelijke hulpbronnen? Brainstorm
Ter beinvloeding van Steef: van Ester: De ondernemingsraad idem De vakbond Clienten van Ester De pers De directie De kinderrechter Client van Ed, Bekenden van Ester Anderen? NB in een volgend rollenspel wordt de koffiejuffrouw als hulpbron genoemd. Zij heeft geen macht, dan charisma of het wel/niet aardig vinden. Kan dus alles zeggen. Als je in kwartaal 4 tijd wil sparen en dat rollenspel schrapt zou je de koffiejuffrouw hier kunnen noemen. Externe hulpbronnen?

23 Externe hulpbronnen? De ondernemingsraad De vakbond Cliënten van Ester
Het team als geheel De pers De directie De kinderrechter Cliënt van Ed, Bekenden van Ester Anderen…. Hoe / Wie zou hen erin kunnen betrekken? Zou het de machtsverschillen beïnvloeden? NB in een volgend rollenspel wordt de koffiejuffrouw als hulpbron genoemd. Zij heeft geen macht, dan charisma of het wel/niet aardig vinden. Kan dus alles zeggen. Als je in kwartaal 4 tijd wil sparen en dat rollenspel schrapt zou je de koffiejuffrouw hier kunnen noemen. Externe hulpbronnen?

24 Afronding denk alvast na over casus voor je toetsgesprek.
Denk na over een eigen conflict wat je de komende weken gaat analyseren. Het schema maakt duidelijk, dat je de analyse moet onderbouwen a.d.h.v. informatie uit de literatuur. In week 3 gaat het over “IK”: dit vereist mogelijk intensief voorwerk. Neem de vragen alvast door. Huiswerk: hoofdstuk 1 en 2 t/m 2.6 Afronding

25 Schrijf een casus voor het toets- bemiddelingsgesprek in week 8, kijk voor de criteria op pag. 11 sthleiding Kies een casus voor een conflictsituatie, welke je met behulp van de 7 I’s gaat analyseren. Bestudeer hoofdstuk 1 en 2 Giebels en artikel 1 en 2 Mark Haddon Werken aan ‘Persoonlijke aspecten in een conflictsituatie’ (zie bijlage 2) Voor volgende week


Download ppt "Week 1 Pascal van Schajik"

Verwante presentaties


Ads door Google