De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Late middeleeuwen 1100-1500.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Late middeleeuwen 1100-1500."— Transcript van de presentatie:

1 Late middeleeuwen

2 Herhaling Kenmerken vroege middeleeuwen? Waardoor verdween de handel?

3 Kenmerkende aspecten 13-14
13. De opkomst van handel en ambacht legde de basis voor het herleven van een agrarisch urbane samenlenleving. 14. De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden.

4 De handel herleeft In de 11de /12de eeuw:
Kooplieden gingen samenwerken in gilden Kooplieden gingen samenwerken met kooplieden in andere steden. Kooplieden kregen ook steun van vorsten en hoge adel.

5 Italië Gunstige ligging? Venetië, Genua, Pisa, Amalfi

6 De Hanze Samenwerkingsverband kooplieden Noord-Europese steden.
Voordelen samenwerking? Later samenwerking steden

7 Koggeschip

8 Oude steden herleven, nieuwe ontstaan
Tegelijk met handel Werkgelegenheid nam toe Mensen trokken naar de stad Ambachten herleefden, werden grootste bevolkingsgroep Agrarische-urbane samenleving

9 Middeleeuwse stad

10 Ontstaan bedrijven Meeste steden erg klein, minder dan 5000 inwoners.
Grote steden, handelaars gingen producten op grote schaal laten maken. Later in bedrijven Contacten met andere steden Jaarmarkten

11 Duurde enkele dagen tot weken
Grote hoeveelheid luxeproducten Veel nationaliteiten Bevorderd door bevolkingsgroei en toenemende veiligheid.

12 Zelfstandigheid van de steden neemt toe.
Stadsbewoners hadden nog steeds verplichtingen Vroegen om stadsrechten In ruil tegen erkenning en belastingen Waarom gunstig?

13 Gilden Vereniging ambachtslieden Tegen concurrentie
Reglementen/gildebrieven Kwaliteitseisen Meesters kleine groep

14 Cultuurverschillen Mentale verwijdering
Steden steeds groter, rijker ontwikkelder Waardoor?

15 Late Middeleeuwen 15. Het begin van staatsvorming en centralisatie.
16. het conflict in de christelijke wereld over de vraag ofwel de wereldlijke macht dan wel de geestelijke macht het primaat behoorde te hebben.

16

17 Conflict christelijke kerk en vorsten
Tot in de 13de eeuw Paus meestal machtigste man Vorsten hadden ook macht, benoemden bijvoorbeeld bisschoppen en abten. Vanaf de 11de eeuw verzet hiertegen. Bekendste conflict was van Hendrik IV en Gregorius VII.

18 Investituurstrijd Hendrik zorgt dat zijn bischoppen Gregorius niet erkenden. Hendrik werd in de ban gedaan Adel koos kant paus. Hendrik ging naar Canossa. Maar ging toch door met eigen bisschoppen benoemen, noemde ook een tegenpaus.

19

20 Vorst wint de strijd Concordaat van Worms
Paus bleek vaak de minst machtige Vorsten hielde wel rekening met kerk, geestelijken kregen bestuursfuncties. Daarom maar gedeeltelijke scheiding kerk en staat.

21 Begin staatsvorming en nationalisme
Gevoel van saamhorigheid van een groep mensen die samen een staat vormen of willen vormen. Noodzakelijk Besef gemeenschappelijke ervaringen Besef gemeenschappelijke belangen

22 Ontstaan nationale staten
Engeland en Frankrijk, nationalisme ontstaat tijdens 100-jarige oorlog. Maar trouw aan koning belangrijker Vanaf 16de eeuw ook in de Republiek

23 Slag bij Hastings

24 Willem de veroveraar Staatsvorming en centralisatie
Deelden land in kleine leengebieden. Bestuur en rechtspraak door koninklijke ambtenaar, de sheriff. Stuurde ambtenaren die Domesday Book opstelden.

25 Maar… Opvolgers hielden dit niet vol Jan zonder Land (Robin Hood)
1215 Magna Charta Beperkingen macht koning Wel centralisatie 14de eeuw House of Lords House of commons Samen parlement

26 Frankrijk Veel gebied in handen Engelse koningen
Filips Augustus breidde machtsgebied uit Eind 15de eeuw Frankrijk bijna geheel in handen Franse koning Hulp van steden en aanstelling ambtenaren.

27 100-jarige oorlog Franse koning sterft kinderloos 1328
Engelse koning en Franse Graaf vochten om opvolging. 1420 Noord-Frankrijk in engelse handen Kroonprins Karel werd nauwelijks erkend Maar toen……..

28 Jeanne d’Arc 1429 Visioenen Wist de dauphin te laten kronen
Eindigde op de brandstapel Naam gezuiverd, heilig verklaard in 1902

29 Jeanne d’Arc en het Franse nationalisme
Welk antwoord geven de geschiedschrijvers A en B over de vraag welke invloed Jeanne d’Arc op het Franse nationalisme heeft gehad? Geschiedschrijver A hecht weinig waarde aan de rol van Jeanne. Bij de meeste Fransen was nog geen na-tionaal gevoel. Het optreden en de dood van Jeanne veranderde daar niets aan. Geschiedschrijver B ziet in het optreden van Jeanne en vooral in haar dood een versnelling in het ontstaan van een Franse nationale staat. De dood van Jeanne ‘inspireerde tot vaderlandsliefde’.

30 Speelfilm Lijkt niet waardevol. Speelfilms worden meestal niet gemaakt om de historische werkelijkheid uit te beelden. Als leerlingen eerder een speelfilms hebben onderzocht (Quest of fire, Alexander de Grote, Spartacus) dan weten zij dat door filmmakers veel wordt bijverzonnen en weggelaten.

31 Jeugdboek Lijkt niet waardevol.
Boeken (in onze tijd) voor de jeugd geschreven zullen eerder aandacht besteden aan spanning en avontuur (een meisje als militair) dan aan haar invloed op een abstract verschijnsel als nationalisme.

32 Boek Historicus onze tijd
Een boek van een historicus uit onze tijd moet zeker worden gelezen. Het gaat helemaal over Jean-ne. De kans is groot dat er aandacht besteed wordt aan de betekenis van Jeanne voor het ontstaan van nationalisme. En misschien levert het boek bewijsmateriaal op.

33 Geschiedenis geschreven door Monnik
Dit lijkt een zeer waardevolle bron. Het boek is geschreven aan het einde van de Honderdjarige Oor-log. Waarschijnlijk heeft de maker de tijd van Jeanne zelf bewust meegemaakt. In ieder geval heeft hij de laatste decennia van de oorlog meegemaakt. Bovendien gaat het boek helemaal over die oorlog.

34 Getuigenis Jeanne Deze bron lijkt op het eerste oog waardevol. Jeanne kan hierin iets zeggen over haar motieven (han-delde zij uit nationalistische motieven?). Maar als je iets over de invloed van Jeanne op het nationa-lisme te weten wil komen, zul je in eerste instantie naar de mening van anderen moeten zoeken.

35 Prentenboek Dit boek moet worden bekeken. Komt Jeanne op de prenten voor? En hoe wordt ze afgebeeld? Wie heeft de betreffende prenten gemaakt? Met welk doel? En in welke oplage zijn ze verspreid?

36 Proefwerk volgende week 23-01
Alle vragen gele kaders, t/m vraag 62 Kenmerkende aspecten! Mannen en vrouwen, middeleeuwen en Islam.

37 K.A 17 De expansie van de christelijke wereld, onder andere in de vorm van kruistochten.

38 1095 Urbanus II “God wil het”
Pelgrims werden slecht behandel door seldsjoeken.

39 Wie en waarom? Uit alle lagen van de bevolking
Waarom zou je zo een tocht ondernemen? Godsdienstig enthousiasme Roem Rijkdom Avontuur Vergeving van zonden Ontlopen straf

40 Verovering Jeruzalem 1099 Bevolking werd uitgemoord
Je zag stapels hoofden, handen en voeten in de straten van de stad. Je moest je een weg banen door de dode lichamen van mannen en paarden. Maar dat was nog niets vergeleken bij wat er gebeurde in de tempel van Salomo, waar gewoonlijk de godsdienstoefeningen werden gehouden. Wat gebeurde daar? Als ik dat vertel, zult u het niet geloven. Laat ik althans dit zeggen, dat de mannen in de tempel en het voorhof van Salomo tot aan hun knieën en de teugels van hun paarden door het bloed waadden. Het was een rechtvaardige en prachtige straf van God dat deze plaats onder het bloed van de ongelovigen zat, omdat Hij zo lang te lijden had gehad van hun godslastering.

41 Volgende kruistochten
1187 Saladin heroverde Jeruzalem Liet de christenen veilig vertrekken uit Jeruzalem Film Kingdom of Heaven. Kruistochten gingen door tot 1272 Weinig succesvol

42 Gevolgen? Handelscontacten Herontdekking werk Grieken
Nieuwe wetenschappelijke inzichten


Download ppt "Late middeleeuwen 1100-1500."

Verwante presentaties


Ads door Google