De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

ZUURSTOF VOOR NEDERLANDS VAKGROEPWERKING

Verwante presentaties


Presentatie over: "ZUURSTOF VOOR NEDERLANDS VAKGROEPWERKING"— Transcript van de presentatie:

1 ZUURSTOF VOOR NEDERLANDS VAKGROEPWERKING

2 Uitstel van oordeel Oordelen doet iedereen, geen enkel mens heeft geen oordeel over iets klaarliggen. Er zijn 3 soorten van oordelen: oordeel 1 is onbewust oordeel 2 is verkennend oordeel 3 bepaalt of je iets doet of niet doet, kies ik iets of wijs ik het af? Door oordelen uit te stellen, kan een idee een kans krijgen. Als je gelijk het idee al afkraakt, kun je hier nooit de positieve kant van bekijken.

3

4 VAKgroepwerking

5 VAKgroepwerking Recente vernieuwingen in je vak? Hoe blijf je bij?

6 VAKgroepwerking

7 VAKgroepwerking Vernieuwingsvermoeidheid?

8 Zelfevaluatie: ik en de vakgroep
Motivatie VAKgroepwerking

9 VakGROEPwerking

10 VakGROEPwerking Balans autonomie en constructief samenwerken

11 Wie het schoentje past …

12 VakGROEPwerking

13 VakGROEPwerking

14 VakGROEPwerking

15 VakGROEPwerking

16 VakGROEPwerking

17 VakGROEPwerking

18 VakgroepWERKING

19 VakgroepWERKING

20 VakgroepWERKING: taken
Leerplanrealisatie Evaluatie Vakoverschrijdend Studiebegeleiding Kwaliteitszorg – zelfevaluatie Professionalisering

21 Leerplanrealisatie Leerplanstudie Keuze leermiddelen
Horizontale afstemming Verticale afstemming Organisatorische afspraken - leermiddelen Didactiek Leerlingenstages Eventuele voorbereiding van een doorlichting

22 Evaluatie

23 Evalueren om te leren Formatief – summatief
Proces en product – gespreid - permanent assessment Feedback! Proces Zelfregulering Persoonlijk Uitbreiding/ verdieping

24 Evaluatie in het leerplan
Eerste – tweede – derde graad: verschillen – verder bouwen op elkaar? Basis – verdieping/ uitbreiding? Differentiatie in evaluatie? Doelgerichte evaluatie (leerplandoelen)?

25 Evaluatie in VAKwerkgroep
BESLIS: wat is voor jullie leerlingen BASIS? op uitbreidings op verdiepingsniveau niveau: ja of nee? (TBS) differentiatieniveau Ook niveau vragen van belang: zie schema Romiszowski

26 LEERINHOUDEN 1 Feiten: concrete gebeurtenissen, personen, zaken, toestanden, kenmerken, plaatsen, symbolen … 2 Procedures: voorschriften of stappenplan om tot de juiste oplossing te komen (d/t-regel, algoritmen, de stappen om een boormachine te bedienen …) 3 Begrippen: abstracte begrippen (objectiviteit), overkoepelende concrete begrippen (meubilair, rollend materieel), vakjargon (smeltingswarmte), schooltaal 4 Principes: wetten (natuurwetenschappen, assimilatiewetten), veralgemeningen, als – dan-combinaties, strategieën uitwerken (cf. de vaardigheden), probleemoplossingsstrategieën (OVUR, denkmethodes …) TAXONOMIE / niveaus WERKWOORDEN 1Weten van feiten en procedures (geheugenkennis = herinneren/herkennen) Geef de kenmerken weer van; som op; herhaal; duid aan; onderstreep; herken; benoem … 2 INZIEN (inzichtelijke kennis = ) Met eigen woorden een definitie uitleggen; de verschillen aangeven; de gelijkenissen aangeven; een eigen voorbeeld geven; een beschrijving van iets/iemand kunnen geven; hoofd- en bijzaken onderscheiden; samenvatten en structureren; informatie die niet expliciet gegeven is uit de context afleiden; aangeven wat niet in het rijtje thuishoort … 3 REPRODUCTIEF TOEPASSEN (Vaardigheid = iets doen met de gegeven informatie) Vergelijken van 2 begrippen; verbanden leggen; de essentie aangeven; toepassen van de (spelling)regels in een analoge situatie/oefeningen; verwante situaties of voorbeelden opnoemen; handelen volgens opgelegde normen (zakelijke brief) … 4 PRODUCTIEF TOEPASSEN van informatie (Vaardigheid = het geleerde toepassen in nieuwe situaties) Analyseren van een situatie (casestudy ‘Wat zou je doen als … zou gebeuren?’); argumenten vinden voor een eigen standpunt; beoordelen (bv. toekenning van kinderbijslag in functie van het inkomen); iets creatief maken (een eigen verhaal schrijven, de planning voor een actie uitschrijven; een elektrische leiding uitwerken voor een nieuw gebouw; een patroon voor een jurk ontwerpen …) … ! De leerling wordt voor een probleem geplaatst waarbij de oplossingsstrategie niet aangereikt wordt. vakwerkgroep

27 Vakoverschrijdend Plaats van VOET in vak in relatie tot schoolplan voor VOET Taalbeleid > talenbeleid Projecten – activiteiten extra muros

28 Studiebegeleiding rol studie/schoolloopbaanbegeleiding
knelpunten overleggen en remediëren bijsturingen onderwijsproces na interpretatie leerlingenresultaten (ook afgestudeerden) afspraken in het kader van ‘zorg’ bijv. dyslexie afspraken voor het opvangen van ex-OKAN’ers

29 Kwaliteitszorg – zelfevaluatie
Doelstellingen Opvolging Opvolging van doorlichting

30 Professionalisering Nascholing Pedagogische studiedagen Zelfstudie
Interne professionalisering – delend leren Bespreking vernieuwingsdidactiek Aanvangsbegeleiding

31 Professionalisering Nederlands
Taal beschouwen – Hoe dan? Nascholing rond taalbeleid en taalontwikkeling (plaatsen beperkt) Dag van het Nederlands – ook rond evaluatie Bijeenkomsten voor vakcoördinatoren – data? Netwerkbijeenkomsten 7des, ZC en CV Pedagogisch didactische berichten rond UDL en volgend jaar over FAQ’s in Nederlands en MVT EXPERTISE BINNEN DE VAKGROEP ZELF!!!!

32 VakgroepWERKING

33 Zelfevaluatie: ik en de vakgroepWERKING
De WERKING van de vakGROEP

34 VakGROEPWERKING

35 VakGROEPWERKING

36 VakGROEPWERKING

37 VakGROEPWERKING

38 Zelfevaluatie: efficiëntie van de VAKGROEPWERKING
Efficiëntie VAKGROEPWERKING

39 Jouw vakgroep Eigen praktijk: we gaan zelf aan de slag.
Op de gele post-its schrijven we waar we fier op zijn in onze lessen. Wat loopt er goed en waar krijgen we complimenten of goede feedback over? Als jullie zelf geen les geeft, denk dan bijvoorbeeld aan vormingen, aan andere presentaties, documenten die je zelf opstelt,… Per post-it schrijf je één idee op. Op de roze post-its schrijven we op wat je graag anders wilt in je lessen. Dingen die soms moeilijk lopen, waar je nog op zoek bent naar hoe het beter kan, betere methodieken of technieken, dingen die je dus graag anders zou zien.

40 Brainwriting Idee 1 Idee 2 Idee 3 1. 2. 3. 1a. 2a. 3a. 1b. 2b. 3b.
Stap voor stap 1. Iedereen krijgt een brainwriting formulier. 2. De deelnemers mogen elk één struikelblok kiezen uit de degene die op post-its geschreven zijn (een struikelblok waar ze graag samen willen over nadenken, feedback van anderen willen,…). 3. Deze post-it wordt de probleemstelling. Iedereen plakt zijn/haar post-it boven op het formulier. Indien nodig wordt de probleemstelling nog geconcretiseerd op het formulier. 4. Iedereen geeft zijn eigen formulier door naar zijn/haar rechter buur. 5. De eerste persoon schrijft in elk van de bovenste vakken een idee (vak Probeer hierbij vrijuit te denken en je niet te laten stoppen door financiële bezwaren, regelgeving,… Je kan vanuit verschillende rollen denken aan mogelijke oplossingen. 6. Schuif allemaal en tegelijkertijd het formulier naar de rechter deelnemer. 7. Schrijf nu op de tweede regel weer drie ideeën. Laat je inspireren door het bovenstaande idee (idee 1a door idee 1, idee 2a door idee 2, etc.). 8. Herhaal het formulier vol is. 9. Schuif het formulier nu door tot bij de persoon die de probleemstelling opgeschreven heeft. Tijd: 30 min. Op het einde krijgt ieder zijn formulier terug. Bekijk het meest inspirerende idee. Een aantal mensen die iets willen delen hierover? Stel: je hebt het gevoel dat er weinig ideeën zijn gekomen voor jouw probleemstelling? Bezorg via dan jouw uitgetypte probleemstelling en de verschillende ideeën aan ons. Wij antwoorden jullie met bijkomende UDL-ideeën.

41 Acties!! Nabije toekomst Derde trimester Volgend schooljaar
Na volgend schooljaar


Download ppt "ZUURSTOF VOOR NEDERLANDS VAKGROEPWERKING"

Verwante presentaties


Ads door Google