Herhaling les 4 milieu.

Presentatie over: "Herhaling les 4 milieu."— Transcript van de presentatie:

1 herhaling les 4 milieu

2 herhaling les 4 milieu 1. Relatief pronomen

3 herhaling les 4 milieu Relatief pronomen

4 herhaling les 4 milieu Hoe kiest u het best een abonnement … bij uw belgedrag past?

5 herhaling les 4 milieu Hoe kiest u het best een abonnement dat bij uw belgedrag past?

6 herhaling les 4 milieu … jij zegt, is voor mij niet belangrijk.

7 herhaling les 4 milieu Wat jij zegt, is voor mij niet belangrijk. Dat(gene) wat jij zegt, is voor mij niet belangrijk. Ingesloten antecedent!

8 herhaling les 4 milieu … jij piekert, interesseert me niet.

9 herhaling les 4 milieu Datgene waarover jij piekert, interesseert me niet. Waar jij over piekert, interesseert me niet. een betrekkelijke bijzin met ingesloten antecedent kan niet met een voorzetsel beginnen (“Waarover jij piekert,…”)

10 herhaling les 4 milieu Koop nooit een boek … je nooit zult lezen.

11 herhaling les 4 milieu Koop nooit een boek dat je nooit zult lezen.

12 herhaling les 4 milieu Gooi iets … je nog gebruiken kunt, nooit weg!

13 herhaling les 4 milieu Gooi wat je nog gebruiken kunt, nooit weg!

14 herhaling les 4 milieu

15 herhaling les 4 milieu Hij is advocaat … ik beslist nooit zou willen worden.

16 herhaling les 4 milieu Hij is advocaat wat ik beslist nooit zou willen worden. Hij is advocaat en dat zou ik beslist nooit willen worden. “wat” voor een hoedanigheid (parafrase nevengeschikte zin)

17 herhaling les 4 milieu De man in de stoel … ik nu zit, heet Johnny.

18 herhaling les 4 milieu De man in de stoel van wie ik nu zit, heet Johnny.

19 herhaling les 4 milieu Pamela D., … hij samenleefde, werd veroordeeld wegens medeplichtigheid

20 herhaling les 4 milieu Pamela D., met wie hij samenleefde, werd veroordeeld wegens medeplichtigheid

21 herhaling les 4 milieu … steelt is een dief.

22 herhaling les 4 milieu Wie steelt is een dief. Hij/Ieder die steelt is een dief. Ingesloten antecedent

23 herhaling les 4 milieu De man … ik de auto iedere zondag waste, bleek een misdadiger te zijn.

24 herhaling les 4 milieu De man van wie ik de auto iedere zondag waste, bleek een misdadiger te zijn. (De man wiens ik de auto iedere zondag waste, bleek een misdadiger te zijn.) = minder gebruikelijk [Wiens slaat op een mannelijke enkelvoudige persoon.]

25 herhaling les 4 milieu De vrouw … de man vorig jaar overleed, is niet van plan te hertrouwen.

26 herhaling les 4 milieu De vrouw van wie de man vorig jaar overleed, is niet van plan te hertrouwen. ((De vrouw wier man vorig jaar overleed, is niet van plan te hertrouwen.)) = archaïsch [Wier wordt gebruikt als het antecedent een vrouwelijke persoon enkelvoud, of een meervoud is]

27 herhaling les 4 milieu