De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Landelijke ontwikkeling professionalisering MBO Myriam Lieskamp beleidsmedewerker CNV Onderwijs Master HRM Myriam Lieskamp is beleidsmedewerker bij.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Landelijke ontwikkeling professionalisering MBO Myriam Lieskamp beleidsmedewerker CNV Onderwijs Master HRM Myriam Lieskamp is beleidsmedewerker bij."— Transcript van de presentatie:

1 Landelijke ontwikkeling professionalisering MBO Myriam Lieskamp beleidsmedewerker CNV Onderwijs Master HRM Myriam Lieskamp is beleidsmedewerker bij CNV Onderwijs  . Zij participeert o.a. in diverse overleggen rond de professionele ontwikkeling van leraren. Zij bespreekt in de plenaire lezing de actuele ontwikkelingen rondom het mooiste vak en geeft de visie van CNV Onderwijs op de professionalisering voor onderwijspersoneel. Leraar, het mooiste vak. Iedere dag is het weer een uitdaging om les te geven aan de kinderen op school. We willen allemaal het beste onderwijs realiseren voor ieder kind? En dat is een vak apart. Sinds het parlementair onderzoek naar de huidige problemen in het onderwijs is er veel aandacht voor leraren en hun vak. Met name de professionele leraar is een belangrijk gespreksonderwerp. Staatssecretaris Halbe Zijlstra is bezig met het opstellen van een professionaliseringsagenda. De ontwikkeling van een lerarenregister is volop bezig. De invoering van de functiemix is een belangrijk thema. In de plenaire lezing bespreken we de actuele ontwikkelingen rondom het mooiste vak, leraar  En master human resource management

2 programma Nederland een kenniseconomie Leven lang leren
Wat zijn de actuele ontwikkelingen? Wat betekent dat voor de sector MBO? Wat betekent dat voor u? Afronding

3 Internationaal gezien
Nederland wil een kenniseconomie worden Onderwijs belangrijkste motor kenniseconomie. Op Europees niveau afspraken gemaakt: Terugdringen aantal voortijdige schoolverlaters Verhogen aantal hoger opgeleiden Verlagen aantal lln.lage vaardigheden lezen-wiskunde- natuurkunde Verhogen aantal vier-en vijf jarige deelnemers VVE Verhogen aantal volwassen activiteiten leven lang leren Voor groei is financiering nodig. Tegelijk zijn de financieringsmogelijkheden op de Nederlandse kapitaalmarkt beperkt en kunnen MKB’ers de mogelijkheden die er zijn veel beter benutten. Kern is dat het onderwijs, van voor- en vroegschoolse educatie via primair onderwijs, het voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs tot het hoger onderwijs, individuele talentontwikkeling maximaal moet stimuleren. Dat vraagt om het recht doen aan de verschillen in talenten en kwaliteiten tussen mensen. Om versterking van de kwaliteit van docenten en een verbetering van het schoolklimaat op alle niveaus. Om maatwerk (‘contextrijk leren’) en herstel van het arbeidsnabije karakter van het beroepsonderwijs, zeker ook om schooluitval te verminderen. Om onderwijs dat uitdaagt tot excellentie. Om onderwijsinstellingen waarin iedereen zich maximaal kan ontwikkelen en die midden in de maatschappij staan. En om herwaardering van de maatschappelijke status van docenten: goede docenten zijn cruciaal. Ook na het verlaten van het reguliere onderwijs moeten mensen hun kennis op peil houden en vernieuwen. Dat vraagt om een stevige aanpak van leven lang leren en ook om een activerende sociale zekerheid die mensen niet afschrijft, maar stimuleert om aan het werk te blijven (geen baanzekerheid, maar werkzekerheid). Onderwijs en scholing kunnen ook een bijdrage leveren aan meer participatie van groepen die nu nog teveel buiten het arbeidsproces staan, zoals ouderen, vrouwen en allochtonen. Het Innovatieplatform heeft de afgelopen jaren een duidelijke filosofie neergelegd om deze ambities te realiseren. Deze filosofie kenmerkt zich door een aantal uitgangspunten: 1. De professional centraal. Innovatie vindt niet plaats in Den Haag, maar op de werkvloer, in alle sectoren van de samenleving. Waardering en een stimulerend werkklimaat voor professionals, waarin ook buitenlands talent welkom is, zijn daarom van groot belang. Dat vraagt om minder bestuurlijke drukte, regelzucht en bureaucratie en om interessante carrièreperspectieven. 2. Eigentijdse en stimulerende omgeving. De kwaliteit van het onderwijs en onderzoek staat of valt met een eigentijdse, stimulerende werk en leeromgeving. Hoogwaardige onderzoeksfaciliteiten bijvoorbeeld hebben een groot strategisch belang voor zowel kennisinstellingen als bedrijven. Dit is ook essentieel om meer excellente studenten en onderzoekers aan te trekken. In het onderwijs gaat het bijvoorbeeld om adequate ICT-voorzieningen en huisvesting, zodat onder andere meer praktijkgerichte scholing kan worden aangeboden. 3. Excellentie en differentiatie in onderwijs, onderzoek en innovatie. In essentie is excelleren het ontdekken, ontplooien en gebruiken van talenten. Dit vindt op verschillende niveaus plaats en vraagt om maatwerk op elk niveau. Het huidige onderwijssysteem is nog teveel gericht op het gemiddelde en heeft te weinig aandacht voor de kop en de staart van de leerlingenpopulatie. Talent is zeer gedifferentieerd en dat vraagt om een gedifferentieerd bestel. 4. Kracht van verbindingen. Initiatieven die de verbindingen tussen partijen versterken op basis van wederzijds vertrouwen, commitment en visie zijn het meest kansrijk. Een voorbeeld hiervan is de sleutelgebieden-aanpak. In het onderwijs, met name beroepsonderwijs, moeten sterke verbindingen met arbeidsorganisaties ontstaan door het scheppen van leerwerkbanen en stageplaatsen. 5. Vraagsturing. De verbinding tussen vraag en aanbod kan worden verbeterd door meer nadruk te leggen op de behoefte van de gebruikers. Een goed voorbeeld is het verstrekken van innovatievouchers aan het MKB, waarmee kennis ten behoeve van innovatie kan worden ingekocht. 6. Autonomie en heldere afspraken. Bij de zienswijze dat de professional centraal staat, hoort ook dat er in principe uitgegaan wordt van autonomie van partijen. Wel worden met instellingen duidelijke afspraken gemaakt en worden ze afgerekend op de prestaties.

4 Maar……. Nederlandse Onderwijsprestaties dalen
De grootste ruimte voor verbetering ligt bij getalenteerde leerling Kwaliteit van leraren cruciaal MBO sector smeerolie van economie Micro zowel als macro studies vinden een rendement van rond de 10%. Er wordt in deze onderzoeken geen rekening gehouden met verschillen in de kwaliteit van een jaar. Het gaat om de effectieve leraar die een hoger rendement kan halen dan op grond van een jaar onderwijs verwacht zou kunnen worden. Microstudies vinden een positief effect van hogere toetsscores op het latere loon. Tussen 11 en 15%. Dit betreft vergelijkingen van het effect op lonen van jarige. Maar als je dat zou meten over de gehele loopbaan kan dat aanmerkelijk hoger worden. Het gaat hier dan om het aantal jaren onderwijs en de aangeleerde kennis en vaardigheden gedurende de schooljaren.

5 Nederland in top 5 kenniseconomieën
Onderwijslandschap 2012 Nederland in top 5 kenniseconomieën De professionele school met een professionele cultuur waar goed onderwijs wordt gerealiseerd voor alle kinderen De basis omhoog PO Beter presteren VO Aanvals plan MBO HBO Actieplan leraar 2020 Leraar als cruciale factor De belangrijkste ontwikkelingen in de economie voltrekken zich richting een kenniseconomie. In de klassieke economie zijn grondstoffen en fysieke arbeid de belangrijkste bronnen. Die bronnen zijn in een kenniseconomie minder belangrijk. Het vermogen om kennis te ontwikkelen en toe te passen neemt echter toe (drucker 1993). Prominente spelers in kenniseconomie zijn de kenniswerkers. Er wordt dan een beroep gedaan op het vermogen van mensen, teams en organisaties om relevante informatie te verzamelen, nieuwe kennis te creëren en deze kennis toe te passen om werkprocessen, producten en diensten te verbeteren. In dat kader stelt Kessels is het van belang om factoren te onderzoeken die dit proces belemmeren dan wel bevorderen. Nieuwe kenniswerkers zullen steeds meer bewust worden van hun talenten en die werkomgeving opzoeken of creëren die gunstig is voor de ontwikkeling van dat waardevolle talent. Twee hoofdmotieven een rol: wat zijn mijn belangrijkste talenten, drijfveren en motieven? in welke omgeving krijgen die de beste kansen en mogelijkheden? De groeiende groep adviseurs en free agents kunnen een indicatie zijn voor een toenemende behoefte aan autonomie. Autonomie verwijst in dit kader naar de ruimte om zelf invloed uit te oefenen op doelbepaling en inrichting van werk, maar ook het vermogen om die ruimte ook daadwerkelijk in te vullen. Autonomie is dan een grote mate van zelfregulatie, zelfbewustzijn, geloof in eigen bekwaamheden en emancipatie van de persoon. De werkomgeving biedt ruimte voor kritische zelfreflectie op werkwijzen, doelstellingen, opvattingen en principes. Zie Salling Olesen, 2000 De nieuwe professional kiest primair voor het inhoudelijke aspect van het werk, identificeert zich daar sterk mee. De nieuwe professional verbindt zich minder met de organisatie, de status van de functie of de secundaire arbeidsvoorwaarden. De nieuwe professional heeft een ster vertrouwen in eigen kunnen, is bewust van sterke en zwakke kanten, heeft een realistisch beeld van het hoe en in welke mate zij invloed kunnen uitoefenen op werkomgeving (arbeidsidentiteit). Zij zijn minder afhankelijk van het oordeel van managers maar gezaghebbende collega’s op hun vakgebied hebben wel invloed op de arbeidsidentiteit. In welke omgeving gedijt een kenniswerker? in werkomgeving met gelijkgestemden werken aan betekenisvolle inhoudelijke vraagstukken waar veel aandacht is voor sociale component uitgedrukt in wederzijdse aantrekkelijkheid, inhoudscomponent van het werk er wordt een beroep gedaan op passie en gedrevenheid niet alleen materiële waarden spelen een rol gedeelde waarden, opvattingen over integriteit en duurzaamheid, maatschappelijke verantwoordelijkheid en aandacht voor omgeving en milieu Kenmerken gunstige werkomgeving: (effectief werkgedrag) Woerkom 2003 veel aandacht besteden aan reflectie het leren van fouten vragen om feedback mogelijkheden om te experimenteren delen van kennis ruimte bieden na te denken over eigen loopbaan HRD daarmee belangrijke functie: creëren van gunstig leerklimaat in primaire, dagelijkse werkomgeving. Emancipatie aspect, voorwaarde voor autonomie, vormgeven is belangrijke uitdaging HRD. Toenemende complexiteit van werk en noodzaak te participeren in sociale netwerken vraagt stimuleren van zelfsturing en persoonlijke ontwikkeling (Harrison & Kessels, 2004)

6 Focus op vakmanschap MBO
Verhoging kwaliteit van het beroepsonderwijs Meer onderwijstijd Betere examens Professionele docenten Intensiveren en verkorten opleidingen Centraal examen Engels Verminderen kwalificaties en opleidingen Beëindiging drempelloze instroom in mbo niveau 2 Invoeren leeftijdsgrens studenten ouder dan 30 jaar In het mbo ligt de focus op goed, initieel beroepsonderwijs voor jongeren. Een diploma dat een solide basis biedt voor werk of doorstroom naar een hoger opleidingsniveau is het belangrijkste doel. Mbo instellingen leveren ieder hun aandeel in het terugdringen van het aantal voortijdig schoolverlaters tot in Het kabinet schept de randvoorwaarden door de complexiteit van het bvestelsel te verminderen. • De besturing en de bedrijfsvoering van alle instellingen zijn op orde. De besturing en de bedrijfsvoering van alle instellingen zijn op orde. Leerlingen worden uitgedaagd een prestatie te leveren waarop ze trots kunnen zijn. Daarvoor ontvangen ze voldoende onderwijstijd, les van professionele docenten, degelijke onderwijsprogramma’s en examens. • Het beroepsonderwijs is competitief met het algemeen vormend onderwijs. Aan het eind van deze kabinetsperiode wil ik dat deze route naar vakmanschap beter gewaardeerd wordt door jongeren en ouders. Meer jongeren kiezen voor het beroepsonderwijs, omdat de economie niet alleen wetenschappers en managers nodig heeft om economisch voorop te blijven lopen! Instellingen krijgen aan het eind van deze kabinetsperiode van studenten een dikke zeven als rapportcijfer.

7 Wat is uw mening hierover?
kansen bedreigingen

8 Leraar 2020 Werken in het onderwijs is zeer gewild
Het opleidingsniveau van leraren is substantieel verhoogd Werknemers registreren zich als bekwame leraren en onderhouden hun bekwaamheid Scholen maken structureel gebruik van peerreview Samenvatting Actieplan Leraar 2020 een krachtig beroep mei 2011 Basis wordt gevormd door actieplannen: PO basis voor presteren VO Beter presteren MBO Focus op vakmanschap Strategische agenda HBO Uitgangspunt is dat de leraar en de schoolleider cruciaal zijn voor het onderwijs en onmisbaar voor de verbetering daarvan. Samenwerking met alle partijen is hierbij noodzakelijk om op basis van eigen verantwoordelijkheid actiegericht samen te werken om tot sterk onderwijspersoneel in professionele scholen te komen. Er zin 4 hoofddoelen: Er zijn 4 hoofddoelen in Leraar 2020 1 Werken in het onderwijs is zeer gewild. Er is sprake van een sterk HRM- en kwaliteitsbeleid, van professionele ruimte voor leraren en ruime carrièremogelijkheden. Voor de korte termijn betekent dit de continuering van de functiemix (in mbo salarismix), de introductie van (experimenten) prestatiebeloning en de invoering van het wetsvoorstel versterking positie leraar. Ook worden er concrete prestatieafspraken met werkgevers gemaakt over versterking van het HRM-beleid en scholing van schoolleiders op dat punt. 2. Het opleidingsniveau van leraren is substantieel verhoogd, bij voorkeur tot masterniveau. Dit kunnen professionele en vakinhoudelijke masters zijn gericht op meesterschap en/of vakmanschap. Op korte termijn wil ik in overleg met werkgevers en werknemers vastleggen wat we hiervoor concreet gaan doen, met waar nodig voorbehouden, bijvoorbeeld voor de beroepsgerichte vakken in het (v)mbo. Daarnaast voeren de lerarenopleidingen in het hbo vanaf 2011 kennisbases en landelijke toetsen in. Academische opleidingsscholen brengen aankomende leraren onderzoeks- en ontwikkelvaardigheden bij. Tevens worden de academische opleidingsscholen verankerd in het reguliere bestel. De kwaliteit van de lerarenopleidingen basisonderwijs zal worden verbeterd door een geïntensiveerde specialisatie jonge kind/oudere kind. Ik maak prestatieafspraken met iedere lerarenopleiding apart om hun kwaliteitsverbeteringen transparant te maken. 3. Werknemers registreren zich als bekwame leraar. Zij ondernemen activiteiten om die registratie te behouden. Werkgevers nemen hun verantwoordelijkheid om de werknemers in staat te stellen hun bekwaamheid te onderhouden. In 2011 wordt daarom een start gemaakt met het lerarenregister. In 2018 zijn alle leraren in dit register opgenomen en heeft het civiel effect. Alleen leraren die hun bekwaamheid daadwerkelijk onderhouden en voldoen aan de criteria van het register kunnen hun registratie behouden. Voor professionalisering worden vanaf 2012 extra middelen beschikbaar gesteld oplopend tot € 150 miljoen in 2013 voor po, vo, mbo en kwaliteitsverbetering van de lerarenopleidingen. 4. Scholen maken structureel gebruik van peer review, waarbij professionals van verschillende scholen bij elkaar kijken en elkaar aanspreken op kwaliteit en de verbetering daarvan. Hierover maak ik in 2011 concrete afspraken met de sectororganisaties en de onderwijscoöperatie. Ik maak daarbij gebruik van de expertise van de onderwijsinspectie. Dit wordt uitgewerkt in 3 actielijnen. Actielijn 1: De kwaliteit van de leraar en schoolleider wordt duurzaam geborgd Doelen: Van 2012 t/m 2015 vindt in po, vo en mbo met extra middelen verdere professionalisering van leraren en schoolleiders voor wie dat nodig is plaats. In 2016 hebben leraren in po, vo en mbo voor zover van toepassing hun deficiënties in het omgaan met verschillen tussen leerlingen, het bieden van onderwijs op maat, opbrengstgericht werken en beroepsgerichte voorbereiding weggewerkt. In 2016 voldoen schoolleiders in het po, vo en teamleiding/middenmanagement in het mbo aan de dan geldende (bekwaamheids)eisen. In 2016 hebben de hbo-instellingen voor hun personeel het systeem van basis- en seniorkwalificaties onderwijs ingevoerd. Met ingang van 2012 wordt het budget voor de lerarenbeurs exclusief ingezet voor bachelor- en masteropleidingen en promotietrajecten3. Eind 2011/begin 2012 wordt het register voor leraren geopend. In 2018 zijn alle leraren po, vo en mbo opgenomen in het register en heeft het register civiel effect. Actielijn 2: Naar professionele scholen, met ruimte voor goed onderwijspersoneel De uitrol van de functiemix in het po, vo en de salarismix in het mbo is in 2020 voltooid. Experimenten prestatiebeloning leiden in 2016 tot structurele invoering hiervan. In 2012 wordt gestart met interscolaire peer review van leraren en schoolleiders. In 2016 voeren alle scholen goed en effectief HRM-beleid. In 2012 wordt het wetsvoorstel versterking positie leraren ingevoerd In 2012 maakt het toezicht op het leraarschap onderdeel uit van het toezicht van de inspectie. Actielijn 3: Er komen voldoende en goed opgeleide leraren In 2016 zijn alle kennisbases en landelijke toetsen in de hbo-lerarenopleidingen ingevoerd. In 2014 is er een systeem van extern gelegitimeerde kennistoetsen ingevoerd. Vóór 1 december 2011 zijn er afspraken gemaakt met alle pabo’s over kwaliteitsverbetering op de korte termijn met betrokkenheid van het afnemend veld. Vóór 1 mei 2012 zijn er afspraken gemaakt met de tweedegraads lerarenopleidingen over kwaliteitsverbetering op de korte termijn met betrokkenheid van het afnemend veld. De lerarenopleidingen zullen de beroepsgerichte voorbereiding van studenten op het werken in het (v)mbo versterken. Eind 2011 neem ik na overleg met sociale partners en andere betrokkenen een besluit hoe een substantiële verhoging van het aantal masteropgeleide leraren wordt gerealiseerd. Vanaf augustus 2013 starten alle pabo’s met de invoering van een (verdiepte) specialisatie jonge kind / oudere kind in het curriculum. Om meer studenten voor het leraarschap in de beroepsgerichte vakken in het mbo te interesseren wordt een educatieve vakminor in hbo-bacheloropleidingen geïntroduceerd. Om de tekorten in het onderwijs op te vangen, worden de maatregelen om nieuwe doelgroepen te bereiken voortgezet en de experimenten van de Innovatie Impuls Onderwijs uitgevoerd.

9 kwaliteit personeel Professionalisering leraren in
omgaan met verschillen tussen leerlingen bieden onderwijs op maat Beroepsgericht werken 2016 bekwaamheidseisen schoolleiders teamleiding/middenmanagement Gebruik lerarenbeurs bachelor-master-promotie In 2018 alle leraren in

10 professionele scholen met ruimte voor goed personeel
Uitrol salarismix mbo 2020 voltooid Experimenten prestatiebeloning 2012 2016 structurele invoering prestatiebeloning 2012 start interscolaire peerreview leraren/ schoolleiders. In 2016 alle instellingen goed en effectief HR-beleid. 2012 invoering wetsvoorstel versterking positie leraren 2012 toezicht op het leraarschap

11 voldoende en goed opgeleide leraren
In 2014 een systeem extern gelegitimeerde kennistoetsen De lerarenopleidingen versterken beroepsgerichte voorbereiding van studenten voor werken in het (v)mbo Substantiële verhoging aantal master opgeleide leraren

12 Uitwisseling Wat zijn de hoofdlijnen die u gehoord heeft?
Wat betekent dat voor u zelf? En voor uw collega’s? En voor uw instelling? Wat heeft u nodig om kwalitatief goed onderwijs te verzorgen?

13 Professionele ruimte Definitie Convenant Leerkracht van Nederland
Interne zeggenschap van de leraar t.a.v. het ontwerp en uitvoering van het onderwijskundig- en kwaliteitsbeleid van de school en rekenschap geven over de kwaliteit van het werk

14 Artikel 5 De professionele medewerkers worden binnen de instelling actief betrokken bij de totstandkoming van het beleid van de organisatie op de terreinen waar hun beroepsuitoefening betrekking op heeft.

15 Artikel 6 Op de instelling worden door middel van een
regeling voor het werkoverleg afspraken gemaakt over de wijze waarop de betrokkenheid van de professionele medewerkers bij de totstandkoming van dit beleid wordt geregeld.

16 Wat is nu een leven lang leren
Leven Lang Leren/EVC staat voor de continue ontwikkeling van alle leerlingen, werknemers en burgers. Door onze competenties op peil te houden nemen kansen op de arbeidsmarkt en in de samenleving toe. Je hele leven blijven leren is dus essentieel. Basis voor leven lang leren en de competentie leven lang leren wordt gelegd in het onderwijs.

17 Uitgangspunt Primaire proces centraal
ondersteunen, sturen, faciliteren en voeden van het leren van leerlingen/deelnemers om het maximale uit iedere leerling/deelnemers te halen

18 Leven lang leren competentie
Het vermogen om een leerproces te beginnen en vol te houden en te verwerken. Kennisontwikkeling Vaardigheden om kennis toe te passen Metavaardigheden Cognitieve vaardigheden Non-cognitieve vaardigheden

19 Professionalisering centraal
Doet u nu als docent de goede dingen? Doet u deze dingen goed? Wat zou u graag willen veranderen Hoe zou u dat willen veranderen? Hoe zou u dat aan anderen willen laten zien?

20

21 afronding Nog vragen? Welke ondersteuning nodig van CNV Onderwijs?
Wat zou u graag willen van CNV Onderwijs?


Download ppt "Landelijke ontwikkeling professionalisering MBO Myriam Lieskamp beleidsmedewerker CNV Onderwijs Master HRM Myriam Lieskamp is beleidsmedewerker bij."

Verwante presentaties


Ads door Google